Organisatie | Venlo |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Regels van de beheersverordening Centrum Blerick |
Citeertitel | Regels van de beheersverordening Centrum Blerick |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | ruimtelijke ordening, verkeer en vervoer |
Eigen onderwerp |
Geen
Wet ruimtelijke ordening, art. 3.38
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
03-10-2013 | nieuwe regeling | 25-09-2013 E3-journaal/de Trompetter d.d. 02-10-2013 | Gemeenteblad jaargang 2013 nummer 34 |
De raad van de gemeente Venlo;
gelezen het voorstel van het college van 20 augustus 2013, registratienummer 13-11280 ;
gelet op artikel 149 van de Gemeentewet;
mede gelet de actualiseringsplicht van bestemmingsplannen als bedoeld in artikel 3.1 van de
Wet ruimtelijke ordening (Wro);
overwegende dat op grond van artikel 3.38 Wro in afwijking van artikel 3.1 een
beheersverordening kan worden vastgesteld;
De beheersverordening ‘Centrum Blerick’ zowel in papieren - vorm als digitaal
(identificatienummer NL.IMRO.0983.BV201302CTRBLERICK-VA01)
Te bepalen dat deze verordening in werking treedt op de eerste dag na
de beheersverordening ‘Centrum Blerick’ van de gemeente Venlo.
de geometrisch bepaalde planobjecten als vervat in het GML-bestand NL.IMRO.0983.BV201302CTRBLERICK-VA01 met de bijbehorende regels en bijlage.
het door de bewoner van de woning bedrijfsmatig verlenen van diensten c.q. het uitoefenen van ambachtelijke bedrijvigheid, geheel of overwegend door handwerk, dat door zijn beperkte omvang in een woning en daarbij behorende bijgebouwen met overwegend behoud van de woonfunctie kan worden uitgeoefend, niet zijnde detailhandel.
het door de bewoner van de woning beroepsmatig verlenen van diensten op administratief, juridisch, medisch, therapeutisch, kunstzinnig, ontwerptechnisch, of hiermee gelijk te stellen beroep dat door zijn omvang in een woning en daarbij behorende bijgebouwen met overwegend behoud van de woonfunctie kan worden uitgeoefend. Hieronder dienen niet te worden begrepen de uitoefening van consumentverzorgende ambachtelijk bedrijfsactiviteiten noch detailhandel.
een aan een hoofdgebouw vastgebouwd gebouw, dat architectonisch ondergeschikt is aan het hoofdgebouw en in directe verbinding staat met het hoofdgebouw.
de achterste grens van een besluitsubvlak bouwvlak, gezien vanaf de weg waarop het hoofdgebouw is georiënteerd; indien er niet sprake is van een achterste grens van een besluitsubvlak bouwvlak dan wel geen besluitsubvlak bouwvlak op de plankaart is aangegeven: de denkbeeldige lijn die wordt getrokken langs de achtergevel van het hoofdgebouw - zonder aan- en uitbouwen en aangebouwde bijgebouwen - alsmede het verlengde daarvan.
een gebouw of een gedeelte van een gebouw dat bestemd is en/of wordt gebruikt om het publiek gelegenheid te geven om spel door middel van speelautomaten te beoefenen, als bedoeld in artikel 30 van de Wet op de kansspelen.
een bouwwerk geen gebouw zijnde.
de aan een gebied toegekende waarde in verband met de kennis en de studie van de in dat gebied voorkomende overblijfselen van menselijke aanwezigheid of activiteiten in het verleden.
één of meer gebouwen en/of één of meer bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
een horecagelegenheid ondergeschikt aan een woning die in hoofdzaak bestaat uit het verstrekken van nachtverblijf voor korte tijd en waarbij het verstrekken van maaltijden en/of dranken aan de logerende gasten (daaraan) ondergeschikt is.
een inrichting of instelling gericht op het bedrijfsmatig voortbrengen, vervaardigen, bewerken, opslaan, installeren en/of herstellen van goederen dan wel het bedrijfsmatig verlenen van diensten, aan huis gebonden beroepen niet daaronder begrepen.
een gebouw dat dient voor de uitoefening van een bedrijf.
het object besluitgebied, is het werkingsgebied van een beheersverordening.
