Organisatie | Aalsmeer |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Nadere regels voor subsidiëring duurzame energiemaatregelen bestaande bouw voor particulieren gemeente Aalsmeer 2013 - 2016 |
Citeertitel | Nadere regels voor subsidiëring duurzame energiemaatregelen bestaande bouw voor particulieren gemeente Aalsmeer 2013 - 2016 |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Burgemeester en wethouders van Aalsmeer hebben deze regeling op 28 juli 2015 gewijzigd. Vanaf dat moment is artikel 8 vervallen. Deze wijziging is niet in de regeling verwerkt.
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
27-06-2013 | 01-12-2016 | nieuwe regeling | 25-06-2013 Nieuwe Meerbode, 27-06-2013 | Z-2013/030550 |
Burgemeester en wethouders van de gemeente Aalsmeer;
overwegende dat de gemeente Aalsmeer een actief klimaatbeleid voert;
overwegende dat de gemeenteraad op 16 februari 2012 het Uitvoeringsprogramma Aalsmeer Duurzaam 2012-2015 heeft vastgesteld;
overwegende dat Gedeputeerde Staten van Noord-Holland op 19 juni 2012, nummer 2012-28394, de Uitvoeringsregeling subsidie duurzame energie maatregelen bestaande bouw Noord-Holland 2012 heeft vastgesteld;
overwegende dat Gedeputeerde Staten van Noord-Holland op 10 januari 2013, kenmerk 124996, heeft besloten tot het verlenen van subsidie (met voorschot) voor het project Duurzame Energie Maatregelen Particulieren Amstelland-Meerland 2013-2016, aan de gemeente Aalsmeer;
overwegende dat de ontvangen subsidie in het kader van de Uitvoeringsregeling subsidieduurzame energie maatregelen bestaande bouw Noord-Holland 2012 wordt ingezet omparticulieren te stimuleren om te investeren in energie-efficiency door het treffen van energiebesparende maatregelen en/of het opwekken van duurzame energie in bestaande woningen die in eigendom zijn van particulieren en door hen worden bewoond (eigenaar en bewoner) en zijn gelegen binnen de gemeente Aalsmeer;
gelet op artikel 147 van de Gemeentewet;
gelet op Titel 4.2 van de Algemene wet bestuursrecht;
gelet op artikel 2 van de Algemene subsidieverordening Noord-Holland 2011;
gelet op artikel 2, tweede lid, artikel 4, derde lid, en artikel 6, derde lid, van de Algemene subsidieverordening Aalsmeer 2012;
vast te stellen de volgende regeling:
Nadere regels voor subsidiëring duurzame energiemaatregelen bestaande bouw voor particulieren gemeente Aalsmeer 2013 - 2016.
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
In deze nadere regels wordt verstaan onder:
Voorzieningen / maatregelen: installaties die energie opwekken uit hernieuwbare bronnen zoals zonwarmte, bodemwarmte of maatregelen die de energievraag reduceren zoals isolatie, lage temperatuurverwarming en HR++-glas; alle subsidiabele maatregelen staan vermeld in bijlage 1 behorende bij deze nadere regels.
Subsidie op grond van deze nadere regels wordt uitsluitend verstrekt, indien wordt voldaan aan alle hierna genoemde voorwaarden:
Artikel 3 Kosten die voor subsidie in aanmerking komen
Subsidie wordt uitsluitend verstrekt voor de daadwerkelijk gemaakte kosten, inclusief BTW, voor het aanschaffen, installeren en in bedrijf stellen van de subsidiabele voorziening, zoals bedoeld in bijlage 1 van deze nadere regels.
Artikel 5 Aanvraag van de subsidie
Aanvragen moeten worden ingediend voorafgaand aan het plaatsen c.q. treffen vande voorzieningen, door middel van het door het college vastgestelde aanvraagformulier, zoals opgenomen in bijlage 2 van deze nadere regels. Dit aanvraagformulier moet vergezeld zijn van een (kopie)offerte of koopovereenkomst, die als ontbindende voorwaarde mag kennen het niet verkrijgen van de onderhavige subsidie. Om in aanmerking voor de subsidie te komen, dient de aanvrager pas na verlening van de subsidie over te gaan tot uitvoering van de energiebesparende maatregelen.
