Organisatie | Haaren |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Beleidsregels Besluit proceskosten bestuursrecht 2013 |
Citeertitel | Beleidsregels Besluit proceskosten bestuursrecht 2013 |
Vastgesteld door | geattribueerde functionaris |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Op grond van artikel 28 Wet algemene regels herindeling is deze regeling per 1 januari 2023 vervallen, tenzij de hierna genoemde bestuursorganen de betreffende regeling al eerder vervallen hebben verklaard.
- Het college van de gemeente Oisterwijk heeft op 8 januari 2021 besloten deze regeling vervallen te verklaren voor zover deze van kracht is voor het gebied binnen de gemeentegrenzen van de gemeente Oisterwijk zoals dat per 1 januari 2021, op grond van de Wet van 8 juli 2020 tot splitsing van de gemeente Haaren, is ontstaan.
N.V.T.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
03-01-2013 | Nieuwe regeling | 20-12-2012 De Leije, 2 januari 2013 | Heffingsambtenaar, 20 december 2013 |
Opzet voor Beleidsregels Besluit proceskosten bestuursrecht
De heffingsambtenaar bedoeld in artikel 231, tweede lid aanhef en onderdeel b, Gemeentewet van de gemeente (Sint-Oedenrode, Sint-Michielsgestel en Haaren).
gelet op de bepalingen van de Algemene wet bestuursrecht, de Gemeentewet en het besluit proceskosten bestuursrecht,
Deze beleidsregels zijn van toepassing bij verzoeken om kostenvergoeding in bezwaarprocedures op grond van artikel 7:15 van de Algemene wet bestuursrecht aangaande besluiten genomen in de vorm van WOZ-beschikkingen (in de zin van de Wet Waardering Onroerende Zaken) en overige gemeentelijke heffingen op basis van de Gemeentewet. De navolgende artikelen beschrijven de wijze waarop de gemeente (Sint-Oedenrode, Sint-Michielsgestel en Haaren) invulling geeft aan de beleidsruimte die het Besluit proceskosten bestuursrecht (hierna: Bpb) biedt.
Artikel 2. Kosten derde beroepsmatige verleende rechtsbijstand
Het bedrag van de kosten van door een derde beroepsmatige verleende rechtsbijstand zoals vermeld in artikel 1 onderdeel a, Bpb, wordt vastgesteld door de in de bijlage van Bpb genoemde punten per procesbehandeling als uitgangspunt te nemen waarbij een correctie wordt toegepast als genoemd in artikel 3 voor zover belanghebbende de kosten voor deze handelingen redelijkerwijs niet, of niet volledig heeft hoeven te maken.
Deze punten worden vermenigvuldigd met de waarde per punt, vermeld in artikel 4 van deze beleidsregels. Het aldus berekende bedrag wordt vermenigvuldigd met een wegingsfactor, als berekend ingevolge artikel 5 van deze beleidsregels. Indien er sprake is van samenhangende zaken wordt ingevolgde artikel 6 van deze beleidsregels de aldaar genoemde wegingsfactor gehanteerd.
Artikel 3. Punten per proceshandeling
Indien de onder b en c genoemde procesbehandelingen plaatsvinden op verzoek van de belanghebbende partij waarbij deze het horen geheel of gedeeltelijk gebruikt als alternatief voor het schriftelijk bezwaar, wordt het indienen van het bezwaar en de hoorzitting redelijkerwijs tezamen beschouwd als 1 proceshandeling waarvoor tezamen 1 procespunt wordt toegekend die vervolgens wordt gewogen conform artikel 5 van deze beleidsregels.
De vergoedingen in het forfaitair stelsel van het Bpb zijn gerelateerd aan de gemiddelde werkbelasting in diverse zaaktypen. Bij een zaak van een gemiddeld gewicht als bedoeld in onderdeel C1 van het Bpb wordt de wegingsfactor gesteld op 1. Een WOZ-zaak is van gemiddeld gewicht als er sprake is van een volledig onderbouwd waardebezwaar, ongeacht of de informatie in 1 of meerdere onderdelen wordt aangeleverd en ongeacht of de onderdelen door verschillende personen zijn ondertekend.
Er is sprake van een zeer lichte zaak indien:
d) Factor 2, indien er sprake is van een zeer zware zaak. Er is sprake van een zeer zware zaak
Artikel 6. Samenhangende zaken
In geval van samenhangende zaken, als bedoeld in artikel 3 Bpb wordt naast de van toepassing zijnde wegingsfactor, de factor 1 gehanteerd bij minder dan vier samenhangende zaken en de factor 1,5 bij vier of meer samenhangende zaken.
Artikel 7. Kostenvergoeding belanghebbende op hoorzitting
Indien belanghebbende in persoon verschijnt op een (nadere) hoorzitting en deze hoorzitting draagt er toe bij dat het besluit (verder dan in de concept-uitspraak) wordt herroepen, dan kan belanghebbende in aanmerking komen voor verletkosten indien belanghebbende vrij heeft moeten nemen van zijn werkzaamheden. De verletkosten waarvoor belanghebbende in aanmerking komt is de daadwerkelijke tijd die belanghebbende heeft doorgebracht bij de hoorzitting.
Artikel 10. Uitbetaling aan belanghebbende
Het bedrag aan de proceskostenvergoeding wordt in beginsel overgemaakt op het rekeningnummer van belanghebbende. Indien uit de machtiging blijkt dat belanghebbende ermee instemt dat de kosten aan de gemachtigde worden uitbetaald, worden de verschuldigde kosten overgemaakt op een door de gemachtigde aangegeven bankrekening.