het object besluitsubvlak is een gebied, geometrisch vastgelegd binnen een object besluitgebied, met een inhoudelijke relatie met een of meer bovenliggende geometrisch vastgelegde objecten besluitvlak of andere objecten besluitsubvlak en heeft geen direct inhoudelijke relatie met het hele werkingsgebied van het gebiedsbesluit (het object besluitgebied).
de grens van een besluitsubvlak indien het een vlak betreft.
het object besluitvlak is een gebied, geometrisch vastgelegd binnen een object besluitgebied, dat zelfstandige eigenschappen heeft (bijvoorbeeld daaraan gekoppelde regels).
bestaand op het tijdstip van inwerkingtreding van de beheersverordening.
een gebouw, behorende bij een op hetzelfde bouwperceel gelegen (hoofd)gebouw, dat zich daarvan door zijn kleinere constructie of geringere afmetingen visueel onderscheidt.
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en hetvergroten van een bouwwerk.
een op de plankaart aangegeven lijn, die de grens vormt van een besluitsubvlak bouwvlak.
een doorlopend gedeelte van een gebouw dat door op gelijke of nagenoeg gelijke hoogte liggende vloeren of balklagen is begrensd, zulks met inbegrip van de begane grond en met uitsluiting van onderbouw en zolder, waarvan de hoogte minimaal 2,50 m en maximaal 4,00 m bedraagt.
de aaneengesloten bebouwde en/of onbebouwde grond behorende bij een bestaand of op te richten bouwwerk of complex van bouwwerken.
een op de plankaart aangegeven vlak, waarbinnen krachtens deze voorschriften bepaalde bebouwing mag worden gebouwd.
elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, welke hetzij direct of indirect met de grond verbonden is, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond.
een gebouw behorende bij en dienstbaar aan een op hetzelfde bouwperceel gelegen hoofd gebouw, dat in functioneel en architectonisch opzicht ondergeschikt is aan het hoofdgebouw en niet in directe verbinding staat met het hoofdgebouw.
een gelegenheid waar gokspelen gespeeld kunnen worden.
functie gericht op het rechtstreeks leveren van goederen en/of diensten aan de consument, zoals detailhandel, horeca en kantoren.
het bedrijfsmatig verrichten van activiteiten gericht op spel, vermaak en ontspanning, waaronder podiumkunsten en bioscopen, musea en toeristische attracties, muziek- en dans scholen, oefenruimten en creativiteitscentra, seksinrichtingen, casino’s en feestzalenverhuur.
het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder begrepen de uitstalling ten verkoop, het verkopen en/of leveren van goederen aan personen die die goederen kopen voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit.
dienstverlenend bedrijf en/of dienstverlenende instelling:
bedrijf of instelling waarvan de werkzaamheden bestaan uit het verlenen van economische en maatschappelijke diensten aan derden, waaronder zijn begrepen kapperszaken, schoonheidsinstituten, fotostudio’s en naar aard daarmee gelijk te stellen bedrijven en inrichtingen, evenwel met uitzondering van een garagebedrijf en prostitutie.
gebied of structuur die verbreiding, migratie en uitwisseling van organismen tussen verschillende soorten kerngebieden mogelijk maakt.
de bouwlaag op de begane grond. Een onderhuis, zolderverdieping of vliering worden hieronder niet begrepen.
doeleinden ten behoeve waarvan gebruik van gebouwen en/of gronden of aangewezen delen daarvan is toegestaan.
elk bouwwerk dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt.
bebouwing bestaande uit zich in één hoofdgebouw boven en naast elkaar bevindende zelfstandige woningen en/of bijzondere woonruimten.
woning waarbij de begane grond en ingang zich op het maaiveld bevinden, geen onderdeel uitmakende van gestapelde bebouwing.
een functie waarvoor het hoofdgebouw als zodanig mag worden gebruikt.
een gebouw, dat op een bouwperceel door zijn constructie of afmetingen dan wel gelet op de bestemming als het belangrijkste gebouw op een bouwperceel kan worden aangemerkt.
een bedrijf waar bedrijfsmatig dranken en etenswaren voor consumptie ter plaatse worden verstrekt en/of waar bedrijfsmatig logies wordt vertrekt.
een horecabedrijf dat qua exploitatievorm aansluit bij winkelvoorzieningen en waar naast overwegend niet ter plaatse bereide kleinere etenswaren en in hoofdzaak alcoholvrije drank worden verstrekt.
