Artikel 1 Begripsbepalingen
In deze verordening wordt verstaan onder:
a. verwerend orgaan: bestuursorgaan dat het bestreden besluit heeft
genomen;
b. commissie: vaste commissie van advies voor de bezwaarschriften.
Artikel 2 Inleidende bepaling
- 1.
Er is een commissie ter voorbereiding van de beslissing op gemaakte
bezwaren tegen besluiten van de raad, het college en de burgemeester als
bedoeld in artikel 1:5, eerste lid van de Algemene wet
bestuursrecht.
- 2.
De commissie is niet bevoegd ten aanzien van bezwaarschriften die zijn
ingediend tegen besluiten op grond van:
a. een wettelijk voorschrift inzake belastingen of de Wet waardering
onroerende zaken;
b. rechtspositionele regelingen;
c. titel 4.4 van de Algemene wet bestuursrecht, voor zover het gaat om
beschikkingen over verrekening, verlenen van uitstel van betaling,
verlenen van een voorschot, vaststellen van het bedrag van de
verschuldigde wettelijke rente en gehele of gedeeltelijke
kwijtschelding, mits er geen bezwaar is gemaakt tegen de beschikking
waarbij de verplichting tot betaling van een geldsom is
vastgesteld.
Artikel 3 Samenstelling van de commissie
- 1.
De voorzitter en de leden worden door het college benoemd, geschorst en
ontslagen.
- 2.
De voorzitter en de leden maken geen deel uit van en zijn niet werkzaam
onder verantwoordelijkheid van een bestuursorgaan van de gemeente
Drechterland.
- 3.
Het college benoemt een voorzitter en drie leden. De leden nemen door
middel van een rouleringssysteem deel aan de hoorzittingen.
- 4.
Het college wijst uit de drie leden een plaatsvervangend voorzitter
aan.
- 5.
De commissie bestaat tijdens een hoorzitting uit een voorzitter en twee
leden.
Artikel 4 Secretaris
De secretaris van de commissie is de beleidsmedewerker juridische zaken of
diens plaatsvervanger.
Artikel 5 Zittingsduur
- 1.
De voorzitter en de leden van de commissie treden af op de dag van het
aftreden van de raad.
- 2.
De voorzitter en de leden van de commissie kunnen op elk moment ontslag
nemen.
- 3.
De aftredende voorzitter en de aftredende leden van de commissie blijven
hun functie vervullen totdat in de opvolging is voorzien.
Artikel 6 Ingediend bezwaarschrift
- 1.
Op het ingediende bezwaarschrift wordt de datum van ontvangst
aangetekend.
- 2.
Het bezwaarschrift met de daarbij overgelegde stukken wordt zo spoedig
mogelijk in handen van de commissie gesteld.
Artikel 7 Uitoefening bevoegdheden
De bevoegdheden ingevolge de hierna genoemde artikelen van de Awb worden
voor de toepassing van deze verordening uitgeoefend door de voorzitter van
de commissie:
a. artikel 2:1, tweede lid;
b. artikel 6:6, voor wat betreft het de indiener stellen van een
termijn;
c. artikel 6:17, voorzover het de verzending van stukken betreft tijdens de
behandeling door de commissie;
d. artikel 7:4, tweede lid;
e. artikel 7:6, vierde lid.
Artikel 8 Vooronderzoek
- 1.
De voorzitter van de commissie is bevoegd rechtstreeks alle gewenste
inlichtingen in te winnen of te laten inwinnen.
- 2.
De voorzitter kan uit eigen beweging of op verlangen van de commissie
bij deskundigen advies of inlichtingen inwinnen en hen zo nodig
uitnodigen daartoe op de zitting te verschijnen. Indien daaraan kosten
zijn verbonden, is vooraf machtiging van het college vereist.
Artikel 9 Hoorzitting
- 1.
De voorzitter van de commissie bepaalt plaats en tijdstip van de zitting
waarin de belanghebbenden en het verwerend orgaan in de gelegenheid
worden gesteld zich door de commissie te doen horen.
- 2.
De voorzitter van de commissie bepaalt plaats en tijdstip van de zitting
waarin de belanghebbenden en het verwerend orgaan in de gelegenheid
worden gesteld zich door de commissie te doen horen.
- 3.
Indien de voorzitter op grond van het in het tweede lid genoemde artikel
besluit van het horen af te zien doet hij daarvan mededeling aan de
belanghebbenden en het verwerend orgaan. In dit geval adviseert de
voorzitter namens de commissie over het bezwaarschrift.
Artikel 10 Uitnodiging hoorzitting
- 1.
De voorzitter nodigt de belanghebbenden en het verwerend orgaan ten
minste twee weken voor de zitting schriftelijk uit.
- 2.
Binnen drie dagen na de uitnodiging kunnen de belanghebbenden of het
verwerend orgaan onder opgaaf van redenen de voorzitter verzoeken het
tijdstip van de zitting te wijzigen.
