Organisatie | Pijnacker-Nootdorp |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Algemene verordening ondergrondse infrastructuren gemeente Pijnacker-Nootdorp 2013 |
Citeertitel | Algemene verordening ondergrondse infrastructuren gemeente Pijnacker-Nootdorp 2013 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | openbare orde en veiligheid |
Eigen onderwerp |
Deze verordening komt per 03-10-2013 in de plaats van de Algemene Verordening Ondergrondse Infrastructuren Gemeente Pijnacker-Nootdorp 2007
Algemene technische voorschriften voor leidingen in de gemeente Pijnacker-Nootdorp 2013 (ATVL 2013)
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
03-10-2013 | nieuwe regeling | 26-09-2013 Telstar, 02-10-2013 | 13INT03625 |
De raad van de gemeente Pijnacker-Nootdorp;
gezien het voorstel van het college van 11 juni 2013;
gelet op artikel 147, eerste lid, en artikel 149 van de Gemeentewet, de Telecommunicatiewet. De Dienstenwet en de Dienstenrichtlijn;
Vast te stellen de Algemene Verordening Ondergrondse Infrastructuren Gemeente Pijnacker-Nootdorp 2013 (AVOI 2013).
Hoofdstuk 1: Inleidende bepalingen
In deze verordening wordt verstaan onder:
net of netwerk: samenstel van ondergrondse kabel(s) of leiding(en), bestemd voor het transport van vaste, vloeibare of gasvormige stoffen, van energie of van informatie (een, al dan niet openbaar, elektronisch communicatienetwerk als bedoeld in artikel 1.1.e van de Telecommunicatiewet);
kabels en leidingen: kabels en/of leidingen als onderdeel van een net(werk), daaronder mede begrepen de daarmee verbonden transformator-, schakel-, verdeel- en onderstations en andere hulpmiddelen, behoudens voor zover deze verbindingen en hulpmiddelen liggen binnen de installatie van een producent of van een afnemer, en tevens omvattende lege buizen, ondergrondse ondersteuningswerken en beschermingswerken; voorbeelden van deze kabels en leidingen zijn telecommunicatie- en omroepkabels, elektriciteitskabels (koppel-, transport- en distributiekabels), gasleidingen (transport-, distributie- en dienstleidingen), waterleidingen, rioleringen (buizen) en kabels en leidingen ten behoeve van industriële en private netwerken;
aansluiting: het gedeelte van de kabel of leiding door openbare grond dat een netwerk verbindt met een netwerkaansluitpunt ten behoeve van een onroerende zaak als bedoeld in artikel 16, onderdelen a tot en met d, van de Wet waardering onroerende zaken, of met een ander netwerk; openbare gronden, als genoemd in artikel 1.1, onder aa, van de Telecommunicatiewet;
netwerkbeheerder: vennootschap (of andere rechtspersoon) die is aangewezen als beheerder van een net voor levering van elektriciteit, gas of water, dan wel die aanbieder is van een (al dan niet openbaar) elektronisch communicatienetwerk; de netwerkbeheerder kan gedoogplichtige zijn en opdrachtgever/grondroerder;
gedoogplichtige: degene op wie een gedoogplicht rust als bedoeld in artikel 1 van de Belemmeringenwet Privaatrecht of in artikel 5.2, eerste lid, van de Telecommunicatiewet;
werkzaamheden: handmatige en mechanische (graaf)werkzaamheden in de openbare grond in verband met de aanleg, instandhouding en opruiming van kabels en leidingen, en daarnaast alle werkzaamheden die de gemeente uit hoofde van haar functie als beheerder van openbare grond in het kader van kabels en leidingen dient uit te voeren;
verordening: Algemene Verordening Ondergrondse Infrastructuren Gemeente Pijnacker-Nootdorp 2013; deze dient tevens als gemeentelijke Telecomverordening zoals verplicht op grond van de Telecommunicatiewet;
Deze verordening is van toepassing op de procedures en voorschriften voor het aanleggen, instandhouden en opruimen van kabels en leidingen in openbare gronden, voor zover de gemeente deze gronden beheert dan wel daarover coördinatieverplichtingen heeft conform de Telecommunicatiewet en de Belemmeringenwet Privaatrecht, waarvan de bepalingen onverkort van toepassing zijn op het in deze verordening bepaalde.
Hoofdstuk 2: Het aanvragen en verlenen van een instemmingsbesluit
Artikel 4 - Instemmingsvereiste
Voor werkzaamheden van minder ingrijpende aard, waaronder verstaan wordt het realiseren van incidentele (huis-)aansluitingen met een gezamenlijke lengte korter dan vijfentwintig meter in of op openbare gronden, waarbij geen verhardingen of groenvoorzieningen worden gekruist, en voor minder ingrijpende reparatie- of onderhoudswerkzaamheden, is geen (voorafgaande) instemming van het college, als bedoeld in deze verordening, noodzakelijk.
Minder ingrijpende werkzaamheden, als bedoeld in art. 4, tweede lid, dienen vijf werkdagen voor de uitvoering schriftelijk bij de gemeente te worden gemeld. Op grond van de belangen zoals genoemd in artikel 8, eerste lid, kan het college bepalen dat de realisatie van deze werkzaamheden op een later tijdstip dient plaats te vinden.
In geval van spoedeisende werkzaamheden ten gevolge van een ernstige belemmering of storing van de communicatie of van de levering van een nutsvoorziening, waarvan uitstel niet mogelijk is en de storing mogelijkerwijs buiten de normale werktijden plaatsvindt, dient melding bij voorkeur voorafgaand aan de werkzaamheden te worden verricht, doch dient uiterlijk binnen een werkdag na de uitvoering gemotiveerd te worden gedaan.
