Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Provincie Noord-Brabant

Subsidieregeling ondersteuning gemeentelijke aanpak nimby-situaties Noord-Brabant

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieProvincie Noord-Brabant
Officiële naam regelingSubsidieregeling ondersteuning gemeentelijke aanpak nimby-situaties Noord-Brabant
CiteertitelSubsidieregeling ondersteuning gemeentelijke aanpak nimby-situaties Noord-Brabant
Vastgesteld doorgedeputeerde staten
Onderwerpmilieu
Eigen onderwerpmilieubeheer, subsidies, financieel kader

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Algemene subsidieverordening Noord-Brabant, art. 2

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

25-06-201327-02-2014Nieuwe regeling

18-06-2013

Provincaal Blad, 2013, 98

3418423

Tekst van de regeling

Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Gelet op artikel 2 van de Algemene subsidieverordening Noord-Brabant;

Overwegende dat voor het realiseren van een effectieve en efficiënte aanpak van nimby-situaties door gemeenten in een aantal praktijksituaties ervaring moet worden opgedaan met een andere aanpak dan het tegen hoge kosten verplaatsen van problematische bedrijven naar daarvoor geschikte bedrijventerreinen;

Overwegende dat Gedeputeerde Staten deze doelstelling willen bereiken door subsidie te verlenen aan projecten die als voorbeeld kunnen gaan dienen voor een andere aanpak van nimby-situaties door gemeenten in de toekomst;  

Besluiten vast te stellen de volgende regeling:

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a.

    bedrijventerrein: meerdere aaneengesloten werklocaties voor bedrijven;

  • b.

    beheersorganisatie: privaatrechtelijke rechtspersoon gericht op het verbeteren van het beheer van een bedrijventerrein;

  • c.

    milieucategorie: hindercategorie voor bedrijvigheid volgens de algemeen gehanteerde indeling van de handreiking Bedrijven en milieuzonering van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten;

  • d.

    nimby: not in my back yard;

  • e.

    nimby-bedrijf: onderneming die hinder veroorzaakt voor zijn directe omgeving, niet zijnde een agrarisch productiebedrijf;

  • f.

    Regionaal Ruimtelijk Overleg: regionaal platform voor gestructureerd overleg over ruimtelijke ontwikkelingen en ruimtelijk beleid.

Artikel 2 Doelgroep

Subsidie kan worden aangevraagd door gemeenten.

Artikel 3 Subsidievorm

  • 1 Gedeputeerde Staten verstrekken op grond van deze regeling projectsubsidies.

  • 2 Subsidies als bedoeld in het eerste lid worden verstrekt in de vorm van een geldbedrag.

Artikel 4 Subsidiabele activiteiten

Subsidie kan worden verstrekt voor projecten gericht op:

  • a.

    het wegnemen van hinder:

    • 1°.

      op de locatie van een nimby-bedrijf; of

    • 2°.

      door het aansluiten van het bedrijf bij een bedrijventerrein waar al een vorm van verstoring is;

  • b.

    het opstellen van een beheersmodel voor bedrijventerreinen;

  • c.

    het opstellen van een plan voor het aanpassen van de reguliere bedrijfsvoering en vormgeving van een hindergevende bedrijfsactiviteit milieucategorie vier of vijf .

Artikel 5 Subsidievereisten

  • 1 Om voor subsidie als bedoeld in artikel 4, onder a, in aanmerking te komen, wordt voldaan aan de volgende vereisten:

    • a.

      het project wordt uitgevoerd in de provincie Noord-Brabant;

    • b.

      het nimby-bedrijf veroorzaakt blijvende hinder voor:

      • 1°.

        burgers in de directe omgeving, blijkend uit een klachtenpatroon; of

      • 2°.

        de gemeente waarin het bedrijf gevestigd is, vanwege het planologisch niet inpasbaar zijn van de voorgenomen uitbreiding van de bedrijfsactiviteiten;

    • c.

      de oorzaak van de hinder is niet het gevolg van het niet voldoen aan geldende wet- en regelgeving of aan geldende vergunningvoorwaarden;

    • d.

      alle bij het nimby-bedrijf betrokken partijen zijn bereid om mee te werken aan de oplossing.

  • 2 Om voor subsidie als bedoeld in artikel 4, onder b, in aanmerking te komen, wordt voldaan aan de volgende vereisten:

    • a.

      het project wordt uitgevoerd in de provincie Noord-Brabant;

    • b.

      het beheersmodel is gericht op het voorkomen van toekomstige hindersituaties;

    • c.

      het bedrijventerrein waarop het beheersmodel ziet is niet ouder dan tien jaar;

    • d.

      er wordt een beheersorganisatie opgericht door alle bij het bedrijventerrein betrokken partijen.

