Organisatie | Borne |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening cliëntenparticipatie Wet maatschappelijke ondersteuning |
Citeertitel | Verordening cliëntenparticipatie Wet maatschappelijke ondersteuning |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp |
Deze regeling is vervangen door de Verordening adviesraad sociaal domein Borne.
Wet maatschappelijke ondersteuning, artt. 11 en 12
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
03-10-2013 | 01-07-2013 | 19-10-2017 | Nieuwe regeling | 27-06-2013 | Onbekend |
Artikel 14 Faciliteiten Wmo-raad
Het college stelt jaarlijks een budget beschikbaar voor de voorzieningen die nodig zijn voor de uitoefening van de werkzaamheden, zoals de administratieve kosten en kosten van deskundigheidsbevordering van de leden van de Wmo-raad. Daarnaast kan de Wmo-raad gebruik maken van voorzieningen die het college in natura aan kan bieden, zoals een vergaderruimte.
Natuurlijke personen alsmede rechtspersonen die een belang hebben in de gemeente kunnen gebruik maken van de regeling interne klachtenprocedure gemeente Borne indien er een klacht is in relatie tot de Wmo-raad.
Vastgesteld in de openbare vergadering van 27 juni 2013
De voorzitter, mr. drs. R.G. Welten
De griffier, S.F. Morsink
Toelichting Verordening cliëntenparticipatie Wet maatschappelijke ondersteuning
De Wet maatschappelijke ondersteuning is per 1 januari 2007 in werking getreden. ‘Meedoen’ is het uitgangspunt van de Wmo. Alle burgers, jong of oud, gehandicapt of niet, moeten mee kunnen doen aan alle facetten van de samenleving, al dan niet met hulp van familie, vrienden of bekenden. Wanneer dat niet mogelijk is, kon de burger vanaf 1 januari 2007 aankloppen bij de gemeente voor ondersteuning.
De Wmo stelt twee eisen aan de gemeenten: participatie en verantwoording. De eerste eis komt tot uitdrukking in deze verordening. De gemeente moet de burgers betrekken bij het opstellen van beleid en de uitvoering van het beleid op het gebied van de maatschappelijke ondersteuning.
In de Wmo is het college verplicht om de cliëntenparticipatie vorm te geven bij de beleidsvoorbereiding en het opstellen van het beleidsplan. In de Wmo is echter geen verplichting opgenomen voor aparte inspraak of een participatieverordening; hiervoor wordt alleen verwezen naar artikel 150 van de Gemeentewet (inspraakverordening). De gemeente heeft dus beleidsvrijheid om de inspraak naar eigen inzicht te regelen.
De belangrijkste Wmo-artikelen in het kader van de cliëntenparticipatie zijn artikel 11 en 12.
1. Het college van burgemeester en wethouders betrekt de ingezetenen van de gemeente en in de gemeente een belang hebbende natuurlijke en rechtspersonen bij de voorbereiding van het beleid betreffende maatschappelijke ondersteuning, op de wijze voorzien in de krachtens artikel 150 van de Gemeentewet vastgestelde verordening
2. Het college van burgemeester en wethouders stelt ingezetenen van de gemeente en in de gemeente belang hebbende natuurlijke en rechtspersonen vroegtijdig in de gelegenheid zelfstandig voorstellen voor het beleid inzake maatschappelijke ondersteuning te doen.
3. Het college van burgemeester en wethouders verschaft informatie die nodig is ter uitvoering van het bepaalde in het eerste en tweede lid.
4. Onverminderd het eerste lid vergewist het college van burgemeester en wethouders zich bij de voorbereiding van het beleid tevens van de belangen en behoeften van ingezetenen die hun belangen en behoeften niet goed kenbaar kunnen maken.
1. Alvorens een voordracht tot vaststelling door de gemeenteraad te doen, vraagt het college van burgemeester en wethouders over het ontwerpplan advies aan de gezamenlijke vertegenwoordigers van representatieve organisaties van de kant van vragers op het gebied van maatschappelijke ondersteuning.
2. Het college van burgemeester en wethouders voegt bij de voordracht tot vaststelling door de gemeenteraad tevens een motivering hoe het de belangen en behoeften van personen als bedoeld in artikel 11, tweede lid, heeft gewogen.
De wetgever heeft in de Wmo geen verplichting opgenomen voor de gemeenten om een raad in te stellen, maar hij heeft wel aanvullende eisen gesteld. Zo moeten de gemeenten hun best doen om de wensen en behoeften van burgers en cliënten in kaart te brengen en moeten zij alle benodigde informatie verstrekken.
In het kader hiervan en gezien artikel 12 van de Wmo heeft de gemeente Borne ervoor gekozen een Wmo-platform op te richten, die het algemeen belang dient en een adviserende rol heeft richting het college wat betreft het Wmo-beleid.