Een inrichting die geheel of in overwegende mate is gericht op het verstrekken van maaltijden of etenswaren die ter plaatse dienen te worden genuttigd. Daaronder worden begrepen: cafetaria / snackbar, fastfood en broodjeszaak, lunchroom, ijssalon / ijswinkel, koffie en/of theeschenkerij, afhaalcentrum, eetwinkels, restaurant.
Een inrichting die geheel of in overwegende mate is gericht op het verstrekken van (alcoholische) dranken voor consumptie ter plaatse, alsmede het vestrekken van maaltijden of etenswaren die ter plaatse dienen te worden genuttigd, alsmede (in sommige gevallen) de gelegenheid biedt tot dansen. Daaronder worden begrepen: café, bar, grand-café, eetcafé, danscafé, pubs, juice- en healthbar.
een duurzame leefgemeenschap van personen met een onderlinge verbondenheid, waarbij sprake is van (nagenoeg) zelfstandige bewoning.
het bewonen van een woonruimte die deel uitmaakt van een woonruimte die door een ander huishouden in gebruik is genomen, met dien verstande dat dit slechts is toegestaan in het hoofdgebouw, dan wel in het hoofdgebouw verbonden bijgebouwen en dat woningsplitsing en/of kamerbewoning niet is toegestaan.
een woning die, al dan niet mede door de rechthebbende, duurzaam en (nagenoeg) zelfstandig kamergewijs wordt bewoond en welk niet valt aan te merken als het verstrekken van logies.
een pand of een deel van een pand dat door meer dan 4 huishoudens, anders dan door de rechthebbende, bedrijfsmatig kamergewijs wordt bewoond en welk niet valt aan te merken als logiesverblijf.
een ruimte welke door aard en indeling kennelijk is bestemd om uitsluitend of in hoofdzaak dienstig te zijn tot het verrichten van administratieve, medische en/of ontwerptechnische arbeid.
het op ambachtelijke wijze vervaardigen, herstellen, onderhouden of bewerken van producten en/of diensten in de vorm van bedrijven die voorkomen in de van deze voorschriften deel uitmakende Staat van bedrijfsactiviteiten;
het uitoefenen van activiteiten gericht op de sociale, maatschappelijke, educatieve en openbare dienstverlening, waaronder gezondheidszorg, zorg en welzijn, jeugd / kinderopvang, onderwijs, religie, uitvaart / begraafplaats, bibliotheken, openbare dienstverlening, verenigingsleven en/of defensie / militaire zaken.
functie waarvoor maximaal 50% van de vloeroppervlakte van het hoofdgebouw als zodanig mag worden gebruikt.
activiteit waarbij maximaal 30% van de opstallen als zodanig mag worden gebruikt.
een bouwwerk, geen gebouw zijnde, omsloten door maximaal één wand en voorzien van een gesloten dak, daaronder begrepen een carport.
een al of niet overdekte, op straat aanwezige dan wel met een straat in open verbinding staande ruimte, die gelet op de ligging en de ontsluiting geschikt is om te worden gebruikt voor het parkeren van motorvoertuigen.
verzameling ligplaatsen die recreatievoertuigen de mogelijkheid bieden hun reis tijdelijk te onderbreken en/of te overnachten.
1 Voor bouwwerk op een perceel, waarvan de hoofdtoegang direct aan de weg grenst de hoogte van de weg ter plaatse van die hoofdtoegang; 2 Voor een bouwwerk op een perceel, waarvan de hoofdtoegang niet direct aan de weg grenst: de gemiddelde hoogte van het afgewerkte aansluitende maaiveld; 3 Indien in of op het water wordt gebouwd: het Nieuw Amsterdams Peil.
het zich beschikbaar stellen tot het verrichten van seksuele diensten ten behoeve van een ander tegen vergoeding.
de voor het publiek toegankelijke besloten ruimte waarin bedrijfsmatig, of in een omvang alsof zij bedrijfsmatig was, seksuele handelingen worden verricht, of vertoningen van erotisch pornografische aard plaatsvinden. Onder seksinrichting wordt in ieder geval verstaan: een prostitutiebedrijf alsmede een erotische massagesalon, een seksbioscoop, seksautomatenhal, sekstheater of een parenclub, al dan niet in combinatie met elkaar.
