Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Waterschap Zuiderzeeland

Algemene regel steigers, vlonders, overhangendde bouwwerken

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieWaterschap Zuiderzeeland
OrganisatietypeWaterschap
Officiële naam regelingAlgemene regel steigers, vlonders, overhangendde bouwwerken
CiteertitelAlgemene regel steigers, vlonders, overhangendde bouwwerken
Vastgesteld dooralgemeen bestuur
Onderwerpruimtelijke ordening, verkeer en vervoer
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Waterwet

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

10-07-201301-04-2017Onbekend

25-06-2013

FlevoPost en Noordoostpolder

159884

Tekst van de regeling

Intitulé

Algemene regel steigers, vlonders, overhangendde bouwwerken

Algemene regel steigers, vlonders, overhangendde bouwwerken

 

De Algemene Vergadering van Waterschap Zuiderzeeland;

gelezen het voorstel d.d. 17mei 2013, nummer 170363;

besluit:

vast te stellen de: Algemene regel steigers, vlonders, overhangende bouwwerken.

Algemene regels kunnen een vrijstelling van de vergunningplicht inhouden of een algeheel verbod voor het verrichten van bepaalde handelingen. Deze algemene regels zijn van toepassing als de activiteit/het werk aan bepaalde criteria voldoet en worden ingezet voor activiteiten die veel voorkomen in de natte bak, relatief eenvoudig/eenduidig of standaard zijn en weinig risico’s met zich meebrengen. Als er niet aan de criteria in de algemene regel wordt voldaan is de algemene regel niet van toepassing en wordt teruggevallen op het algeheel verbod in de Kernzone (in principe natte bak inclusief oeverconstructie) met opheffing van het verbod door de vergunningplicht.

Artikel 1 Criteria

Vrijstelling wordt verleend van het verbod, bedoeld in artikel 4.3.B., eerste lid van de Keur, voor het aanleggen, verwijderen of behouden van een steiger, vlonder of overhangend bouwwerk voor zover deze voldoet aan alle volgende criteria:

  • a.

    wordt aangelegd, verwijderd, of behouden in of aan een oppervlaktewaterlichaam waarbij een minimale strook (op de breedte van de watergang) voor varend onderhoud van 5 meter gehandhaafd blijft;

  • b.

    wordt aangelegd bij een perceel, waarvan de initiatiefnemer zelf onderhoudsplichtige is;

  • c.

    wordt aangelegd op minimaal 2 meter afstand van een naastgelegen kunstwerk zoals een brug, stuw of duiker.

Artikel 2 Voorschriften

Degene die een steiger, vlonder of overhangend bouwwerk, aanlegt, verwijdert, of behoudt als bedoeld in artikel 1:

  • a.

    wijzigt de afmetingen van het oppervlaktewaterlichaam zoals vastgelegd in de legger niet;

  • b.

    beschadigt het talud en de aanwezige oeverconstructie niet;

  • c.

    belemmert de waterdoorvoer niet;

  • d.

    maakt een zelfstandige steiger, vlonder of het overhangend bouwwerk, die niet rust op een bestaande oeverconstructie;

  • e.

    voorziet de oeverlijn op de plaats van de steiger, vlonder of overhangend bouwwerk van een deugdelijke oeverbescherming als die er niet al is;

  • f.

    is onderhoudsplichtig voor het gewoon en buitengewoon onderhoud van het onderwatertalud en de oeverbescherming onder de steiger, vlonder of overhangend bouwwerk;

  • g.

    is onderhoudsplichtig voor het gewoon en buitengewoon onderhoud van het onderwatertalud en de oeverbescherming van de ruimte tussen twee naastgelegen steigers, vlonders of overhangende bouwwerken als deze ruimte minder dan 2 meter wordt door aanleg van de steiger, vlonder of overhangend bouwwerk door de initiatiefnemer;

  • h.

    wijzigt of verwijdert de steiger, vlonder of het overhangend bouwwerk op eigen kosten en op eerste aanzegging van het bestuur indien dit noodzakelijk is voor het uitvoeren van beheer- of onderhoudshandelingen door het waterschap of anderszins in het belang van de waterstaat;

  • i.

    houdt rekening met het vastgestelde streefpeil in het peilbesluit en de mogelijke fluctuaties daarvan.

Artikel 3 Melding

  • 1.

    Degene die een steiger, vlonder of overhangend bouwwerk gaat aanleggen of verwijderen als bedoeld in artikel 1, meldt dit tenminste 2 weken voor aanvang van de werkzaamheden aan het bestuur.

  • 2.

    De melding wordt schriftelijk of digitaal gedaan met behulp van een formulier. Daarbij wordt in ieder geval vermeld:

    • ·

      naam en adres van degene die de werkzaamheden uitvoert;

    • ·

      het adres of de locatie waar de werkzaamheden worden uitgevoerd;

    • ·

      gegevens over het aan te leggen werk (soort constructie, materiaalgebruik, afmetingen);

    • ·

      een situatietekening.

  • 3.

    De uitvoering van de toegestane werken dient binnen twee jaar na dagtekening van deze melding te zijn gestart. Indien dit niet het geval is, vervalt het recht om van de melding gebruik te maken.

Artikel 4 Overgangsrecht (bestaande vergunningen)

  • 1.

    Een watervergunning verleend voor het aanleggen, verwijderen of behouden van een steiger, vlonder of overhangend bouwwerk voor inwerkingtreding van deze algemene regel, wordt aangemerkt als een melding als bedoeld in deze algemene regel indien de vergunning binnen de reikwijdte van de algemene regel is verleend. De voorschriften van die vergunning worden gelijkgesteld met maatwerkvoorschriften als bedoeld in artikel 4.4, vijfde lid, van de Keur.