Artikel 6 - Meldingsvoorwaarden
Indien de werkzaamheden mede betrekking hebben op gronden van een andere gedoogplichtige dan de gemeente, wordt uiterlijk vier weken na ontvangst van de melding, als genoemd in het eerste lid, het college schriftelijk in kennis gesteld van de uitkomsten van het (voor)overleg tussen de grondroerder en de andere gedoogplichtige(n).
Paragraaf 4.1.3.3 van de Algemene wet bestuursrecht (positieve fictieve beschikking bij niet tijdig beslissen) is niet van toepassing.
De instemming kan door het college van burgemeester en wethouders worden geweigerd in het belang van:
Artikel 9 - Voorschriften en beperkingen
Het college kan aan het instemmingsbesluit voorschriften en beperkingen verbinden in het belang van:
de ondergrondse ordening, waaronder mede verstaan wordt het zo min mogelijk hinder veroorzaken voor reeds in de grond aanwezige werken en het niet in gevaar brengen of zonder noodzaak bemoeilijken van deze werken, waaronder mede verstaan worden werken ten behoeve van de levering of het transport van elektronische informatie, gas, water en elektriciteit.
Ter bescherming van de belangen als genoemd in het eerste lid kan het college aan het instemmingsbesluit voorschriften of beperkingen verbinden over het medegebruik van voorzieningen, zoals kabelgoten en geleidingen, die door derden of de gemeente tegen marktconforme prijzen ter beschikking worden gesteld, en een zekerheidsstelling voor de nakoming van verplichtingen die gesteld zijn bij de voorschriften en beperkingen aan het instemmingsbesluit.
De wijze van uitvoering bij aanleg, onderhoud, verplaatsing en opruiming van kabels en medegebruik van voorzieningen dient te geschieden conform de ”Algemene Voorschriften voor Leidingen in de gemeente Pijnacker-Nootdorp”. In dat kader is het college tevens bevoegd voorschriften te stellen op het gebied van markering, afzetting en het toepassen van proefsleuven. Bij tegenstrijdigheden van de bepalingen van deze verordening en de Algemene voorschriften, hebben de bepalingen van deze verordening voorrang.
Op verleggingen van leidingen die ten dienste staan van een netwerk ten behoeve van nutsvoorzieningen in of op openbare gronden gelden de volgende bepalingen:
de netwerkbeheerder is verplicht op verzoek van de Gemeente over te gaan tot het nemen van maatregelen ten aanzien van leidingen ten dienste van zijn netwerk, waaronder het verplaatsen van de leidingen, voor zover deze noodzakelijk zijn voor de oprichting van gebouwen of de uitvoering van werken door of vanwege de Gemeente;
Hoofdstuk 3: Overige bepalingen
De netwerkbeheerder stelt het college onverwijld in kennis van het feit dat het eigendom, de exploitatie of het beheer van de kabel of leiding verandert.
Artikel 12 - Niet-openbare netwerken
De netwerkbeheerder stelt het college onverwijld en schriftelijk in kennis van het feit dat een kabel of leiding niet langer ten dienste staat van een openbaar elektronisch communicatienetwerk, een niet-openbaar elektronisch communicatienetwerk of een netwerk ten behoeve van nutsvoorzieningen in of op openbare gronden.
Artikel 13 - Digitale gegevens
Het college kan van de aanmelder c.q. netwerkbeheerder verlangen dat de te verstrekken gegevens in digitale vorm worden verstrekt.
Hoofdstuk 4: Handhavings- en toezichtbepalingen
Artikel 15 - Toezicht en handhaving
Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze verordening zijn belast de bij besluit van het college aangewezen personen.
Indien het college of de coördinator vaststelt dat de verplichtingen van deze verordening niet zijn nagekomen, kan het college besluiten gebruik te maken van de bestuursrechtelijke instrumenten zoals bestuursdwang, last onder dwangsom en een bestuurlijke boete, alle conform de bepalingen van de Algemene wet bestuursrecht.
n geval van grove nalatigheid of recidive kan het college tevens besluiten strafrechtelijke handhaving in gang te zetten, op grond van bijv. art. 51 Wetboek van Strafrecht (betreffende opdracht tot of leiding geven aan een door een rechtspersoon begaan delict) of de Wet economische delicten.
Artikel 17 - Naleving voorschriften
Indien de werkzaamheden niet op de overeengekomen data worden gestart respectievelijk uitgevoerd vervalt de verleende instemming, tenzij aantoonbaar sprake is van overmacht, zulks ter beoordeling van het college. De grondroerder is verplicht het college of de coördinator zo spoedig mogelijk en gemotiveerd te informeren over eventuele vertragingen.
Hoofdstuk 5: Overgangs- en slotbepalingen
Artikel 19 - Overgangsbepalingen
Op de aanwezigheid van kabels en/of leidingen in of op openbare gronden, ook voor zover deze zijn aangelegd met toepassing van de Telecommunicatieverordening van de Gemeente Pijnacker-Nootdorp en/of op basis van andere aantoonbare en gelegaliseerde afspraken, zoals die hebben gegolden tot de inwerkingtreding van deze Verordening, is met ingang van de datum van inwerkingtreding deze Verordening van toepassing.
Met ingang van de in artikel 20 bedoelde datum wordt de Algemene Verordening Ondergrondse Infrastructuren Gemeente Pijnacker-Nootdorp 2007 ingetrokken.