Het zich op de openbare weg of in een zich op de openbare weg bevindend voertuig beschikbaar stellen voor het verrichten van seksuele handelingen tegen vergoeding.
de gronden die bij extreem hoge afvoer van de rivier de Maas onder water staan en die een stroomvoerende functie moeten kunnen vervullen en die worden begrensd door het zomerbed en de op de verbeelding aangegeven begrenzing die gebaseerd is op het gebied dat stroom voerend is.
een winkel gericht op de dagelijkse artikelensector (levensmiddelen), niet zijnde kleinschalige speciaalzaken.
een gebouw dat als vergroting van een bestaande ruimte is gebouwd aan een hoofdgebouw, welk gebouw door de vorm kan worden onderscheiden van het hoofdgebouw en dat in architectonisch opzicht ondergeschikt is aan het hoofdgebouw.
verkoopvloeroppervlakte (vvo):
De totale oppervlakte van de voor het publiek zichtbare en toegankelijke winkelruimte, inclusief de etalageruimte en de ruimte achter de toonbank (dit is de netto vloeroppervlakte).
de lijn waarin de voorgevel van een bouwwerk is gelegen alsmede het verlengde daarvan.
de grens van het besluitsubvlak bouwvlak die gericht is naar de weg en waarop de bebouwing is georiënteerd.
een bijgebouw, dat in functionele en bouwkundige zin ondergeschikt is aan en qua constructie en in ruimtelijk visueel opzicht vrij staat van het hoofdgebouw of daarmee slechts verbonden is door een tuinmuur, haag of andere tuinafscherming.
de gronden die dienen voor de berging en/of afvoer van extreem hoge afvoeren van de Maas.
een voor het rij- en ander verkeer bestemde weg of pad, daaronder begrepen de daarin gelegen bruggen en duikers, de tot de weg of pad behorende bermen en zijkanten, alsmede de aan de weg liggende en als zodanig aangeduide parkeergelegenheden.
een constructie geen gebouw of bouwwerk zijnde.
de oppervlakte tussen de buitenkruinlijn van de hoogwaterkerende dijken, en waar deze niet bestaat, tussen de hoge gronden, die het water bij de maatgevende afvoer keren. Dit betreft dus tevens het zomerbed van de rivier.
een complex van ruimten, geschikt en bestemd voor de huisvesting van niet meer dan één huishouden.
de oppervlakte die bij gewoon hoog zomerwater door de rivier wordt ingenomen.
2.1 Bij toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:
Afstand tot de bouwperceelgrens: tussen de grens van het bouwperceel en een bepaald punt van het bouwwerk, waar die afstand het kortst is.
Bouwhoogte van een bouwwerk: vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een bouwwerk, geen gebouw zijnde, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes en naar aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen.
Dakhelling: langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak.
Goothoogte van een bouwwerk: vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot, c.q. de druiplijn, het boeiboord of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel.
Horizontale diepte van een bouwwerk: tussen de buitenwerkse gevelvlakken van de voorgevel en de achtergevel.
Inhoud van een bouwwerk: tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen.
Ondergrondse bouwdiepte van een bouwwerk: vanaf het peil tot het diepste punt van het bouwwerk, de fundering niet meegerekend.
Oppervlakte van een bouwwerk: tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts
geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk.
Bij de toepassing van het bepaalde ten aanzien van het bouwen worden ondergeschikte bouwdelen, zoals plinten, pilasters, kozijnen, gevelversieringen, ventilatiekanalen, schoorstenen, gevel- en kroonlijsten, luifels, erkers, balkons en overstekende daken buiten beschouwing gelaten, mits de overschrijding van bouw-, c.q. bestemmingsgrenzen niet meer dan 1 meter bedraagt.
Bij de toepassing van deze regels wordt gemeten tot of vanuit het hart van een lijn op de analoge kaart en op de schaal waarin het plan is vastgesteld.