Aanvragen worden behandeld op volgorde van binnenkomst. Wanneer de aanvrager krachtens artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht de gelegenheid heeft gehad de aanvraag aan te vullen, geldt als datum van ontvangst van de aanvraag de datum waarop de aanvraag is aangevuld.
Artikel 6 (Nadere) verplichtingen aan de subsidie
Om voor subsidie in aanmerking te komen, dient een aanvraag voor subsidie te voldoen aan de volgende voorwaarden:
de maatregelen dienen binnen 5 maanden na de datum van de verlening van de subsidie te zijn uitgevoerd respectievelijk te zijn toegepast en betaald plus dat het vaststellingsformulier, zoals bedoeld in bijlage 3 van deze nadere regels, binnen 5 maanden na de datum van de verlening van de subsidie door de gemeente is ontvangen;
bij het vaststellingsformulier, zoals bedoeld in bijlage 3 van deze nadere regels, dienen de facturen en betaalbewijzen te zijn bijgevoegd, zodat wordt aangetoond dat de voorzieningen daadwerkelijk binnen 5 maanden na de datum van de verlening van de subsidie zijn uitgevoerd respectievelijk zijn toegepast en betaald;
Onverminderd het bepaalde in de artikelen 8 en 9 van de Algemene subsidieverordening wordt de subsidie in ieder geval geweigerd, indien:
er voor de - door de aanvrager in de aanvraag voor subsidie - genoemde voorzieningen vanuit een andere subsidieregeling en/of verordening van andere overheden ofinstellingen al subsidie is toegekend respectievelijk dit redelijkerwijs te verwachten is. Het staat de gemeente Aalsmeer vrij hiervoor bij derden (nadere) informatie in tewinnen;
Artikel 10 Onvoorziene gevallen
In alle gevallen waarin deze nadere regels niet voorzien of toepassing daarvan niet overeenkomt met de bedoeling van deze regels, beslist het college.
Het college kan in bijzondere gevallen ten gunste van de belanghebbende afwijken van de bepalingen in de nadere regels, indien strikte toepassing ervan tot onbillijkheden van overwegende aard zou leiden.
Aldus vastgesteld in de vergadering van burgemeester en wethouders van 25 juni 2013.
Het college van burgemeester en wethouders van Aalsmeer,
de wnd. secretaris,
mr. F.L. Romkema
de burgemeester,
drs. J. Vonk-Vedder
Overzicht duurzame energiemaatregelen bestaande bouw voor particulieren gemeente Aalsmeer 2013-2016
Bij de “Uitvoeringsregeling subsidie duurzame energie maatregelen bestaande bouw Noord-Holland 2012” van de Provincie Noord-Holland is als bijlage een overzicht van subsidiabele energiemaatregelen opgenomen. Onderstaand volgt de tabel van de betreffende duurzameenergiemaatregelen waarvoor de gemeente Aalsmeer subsidie aan haar inwoners verleent onder de voorwaarden zoals opgenomen in de nadere regels voor subsidiëring duurzame energiemaatregelen bestaande bouw voor particulieren gemeente Aalsmeer 2013-2016.
Gemeente Aalsmeer kent maximaal 15% van de gemaakte kosten toe. Deze 15% mag niet hoger zijn dan het genoemde bedrag per eenheid voorziening | |||
---|---|---|---|
Tabel 1 Overzicht duurzame energie maatregelen gemeente Aalsmeer 2013-2016
Hoofdstuk 1 Begrippen en definities
1.Toelichting duurzame energiemaatregelen – Installatietechnisch
Een zonneboiler levert warm water op voor gebruik in de keuken en de badkamer. Een zonnecollector op het dak haalt warmte uit zonlicht en warmt daarmee kraanwater op in de zonneboiler. Die is meestal gekoppeld aan een combiketel of andere installatie. Als er te weinig zon is, verwarmt de installatie (of een verwarmingselement) het water na. De systemen zijn in principe overal toepasbaar.
