Organisatie | Rotterdam |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Wijziging Verordening rioolheffing 2010, 2011, 2012 en 2013 |
Citeertitel | Wijziging Verordening rioolheffing 2010, 2011, 2012 en 2013 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp | Gemeenteblad 2013-75 |
Geen
artikel 228a, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b, van de Gemeentewet
Verordening rioolheffing
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
27-06-2013 | 01-01-2010 | 31-12-2013 | Onbekend | 20-06-2013 Gemeenteblad 2013-75 | gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 4 juni 2013 (raadsvoorstel nr. AP012); raadsstuk 13GR1651 |
Wijziging Verordening rioolheffing 2010, 2011, 2012 en 2013
De raad van de gemeente Rotterdam,
gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 4 juni 2013 (raadsvoorstel nr. AP012); raadsstuk 13GR1651;
gelet op artikel 228a, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b, van de Gemeentewet;
tot wijziging van de Verordening rioolheffing 2010, 2011, 2012 en 2013
Artikel 5 Maatstaf van heffing
De belasting wordt geheven naar de waarde in het economische verkeer van het perceel, waarbij geldt dat:
ingeval voor het perceel geen waarde op de voet van hoofdstuk IV van de Wet waardering onroerende zaken is vastgesteld, de heffingsmaatstaf van dat perceel wordt bepaald met overeenkomstige toepassing van het bepaalde bij of krachtens de artikelen 17, 18 en 20, tweede lid, van de Wet waardering onroerende zaken.
c. indien de in artikel 5, bedoelde waarde in het economische verkeer meer bedraagt dan € 200.000,-: € 180,- verhoogd met 0,07466% van het deel van de waarde dat hoger is dan € 200.000,-, met dien verstande dat het tarief maximaal € 1.560,- bedraagt.
Aan de verordening wordt een toelichting toegevoegd die luidt als volgt.
Toelichting op de Verordening rioolheffing 2010
In het kader van de afwikkeling en om uitvoering te geven aan een aantal moties van de gemeenteraad, wordt met terugwerkende kracht een verlaagd tarief ingevoerd voor objecten die geacht worden een geringer profijt van de directe of indirecte aansluiting op de gemeentelijke riolering te hebben.
Voorbeelden van objecten die onder dit objectieve criterium vallen, zijn garageboxen, bergingen, fietsenstallingen, kleine opslagloodsen en andere woning en niet-woning objecten met een geringe waarde.
is een verlaagd tarief ingevoerd voor alle percelen met een op de voet van hoofdstuk IV van de Wet waardering onroerende zaken voor die onroerende zaak vastgestelde waarde die lager is dan € 40.000,-.
Deze aanpassing van de verordening geschiedt met terugwerkende kracht tot en met 1 januari 2010.
De Verordening rioolheffing 2011 wordt als volgt gewijzigd.
Artikel 5 en 6 komen te luiden:
Artikel 5 Maatstaf van heffing
De belasting wordt geheven naar de waarde in het economische verkeer van het perceel, waarbij geldt dat:
ingeval voor het perceel geen waarde op de voet van hoofdstuk IV van de Wet waardering onroerende zaken is vastgesteld, de heffingsmaatstaf van dat perceel wordt bepaald met overeenkomstige toepassing van het bepaalde bij of krachtens de artikelen 17, 18 en 20, tweede lid, van de Wet waardering onroerende zaken.
Aan de verordening wordt een toelichting toegevoegd die luidt als volgt.
Toelichting op de Verordening rioolheffing 2011
In het kader van de afwikkeling en om uitvoering te geven aan een aantal moties van de gemeenteraad, wordt met terugwerkende kracht een verlaagd tarief ingevoerd voor objecten die geacht worden een geringer profijt van de directe of indirecte aansluiting op de gemeentelijke riolering te hebben.