De voor 'Bedrijf' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:
3.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
Het bevoegd gezag kan nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing:
Tot een strijdig gebruik wordt in ieder geval gerekend het gebruik van de gebouwen en gronden voor:
De voor 'Centrum' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende bepalingen:
4.2.2 Aan- uitbouwen en bijgebouwen
Voor het bouwen van aan- en uitbouwen en bijgebouwen gelden de volgende bepalingen:
4.2.3 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende bepalingen:
Het bevoegd gezag kan nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing:
Tot een strijdig gebruik wordt in elk geval gerekend het gebruik van:
4.4.3 Aan huis gebonden beroep en kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten
Het uitoefenen van een aan huis gebonden beroep en kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten is toegestaan in combinatie met het wonen, mits:
het bedrijven betreft welke genoemd zijn in de in de bijlage opgenomen bedrijvenlijst, alsmede bedrijven welke niet in de lijst zijn vermeld, doch naar het oordeel van het bevoegd gezag, waar het gaat om de verwachting omtrent te duchten gevaar, schade of hinder of overlast voor de (woon)omgeving, daarmee gelijk te stellen zijn. De in de bedrijvenlijst genoemde bedrijven vallen onder milieucategorie 1 of 2. Bedrijven in een hogere milieucategorie zijn vanwege de mogelijke hinder voor de omgeving in dit verband niet toegestaan;
4.5 Afwijken van de gebruiksregels
Het bevoegd gezag kan bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 4.4.2 ten behoeve van een Bed and breakfast mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 4.4.2 ten behoeve van de vestiging van een kamerverhuurbedrijf, mits:
De voor 'Gemengd' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende bepalingen:
5.2.2 Aan- uitbouwen en bijgebouwen
Voor het bouwen van aan- en uitbouwen en bijgebouwen gelden de volgende bepalingen:
5.2.3 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende bepalingen:
Het bevoegd gezag kan nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing:
Tot een strijdig gebruik wordt in elk geval gerekend het gebruik van:
5.4.3 Aan huis gebonden beroep en kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten
Het uitoefenen van een aan huis gebonden beroep en kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten is toegestaan in combinatie met het wonen, mits:
het bedrijven betreft welke genoemd zijn in de in de bijlage opgenomen bedrijvenlijst, alsmede bedrijven welke niet in de lijst zijn vermeld, doch naar het oordeel van het bevoegd gezag, waar het gaat om de verwachting omtrent te duchten gevaar, schade of hinder of overlast voor de (woon)omgeving, daarmee gelijk te stellen zijn. De in de bedrijvenlijst genoemde bedrijven vallen onder milieucategorie 1 of 2. Bedrijven in een hogere milieucategorie zijn vanwege de mogelijke hinder voor de omgeving in dit verband niet toegestaan;
5.5 Afwijken van de gebruiksregels
Het bevoegd gezag kan bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 5.4.2 ten behoeve van een Bed and breakfast mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 5.4.2 ten behoeve van de vestiging van een kamerverhuurbedrijf, mits:
De voor 'Maatschappelijk' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende bepalingen:
8.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
Het bevoegd gezag kan nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing:
Tot een strijdig gebruik wordt in elk geval gerekend het gebruik van:
Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, wordt in ieder geval gerekend het gebruik van de gebouwen en gronden voor:
9.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
Het is verboden op of in gronden welke zijn bestemd als 'Natuur' zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van het bevoegd gezag de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren of te laten uitvoeren:
Het verbod als bedoeld in artikel 9.4.1 is niet van toepassing op werken of werkzaamheden die:
Een aanlegvergunning als bedoeld in artikel 9.4.1 mag alleen en moet worden geweigerd indien door het uitvoeren van de andere werken, dan wel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen blijvend onevenredig afbreuk wordt gedaan aan de natuurwaarden en hieraan door het stellen van voorwaarden niet of onvoldoende tegemoet kan worden gekomen.
