Organisatie | Veere |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden |
Citeertitel | rechtspositieverordening wethouders, raads- en commissieleden |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp | rechtspositieverordening wethouders, raads- en commissieleden |
Vervangt de oude rechtspositieregeling
bronvermelding
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-10-2007 | 21-11-2019 | Nieuwe regeling | 27-09-2007 De Faam, 10 oktober 2007 | 07b.02270 | |
01-10-2007 | Nieuwe regeling | 27-09-2007 De Faam, 10 oktober 2007 | 07b.02270 |
De raad van de gemeente Veere;
gelet op de artikelen 44, tweede en derde lid, 95 tot en met 99 en 147 van de Gemeentewet;
gelet op het Rechtspositiebesluit wethouders en het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden;
vast te stellen de Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden 2007
Hoofdstuk I Begripsomschrijvingen
In deze verordening wordt verstaan onder:
a. commissie: een commissie als bedoeld in hoofdstuk V van de Gemeentewet;
b. Rechtspositiebesluit wethouders: het Koninklijk Besluit van 22 maart 1994, Stb. 243;
c. Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden: het Koninklijk Besluit van 22 maart 1994, Stb. 244;
d. Regeling rechtspositie wethouders: de ministeriële regeling van 20 februari 2001, Stcrt. 41 als bedoeld in artikel 23 van het Rechtspositiebesluit wethouders;
e. Verplaatsingskostenregeling 1989: het besluit van de Minister van Binnenlandse Zaken van 20 oktober 1989, nr. AB87/74/U6DGMP/AV/FAR, Stcrt. 212;
f. Reisregeling binnenland: het besluit van de Minister van Binnenlandse Zaken van 16 maart 1993, nr. AB93/U280, Stcrt. 56;
g. Reisregeling buitenland: het besluit van de Minister van Binnenlandse Zaken van 12 september 1994, nr. AD94/U1011, Stcrt. 181;
h. raadslid: lid van de gemeenteraad, niet zijnde wethouder;
i. griffier: de griffier, bedoeld in artikel 107 van de Gemeentewet;
j. gemeentesecretaris: de secretaris, bedoeld in artikel 102 van de Gemeentewet.
Hoofdstuk II Voorzieningen voor raadsleden
Artikel 2 Vergoeding voor de werkzaamheden
De vergoeding voor de werkzaamheden bedoeld in artikel 2, eerste lid, van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden, is gelijk aan het door de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties voor
Ten aanzien van een raadslid van wie de arbeidsverhouding ingevolge artikel 4, aanhef en onderdeel f, van de Wet op de loonbelasting 1964 voor de toepassing van die wet als dienstbetrekking wordt aangemerkt, is in afwijking van het eerste lid de onkostenvergoeding gelijk aan het bedrag voor gemeenteklasse 18.001 – 24.000 vermeld in tabel III van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden.
De in het eerste lid bedoelde vergoeding betreft:
a. bij gebruik van openbare middelen van vervoer en van een taxi: een volledige vergoeding van de in redelijkheid gemaakte noodzakelijke reiskosten;
b. bij gebruik van een eigen vervoermiddel: een vergoeding van de in redelijkheid gemaakte noodzakelijke reiskosten overeenkomstig het bepaalde in artikel 4, onderdeel b, van de Regeling rechtspositie wethouders.
De in redelijkheid noodzakelijk gemaakte verblijfskosten ter zake van reizen buiten het grondgebied van de gemeente worden aan het raadslid vergoed.
Artikel 7 Cursus, congres, seminar of symposium
Het raadslid dat wil deelnemen aan een cursus, congres, seminar of symposium dat niet door of namens de gemeente wordt aangeboden of verzorgd, dient daartoe een gemotiveerde aanvraag in. De aanvraag gaat vergezeld van inhoudelijke informatie en een kostenspecificatie. De kosten komen voor rekening van de gemeente als deelname van algemeen belang is in verband met de vervulling van het raadslidmaatschap.
Artikel 8 Ipad en internetverbinding
Voor zover er sprake is van een belastingheffing in verband met een ten laste van de gemeente ter beschikking gestelde iPad , bijbehorende apparatuur en software als bedoeld in het eerste lid ontvangt het raadslid ten laste van de gemeente op aanvraag per jaar een tegemoetkoming van 30% van de aanschafwaarde daarvan voor een periode van maximaal drie jaar. Daarbij wordt ten hoogste uitgegaan van de aanschafwaarde van de iPad, bijbehorende apparatuur en software welke het college aan raadsleden in bruikleen ter beschikking stelt.
