Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Nuenen, Gerwen en Nederwetten

Beleidsregels afwijken van bestemmingsplan

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieNuenen, Gerwen en Nederwetten
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingBeleidsregels afwijken van bestemmingsplan
CiteertitelBeleidsregels afwijken van bestemmingsplan
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpruimtelijke ordening, verkeer en vervoer
Eigen onderwerpBeleidsregels afwijken van bestemmingsplan

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Algemene wet bestuursrecht (Awb)
  2. Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo),
  3. Besluit omgevingsrecht (Bor)
  4. Wet ruimtelijke ordening

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-10-2010Nieuw beleid

21-09-2010

Rond de Linde, 30 september 2010

2012.13945

Tekst van de regeling

Intitulé

Beleidsregels afwijken van bestemmingsplan

 

 

Afwijken van bestemmingsplan

 

Beleidsregels bij indiening verzoek afwijking van een bestemmingsplan

Bij een verzoek om partiële herziening of een verzoek om omgevingsvergunning tenbehoeve van de afwijking van een bestemmingsplan dient de verzoeker (projectontwikkelaar

of particuliere initiatiefnemer) te zorgen voor een goede ruimtelijke onderbouwingvan zijn verzoek.

Bij de indiening van het verzoek dienen de volgende bescheiden te worden overlegd:

  • 1.

    een beschrijving van de huidige situatie: aard, grootte en ligging (geïllustreerd dooreen situatietekening);

  • 2.

    een beschrijving van het project;

  • 3.

    een motivering van de locatiekeuze voor de ontwikkeling/het project;

  • 4.

    een ruimtelijke onderbouwing van het project, inhoudende een verantwoording vanhet project zelf (waarom het project/de ontwikkeling op deze locatie aanvaardbaaris) en van de gevolgen die het project zal hebben voor zijn omgeving.

    Hierbij dient aandacht te worden besteed aan alle ruimtelijke relevante stedenbouwkundige,landschappelijke, cultuurhistorische of archeologische en milieuhygienischeaspecten, waarbij tenminste wordt ingegaan op de aspecten milieuzonering,geluid, bodem, luchtkwaliteit en water, en externe veiligheid. Bijgevoegd iseen lijst van aandachtspunten voor een goede ruimtelijke onderbouwing.

  • 5.

    een beschrijving van de relatie van het project met vastgestelde beleidsdocumentenop het terrein van de ruimtelijke ordening en een toetsing aan het voor het projectrelevante ruimtelijke beleidskader (rijk, provincie, regio, waterschap, gemeente);

  • 6.

    een overzicht van mogelijke belemmeringen voor het project, waarbij minimaalaandacht wordt besteed aan kabels en leidingentracés en privaatrechtelijke belemmeringen;

  • 7.

    een verantwoording van de economische uitvoerbaarheid van het project, onderbouwdmet een overzicht van de kosten en baten van het project;

  • 8.

    resultaat van eventueel gevoerd overleg met omwonenden en/of andere belanghebbenden;

  • 9.

    resultaat van gevoerd overleg met de waterbeheerder, wettelijk vereist in het kadervan de zogenoemde watertoets, waaruit blijkt dat deze - eventueel onder voorwaarden - kan instemmen met het project;

  • 10.

    een concept van een voorontwerp-bestemmingsplan, dat voldoet aan in de Wetruimtelijke ordening gestelde eisen omtrent digitale uitwisselbaarheid van ruimtelijkeplannen, het gemeentelijke Handboek digitale plannen en dat is afgestemd opde Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, waarbij stukken worden opgesteldmet lettertype Arial 11;

  • 11.

    in voorkomende gevallen; een planschaderisicoanalyse en/of bankgarantie (afhankelijkvan een planschadeverhaalsovereenkomst terzake).

     

Indien de overlegging van één of meerdere gegevens niet aan de orde is, dient dit gemotiveerdte worden aangegeven.

 

 

Lijst van aandachtspunten voor een goede ruimtelijke onderbouwing

N.b.: De verzoeker of zijn adviseur blijft verantwoordelijk voor de volledigheid en kwaliteit hiervan.

