Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Noord-Brabant

Subsidieregeling Knelpunten Platteland Noord-Brabant

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieNoord-Brabant
OrganisatietypeProvincie
Officiële naam regelingSubsidieregeling Knelpunten Platteland Noord-Brabant
CiteertitelSubsidieregeling knelpunten platteland Noord-Brabant
Vastgesteld doorgedeputeerde staten
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerpagrarische sector, leefomgeving, subsidies, financieel kader
Externe bijlageHoogte van de subsidie

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze regeling treedt met terugwerkende kracht in werking op 10 oktober 2013.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Algemene subsidieverordening Noord-Brabant, art. 2

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

17-12-201510-10-2013art. 2.13

15-12-2015

Provinciaal Blad, 2015, 159

S0306443
10-10-201417-12-2015art. 1.2, paragraaf 5

07-10-2014

Provinciaal Blad, 2014, 118

3654077
26-04-201410-10-2014art. 1.2

22-04-2014

Provinciaal Blad, 2014, 53

3560454
10-10-201326-04-2014nieuwe regeling

08-10-2013

Provinciaal Blad, 2013,142

S0260092

Tekst van de regeling

Intitulé

Subsidieregeling Knelpunten Platteland Noord-Brabant

Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Gelet op artikel 2 van de Algemene subsidieverordening Noord-Brabant;

Overwegende dat Provinciale Staten op 9 december 2011 het Koersdocument Transitie Stad en Platteland hebben vastgesteld;

Overwegende dat de provincie met dit koersdocument de transitie van de landbouw wil versnellen in combinatie met de verbetering van de omgeving in het landelijk gebied;

Overwegende dat Gedeputeerde Staten deze doelstelling willen bereiken door subsidie te verlenen aan projecten gericht op het oplossen van maatschappelijk ontwrichte situaties in het buitengebied, innovaties die van belang worden geacht voor de transitie van agrarische bedrijven en locaties, het ontwikkelen van methodieken bij het vrijkomen van agrarische locaties en het saneren van glastuinbouwbedrijven in kwetsbare gebieden;

Besluiten vast te stellen de volgende regeling:

§ 1 Algemene bepalingen

Artikel 1.1 Subsidievorm

  • 1

    Gedeputeerde Staten verstrekken op grond van deze regeling projectsubsidies.

  • 2

    Subsidies als bedoeld in het eerste lid worden verstrekt in de vorm van een geldbedrag.

Artikel 1.2 Subsidieplafond

Gedeputeerde Staten stellen het subsidieplafond voor subsidies als bedoeld in deze regeling voor de periode van 10 oktober 2013 tot en met 30 juni 2014, in totaal vast op € 2.328.000,-.

§ 2 Maatschappelijk ontwrichte situaties buitengebied

Artikel 2.1 Begripsbepalingen

In deze paragraaf wordt verstaan onder:

  • a.

    buitengebied: grond buiten de bebouwde kom van steden en dorpen;

  • b.

    maatschappelijk ontwrichte situatie: conflictsituatie tussen een bedrijf en burgers waarbij het vertrouwen is verstoord en onderling oplossen van het probleem niet meer mogelijk is.

Artikel 2.2 Doelgroep

Subsidie kan worden aangevraagd door:

  • a.

    natuurlijke personen, wonend in het buitengebied;

  • b.

    privaatrechtelijke rechtspersonen;

  • c.

    gemeenten.

Artikel 2.3 Subsidiabele activiteiten

Subsidie kan worden verstrekt voor projecten gericht op:

  • a.

    het verplaatsen of beëindigen van bedrijven;

  • b.

    het treffen van maatregelen op de locatie van een bedrijf .

Artikel 2.4 Weigeringsgronden

Subsidie wordt geweigerd indien de totale projectkosten minder bedragen dan € 20.000.

Artikel 2.5 Subsidievereisten

  • 1

    Om voor subsidie als bedoeld in artikel 2.3 in aanmerking te komen, wordt voldaan aan de volgende vereisten:

    • a.

      het desbetreffende bedrijf is gelegen in het buitengebied;

    • b.

      het project draagt bij aan het oplossen van een maatschappelijk ontwrichte situatie in het buitengebied;

    • c.

      bij het project zijn ten minste twee van de volgende partijen betrokken:

      • 1°.

        de desbetreffende gemeente;

      • 2°.

        maatschappelijke organisaties;

      • 3°.

        bedrijven;

      • 4°.

        burgers.