De kosten van het internetabonnement via de kabel en ADSL ten behoeve van het gebruik van een iPad die benodigd is voor de uitoefening van het raadslidmaatschap komen voor de helft voor rekening van de gemeente. De vergoeding van de gemeente bedraagt maximaal € 15,- per maand. De vergoeding wordt eenmaal per jaar na afloop van het kalenderjaar uitgekeerd aan de hand van door het raadslid te overleggen abonnementsnota’s.
Artikel 11 Verlaging vergoeding werkzaamheden bij arbeidsongeschiktheid
De vergoeding voor de werkzaamheden, bedoeld in artikel 2, kan op verzoek van een raadslid worden
verlaagd in het geval hij een uitkering ontvangt in verband met gehele of gedeeltelijke
Artikel 12 Compensatie korting werkloosheidsuitkering
In het geval een raadslid een uitkering op grond van de Werkloosheidswet ontvangt en de na toepassing van artikel 20 van die wet ontstane korting op deze uitkering ten gevolge van het uitoefenen van het raadslidmaatschap meer bedraagt dan de in artikel 2 bedoelde vergoeding voor de werkzaamheden die het raadslid ontvangt, wordt deze vergoeding ten laste van de gemeente verhoogd tot het bedrag van bedoelde korting.
In het geval dat een raadslid een uitkering op grond van het Besluit Werkloosheid onderwijs- en onderzoekpersoneel ontvangt en de na toepassing van artikel 6, vierde lid, van dat besluit ontstane korting op deze uitkering ten gevolge van het uitoefenen van het raadslidmaatschap meer bedraagt dan de in artikel 2 bedoelde vergoeding voor de werkzaamheden die het raadslid ontvangt, wordt deze vergoeding ten laste van de gemeente verhoogd tot het bedrag van bedoelde korting.
Artikel 15 Voorzieningen bij tijdelijk ontslag wegens zwangerschap en bevalling of ziekte
De artikelen 2 tot en met 4, 8 tot en met 12 en 14 blijven van toepassing op het raadslid aan wie ingevolge artikel X 10 van de Kieswet tijdelijk ontslag is verleend wegens zwangerschap en bevalling of ziekte, met dien verstande dat de onkostenvergoeding die dit raadslid op grond van artikel 3, eerste of tweede lid, ontvangt de helft bedraagt van het bedrag dat op grond van die bepalingen van toepassing is.
Hoofdstuk III Voorzieningen voor wethouders
De vergoeding voor aan de uitoefening van het wethouderschapschap verbonden kosten is gelijk aan het
bedrag voor gemeenteklasse vanaf 18.001, vermeld in artikel 25 van het Rechtspositiebesluit wethouders.
Artikel 17 Reiskosten woon-werkverkeer
De tegemoetkoming voor het reizen tussen zijn woning en de plaats van tewerkstelling van de wethouder is gelijk aan de vergoeding bedoeld in artikel 3 van de Regeling rechtspositie wethouders.
Artikel 18 Zakelijke reiskosten
Aan de wethouder wordt naast de tegemoetkoming, bedoeld in artikel 17 een vergoeding verleend voor reiskosten ter zake van andere dan de in artikel 17 bedoelde reizen ten behoeve van de gemeente gemaakt.
a. bij gebruik van openbare middelen van vervoer en van een taxi: een volledige vergoeding van de reiskosten;
b. bij gebruik van een eigen personenauto: de vergoeding als bedoeld in artikel 4, onderdeel b, van de Regeling rechtspositie wethouders;
c. een vergoeding van de noodzakelijke en redelijkerwijs gemaakte verblijfkosten;
d. op aanvraag worden de reiskosten voor de zakelijke reizen van de wethouder gesaldeerd overeenkomstig de regeling voor gemeentelijk personeel. Indien geen regeling als bedoeld in de eerste volzin is vastgesteld vindt op aanvraag saldering van de reiskosten voor de zakelijke reizen van de wethouder plaats overeenkomstig artikel 4a van de Reisregeling binnenland, artikel 2a van de Reisregeling buitenland en artikel 13a van de krachtens het Verplaatsingskostenbesluit 1989 vastgestelde Verplaatsingskostenregeling 1989.