- 3.
De beslissing van de voorzitter op dit verzoek wordt uiterlijk één week
voor het tijdstip van de zitting aan de belanghebbenden en het verwerend
orgaan meegedeeld.
- 4.
De voorzitter is bevoegd in bijzondere omstandigheden af te wijken of
afwijking toe te staan van de termijnen als genoemd in het eerste tot en
met derde lid.
Artikel 11 Quorum
Voor het houden van een zitting is vereist, dat de meerderheid van het
aantal leden, waaronder in ieder geval de voorzitter, of zijn
plaatsvervanger, aanwezig is.
Artikel 12 Niet deelneming aan de behandeling
De voorzitter en de leden van de commissie nemen niet deel aan de
behandeling van een bezwaarschrift, indien daarbij hun onpartijdigheid in
het geding kan zijn.
Artikel 13 Openbaarheid zitting
- 1.
De zitting van de commissie is openbaar.
- 2.
De deuren worden gesloten indien de voorzitter van de commissie of een
van de aanwezige leden het nodig oordeelt of indien een belanghebbende
daartoe een verzoek doet.
- 3.
Indien de commissie vervolgens beslist dat gewichtige redenen aanwezig
zijn die zich tegen openbaarheid van de zitting verzetten, vindt de
zitting plaats met gesloten deuren.
Artikel 14 Schriftelijke verslaglegging
- 1.
Het verslag als bedoeld in artikel 7:7 van de Awb vermeldt de namen van
de aanwezigen, met daarbij een vermelding van hun hoedanigheid.
- 2.
Het verslag houdt een zakelijke vermelding in van wat over en weer is
gezegd en wat verder ter zitting is voorgevallen.
- 3.
Indien de zitting geheel of gedeeltelijk met gesloten deuren plaatsvond,
of indien belanghebbenden respectievelijk hun gemachtigden niet in
elkaars tegenwoordigheid zijn gehoord, maakt het verslag hiervan
melding.
- 4.
Het verslag verwijst naar de op de zitting overgelegde bescheiden, die
aan het verslag worden gehecht.
- 5.
Het verslag wordt ondertekend door de voorzitter en de secretaris van de
commissie.
Artikel 15 Nader onderzoek
- 1.
Indien na afloop van de zitting maar voordat het advies wordt opgesteld,
nader onderzoek wenselijk blijkt te zijn, kan de voorzitter uit eigen
beweging of op verlangen van de commissie dit onderzoek houden.
- 2.
De uit het nader onderzoek verkregen informatie wordt in afschrift aan
de leden van de commissie, het verwerend orgaan en de belanghebbenden
toegezonden.
- 3.
De leden van de commissie, het verwerend orgaan en de belanghebbenden
kunnen binnen een week na verzending van de nadere informatie aan de
voorzitter van de commissie een verzoek richten tot het beleggen van een
nieuwe hoorzitting. De voorzitter beslist op zo’n verzoek.
- 4.
Op een nieuwe hoorzitting zijn de bepalingen in deze verordening die
betrekking hebben op de hoorzitting zoveel mogelijk van overeenkomstige
toepassing.
Artikel 16 Raadkamer en advies
- 1.
De commissie beraadslaagt en beslist achter gesloten deuren over het
door haar uit te brengen advies.
- 2.
a. De commissie beslist bij meerderheid van stemmen over het uit te
brengen advies.
b. Indien bij een stemming de stemmen staken, beslist de stem van de
voorzitter.
c. Van een minderheidsstandpunt wordt bij het advies melding gemaakt,
indien die minderheid dat verlangt.
- 3.
Het advies is gemotiveerd en omvat een voorstel voor de te nemen
beslissing op het bezwaarschrift.
- 4.
Het advies is gemotiveerd en omvat een voorstel voor de te nemen
beslissing op het bezwaarschrift.
Artikel 17 Uitbrengen van advies en verdaging
- 1.
Het advies wordt, onder meezending van het verslag als bedoeld in
artikel 14 en eventueel door de commissie ontvangen nadere informatie,
tijdig uitgebracht aan het bestuursorgaan dat op het bezwaarschrift
dient te beslissen.
- 2.
Indien naar het oordeel van de voorzitter van de commissie de termijn
van tien weken, als bedoeld in artikel 7:10, eerste lid van de Awb,
ontoereikend is voor achtereenvolgens het uitbrengen van een advies door
de commissie en het nemen van een beslissing verzoekt hij het in het
eerste lid bedoelde bestuursorgaan tijdig de beslissing te
verdagen.
- 3.
Van een besluit tot verdaging ontvangen de commissie en de
belanghebbenden een afschrift.
Artikel 18 Inwerkingtreding en citeertitel
- 1.
Deze verordening treedt in werking op de dag na publicatie.
- 2.
Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening
bezwaarschriftencommissie Drechterland 2006.