  • 2

    Aan het project liggen ten grondslag:

    • a.

      een projectplan, waarin in ieder geval is opgenomen op welke wijze wordt voldaan aan de vereisten in deze paragraaf;

    • b.

      een sluitende begroting.

Artikel 2.6 Subsidiabele kosten

Voor zover noodzakelijk en adequaat in relatie tot het doel van de subsidie komen de volgende kosten voor subsidie in aanmerking:

  • a.

    kosten voor verwerving, inrichting, herinrichting of beëindiging van het bedrijf;

  • b.

    proceskosten.

Artikel 2.7 Niet subsidiabele kosten

In afwijking van artikel 2.6 komen de volgende kosten in ieder geval niet voor subsidie in aanmerking:

  • a.

    kosten voor planvorming;

  • b.

    kosten voor kennisontwikkeling.

Artikel 2.8 Vereisten subsidieaanvraag

Subsidieaanvragen worden ingediend van 10 oktober 2013 tot en met 30 juni 2014.

Artikel 2.9 Subsidiehoogte

De hoogte van de subsidie, bedoeld in artikel 2.3, bedraagt maximaal 50% van de subsidiabele kosten tot een maximum van € 1.000.000.

Artikel 2.10 Verdeelcriteria

  • 1

    Subsidie wordt verdeeld op volgorde van binnenkomst van de subsidieaanvragen.

  • 2

    Indien een subsidieaanvraag nog niet volledig is, geldt voor het bepalen van de onderlinge rangschikking voor de verdeling van de subsidie de dag waarop de subsidieaanvraag volledig is als datum van binnenkomst.

  • 3

    Dreigt het subsidieplafond op enige dag te worden overschreden, dan vindt rangschikking van de op die dag binnengekomen volledige subsidieaanvragen plaats door middel van loting.

Artikel 2.11 Verplichtingen van de subsidieontvanger

De subsidieontvanger heeft in ieder geval de volgende verplichtingen:

  • a.

    bij subsidies van € 25.000 en hoger overlegt de subsidieontvanger jaarlijks een tussentijds voortgangsverslag, indien de periode vanaf de verlening van de subsidie tot de vaststelling van de subsidie meer dan 12 maanden bedraagt;

  • b.

    bij subsidies van € 125.000 en hoger houdt de subsidieontvanger een administratie bij van aan de activiteiten verbonden uitgaven en inkomsten als bedoeld in artikel 4:37, eerste lid, onder b, van de Algemene wet bestuursrecht en overlegt deze desgevraagd aan Gedeputeerde Staten.

Artikel 2.12 Prestatieverantwoording

  • 1

    Bij subsidies tot € 25.000 leggen Gedeputeerde Staten in de beschikking tot subsidieverlening vast op welke wijze de subsidieontvanger desgevraagd aantoont dat de activiteiten, waarvoor de subsidie is verleend, zijn verricht en dat aan de aan de subsidie verbonden verplichtingen is voldaan.

  • 2

    Bij subsidies van € 25.000 en hoger leggen Gedeputeerde Staten in de beschikking tot subsidieverlening vast op welke wijze de subsidieontvanger bij de aanvraag tot subsidievaststelling aantoont dat de activiteiten, waarvoor de subsidie is verleend, zijn verricht en dat aan de aan de subsidie verbonden verplichtingen is voldaan.

Artikel 2.13 Bevoorschotting en betaling

  • 1

     Bij subsidies tot €25.000 verstrekken Gedeputeerde Staten een voorschot van 100% van het verleende subsidiebedrag in een keer.

  • 2

     Bij subsidies van €25.000 en hoger verstrekken Gedeputeerde Staten een voorschot van 95% van het verleende subsidiebedrag in een keer.

  • 3

     Gedeputeerde Staten verstrekken het voorschot, genoemd in dit artikel, bij aanvang van het project.

     

     

§ 3 Transitie agrarische bedrijven en locaties

Artikel 3.1 Begripsbepalingen

In deze paragraaf wordt verstaan onder:

  • a.

    agrarisch bedrijf: bedrijf dat gericht is op het voortbrengen van producten door middel van het telen van gewassen of het houden van dieren;

  • b.

    transitie: structurele verandering die het resultaat is van op elkaar inwerkende en elkaar versterkende ontwikkelingen.

Artikel 3.2 Doelgroep

Subsidie kan worden aangevraagd door agrarische bedrijven.

Artikel 3.3 Subsidiabele activiteiten

Subsidie kan worden verstrekt voor projecten gericht op de transitie van agrarische bedrijven en locaties.