  • 3 Om voor subsidie als bedoeld in artikel 4, onder c, in aanmerking te komen, wordt voldaan aan de volgende vereisten:

    • a.

      het project wordt uitgevoerd in de provincie Noord-Brabant;

    • b.

      het bedrijventerrein waarop het plan ziet is gerealiseerd na 1 januari 2000 of moet nog worden gerealiseerd;

    • c.

      de bedrijfsvoering van een hindergevend nimby-bedrijf milieucategorie vier of vijf is op grond van geldende wet- en regelgeving in strijd met de vestigingseisen van het desbetreffende bedrijventerrein;

    • d.

      het plan is gericht op het vergroten van de vestigingsmogelijkheden van een hindergevend nimby-bedrijf milieucategorie vier of vijf op daarvoor aangewezen bedrijventerreinen.

  • 4 Onverminderd het eerste tot en met het derde lid, liggen aan een project als bedoeld in artikel 4 ten grondslag:

    • a.

      een projectplan, waarin in ieder geval is opgenomen op welke wijze wordt voldaan aan de vereisten in deze regeling;

    • b.

      een intentieverklaring van alle betrokken partijen, indien er sprake is van een project als bedoeld in artikel 4, onder a;

    • c.

      een sluitende begroting;

  • 5 Een project als bedoeld in artikel 4 moet worden aangemeld via het RRO.

Artikel 6 Subsidiabele kosten

  • 1 Voor zover noodzakelijk en adequaat in relatie tot het doel van de subsidie komen alle kosten voor subsidie in aanmerking.

  • 2 In afwijking van het eerste lid komen alleen kosten voor externe deskundigen voor niet reguliere werkzaamheden in aanmerking voor projecten die voldoen aan het vereiste in artikel 5, eerste lid, onder b, tweede onderdeel.

Artikel 7 Niet subsidiabele kosten

In afwijking van artikel 6 komen de loonkosten van medewerkers van de subsidieaanvrager niet voor subsidie in aanmerking.

Artikel 8 Vereisten subsidieaanvraag

Subsidieaanvragen worden ingediend voor 1 maart 2014.

Artikel 9 Subsidieplafond

Gedeputeerde Staten stellen het subsidieplafond voor subsidies als bedoeld in:

  • a.

    artikel 4, onder a, voor de periode tot en met 28 februari 2014 vast op € 3.650.000;

  • b.

    artikel 4, onder b, voor de periode tot en met 28 februari 2014 vast op € 300.000;

  • c.

    artikel 4, onder c, voor de periode tot en met 28 februari 2014 vast op € 50.000.

Artikel 10 Subsidiehoogte

De hoogte van de subsidie, bedoeld in:

  • a.

    artikel 4, onder a, bedraagt 100% van de subsidiabele kosten tot een maximum van € 800.000;

  • b.

    artikel 4, onder b, bedraagt 100% van de subsidiabele kosten tot een maximum van € 300.000;

  • c.

    artikel 4, onder c, bedraagt 100% van de subsidiabele kosten tot een maximum van € 50.000.

Artikel 11 Verdeelcriteria

  • 1 Subsidie wordt verdeeld op volgorde van binnenkomst van de subsidieaanvragen.

  • 2 Indien een subsidieaanvraag nog niet volledig is, geldt voor het bepalen van de onderlinge rangschikking voor de verdeling van de subsidie de dag waarop de subsidieaanvraag volledig is als datum van binnenkomst.

  • 3 Dreigt het subsidieplafond op enige dag te worden overschreden, dan vindt rangschikking van de op die dag binnengekomen volledige subsidieaanvragen plaats door middel van loting.

Artikel 12 Verplichtingen van de subsidieontvanger

  • 1 De subsidieontvanger heeft in ieder geval de volgende verplichtingen:

    • a.

      het project wordt voor 1 januari 2016 gerealiseerd;

    • b.

      de bevindingen en resultaten van het project worden toegankelijk gemaakt via het Regionaal Ruimtelijk Overleg;

    • c.

      bij subsidies van € 25.000 en hoger overlegt de subsidieontvanger jaarlijks een tussentijds voortgangsverslag, indien de periode van uitvoering van de activiteiten waarvoor de subsidie wordt verstrekt meer dan twaalf maanden bedraagt;

    • d.

      bij subsidies van € 125.000 en hoger houdt de subsidieontvanger een administratie bij van aan de activiteiten verbonden uitgaven en inkomsten als bedoeld in artikel 4:37, eerste lid, onder b, van de Algemene wet bestuursrecht en overlegt deze desgevraagd aan Gedeputeerde Staten.

  • 2 De subsidieontvanger kan een aanvraag indienen tot ontheffing van de verplichting, bedoeld in het eerste lid, onder a, indien het redelijkerwijs niet mogelijk is om te voldoen aan deze verplichting.

Artikel 13 Bevoorschotting en betaling

  • 1 Gedeputeerde Staten verstrekken een voorschot op het verleende subsidiebedrag.

  • 2 Gedeputeerde Staten bepalen de hoogte van het voorschot, bedoeld in het eerste lid, op basis van prestaties, besteding en liquiditeitsbehoefte van de subsidieontvanger.

  • 3 Gedeputeerde Staten betalen het voorschot in termijnen, waarvan de hoogte en de tijdstippen in de beschikking tot subsidieverlening worden bepaald.