De voor 'Verkeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:
10.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
Het bevoegd gezag kan nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing:
10.4 Specifieke gebruiksregels
Tot strijdig gebruik wordt in ieder geval gerekend het gebruik van de gebouwen en gronden voor:
Artikel 11 Verkeer - Verblijfsgebied
De voor 'Verkeer - Verblijfsgebied' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:
11.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
Het bevoegd gezag kan nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van
11.4 Specifieke gebruiksregels
Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken wordt in elk geval gerekend het gebruik van de gebouwen en gronden als:
De voor ‘Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Voor het bouwen van woningen gelden de volgende regels:
12.2.2 Aan- uitbouwen en bijgebouwen
Voor het bouwen van aan- en uitbouwen en bijgebouwen gelden de volgende bepalingen:
12.2.3 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
Voor het bouwen vanb bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
12.4 Specifieke gebruiksregels
Tot een strijdig gebruik wordt in elk geval gerekend het gebruik van:
12.4.2 Aan huis gebonden beroep en kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten
Het uitoefenen van een aan huis gebonden beroep en kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten is toegestaan in combinatie met het wonen, mits:
het bedrijven betreft welke genoemd zijn in de in de bijlage opgenomen bedrijvenlijst, alsmede bedrijven welke niet in de lijst zijn vermeld, doch naar het oordeel van het bevoegd gezag, waar het gaat om de verwachting omtrent te duchten gevaar, schade of hinder of overlast voor de (woon)omgeving, daarmee gelijk te stellen zijn. De in de bedrijvenlijst genoemde bedrijven vallen onder milieucategorie 1 of 2. Bedrijven in een hogere milieucategorie zijn vanwege de mogelijke hinder voor de omgeving in dit verband niet toegestaan;
12.5 Afwijken van de gebruiksregels
12.5.1 Afwijken ten behoeve van een kamerverhuurbedrijf
Het bevoegd gezag kan bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 12.4.1 ten behoeve van de vestiging van een kamerverhuurbedrijf, mits:
12.5.2 Afwijken ten behoeve van Bed and Breakfast
Het bevoegd gezag kan bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 12.4.1 ten behoeve van een Bed and Breakfast, mits:
De voor 'Leiding - Gas' aangewezen gronden zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemmingen (besluitvlakken), mede bestemd voor de aanleg en instandhouding van een ondergrondse hoge druk aardgastransportleiding ter plaatse van het besluitsubvlak 'hartlijn leiding - gas'; met de daarbij behorende:
In afwijking van het bepaalde bij de andere bestemmingen (besluitvlakken) mag niet worden gebouwd, anders dan ten behoeve van deze bestemming (besluitvlak).
13.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt de regel dat de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, niet meer dan 2,5 m mag bedragen.
13.3 Afwijken van de bouwregels
Bij omgevingsvergunning kan, mits geen onevenredige aantasting plaatsvindt van het doelmatig functioneren van de leiding, worden afgeweken van het bepaalde in artikel 13.2 en worden toegestaan dat de in de hoofdbestemming genoemde gebouwen en/of bouwwerken, geen gebouwen zijnde worden gebouwd, mits:
13.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
Het is verboden op of in de gronden met de dubbelbestemming 'Leiding - Gas' zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
Het verbod als bedoeld in lid 13.4.1 is niet van toepassing op werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden die:
De werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden als bedoeld in lid 13.4.1 zijn slechts toelaatbaar, mits:
De voor 'Leiding - Riool' aangewezen gronden zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemmingen (besluitvlakken), mede bestemd voor een rioolleiding ter plaatse van het besluitsubvlak 'hartlijn leiding - riool'; met de daarbij behorende:
In afwijking van het bepaalde bij de andere bestemmingen (besluitvlakken) mag niet worden gebouwd, anders dan ten behoeve van deze bestemming (besluitvlak).
14.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt de regel dat de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, niet meer dan 2,5 m mag bedragen.