Artikel 3.4 Weigeringsgronden

Subsidie wordt geweigerd indien de totale projectkosten minder bedragen dan € 12.500.

Artikel 3.5 Subsidievereisten

  • 1

    Om voor subsidie als bedoeld in artikel 3.3 in aanmerking te komen, wordt voldaan aan de volgende vereisten:

    • a.

      het project draagt bij aan de transitie naar een andere vorm van agrarische bedrijfsvoering;

    • b.

      het project draagt bij aan het verbeteren van de leefomgeving in de regio;

    • c.

      het project bevat vernieuwende ontwikkelingen die leiden tot een doorontwikkeling van duurzame agrarische bedrijfsvoering.

  • 2

    Aan het project liggen ten grondslag:

    • a.

      een projectplan, waarin in ieder geval is opgenomen op welke wijze wordt voldaan aan de vereisten in deze paragraaf;

    • b.

      een sluitende begroting.

Artikel 3.6 Subsidiabele kosten

Voor zover noodzakelijk en adequaat in relatie tot het doel van de subsidie komen alle begrote projectkosten voor subsidie in aanmerking.

Artikel 3.7 Vereisten subsidieaanvraag

Subsidieaanvragen worden ingediend van 10 oktober 2013 tot en met 30 juni 2014.

Artikel 3.8 Subsidiehoogte

De hoogte van de subsidie voor de activiteiten bedoeld in artikel 3.3 bedraagt 40% van de subsidiabele kosten tot een maximum van € 100.000.

Artikel 3.9 Verdeelcriteria

  • 1

    Subsidie wordt verdeeld op volgorde van binnenkomst van de subsidieaanvragen.

  • 2

    Indien een subsidieaanvraag nog niet volledig is, geldt voor het bepalen van de onderlinge rangschikking voor de verdeling van de subsidie de dag waarop de subsidieaanvraag volledig is als datum van binnenkomst.

  • 3

    Dreigt het subsidieplafond op enige dag te worden overschreden, dan vindt rangschikking van de op die dag binnengekomen volledige subsidieaanvragen plaats door middel van loting.

Artikel 3.10 Verplichtingen van de subsidieontvanger

De subsidieontvanger heeft in ieder geval de volgende verplichtingen:

  • a.

    de bevindingen en resultaten van het project worden toegankelijk gemaakt voor derden;

  • b.

    bij subsidies van € 25.000 en hoger overlegt de subsidieontvanger jaarlijks een tussentijds voortgangsverslag, indien de periode vanaf de verlening van de subsidie tot de vaststelling van de subsidie meer dan 12 maanden bedraagt.

Artikel 3.11 Prestatieverantwoording

  • 1

    Bij subsidies tot € 25.000 leggen Gedeputeerde Staten in de beschikking tot subsidieverlening vast op welke wijze de subsidieontvanger desgevraagd aantoont dat de activiteiten, waarvoor de subsidie is verleend, zijn verricht en dat aan de aan de subsidie verbonden verplichtingen is voldaan.

  • 2

    Bij subsidies van € 25.000 of hoger leggen Gedeputeerde Staten in de beschikking tot subsidieverlening vast op welke wijze de subsidieontvanger bij de aanvraag tot subsidievaststelling aantoont dat de activiteiten, waarvoor de subsidie is verleend, zijn verricht en dat aan de aan de subsidie verbonden verplichtingen is voldaan.

Artikel 3.12 Bevoorschotting en betaling

  • 1

    Bij subsidies van € 25.000 of hoger verstrekken Gedeputeerde Staten een voorschot van ten hoogste 80% van het verleende subsidiebedrag.

  • 2

    Het voorschot, bedoeld in het eerste lid, wordt in een keer betaald.

§ 4 Vrijkomende agrarische locaties

Artikel 4.1 Begripsbepalingen

In deze paragraaf wordt onder vrijkomende agrarische locatie verstaan:

  • agrarische bedrijfslocatie die door beëindiging van de agrarische bedrijfsvoering ter plaatse zijn agrarische functie verliest en als gevolg daarvan een andere bestemming dient te verkrijgen.

Artikel 4.2 Doelgroep

Subsidie kan worden aangevraagd door:

  • a.

    gemeenten;

  • b.

    privaatrechtelijke rechtspersonen.