Meestal is geen vergunning nodig voor het plaatsen van een zonnecollector; uitzonderingen gelden voor monumenten en beschermde stads- of dorpsgezichten. Een vergunningsvrije plaatsing moet wel aan enkele voorwaarden voldoen. Kunt u hieraan niet voldoen, dient u alsnog een vergunning aan te vragen. Doe altijd navraag bij uw gemeente. Met een zonneboiler bespaart u aanzienlijk op uw energierekening. De besparing van een zonneboiler met een collectoroppervlak van 2,7 m2 kan oplopen tot ongeveer 50% van de energie die nodigi s voor het gebruik van warm water. Dat is circa 150 tot 200 m³ aardgas per jaar. Of eenzonneboiler voor uw huishouden een verstandige keuze is, hangt af van het aantal personen in huis (meer is gunstiger), hoeveel warm water u dagelijks gebruikt en de beschikbare ruimte voor een voorraadvat. Natuurlijk moet ook het dak van de woning geschikt zijn voor een zonnecollector en op het zuiden gericht zijn. De prijs van een zonneboiler ligt tussen de € 2.000,- en € 4.000,-, afhankelijk van het type en het gewenste comfort, zoals het aantal plaatsen in huis waar u gelijktijdig (veel) warm water wilt kunnen tappen.
1.2 Laagtemperatuurverwarming (LTV)
Laagtemperatuurverwarming gebruikt cv-water van 40 à 55°C voor vloerverwarming, wandverwarming of laagtemperatuurradiatoren. Bij gewone radiatoren met een cv-ketel is dat 70 à 90°C. Het gebruik van LTV resulteert in een beter rendement van de HR-ketel en maakt het gebruik van een warmtepomp mogelijk.
LTV biedt aangename stralingswarmte (comfort) en betere luchtkwaliteit, omdat er minder zwevend stof is. In het geval van vloerverwarming krijgt bovendien huisstofmijt op vloeren geen kans, want de vloer wordt drooggestookt (gezondheid).
Een warmtepomp gebruikt bronwarmte uit de bodem of lucht om energiezuinige warmte te leveren.
De inzet van LTV (andere DE-lijst-maatregel) is een voorwaarde voor het energiezuinig functioneren van de warmtepomp. Een warmtepomp bespaart ongeveer 25% energie ten opzichte van een cv-ketel. Voor extra comfort kan het systeem ook aangepast worden om te koelen in de zomer.
Warmtepompen zijn momenteel inpasbaar in de volgende systeemvarianten.
Voorwaarde voor toepassing als combiwarmtepomp:
Toepassing als warmtepompboiler zonder voorwaarden toegestaan.
Bij gebruik van bronwarmte uit de bodem wordt een bodemwarmtewisselaar gebruikt om warmte aan de bodem onder de woning te onttrekken. Dit systeem heeft een hoger energetisch rendement dan wanneer buitenlucht wordt gebruikt en een betere beschikbaarheid bij lage buitentemperaturen.
Kleine gesloten bodemwarmtewisselaars voor individuele woningen kunt u nog zonder vergunning plaatsen, tenzij uw woning in een zogenaamd interferentiegebied ligt. Deze interferentiegebieden worden door de gemeente aangewezen. Of uw woning in een interferentiegebied ligt, kunt u dan ook bij uw gemeente opvragen. Vanaf 1 juli 2013 is voor gesloten bodemsystemen een meldingsplicht, en is de inwerkingtreding van het wijzigingsbesluit bodemenergie een feit.
Bij gebruik van bronwarmte uit de lucht is ventilatieretourlucht een logische energiebron.
Door het beperkte volume van ventilatielucht wordt vaak ook buitenlucht gebruikt. De lage temperatuur van de buitenlucht in het stookseizoen heeft een negatieve invloed op heten ergetisch rendement. Daarom wordt bij inzet van ventilatielucht of buitenlucht een combinatie met gasgestookte cv-ketel voor additionele warmtelevering vereist. Als het rendement of beschikbaar vermogen van de warmtepomp te laag wordt, zal de cv-ketel de warmte leveren. Het omslagpunt waarbij de warmtepomp uitgeschakeld wordt, ligt indicatief tussen de –2°C en 2°C en is ook afhankelijk van de energieprijzen.
Tegenwoordig zijn vrijwel alle gangbare woningketels voorzien van het label naverwarming zonneboiler (NZ) en dus geschikt voor naschakeling op de luchtwarmtepomp. Hierdoor kan het energetisch rendement van het totaalsysteem aanzienlijk toenemen. Voor deze rendementsverbetering is een correcte afstemming tussen de besturingssoftware en apparaatinstellingen van ketel en warmtepomp vereist.