  • 2.

    Een watervergunning verleend voor het aanleggen, verwijderen of behouden van een steiger, vlonder of overhangend bouwwerk voor inwerkingtreding van deze algemene regel, wordt niet aangemerkt als een melding als bedoeld in deze algemene regel indien de vergunning niet binnen de reikwijdte van de algemene regel valt. Voor het alsnog voldoen aan de algemene regel wordt een redelijke termijn gesteld waarbij rekening gehouden wordt met bijvoorbeeld de restlevensduur van de aanwezige constructie.

  • 3.

    Indien voor het aanleggen, verwijderen of behouden van een steiger, vlonder of overhangend bouwwerk, bedoeld in artikel 1, vóór inwerkingtreding van dit besluit een vergunning is aangevraagden nog niet op die aanvraag is beslist, wordt die aanvraag gelijkgesteld met een melding als bedoeld in deze algemene regel.

Toelichting

Kader

Op grond van artikel 4.3.B., eerste lid van de Keur, is het verboden zonder watervergunning van het bestuur gebruik te maken van de Kernzone door, anders dan in overeenstemming met de Waterhuishoudkundige functie(s), daarin, daarop, daarboven, daarover of daaronder handelingen te verrichten, werken te behouden of vaste substanties of voorwerpen te laten staan of liggen. Op grond van artikel 4.4 van de Keur kan het bestuur algemene regels stellen die een vrijstelling van die vergunningplicht inhouden. In deze algemene regel is hiervan gebruikgemaakt.

 

Begripsbepaling

De begrippen die zijn gedefinieerd in de Keur Waterschap Zuiderzeeland 2011, gewijzigd en uitgebreid op 10 juli 2013 zijn van toepassing voor de bepalingen in deze algemene regel. Daarnaast wordt in deze algemene regel verstaan onder:

Overhangend bouwwerk: Bouwwerk dat al dan niet gedeeltelijk over het oppervlaktewaterlichaam, of het talud is geplaatst waarover gelopen ka.n worden

Steiger:  Constructie die gedeeltelijk over een oppervlaktewaterlichaam is geplaatst en is verankerd in het achterliggende perceel waarover gelopen kan worden.

Vlonder: Losse houten vloer in/grenzend aan het oppervlaktewaterlichaam of op het talud waarover gelopen kan worden.

 

Doel

Het doel van deze algemene regel is het mogelijk maken van voorzieningen zoals steigers en vlonders en andere soortgelijke bouwwerken, zonder dat de doorstroming wordt belemmerd. De voorzieningen mogen geen nadelige invloed hebben op de stabiliteit van het talud of de oeverconstructie. Belangrijk aspect is het waarborgen van de mogelijkheden voor gewoon en buitengewoon onderhoud van zowel de aanwezige oeverconstructie als de natte bak.

 

Motivering

Algemeen

Een steiger, vlonder of overhangend bouwwerk is een constructie aan of op het water die bedoeld is om mensen direct bij het water toe te laten, of om met een vaartuig aan te leggen (vissen, zwemmen, kanoën, zeilen, gemotoriseerd vaartuigen). Het aanleggen, verwijderen en behouden van een steiger, vlonder of overhangend bouwwerk betreft vanuit waterhuishoudkundig oogpunt een relatief eenvoudig en veel voorkomend werk in of langs een oppervlaktewaterlichaam. De relevante waterhuishoudkundige belangen kunnen in dit geval voldoende worden gewaarborgd door het stellen van algemene regels.

 

Doorstroming

Indien een steiger, vlonder of overhangend bouwwerk ondersteund wordt door palen die in het water zijn geplaatst of indien deze tot op de waterlijn wordt aangebracht kan dit tot stremming en/of opstuwing leiden. Het is wenselijk dat dit zoveel mogelijk wordt voorkomen.

 

Onderhoud

Het plaatsen van een steiger, vlonder of overhangend bouwwerk heeft invloed op de bereikbaarheid van de oeverconstructie en de natte bak voor het gewoon en buitengewoon onderhoud. Indien een initiatiefnemer een steiger, vlonder of overhangend bouwwerk plaatst is de oeverconstructie en het onderwatertalud onder de constructie lastig bereikbaar voor het waterschap. De onderhoudsplicht van het onderwatertalud en de oeverconstructie komt daarom bij de eigenaar van de steiger, vlonder of overhangend bouwwerk.

Het plaatsen van een steiger, vlonder of overhangend bouwwerk kan de werkruimte voor het onderhoud aan bruggen, duikers en stuwen belemmeren. Daarom wordt een vrije werkstrook van 2 meter van een dergelijk werk vrijgehouden. Bij de aanwezigheid van meerdere steigers, waardoor het onderhoud door het waterschap tussen de steigers wordt beperkt, wordt de initiatiefnemers onderhoudsplichtig voor de tussenliggende ruimte tussen de twee steigers.

Daarnaast moet er altijd een minimale strook (op de breedte van de watergang) van 5 meter voor varend onderhoud vrij blijven. Dit heeft tot gevolg dat indien een watergang van 7 meter aan beide zijden wordt voorzien van een steiger, vlonder of overhangend bouwwerk de breedte van deze steigers per stuk maximaal 1 meter mag bedragen.

 

Waterpeil

Het streefpeil van oppervlaktewaterlichamen wordt vastgesteld in peilbesluiten. Het waterschap beheert de watergangen op deze streefpeilen (zie verder Toelichting op de Keur Hoofdstuk 4).

De verantwoordelijkheid voor de gevolgen van een hoger waterpeil op de steiger, vlonder of het overhangend bouwwerk, liggen bij de initiatiefnemer, hiervoor kan het waterschap niet aansprakelijk gesteld worden.