Artikel 4.3 Subsidiabele activiteiten

Subsidie kan worden verstrekt voor projecten gericht op:

  • a.

    het ontwikkelen en formuleren van ontwikkel-, uitvoerings-, toetsings- of handhavingsmethodieken ten behoeve van het benutten van vrijkomende agrarische locaties; of

  • b.

    het ontwikkelen en formuleren van instrumentarium ten behoeve van het benutten van vrijkomende agrarische locaties.

Artikel 4.4 Subsidievereisten

Om voor subsidie als bedoeld in artikel 4.3 in aanmerking te komen, wordt voldaan aan de volgende vereisten:

  • a.

    het project verkent onbekende of nog niet toegepaste methodieken respectievelijk instrumenten gericht op het benutten van vrijkomende agrarische locaties;

  • b.

    de onder a bedoelde methodieken en instrumenten zijn gericht op:

    • 1°.

      het verbeteren van de ruimtelijke kwaliteit;

    • 2°.

      het versterken van de lokale economie; of

    • 3°.

      het versterken van de leefbaarheid en de cultuurhistorie.

  • c.

    de resultaten van het project worden daadwerkelijk toegepast;

  • d.

    indien de aanvrager een privaatrechtelijke rechtspersoon is, vertegenwoordigt deze een maatschappelijk belang;

  • e.

    aan het project liggen ten grondslag:

    • 1°.

      een projectplan waarin in ieder geval is opgenomen op welke wijze wordt voldaan aan de vereisten in deze paragraaf;

    • 2°.

      een sluitende begroting.

Artikel 4.5 Subsidiabele kosten

Voor zover noodzakelijk en adequaat in relatie tot het doel van de subsidie komen de volgende begrote kosten voor subsidie in aanmerking:

  • a.

    kosten voor planvorming;

  • b.

    kosten voor communicatie;

  • c.

    kosten voor kennisontwikkeling en training.

Artikel 4.6 Niet subsidiabele kosten

De volgende kosten komen in ieder geval niet voor subsidie in aanmerking:

  • a.

    kosten voor het verwerven van vrijkomende agrarische locaties;

  • b.

    kosten voor de inrichting of herinrichting van vrijkomende agrarische locaties;

  • c.

    kosten voor het beheer van vrijkomende agrarische locaties.

Artikel 4.7 Vereisten subsidieaanvraag

Subsidieaanvragen worden ingediend van 10 oktober 2013 tot en met 30 juni 2014.

Artikel 4.8 Subsidiehoogte

De hoogte van de subsidie bedraagt 50% van de subsidiabele kosten tot een maximum van € 25.000.

Artikel 4.9 Verdeelcriteria

  • 1

    Subsidie wordt verdeeld op volgorde van binnenkomst van de subsidieaanvragen.

  • 2

    Indien een subsidieaanvraag nog niet volledig is, geldt voor het bepalen van de onderlinge rangschikking voor de verdeling van de subsidie de dag waarop de subsidieaanvraag volledig is als datum van binnenkomst.

  • 3

    Dreigt het subsidieplafond op enige dag te worden overschreden, dan vindt rangschikking van de op die dag binnengekomen volledige subsidieaanvragen plaats door middel van loting.

Artikel 4.10 Verplichtingen van de subsidieontvanger

De subsidieontvanger heeft in ieder geval de verplichting dat de bevindingen en resultaten van het project toegankelijk worden gemaakt voor derden.

Artikel 4.11 Prestatieverantwoording

Gedeputeerde Staten leggen in de beschikking tot subsidieverlening vast op welke wijze de subsidieontvanger desgevraagd aantoont dat de activiteiten, waarvoor de subsidie is verleend, zijn verricht en dat aan de aan de subsidie verbonden verplichtingen is voldaan.

§ 5 Slotbepalingen

Artikel 5.1 Evaluatie

Gedeputeerde Staten zenden in 2015 en vervolgens telkens na twee jaar aan Provinciale Staten een verslag over de doeltreffendheid en de effecten van deze regeling in de praktijk of nadere omlijning van aspecten of onderdelen van de regeling.

Artikel 5.2 Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking met ingang van 10 oktober 2013.

Artikel 5.3 Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling knelpunten platteland Noord-Brabant. 

’s-Hertogenbosch, 8 oktober 2013

Gedeputeerde Staten voornoemd,

de voorzitter prof. dr. W.B.H.J. van de Donk

de secretaris drs. W.G.H.M. Rutten

 Bijlage

Bijlage 1 bij de Subsidieregeling knelpunten platteland Noord-Brabant

Hoogte van de subsidie