Voorbeelden van objecten die onder dit objectieve criterium vallen, zijn garageboxen, bergingen, fietsenstallingen, kleine opslagloodsen en andere woning en niet-woning objecten met een geringe waarde.
is een verlaagd tarief ingevoerd voor alle percelen met een op de voet van hoofdstuk IV van de Wet waardering onroerende zaken voor die onroerende zaak vastgestelde waarde die lager is dan € 40.000,-.
De aanpassing van de verordening geschiedt met terugwerkende kracht tot en met 1 januari 2011.
De Verordening rioolheffing 2012 wordt als volgt gewijzigd.
Artikel 5 en 6 komen te luiden:
Artikel 5 Maatstaf van heffing
De belasting wordt geheven naar de waarde in het economische verkeer van het perceel, waarbij geldt dat:
ingeval voor het perceel geen waarde op de voet van hoofdstuk IV van de Wet waardering onroerende zaken is vastgesteld, de heffingsmaatstaf van dat perceel wordt bepaald met overeenkomstige toepassing van het bepaalde bij of krachtens de artikelen 17, 18 en 20, tweede lid, van de Wet waardering onroerende zaken.
Aan de verordening wordt een toelichting toegevoegd die luidt als volgt.
Toelichting op de Verordening rioolheffing 2012
In het kader van de afwikkeling en om uitvoering te geven aan een aantal moties van de gemeenteraad, wordt met terugwerkende kracht een verlaagd tarief ingevoerd voor objecten die geacht worden een geringer profijt van de directe of indirecte aansluiting op de gemeentelijke riolering te hebben.
Voorbeelden van objecten die onder dit objectieve criterium vallen, zijn garageboxen, bergingen, fietsenstallingen, kleine opslagloodsen en andere woning en niet-woning objecten met een geringe waarde.
is een verlaagd tarief ingevoerd voor alle percelen met een op de voet van hoofdstuk IV van de Wet waardering onroerende zaken voor die onroerende zaak vastgestelde waarde die lager is dan € 40.000,-.
De aanpassing van de verordening geschiedt met terugwerkende kracht tot en met 1 januari 2012.
De Verordening rioolheffing 2013 wordt als volgt gewijzigd.
Artikel 5 en 6 komen te luiden:
Artikel 5 Maatstaf van heffing
De belasting voor wordt geheven naar de waarde in het economische verkeer van het perceel, waarbij geldt dat:
ingeval voor het perceel geen waarde op de voet van hoofdstuk IV van de Wet waardering onroerende zaken is vastgesteld, de heffingsmaatstaf van dat perceel wordt bepaald met overeenkomstige toepassing van het bepaalde bij of krachtens de artikelen 17, 18 en 20, tweede lid, van de Wet waardering onroerende zaken.
Aan de toelichting wordt de volgende alinea toegevoegd
In het kader van de afwikkeling en om uitvoering te geven aan een aantal moties van de gemeenteraad, wordt met terugwerkende kracht een verlaagd tarief ingevoerd voor objecten die geacht worden een geringer profijt van de directe of indirecte aansluiting op de gemeentelijke riolering te hebben.
Voorbeelden van objecten die onder dit objectieve criterium vallen, zijn garageboxen, bergingen, fietsenstallingen, kleine opslagloodsen en andere woning en niet-woning objecten met een geringe waarde.
is een verlaagd tarief ingevoerd voor alle percelen met een op de voet van hoofdstuk IV van de Wet waardering onroerende zaken voor die onroerende zaak vastgestelde waarde die lager is dan € 40.000,-.
De aanpassing van de verordening geschiedt met terugwerkende kracht tot en met 1 januari 2013.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 20 juni 2013.
Dit gemeenteblad is uitgegeven op 27 juni 2013 en ligt op werkdagen van 8.30 tot 16.00 uur ter inzage bij het Kenniscentrum Bestuursdienst Rotterdam (KBR), locatie Stadswinkel Centrum, Coolsingel 40 (zijde Doelwater, tegenover hoofdbureau politie)