Artikel 20 Cursus, conges, seminar of symposium
De wethouder die wil deelnemen aan een cursus, congres, seminar of symposium dat niet door of namens de gemeente wordt aangeboden of verzorgd, dient daartoe een gemotiveerde aanvraag in. De aanvraag gaat vergezeld van inhoudelijke informatie en een kostenspecificatie. De kosten komen voor rekening van de gemeente als deelname van algemeen belang is in verband met de uitoefening van het ambt van wethouder.
Artikel 21 Computer en internetverbinding
Voor zover er sprake is van een belastingheffing in verband met een ten laste van de gemeente ter beschikking gestelde computer, bijbehorende apparatuur en software als bedoeld in het eerste lid ontvangt de wethouder ten laste van de gemeente op aanvraag per jaar een tegemoetkoming van 30% van de aanschafwaarde daarvan voor een periode van maximaal drie jaar. Daarbij wordt ten hoogste uitgegaan van de aanschafwaarde van de computer, bijbehorende apparatuur en software welke het college aan raadsleden in bruikleen ter beschikking stelt.
De kosten van het internetabonnement via de kabel en ADSL ten behoeve van het gebruik van een computer die benodigd is voor de uitoefening van het wethouderschap komen voor de helft voor rekening van de gemeente. De vergoeding van de gemeente bedraagt maximaal € 15,- per maand. De vergoeding voor ISDN is per maand tot een bedrag van € 19,66 voor eigen rekening. De meerkosten kunnen tot een bedrag van € 15,- per maand worden gedeclareerd. De vergoeding wordt eenmaal per jaar na afloop van het kalenderjaar uitgekeerd aan de hand van door de wethouder te overleggen abonnementsnota’s.
De eventuele aanlegkosten van de internetaansluiting via de kabel komen tot een bedrag van maximaal € 200,- voor rekening van de gemeente.
De wethouder kan deelnemen aan de fietsregeling als bedoeld in artikel 37 van de Uitvoeringsregeling loonbelasting 2001. Naar keuze van de wethouder wordt de bezoldiging dan wel vaste onkostenvergoeding dan wel eindejaarsuitkering verminderd met de vergoeding voor de fiets als bedoeld in de Uitvoeringsregeling.
Artikel 25 Reis- pensionkosten en verhuiskosten bij benoeming
De wethouder die bij benoeming nog niet over woonruimte in de gemeente beschikt heeft ten laste van de gemeente aanspraak op vergoeding van:
a. reis- en pensionkosten overeenkomstig het bepaalde in artikel 1 van de Regeling rechtspositie wethouders;
b. verhuiskosten in verband met de benoeming als wethouder overeenkomstig het bepaalde in artikel 2 van de Regeling rechtspositie wethouders.
Hoofdstuk 26 Voorzieningen voor commissieleden
Artikel 26 Vergoeding voor het bijwonen van vergaderingen
De vergoeding voor het bijwonen van de vergaderingen van een commissie en haar subcommissies bedoeld in artikel 14 van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden is gelijk aan het door de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties voor gemeenteklasse 20.001 – 50.000 vastgestelde maximum.
Geen vergoeding ontvangt degene die zitting heeft in een commissie
b. uit hoofde van dan wel als rechtstreeks uitvloeisel van een ambtelijke of bestuurlijke hoedanigheid dan wel van een functie bij een instelling die grotendeels van overheidswege wordt gesubsidieerd;
c. als vertegenwoordiger van een belanghebbende instelling, organisatie of groepering, tenzij zijn lidmaatschap van de commissie tevens in belangrijke mate het gemeentelijk belang dient.
Hoofdstuk V De procedure van declaratie
Artikel 28 Betaling van kosten
Betaling van kosten op grond van deze verordening vindt plaats door
Artikel 29 Declaratie van vooruitbetaalde kosten
Het declaratieformulier wordt volledig ingevuld en ondertekend. Het raadslid, onderscheidenlijk de wethouder dient het declaratieformulier binnen 2 maanden bij de griffier, onderscheidenlijk de gemeentesecretaris of een door hem aangewezen ambtenaar in, onder bijvoeging van de originele bewijsstukken.