14.3 Afwijken van de bouwregels
Bij omgevingsvergunning kan, mits geen onevenredige aantasting plaatsvindt van
het doelmatig functioneren van de leiding, worden afgeweken van het bepaalde in
14.2 en worden toegestaan dat de in de hoofdbestemming genoemde gebouwen
en/of bouwwerken, geen gebouwen zijnde worden gebouwd, mits:
14.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen gebouw zijnde, of van werkzaamheden
Het is verboden op of in de gronden binnen het besluitvlak 'Leiding - Riool' zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
Het verbod als bedoeld in 14.4.1 is niet van toepassing op werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden die:
De werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden als bedoeld in lid 14.4.1 zijn slechts toelaatbaar, mits:
Artikel 15 Waarde - Archeologie
De voor 'Waarde-Archeologie' aangewezen gronden, zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemmingen (besluitvlakken), mede bestemd voor het behoud en/of herstel van archeologische waarden en de bescherming en het behoud in situ van de op en/of in deze gronden voorkomende archeologische waarden, zoals aangegeven ter plaatse van het besluitsubvlak :
Er mag slechts worden gebouwd indien:
het bouwplangebied de oppervlakte ondergrens van het betreffende archeologische waardegebied niet overschrijdt, waarbij voor gebieden met een hoge tot middelhoge archeologische verwachtingswaarde een oppervlak van 500 m² en voor AMK terreinen overig een oppervlak van 100 m² als ondergrens geldt. Voor archeologische vindplaatsen én gebieden gelegen binnen een straal van 50 meter van een archeologische vindplaats geldt geen ondergrens;
bij overschrijding van de onder b. bedoelde ondergrenzen op basis van een archeologisch rapport blijkt dat de bebouwing op grond van het op het moment van vaststelling van de beheersverordening geldige cultuurhistorische beleid van de gemeente aantoonbaar niet leidt tot verstoring van archeologische waarden. Het archeologisch rapport dient te zijn vervaardigd door een deskundige op het gebied van archeologische monumentenzorg die voldoet aan de (op het moment van vaststelling van de beheersverordening geldende) Kwaliteitsnorm voor de Nederlandse Archeologie (KNA).
15.2.2 Voorwaarden omgevingsvergunning voor het bouwen
Indien uit het onder lid 15.2.1 onder c bedoelde onderzoek blijkt dat de archeologische waarden van de gronden zullen worden verstoord, kan het bevoegd gezag een of meerdere van de volgende voorwaarden verbinden aan de omgevingsvergunning voor het bouwen:
15.3 Afwijken van de bouwregels
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 15.2.1 onder c. indien:
15.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
Het is verboden op of in gronden welke zijn bestemd als van 'Waarde-Archeologie' zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van het bevoegd gezag de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren of te laten uitvoeren:
Het verbod als bedoeld in 15.4.1 is niet van toepassing op werken of werkzaamheden die:
minder diep reiken dan 40 centimeter onder het maaiveld en waarbij geen grond blijvend wordt afgevoerd en voor gebieden met een hoge tot middelhoge archeologische verwachtingswaarde het grondoppervlak van de aanlegwerken minder is dan 500 m² en voor AMK terreinen overig het grondoppervlak van de aanlegwerken minder is dan 100 m²;
De werken of werkzaamheden als bedoeld in 15.4.1 zijn slechts toelaatbaar mits:
15.5 Omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk
15.5.1 Voorschriften omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk
In het belang van de archeologisch monumentenzorg kan het bevoegd gezag voorschriften verbinden aan een omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk op of in gronden ter plaatse van de besluitsubvlak:
15.5.2 Toepassing voorschriften
Aan de omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk voor de gronden, als bedoeld onder 15.5.1, kan het bevoegd gezag het voorschrift verbinden dat de sloopwerken vanaf 30 cm boven het maaiveld en dieper worden begeleid door een deskundige op het gebied van archeologische monumentenzorg die voldoet aan de (op het moment van vaststelling van de beheersverordening geldende) Kwaliteitsnorm voor de Nederlandse Archeologie (KNA).
15.5.3 Archeologische vindplaatsen
Indien tijdens de begeleiding van de sloopwerken roerende of onroerende archeologische vindplaatsen worden aangetroffen, wordt hiervan terstond melding gemaakt bij het bevoegd gezag die in het belang van de archeologische monumentenzorg aanvullende voorschriften kan verbinden aan de omgevingsvergunning voor het slopen.
Artikel 16 Waterstaat - Stroomvoerend rivierbed
De voor 'Waterstaat - Stroomvoerend rivierbed' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemmingen (besluitvlakken), mede bestemd voor een stroomvoerende functie.
Op of in deze gronden mag niet worden gebouwd.
16.3 Afwijken van de bouwregels
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in 16.2, ten behoeve van:
mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:
Artikel 17 Waterstaat - Waterbergend rivierbed
De voor ‘Waterstaat – Waterbergend rivierbed’ aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemmingen (besluitvlakken), mede bestemd voor een waterbergende functie.