Een eenvoudige warmtepompuitvoering voor ruimteverwarming op basis van ventilatieretourlucht en buitenlucht betreft bijvoorbeeld de UHR-ketel. Dit betreft feitelijk een gangbare combiketel, die wordt aangevuld met een warmtepompdeel. Het extra hoge rendement van deze ketel wordt gehaald door de inzet van het warmtepompdeel. De warmtepomp gebruikt de warmte uit afgezogen ventilatielucht en buitenlucht voor LTV van de woning. De woning moet daarom wel een mechanisch afzuigventilatiesysteem hebben, maar mag niet voorzien zijn van balansventilatie met warmteterugwinning.
Een andere toepassing van een warmtepomp met lucht als warmtebron is de warmtepompboiler. Warmtepompboilers gebruiken (net als de UHR-ketel) de afgevoerde ventilatielucht uit een woning als warmtebron om tapwater te verwarmen. Bij inzet van ventilatieretourlucht ligt het rendement van een warmtepompboiler ongeveer 15 tot 20% boven de beste HR-ketels. Het rendement van een zonneboiler (andere DE-lijst-maatregel) met naverwarming op gas ligt aanzienlijk hoger. Een warmtepompboiler is dus vooral interessant wanneer geen zonneboiler aangebracht kan worden. In vergelijking met een warmtepompvoor ruimteverwarming scoort de warmtepompboiler energetisch minder goed. Dit houdt direct verband met de benodigde temperatuur voor de bereiding van warm tapwater (60°C) versus ruimteverwarming (40°C voor LTV).
1.4 Douchewaterwarmteterugwinning
Douchewaterwarmteterugwinning (douchwater-wtw) gebruikt warmte van wegstromend douchewater om koud water voor te verwarmen. Hierdoor hoeft het warmwatertoestel minder warmte toe te voeren en is dus zuiniger. Het vergt een kleine verbouwing en is dus vooral een optie als u de badkamer gaat renoveren.
De meeste moderne boilers, combiketels en badgeisers hebben een vlamhoogte die automatisch aangepast wordt aan de gevraagde hoeveelheid warm water en zijn daarmee geschikt om te combineren met douche-wtw. Om te zorgen dat het water op constante temperatuur blijft, is een thermostatische douchemengkraan noodzakelijk. Omdat de douche-wtw koud water opwarmt, is steeds minder bijmenging van warm water nodig.De douchepijp-wtw voor de eerste verdieping of hoger kost circa € 500,-, de douchebak-wtw voor de begane grond of een benedenappartement kost ongeveer het dubbele. In een gemiddeld huishouden scheelt douche-wtw circa 40% op de energierekening voor warm water. Met het oog op kwesties als de tapdrempel en het voorkomen van legionella doet u er goed aan een installateur te raadplegen.
2. Toelichting duurzame energiemaatregelen -Bouwkundig
Bij de berekening van de warmteweerstand(en) worden de volgende symbolen gebruikt.
R, Rd, Rm: warmteweerstand van een materiaal.
Rc: warmteweerstand van de scheidingsconstructie die is samengesteld uit meerdere lagen of onderdelen, bijvoorbeeld door een gevelopbouw van baksteen, luchtspouw, isolatie en kalkzandsteen.
• U: totale warmtedoorgangscoëfficiënt van een constructie, inclusief de overgangsweerstanden van lucht naar de constructie en van de constructie naar lucht.
De warmteweerstand van een isolatielaag wordt in het algemeen berekend op basis van de dikte van deze laag (d) en de materiaalspecifieke isolatiewaarde (λ) volgens de volgende formule: R = d / λ.
Dakisolatie is een goede manier om het wooncomfort te verhogen en de energierekening te verlagen. Om bij isolatiemaatregelen voor subsidie in aanmerking te komen, geldt een minimumeis ten aanzien van de te realiseren thermische isolatiegraad. Conform het Bouwbesluit gold tot eind 2011 voor de warmteweerstand de eis van Rc ≥ 2,5 m² K/W. Inmiddels is deze eis aangescherpt naar Rc ≥ 3,5 m² K/W, deze eis is voor de bestaande bouw echter niet redelijk. De eis blijft dan ook Rc ≥ 2,5 m² K/W.
