Organisatie | Ermelo |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Reglement houdende bepalingen ten aanzien van de ambtenaren van de burgerlijke stand, de buitengewone ambtenaren van de burgerlijke stand en de openstelling van het bureau van de burgerlijke stand |
Citeertitel | Reglement burgerlijke stand |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp | Burgerlijke stand |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
13-05-2013 | Onbekend | 11-04-2013 Ermelo's weekblad | 13000849/13000857 |
Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Ermelo;
gelezen het collegevoorstel van 11 april 2013, nr. 13000849;
gelet op het bepaalde in artikel 16, Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek en de artikelen 1 tot en met 4 van het Besluit burgerlijke stand 1994;
vast te stellen: het reglement houdende bepalingen ten aanzien van de ambtenaren van de burgerlijke stand, de buitengewone ambtenaren van de burgerlijke stand en de openstelling van het bureau van de burgerlijke stand.
De ambtenaar van de burgerlijke stand wordt voor een in het benoemingsbesluit te bepalen periode benoemd. Deze periode mag maximaal het tijdvak betreffen gedurende hetwelk de ambtenaar in dienst zal zijn van de gemeente. Het minimumaantal van de ambtenaren burgerlijke stand is twee.
De buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand wordt voor een in het benoemingsbesluit te bepalen periode benoemd met een maximum van vijf jaar.
De ambtenaar van de burgerlijke stand en de buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand verrichten hun wettelijke taken in het gemeentehuis. De ambtenaar van de burgerlijke stand en de buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand kunnen, voor zover daartoe gewichtige redenen bestaan, elders binnen de gemeente hun wettelijke taken verrichten
Artikel 4 Leiding van de dienst
Het hoofd van de afdeling Publiekszaken is belast met de leiding van het bureau van de burgerlijke stand.
Het bureau van de burgerlijke stand is voor het publiek geopend:
Het bureau is gesloten indien de in lid 1 vastgestelde openstelling samenvalt met algemeen erkende of daarmee gelijk gestelde feestdagen in de zin van artikel 3 van de Algemene Termijnenwet of andere door het college aangewezen dagen waarop het bureau niet of slechts gedeeltelijk is geopend.
Het bureau van de burgerlijke stand kan op dagen dat het bureau regulier gesloten is, voor het publiek beperkt geopend zijn op door het college, na voorafgaande bekendmaking, te bepalen uren.
Het bureau van de burgerlijke stand zal op verzoek van een belanghebbende, gedaan aan het college, worden geopend op dagen dat het bureau regulier gesloten is, indien de belanghebbende aantoont dat met de verrichten werkzaamheden niet kan worden gewacht tot de eerstvolgende openstelling van het bureau.
In bijzondere gevallen kan het college besluiten tot afwijking van de in het eerste lid aangegeven uren.
In afwijking van het tweede lid is het mogelijk om huwelijken te voltrekken op externe locaties op dagen dat het gemeentehuis gesloten is, niet zijnde zondagen en algemeen erkende feestdagen in de zin van artikel 3, eerste en tweede lid van de Algemene termijnenwet.
In dit artikel worden de basisbegrippen uit het reglement opgesomd en beschreven. Met name het onderscheid tussen de ambtenaar van de burgerlijke stand en de buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand wordt hier expliciet gemaakt (artikel 16, Boek 1, Burgerlijk Wetboek).
Voor de ambtenaar van de burgerlijke stand gelden de volgende bepalingen:
de ambtenaar is belast met het opnemen in onder hem berustende registers van de burgerlijke stand van akten en daaraan toe te voegen latere vermeldingen, alsmede al datgene wat de instandhouding van de registers en de zorg voor de toegankelijkheid van de daarin neergelegde gegevens betreft (artikel 16d, eerste lid, Boek 1 BW).
Voor de buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand gelden de volgende bepalingen:
In dit artikel is vastgelegd voor welke periode een (buitengewoon) ambtenaar van de burgerlijke stand kan worden benoemd (artikel 16, Boek 1, Burgerlijk Wetboek).
Met lid 1 wordt bepaald dat een ambtenaar van de burgerlijke stand steeds voor een bepaalde periode dient te worden benoemd. Deze periode mag maximaal de periode zijn dat de betreffende ambtenaar in dienst is van de gemeente of van een andere gemeente. Tevens bestaat de mogelijkheid om een andere benoemingsperiode op te nemen, zoals de tijd dat de ambtenaar in dienst is bij een bepaalde afdeling of een tijdsperiode. De periodes kunnen per individueel geval in het benoemingsbesluit van het college worden bepaald of collectief in dit lid.
Met lid 2 wordt bepaald dat buitengewoon ambtenaren van de burgerlijke stand maximaal voor vijf jaar worden benoemd en dat het mogelijk is om ook voor één dag een buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand te benoemen.
In dit artikel wordt bepaald waar de (buitengewoon) ambtenaar van de burgerlijke stand zijn werkzaamheden moet verrichten. De werkzaamheden moeten in het gemeentehuis (of een daartoe door de raad aangewezen andere locatie) worden verricht. Indien daartoe gewichtige reden bestaan, mag de (buitengewoon) ambtenaar van de burgerlijke stand zijn werkzaamheden ook elders binnen de gemeente verrichten (artikel 1 Besluit burgerlijke stand 1994 en artikel 64 van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek).
Artikel 4 Leiding van de dienst
In dit artikel wordt bepaald wie belast is met de leiding van het bureau burgerlijke stand (artikel 2 Besluit burgerlijke stand 1994).
In dit artikel wordt bepaald wanneer het bureau van de burgerlijke stand is geopend (artikel 16c, Boek 1, Burgerlijk Wetboek).
In dit artikel moeten zowel de reguliere dagelijkse openingstijden worden bepaald als de openingstijden voor de algemeen erkende feestdagen en de overige daarvoor door het college aan te wijzen dagen waarop de gemeentelijke diensten niet of slechts gedeeltelijk zijn geopend.
Indien het college de bevoegdheid tot het bepalen van de openstelling wil overdragen aan een ambtenaar (bijvoorbeeld het hoofd afdeling Publiekszaken), dan dient zij hiertoe een apart mandaatbesluit te nemen.
Het college van burgemeester en wethouders van Ermelo,