Nu enkele jaren is gewerkt met de formule van inspraak via het Wmo-platform bestaat de behoefte de verordening op onderdelen te actualiseren en aan te passen. Zo is in het verleden nauwelijks gebruik gemaakt van cliëntenpanels en is een naamsverandering wenselijk van platform naar raad. Er wordt aansluiting gezocht bij regionale en landelijke benaming. Daarnaast vindt aanpassing plaats voor wat betreft de samenstelling van de Wmo-raad door uit te gaan van vertegenwoordiging van clusters waarbij wel in acht wordt genomen dat de contacten met de doelgroepen voldoende zijn gewaarborgd.
Dit artikel behoeft geen toelichting.
Artikel 2 Doelstelling cliëntenparticipatie
In dit artikel wordt de doelstelling van cliëntenparticipatie weergegeven. De doelstelling is tweeledig. Aan de ene kant het bewerkstelligen dat belanghebbenden betrokken worden bij het Wmo-beleid en aan de andere kant kan op deze manier het gemeentelijke Wmo-beleid op een actieve manier tot stand komen en verbeterd worden.
Er wordt één Wmo-raad opgericht die betrokken wordt bij het Wmo-beleid.
Artikel 4 Clustering prestievelden
De clustering is voortgekomen uit de 9 oorspronkelijke prestatievelden binnen de Wmo:
De 5 clusters zullen worden gevormd door 2 of meer leden per cluster die gezamenlijk het cluster vertegenwoordigen en de contacten met de achterban gerelateerd aan die clusters onderhouden. Een lid kan meerdere clusters vertegenwoordigen.
Artikel 5 Samenstelling Wmo-raad
De Wmo-raad wordt samengesteld uit vertegenwoordigers van belangenorganisaties en andere personen die vallen onder de Wmo,.De Wmo-raad bestaat uit minimaal zeven leden,die gezamenlijk de volgende vijf clusters vertegenwoordigen.
Om te waarborgen dat specifieke doelgroepen die met de Wmo in aanraking kunnen komen vertegenwoordigd worden als er advies gevraagd wordt vertegenwoordigen de leden in ieder geval de volgende doelgroepen:
Er is één onafhankelijke voorzitter, die wel stemrecht heeft, maar geen cluster hoeft te vertegenwoordigen. Op deze manier is er een onafhankelijk persoon binnen de raad die het proces kan bewaken.
De mogelijkheid bestaat om nadere regels te stellen en later clustering te wijzigen of doelgroepen toe te voegen aan de Wmo-raad.
Alle leden van de raad worden benoemd door het college. De voorzitter is onafhankelijk; de secretaris en plaatsvervanger worden uit het midden en door de Wmo-raad gekozen.
De benoeming vindt bij voorkeur plaats tot halverwege de gemeenteraadsperiode.
De beleidsterreinen zoals genoemd in artikel 7 komen voort uit clustering van de in de wettekst van de Wmo genoemde 9 prestatievelden.
Artikel 8 Taken en bevoegdheden Wmo-raad
In dit artikel worden de taken en bevoegdheden van de raad beschreven. De raad kan signalen vanuit de achterban gebruiken voor hun advies aan het college. De raad is niet bevoegd te adviseren over de Wwb, aangezien de cliëntenparticipatie voor die wet apart is opgezet.
Artikel 9 Werkwijze adviezen Wmo-raad
In artikel 9 wordt de werkwijze van de raad weergegeven.
Jaarlijks vindt er een evaluatie plaats. Het betreft zowel de werkwijze van de raad op zich als de samenwerking tussen het college en de Wmo-raad.
Artikel 11 Raadpleging achterban
De Wmo-raad raadpleegt tenminste één keer per jaar de inwoners van de gemeente Borne. De wijze waarop zij dit doet wordt bepaald door de leden van de Wmo-raad. Dit kan bijvoorbeeld door het organiseren van een achterbanraadpleging maar ook door het instellen van panels. Het is de bedoeling dat de Wmo-raad op passende wijze nauw contact onderhoudt met de inwoners van de gemeente om op die wijze de achterban te betrekken bij de advisering aan de gemeente. De gemeente hecht er waarde aan dat de achterban geraadpleegd wordt alvorens er advies wordt uitgebracht en zal de raad hiervoor voldoende in de gelegenheid stellen.
Artikel 12 Vergaderingen Wmo-raad
Dit artikel behoeft geen toelichting.
Artikel 13 Regels vergaderingen Wmo-raad
Dit artikel behoeft geen toelichting.
Artikel 14 Faciliteiten Wmo-raad
Het college stelt budget en enkele faciliteiten beschikbaar aan de Wmo-raad.
Bij klachten over de cliëntenparticipatie kan gebruik worden gemaakt van de interne klachtenprocedure van de gemeente Borne.
De mogelijkheid bestaat voor de Wmo-raad om nadere regels te stellen, bijvoorbeeld in een huishoudelijk reglement. Een reglement mag niet in strijd zijn met deze verordening. Het college krijgt een reglement toegezonden ter kennisname.
Dit artikel behoeft geen toelichting.
Deze verordening dient aangehaald te worden volgens deze citeertitel.