 

1. Algemeen

  • Beschrijving van het project.

    (beschrijving voorgestane gebruiksvormen van gebouwen en van terreinen; bouwenaanlegplannen).

  • Behoefte, noodzaak, motivering.

  • Naam vigerende bestemmingsplannen met:

  • - data vaststelling en goedkeuring provincie (met nummer);

  • - evenutuele vrijstellingen uit het verieden;

  • - eventuele gerechtelijke uitspraken;

  • - tevens aangeven of en in hoeverre èventueel goedkeuring onthouden werd.

2. Beleidskader

  • Circulaires Europese Unie.

  • Internationale verdragen.

  • Rijksbeleid (AMvB Ruimte).

  • Provinciaal beleid (Verordening Ruimte, landschapsinvesteringsregeling, Verordeningstikstof en Natura 2000 in Brabant).

  • Waterschap.

  • Landinrichting.

  • Reconstructie(plan), Integrale zonering.

  • Regionaal beleid.

  • Gemeentelijk beleid.

  • (bestemmingsplan, structuurvisie, landschapsbeleidsplan, beleidsregels, Welststandsnota,andere nota's).

  • Wetgeving

  • (bijvoorbeeld APV, Wet milieubeheer + daarbij behorende AMvB's, etc.).

  • Sectorale plannen.

  • (bijvoorbeeld gemeentelijk milieubeleidsplan, Geurverordening, detailhandelsrapportageMKB, toeristisch-recreatief onderzoek RECRON).

     

3. milieuzonering/planologische toets aan milieuaspecten

  • Agrarische bedrijven (individueel en cumulatie).

  • Type: ... (intensieve veehouderij, rundveehouderij, vollegronds tuinbouw, boomteelt,glastuinbouw).

  • Cumulatie.

  • Niet-agrarische bedrijven; bedrijfs...:of industrieterrein; categorisering: ...

  • Milieueffectrapportage/plan-m.e.r.

  • Bestrijdingsmiddelen.

  • Ontsmettingsmiddelen.

  • Kassen (lichthinder, geluid, verwarming, 'bestrijdings- en ontsmettingsmiddelen).

  • Tuincentra.

  • (LPG-)tankstation. (Gegevens omtrenldoorzet.)

  • Productie en/of opslag gevaarlijke en/of ontplofbare stoffen.

  • Munitieopslag; munitieresten uit de oorlog.

  • Omgevingsvergunning (slopen; asbest).

  • Schietbanen.

  • Vliegveld; funnels; KE-contouren; radarverstoringsgebieden.

  • Milieubeschermingsgebieden (waterwingebieden, bodembeschermingsgebieden,

  • stiltegebieden).

  • Gevoelige bestemmingen in de omgeving.

  • (woningen, woonwijken, scholen, zorginstellingen, ziekenhuizen, etc.).

  • Gezondheidsaspecten (Wet publieke gezondheidsaspecten).

  • Ioniserende straling (kerncentrales; radon in binnenmilieu).

  • Niet ioniserende straling (zendmasten, hoogspanningsleidingen, radar).

 

4. Lucht

  • Luchtkwaliteit (Wet luchtkwaliteit).

  • Geurhinder, emissie.

 

 

5. Geluid

  • Geluidhinder; emissie - immissie.

  • Geluidszones, geluidscontouren

  • Geluidhinder wegverkeer; akoestisch onderzoek; gevelbelasting, binnenwaarde.

  • Geluidhinder railverkeer

  • Geluidhinder luchtvaartverkeer

  • Cumulatie van geluidhinder

  • Industrielawaai

  • Horeca

  • Trillinghinder

 

6. Bodem

  • Bodemonderzoek - i.v.m. eventuele verontreiniging (historisch,verkennend, vervolgonderzoek,

  • saneringsonderzoek).

  • Cultuurhistorie/archeologie.

  • Geohydrologie.

  • Niveau, reliëf Bouwpeil.

 

7. Water

  • Overleg met het Waterschap; beschrijving van de resultaten van het overleg methet Waterschap.