Het isoleren van een vloer van steen of beton verhoogt het wooncomfort en zorgt voor een grote besparing op uw stookkosten. Wanneer zich onder de vloer voldoende kruipruimte bevindt, kunt u aan de onderkant van de vloer isolatiemateriaal (laten) aanbrengen. Is de kruipruimte te laag of ontbreekt deze geheel, dan kan de vloer alleen aan de bovenkant geïsoleerd worden. Dit is een meer bewerkelijke en duurdere optie. Zo moeten bijvoorbeeld de deuren ingekort worden. U kunt dan kiezen voor een zwevende dekvloer die zich uitstekend laat combineren met laagtemperatuurverwarming (een andere DE-lijst-maatregel).
Om bij isolatiemaatregelen voor subsidie in aanmerking te komen, geldt een minimumeisten aanzien van de te realiseren thermische isolatiegraad van Rc ≥ 2,5 m² K/W.
Volledigheidshalve wordt nog opgemerkt dat deze minimumeis betrekking heeft op de thermische isolatiegraad van de scheidingsconstructie van de woning, dus op de thermische gebouwschil. Deze scheidingsconstructie betreft de beganegrondvloer. De kruipruimte tussen deze vloer en de bodem wordt geventileerd en maakt geen deel uit van de scheidingsconstructie. Het toepassen van bodemisolatie is derhalve niet subsidiabel.
Wanneer men zowel aan de buitengevel als aan de binnengevel niets wil veranderen eneen ruime/open luchtspouw aanwezig is, kan de muur geïsoleerd worden door het inblazen van rotswol of papiervlokken of door de spouw van bovenuit te vullen met korrels. Een snelle en relatief goedkope methode. Vanwege het risico op condensatieproblemen is het raadzaam de klus te laten uitvoeren door een gecertificeerd bedrijf. Vooraf dient goed onderzocht te worden of de spouw geschikt is voor spouwmuurisolatie.
Om bij isolatiemaatregelen voor subsidie in aanmerking te komen, geldt een minimumeis ten aanzien van de te realiseren thermische isolatiegraad. Hierbij geldt voor de warmteweerstand: Rc ≥ 1,3 m² K/W. Deze ondergrens voor de isolatiewaarde is voor vrijwel alle voorkomende spouwdiktes van de bestaande woningbouw haalbaar. Afhankelijk van de beschikbare spouwruimte kan een hogere warmteweerstand gerealiseerd worden.
Materiaal voor het isoleren van niet-steenachtige en niet-glasachtige geveldelen. Denk hierbij aan dakkapellen, borstweringen en de panelen tussen de raampartij van de beganegrond en bovenverdieping. Om bij isolatiemaatregelen voor subsidie in aanmerking te komen, geldt een minimumeis ten aanzien van de te realiseren thermische isolatiegraad van Rc ≥ 2,5m² K/W.
Aan de buitenkant door middel van isolatie tegen de gevel met een afwerking van gevelsteen, plaatmateriaal of pleisterwerk. Dit levert de meeste energiebesparing op, maar is ook het duurst. Deze optie is ook niet altijd mogelijk, omdat dit het aanzien van de woning wijzigt en een vergunning van de gemeente vereist is. De voordelen zijn dat eventuele koudebruggen gemakkelijk kunnen worden opgelost, de grootte van de binnenruimte niet verandert en de warmteaccumulerende en vochtregelende functie van de muren behouden wordt. Deze werkzaamheden worden altijd uitbesteed. Aan de binnenkant met behulp van een voorzetwand. Met het oog op koudebruggen bij dwarsmuren, vloeren en plafonds is deskundig advies gewenst. Daarnaast gaat het warmteaccumulerend en vochtregelend effect van de muur verloren en wordt de binnenruimte kleiner. Om bij isolatiemaatregelenvoor subsidie in aanmerking te komen, geldt een minimumeis ten aanzien van de te realiseren thermische isolatiegraad van Rc ≥ 2,5 m² K/W.
Bij HR++-glas is in de spouw, naast de vulling met edelgas, een flinterdun laagje (coating) met metaaloxide op de ruiten aangebracht. Deze coatings weerkaatsen de warmte, maar laten het zonlicht grotendeels door. HR++ verdient zichzelf voornamelijk terug in regelmatig verwarmde vertrekken, zoals de huiskamer. De terugverdientijd bedraagt dan circa negen jaar. Overigens heeft dubbelglas behalve een energiebesparend ook een inbraakwerend effect.
