Overheidsorganisatie | Gemeente Waterland |
---|---|
Officiële naam regeling | B22 Vergoedingsregeling voor het verrichten van consignatiediensten |
Citeertitel | B22 Vergoedingsregeling voor het verrichten van consignatiediensten |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | personeel en organisatie |
Eigen onderwerp |
De ‘Vergoedingsregeling voor het verrichten van consignatiediensten’ zoals vastgesteld bij collegebesluit van 15 november 2011 (nr. 46-18) wordt hierbij ingetrokken.
Artikel 9 bevat een hardheidsbepaling.
CAR-UWO, art. 3:3:1
Geen.
Datum inwerking- treding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerking- treding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
18-10-2013 | 01-01-2016 | nieuwe regeling | 01-10-2013 Elektronisch Gemeenteblad, 17-10-2013 | Onbekend. |
Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Waterland,
gezien de instemming van de Ondernemingsraad van de gemeente Waterland
d.d. 23 augustus 2013;
overwegende dat het wenselijk is voor medewerkers die consignatiediensten verrichten een vergoedingsregeling vast te stellen;
gelet op artikel 3:3:1 CAR-UWO gemeente Waterland,
BESLUIT:
vast te stellen de navolgende regeling B22 Vergoedingsregeling voor het verrichten van consignatiediensten.
a. werkgever: gemeente Waterland;
b. medewerker: de medewerker in tijdelijke of vaste dienst die een functie vervult als bedoeld in de artikelen 2 en 3;
c. consignatiedienst: de verplichting van de medewerker zich volgens rooster buiten de normale werktijden beschikbaar te houden voor het vervullen van werkzaamheden.
a. Afdeling OW binnendienst: medewerker beheer riolering en water, medewerker beheer groen.
b. Afdeling OW buitendienst: hoofd buitendienst, opzichter.
Afdeling OW buitendienst: alle uitvoerende medewerkers.
1. Voor het verrichten van consignatiediensten wordt door het hoofd buitendienst in november een jaarrooster gemaakt voor het daaropvolgende jaar.
2. Het rooster wordt zodanig ingericht dat de medewerker geen aaneensluitende weken consignatiedienst verricht.
3. De consignatiedienst gaat in op maandag om 16.00 uur en eindigt de daaropvolgende week op maandag om 16.00 uur.
4. Het hoofd buitendienst kan als dat noodzakelijk is het rooster aanpassen.
1. De medewerker verplicht zich gedurende de consignatiedienst beschikbaar te zijn voor het verrichten van onvoorziene werkzaamheden (calamiteiten).
2. De medewerker verplicht zich gedurende de consignatiedienst binnen 30 minuten in de gemeente Waterland aanwezig te zijn.
Werkgever stelt aan de medewerker gedurende de consignatiedienst een mobiele telefoon ter beschikking.
1. De medewerker, zoals bedoeld in artikel 2, ontvangt voor elke verrichte consignatiedienst van een kalenderweek een bruto vergoeding van:
in geld: 6% van het maximum van schaal 8 CAR/UWO (zijnde schaal 8 periodiek 11), waarbij geldt dat de vergoeding per kwartaal achteraf wordt uitbetaald.
in tijd: 3,6 uur verlof, waarbij geldt dat het verlof in de maand na de consignatiedienst moet worden opgenomen.
2. De medewerker, zoals bedoeld in artikel 3, ontvangt voor elke verrichte consignatiedienst van een kalenderweek een bruto vergoeding van:
in geld: 6% van het maximum van schaal 5 CAR/UWO (zijnde schaal 5 periodiek 11), waarbij geldt dat de vergoeding per kwartaal achteraf wordt uitbetaald.
in tijd: 3,6 uur verlof, waarbij geldt dat het verlof in de maand na de consignatiedienst moet worden opgenomen.
3. Voor het verrichten van een gedeeltelijke consignatiedienst bedraagt de vergoeding:
voor elk etmaal maandag t/m vrijdag een tiende deel van de gehele consignatievergoeding
voor de periode tussen zaterdag 0.00 uur en zondag 24.00 de helft van de gehele consignatievergoeding, dan wel een evenredig deel daarvan.
1. De medewerker die consignatiediensten verricht wordt aangewezen door de werkgever.
2. De aanwijzing voor het verrichten van consignatiediensten wordt door de werkgever ingetrokken:
in geval van gebleken ongeschiktheid of onbekwaamheid;
indien de medewerker naar het oordeel van de werkgever om medische, sociale of maatschappelijke redenen niet meer in staat moet worden geacht consignatiediensten te verrichten.
3. Wanneer de medewerker van mening is, dat in verband met zijn persoonlijkheid en omstandigheden het verrichten van consignatiediensten redelijkerwijs niet aan hem kunnen worden gevraagd, dan dient hij een gemotiveerd verzoek voor ontheffing in bij de algemeen directeur/gemeentesecretaris.
4. Wanneer de medewerker van mening is, dat in verband met zijn persoonlijkheid en omstandigheden, er acute redenen zijn waarom de werkzaamheden redelijkerwijs niet aan hem kunnen worden gevraagd, dan vraagt hij daarvoor tijdens de consignatiedienst ontheffing aan bij de beschikbare leidinggevende. Dit laat onverlet de verplichting voor de medewerker direct te beginnen met de uitvoering van de noodzakelijke werkzaamheden.
Voor gevallen waarin deze regeling niet of niet naar billijkheid voorziet, kan de werkgever een bijzondere regeling treffen.
De ‘Vergoedingsregeling voor het verrichten van consignatiediensten’ zoals vastgesteld bij collegebesluit van 15 november 2011 (nr. 46-18) wordt ingetrokken.
Deze regeling treedt in werking de dag na bekendmaking.
Deze regeling kan worden aangehaald als: B22 Vergoedingsregeling voor het verrichten van consignatiediensten.
Aldus besloten in de vergadering van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Waterland, gehouden op 1 oktober 2013.
D.Broere L.M.B.C. Wagenaar-Kroon
algemeen directeur/gemeentesecretaris burgemeester