Organisatie | Groningen (Gr) |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Mandaatbesluit verblijfsontzeggingen A-kwartier |
Citeertitel | Mandaatbesluit verblijfsontzeggingen A-kwartier |
Vastgesteld door | burgemeester |
Onderwerp | volkshuisvesting en woningbouw |
Eigen onderwerp | Mandaatbesluit verblijfsontzeggingen A-kwartier |
Geen.
Algemene wet bestuursrecht, art. 10:11
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
14-06-2013 | nieuwe regeling | 14-05-2013 Gemeenteblad, 2013, 59 | BD 13.3687548 |
In het A-kwartier is sprake van structurele overlast. Deze overlast bestaat uit lawaai (schreeuwen, ruzies etc.), hinderlijk aanwezig zijn van drugsgebruikers, drugsdealers, tippelprostituees, klanten van deze prostituees en zogenoemde “omhangers” (personen die de “nachtscène” komen bekijken). In het lokaal driehoeksoverleg zijn meerdere actiepunten vastgesteld om de overlast in het A-kwartier tegen te gaan.
Eén van de maatregelen die worden ingezet om de overlast in het A-kwartier tegen te gaan is het opleggen van individuele verblijfsontzeggingen aan overlastplegers. Het opleggen van individuele verblijfsontzeggingen is een bevoegdheid die de burgemeester toekomt, op grond van artikel 2:2 van de Algemene Plaatselijke Verordening 2009 (APVG 2009). Met het oog op deze bevoegdheid heeft de burgemeester meerdere gebieden in de stad aangewezen waar verblijfsontzeggingen kunnen worden opgelegd aan personen die de openbare orde verstoren. Het A-kwartier valt binnen een dergelijk gebied, te weten het gebied dat wordt aangeduid als “gebied 2”.
Bij besluit van 11 oktober 2010 heeft de burgemeester zijn bevoegdheid tot het opleggen van individuele verblijfsontzeggingen gemandateerd aan de districtschef Groningen/Haren van de Regiopolitie Groningen. Het door de burgemeester van Groningen verleende mandaat gaat gepaard met (schriftelijke) instructies aan de politie met het oog op het gebruik van de gemandateerde bevoegdheid. Op basis van deze instructies kunnen namens de burgemeester individuele verblijfsontzeggingen worden opgelegd voor de duur van 8 uren en voor de duur van 14 dagen.
Gebleken is dat het, met het oog op een effectieve aanpak van de overlast in het A-kwartier, wenselijk is om, in plaats van verblijfsontzeggingen voor 8 uren, verblijfsontzeggingen voor de duur van 12 uren op te leggen. De overlast in het A-kwartier manifesteert zich vooral dagelijks in de avond- en nachtelijke uren, tussen 18.00 uur en 08.00 uur. De noodzaak om een verblijfsontzegging op te leggen in het A-kwartier doet zich veelal in deze periode voor. Om het effect van een verblijfsontzegging te optimaliseren is het wenselijk om de betreffende overlastpleger uit het A-kwartier te weren gedurende de gehele periode waarin de overlast zich doorgaans in het A-kwartier manifesteert. Met een verblijfsontzegging voor 8 uren wordt deze periode in veel gevallen niet overbrugd; met een verblijfsontzegging voor 12 uren (in de meeste gevallen) wel.
Gelet op het voorgaande verleent de burgemeester de chef van het district Groningen van de Politie Noord Nederland het mandaat om in het gebied, dat wordt aangeduid als “gebied 2”, verblijfsontzeggingen op te leggen voor de duur van 12 uren.
De (uitvoerings)instructies, zoals gevoegd bij het mandaatbesluit van 11 oktober 2010, zijn onverminderd van kracht, met dien verstande dat voor “8-uursbevelen” in deze instructies voor wat betreft “gebied 2” gelezen moet worden: “12-uursbevelen”.
Het participeren in eventuele (bezwaar- en beroeps)procedures die voortvloeien uit verblijfsontzeggingen die in “gebied 2” worden opgelegd blijven voorbehouden aan de burgemeester van Groningen."