17.2 Specifieke gebruiksregels
Voor zowel riviergebonden als niet riviergebonden activiteiten in het gedeelte van het rivierbed waarop het bergend regime van toepassing is, wordt alleen toestemming gegeven én nadat Rijkswaterstaat is gehoord, indien:
Artikel 18 Waterstaat - Waterkering
De voor 'Waterstaat - Waterkering' aangewezen gronden zijn, naast de andere voor die gronden aangewezen bestemmingen (besluitvlakken), tevens bestemd voor het onderhoud en instandhouding van dijken, kaden, dijksloten en andere voorzieningen ten behoeve van de waterkering.
In afwijking van het bepaalde bij de andere bestemmingen (besluitvlakken) mag binnen de beschermingszone van de waterkering niet worden gebouwd, anders dan ten behoeve van deze bestemming (besluitvlak).
Op de gronden binnen deze bestemming (besluitvlak) mogen geen gebouwen worden gebouwd.
Het bevoegd gezag kanafwijken van het bepaalde in 18.2.1 en 18.2.2 en toestaan dat in de andere bestemming (besluitvlakken) gebouwen worden gebouwd, mits:
18.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
Het is verboden op of in gronden welke zijn bestemd als van 'Waterstaat - Waterkering' zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van het bevoegd gezag de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren of te laten uitvoeren:
Het verbod als bedoeld in 18.4.1 is niet van toepassing op werken of werkzaamheden die:
De werken of werkzaamheden als bedoeld in 18.4.1 zijn slechts toelaatbaar, mits:
Artikel 20 Algemene bouwregels
Indien afstanden tot, en bouwhoogten, inhoud, aantallen en/of oppervlakten van bestaande bouwwerken die gebouwd zijn met inachtneming van het bepaalde bij of krachtens de Woningwet, op het tijdstip van de terinzagelegging van het ontwerp van het plan meer bedragen dan ingevolge hoofdstuk 2 is voorgeschreven, mogen deze maten en hoeveelheden als maximaal toelaatbaar worden aangehouden.
In die gevallen dat afstanden tot, en bouwhoogten, inhoud, aantallen en/of oppervlakten van bestaande bouwwerken, die gebouwd zijn met inachtneming van het bepaalde bij of krachtens de Woningwet, op het tijdstip van de terinzagelegging van het ontwerp van het plan minder bedragen dan ingevolge hoofdstuk 2 is voorgeschreven, mogen deze maten en hoeveelheden als minimaal toelaatbaar worden aangehouden.
Artikel 21 Algemene afwijkingsregels
Het bevoegd gezag kan, mits geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de gebruiksmogelijkheden, het woon- en leefklimaat, de stedenbouwkundige kwaliteit, de beeldkwaliteit, de verkeersveiligheid, de sociale veiligheid, de brandveiligheid en rampenbestrijding van de aangrenzende gronden en bouwwerken, bij omgevingsvergunning afwijken van:
het bouwen van kleine niet voor bewoning bestemde bouwwerken van openbaar nut en voor religieuze doeleinden zoals wachthuisjes, transformatorhuisjes, schakelhuisjes, gemaalgebouwtjes, telefooncellen, (glas)containers, monumenten, kapellen, wegkruisen en naar aard en omvang daarmee gelijk te stellen bouwwerken, mits:
Artikel 22 Algemene procedureregels
22.1 Procedure afwijking en nadere eisen
Bij het verlenen van een omgevingsvergunning en het stellen van nadere eisen als bedoeld in deze regels is op de voorbereiding van het besluit de procedure als bedoeld in afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing.
Hoofdstuk 4 Overgangs- en slotregels
23.1 Overgangsrecht bouwwerken
Voor zover toepassing van het overgangsrecht bouwwerken of gebruik leidt tot een onbillijkheid van overwegende aard jegens een of meer natuurlijke personen kunnen burgemeester en wethouders ten behoeve van die persoon of personen van dat overgangsrecht bij een omgevingsvergunning afwijken.
Deze regels worden aangehaald als "Regels van de beheersverordening Centrum Blerick"