  • Beschrijving waterhuishoudkundige functies van de omgeving van en binnen hetgebied.

  • Toename oppervlakte verhard/bebouwing. Afvoer hemelwater. Rioleringsstelsel(gemengd, gescheiden, etc.)

  • Riolering (rioolwaterzuiveringsinstallatie, overstorten, gemalen, pers- en transportleidingen,bergbezinkbassins, bufferbassins, infiltratie).Beschrijving riooltechnischeen zuiveringstechnische werken (riolering, bergbezinkbassin, retentiebekken,overstort, RWZI). Opzet regenwaterafvoersysteem.

  • Drooglegging (diepte grondwater).

  • DVerontreiniging (grond)water; geohydrologisch onderzoek (historisch, verkennend,saneringsonderzoek, monitoring).

  • Reliëf/hoogteverschillen.

  • Infiltratie.

  • Beschrijving waterhuishoudkundig systeem van de omgeving van en binnen hetplangebied.(Grondwaterbeschermingsgebied; watergangen, oppervlaktewater, grondwater;drooglegging, waterpeil; drainage verdieping, verbreding, demping).

  • Verantwoording naar kwaliteits- en kwantiteitsbeleid.

  • Besluit lozingsvoorschriften niet-inrichtingen milieubeheer.

  • Zwemwater.

  • Visvijver.

 

8. Veiligheid

  • Betreft het project een bedrijf of een inrichting met risicovolle productie, activiteiteof opslag?

  • Zijn er in de omgeving van het project bedrijven of inrichtingen aanwezig met risicovolleproductie, activiteiten of opslag?

  • Hoe is de bereikbaarheid van het plangebied voor hulpverleningsdiensten zoalspolitie, brandweer en ambulance?

  • Afstand tot gevoelige functies of objecten.

  • Milieuzonering.

 

9. Verkeer en parkeren

  • Ontsluiting van het projectgebied.

  • Verkeersstructuur.

  • Intensiteitsgegevens in motorvoertuigen per etmaal, onderverdeeld naar categorie(licht, middelzwaar en zwaar).

  • Mobiliteit.

  • Bereikbaarheidsprofiel.

  • Mobiliteitsprofiel.

  • Openbaar vervoer: frequentie; afstand tot opstappunt; voorzieningen (bijvoorbeeldfietsenstalling).

  • Parkeren/parkeerbehoefte (mede in relatie tot voorgestane ontwikkelingen).

  • Verkeersveiligheid - Duurzaam Veilig.

  • Sociale veiligheid.

  • Gevolgen van de aanleg van een nieuwe weg voor bestaande woningen in de omgeving.

     

 

10. Openbare ruimte

  • Groenvoorzieningen; inrichtingsplan.

  • Riolering.

  • Wegen, paden etc.; profielen.

  • Bestrating.

     

 

11. Privaatrechtelijke belemmeringen

  • Zakelijke rechten (recht van overpad); opstalrechten.

 

12. Nutsvoorzieningenen, leidingen en/of kabels, etc.

  • Hoogspanningsleidingen; ... kV.

  • Persleidingen.

  • Riolering.

  • Brandstofleidingen.

  • Transportleidingen.

  • Straalverbindingen.

  • Aardolie- en/of gaswinning.

  • Stortplaats.

  • Brandstoftanks.

  • Overige leidingenlleidingenstroken. (Bijvoorbeeld RRP.)

 

13. Volkshuisvesting

  • Woningbouwprogramma

  • Behoefte.

  • Woningbehoefte kwalitatief.

  • Woningbehoefte kwantitatief.

  • Richtgetallen.

  • Afstemming op/plaats project binnen het gemeentelijk woningbouwprogramma(richtgetallen, kwal./kwan.).

 

14. Landschap

  • Groene hoofdstructuur.

  • Natuurwaarden.

  • Landschappelijke waarden.

  • Natuurreservaten.

  • Ecologische verbindingszones.

  • Ornithologische waarden (ganzengebieden, weidevogelgebieden etc.)

  • Dassenburchten.

  • Provinciale compensatieregeling.