Meer informatie over energiebesparende technieken en een indicatie van de kosten, besparingen en terugverdientijden kunt u bijvoorbeeld vinden op www.milieucentraal.nl, www.energiezuinig.nl, www.klusidee.nl, www.energysaver.nl, www.energielastenverlager.nl, www.servicepuntduurzame energie.nl/bespaardaar
Hoofdstuk 3 Veelgestelde vragen
3.1 Hoe kan ik subsidie aanvragen?
U kunt een aanvraagformulier, overzicht duurzame energiemaatregelen, installateursverklaring en de nadere regels downloaden van de website www.Aalsmeer.nl. Indien u niet over internet beschikt, kunt u deze formulieren ophalen aan de balie van het gemeentehuis en/of de nadere regels inzien.
Het ingevulde aanvraagformulier voorzien van de benodigde bijlagen, verstuurt u aan de gemeente Aalsmeer.
Voor welke maatregelen kan ik subsidie krijgen?
De subsidiabele maatregelen zijn weergegeven op het aanvraagformulier en op het overzicht duurzame energiemaatregelen welke is opgenomen in de nadere regels. Hierbij gaat het om zowel installatietechnische maatregelen voor bijvoorbeeld het opwekken van duurzame energie als bouwkundige energiemaatregelen bijvoorbeeld isolatie. Let u alstublieft goed op de vermelde criteria om teleurstelling te voorkomen.
Kan ik al subsidie aanvragen voordat ik maatregelen heb getroffen?
Subsidie dient vooraf aangevraagd te worden, dus voor het treffen van maatregelen. U mag pas starten met uitvoeren of aanbrengen van de maatregelen waarvoor u subsidie aanvraagt nadat u subsidie is verleend.
Hoeveel subsidie kan ik krijgen?
De hoogte van de subsidie is afhankelijk van de getroffen maatregel. Op het aanvraag formulier staat het maximale subsidiebedrag per maatregel weergegeven.
Het subsidiebedrag zal echter niet meer dan 15% van de van de daadwerkelijk gemaakte kosten voor het aanschaffen, installeren en in bedrijfstellen van de maatregel of voorziening bedragen met een minimum van € 100 en een maximum van € 1000. Aanvragen voor subsidie lager dan 100 euro worden geweigerd. Per adres wordt maximaal 1000 euro subsidie toegekend.
Wanneer krijg ik het subsidiebedrag uitbetaald?
Nadat u het vaststellingsformulier heeft ingediend, samen met de benodigde bijlagen (factuur(en), geldig betaalbewijs en indien nodig de installateursverklaring) krijgt u bericht over de vaststelling van uw subsidie. Na deze vaststelling volgt binnen enkele dagen uitbetaling van het subsidiebedrag.
Hoe voorkom ik dat ik subsidie misloop door het leegraken van de subsidiepot?
Door de gemeente Aalsmeer is een subsidieplafond vastgesteld, het maximaal uit te keren bedrag aan subsidies. De gemeente Aalsmeer zal via haar website en de lokale media regelmatig berichten over de beschikbaarheid van subsidiemiddelen en tijdig aankondigen wanneer het subsidieplafond bereikt dreigt te worden.
Natuurlijke personen kunnen subsidie aanvragen indien zij eigenaar-bewoner zijn van een woning. Bedrijven of andere instellingen kunnen geen subsidie aanvragen.
U komt alleen in aanmerking voor subsidie indien de maatregelen getroffen worden op het grondgebied van de gemeente Aalsmeer en in of op een bestaande woning.
Waar kan ik met specifieke vragen terecht?
Specifieke vragen kunt u stellen door een e-mail te sturen aanenergiebesparingaalsmeer@amstelveen.nl
of door te bellen met 0297-387575
De inhoud van deze toelichting is met de grootst mogelijke zorgvuldigheid opgesteld en gebaseerd op de door de Provincie Noord-Holland vastgestelde uitvoeringsregeling subsidie duurzame energiemaatregelen 2012 met daarbij behorende toelichting.
Genoemde investeringsbedragen en terugverdientijden zijn indicatief en dient u altijd bij installateur, aannemer of leverancier zelf te verifiëren.