  • Flora- en faunawet. Vogel- en Habitatrichtlijn. Natura 2000.

 

15. Voorzieningen- en verzorgingsstructuur

  • Detailhandel

  • Distributieplanologisch onderzoek

  • Horeca en andere openbare voorzieningen

  • Café, restaurant, disco, etc.

  • Kantoren.

  • Maatschappelijke voorzieningen.

  • Zwembad.

  • Crematorium.

  • Begraafplaats.

 

16. Toerisme en recreatie

  • Intensieve recreatie.

  • Extensieve recreatie.

  • Verblijfsrecreatie.

  • Manege.

  • Recreatie-objecten; sportvelden.

  • Horeca-inrichtingen.

  • D Maneges.

  • D Wandelpaden.

  • D Ruiterpaden.

  • D Fietsroutes.

  • D Golfterreinen.

  • D Watersport.

  • D Kamperen.

     

17. Cultuurhistorie, monumenten en archeologische waarden

  • Rijksmonument.

  • Gemeentelijk monument.

  • Beeldbepalende waarde.

  • Beschermd stads- of dorpsgezicht.

  • Cultuurhistorische waarde.

  • Archeologische waarde.

  • Rapport Rijksdienst voor Oudheidkundig Bodemonderzoek.

18. Molenbiotoop

  • Molenbiotoop.

 

19. Ontgronding

  • D Ontgronding.

     

20. landinrichting

  • Landinrichting.

  • Reconstructie. (EG, wonen; EG natuur; VG; LOG primair; LOG secundair)

21. Energie/duurzaamheid

  • Zonne-energie.

  • Windenergie.

  • Waterenergie.

  • Energieprestatienorm.

 

22. Welstand

  • Welstandsnota.

  • Concrete welstandstoets.

  • Beeldkwaliteitsplan. Referentiebeelden.

23. Duurzaam bouwen

  • Wordt het project zodanig uitgevoerd, dat.de directe en indirecte schadelijke gevolgenvoor het milieu zo beperkt mogelijk blijven en/of dat de mogelijkheden voormilieusparende activiteiten zo breed mogelijk blijven en/of dat de gebouwen optermijn ook aan toekomstige behoefte kan beantwoorden?

 

24. Veilig wonen

  • Politiekeurmerk Veilig Wonen.

  • Sociale veiligheid.

 

25. Economische uitvoerbaarheid

  • Quick Financial Scan.

  • Exploitatieopzet.

  • Fondsen/subsidieregelingen.

  • Exploitatieovereenkomst.

  • Overeenkomst inzake verhaal planschadekosten met particulier initiatiefnemer.

  • Kosten-/batenanalyse.

  • Grondverwerving. Grondexploitatie. Onteigening.

  • Baatbelasting.

  • Overeenkomst inzake deelname aan realisatie.

  • Fasering.

     

26. Planschade

  • Risicoanalyse planschadeclaims.

  • Overeenkomst inzake verhaal planschadekosten met particuliere initiatiefnemer/projectontwikkelaar.

 

27. Sociaal-maatschappelijke uitvoerbaarheid

  • Bijvoorbeeld: is tijdelijk vervangende woonruimte noodzakelijk?

  • Bijvoorbeeld: convenant.

  • PPS.

  • Beschrijving van de mogelijke gevolgen.

  • Grondverwerving, onteigening, voorkeursrecht.

  • Overleg met omwonenden, belangengroeperingen.

     

28. Overleg met instanties (andere overheden, overkoepelende organen)

  • Overleg met provincie.

  • Overleg met Waterschap.

  • Overleg met andere instanties.

     

29. Resultaten van inspraak/overleg met belanghebbenden en/of omwonenden

  • Verslag van de inspraak.

  • Overleg met belanghebbenden en/of omwonenden.

 

30. Toetsing omgevingsvergunning

  • Duidelijk aangeven, welke activiteiten spelen die in de omgevingsvergunning moetenworden meegenomen.

  • Bouwbesluit.

  • Bouwverordening.

  • Monumentenwet 1988.

  • Relatie met Wet milieubeheer (vergunning, melding, coördinatie)?