Artikel 14 Evaluatie

Gedeputeerde Staten zenden in 2016 en vervolgens telkens na twee jaar aan Provinciale Staten een verslag over de doeltreffendheid en de effecten van deze regeling in de praktijk

Artikel 15 Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Provinciaal Blad waarin zij wordt geplaatst.

Artikel 16 Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling ondersteuning gemeentelijke aanpak nimby-situaties Noord-Brabant. 

Ondertekening

’s-Hertogenbosch, 18 juni 2013

Gedeputeerde Staten voornoemd,

de voorzitter prof. dr. W.B.H.J. van de Donk

de secretaris drs. W.G.H.M. Rutten

 

Toelichting behorende bij de Subsidieregeling gemeentelijke aanpak nimby-situaties Noord-Brabant.

Algemeen

In mei 2012 is door Gedeputeerde Staten het nimby-beleid vastgesteld. Dit beleid geeft handvatten aan belanghebbenden hoe om te gaan met bedrijven die hinder veroorzaken voor hun directe omgeving. De nimby-problematiek is de verantwoordelijkheid van de gemeenten en de desbetreffende bedrijven. Het beleid van Gedeputeerde Staten is er op gericht de verantwoordelijkheid voor de aanpak van de nimby-problematiek duidelijk te maken aan belanghebbenden. Met deze regeling wordt beoogd gemeenten te helpen deze verantwoordelijkheid op te pakken.

Het nimby-beleid gaat uit van een andere aanpak dan voorheen. De oude aanpak was hoofdzakelijk gericht op het tegen hoge kosten verplaatsen van nimby-bedrijven naar geschikte bedrijventerreinen. Deze oplossingen werden dan ook zelden of nooit gerealiseerd. Niet of nauwelijks werd overwogen om de hinder op een andere wijze weg te nemen. Het nieuwe nimby-beleid richt zich met name op oplossingen op de huidige locatie. Dit kan door het treffen van extra voorzieningen in geval van milieuhinder of door het onder voorwaarden planologisch inpassen van de uitbreidingsplannen van de nimby-bedrijven. Indien oplossingen op de huidige locatie niet mogelijk zijn, kan ook gezocht worden naar een oplossing door een verplaatsing van het bedrijf naar een locatie in aansluiting op een bestaande planologische verstoring. Voorbeelden van een dergelijke verstoring zijn een rioolwaterzuiveringsinstallatie in het buitengebied of een stortplaats, maar ook een bestaand bedrijventerrein.

Juridisch kader

Deze subsidieregeling is vastgesteld op grond van de Algemene subsidieverordening (Asv). Dit betekent dat een aantal aspecten van de verstrekking van subsidies niet in deze subsidieregeling zijn vastgelegd, maar in de Asv. In de Asv staat onder meer waar de aanvraag moet worden ingediend, wat de beslistermijnen zijn voor Gedeputeerde Staten en algemene verplichtingen voor de subsidieontvanger, zoals de meldingsplicht. Voor een goed begrip van deze subsidieregeling is dus bestudering van de Asv noodzakelijk. Ook de Algemene wet bestuursrecht bevat algemene bepalingen die onverkort van toepassing zijn op subsidies, verstrekt op grond van deze subsidieregeling.

Artikelsgewijs

Artikel 4 Subsidiabele activiteiten

Onder a Wegnemen van hinder

Het gaat hierbij om hinder die niet kan worden weggenomen door het stellen van voorwaarden in het kader van een vergunning en derhalve om hinder die als zodanig door de omgeving moet worden geduld.

Onder b Beheersmodel

Voor nimby-situaties geldt dat het voorkomen van nieuwe situaties de hoogste prioriteit heeft. Om nieuwe situaties te voorkomen is het noodzakelijk alle eisen, randvoorwaarden en inzichten op het gebied van het borgen van de kwaliteit van bedrijfsvestigingen te bundelen en vast te leggen in een beheersmodel voor werklocaties annex bedrijventerreinen. Een dergelijk beheersmodel kan als leidraad dienen bij het ontwerpen, exploiteren en vooral bij het toekomstbestendig maken van nieuwe werklocaties, maar kan ook dienen voor het herstructureren en revitaliseren van bestaande bedrijventerreinen. Onder c Opstellen van een plan Met betrekking tot nieuwe werklocaties worden door de gemeenten of exploitanten aan nieuwe potentiële bedrijven hoge eisen gesteld wat betreft beeldkwaliteit en mate van hinderverspreiding naar de omgeving. Deze eisen gaan verder dan de eisen aan de bedrijfsactiviteiten op grond van wet- en regelgeving. Er is in de huidige praktijk onvoldoende dialoog tussen de potentiële bedrijven en de exploitanten of gemeenten over de mogelijkheden van inpassing aan deze hogere eisen. Een bijdrage aan het tot stand komen van deze noodzakelijke dialoog is het vertalen van de hogere eisen in een plan waarin een aangepaste bedrijfsvoering en vormgeving van het bedrijf zijn uitgewerkt.

Artikel 5 Subsidievereisten

Eerste lid Hinder op locatie

Onder b, eerste onderdeel Burgers

Het gaat hier om hinder voor burgers in de directe omgeving en niet om hinder voor omliggende bedrijven. De hinder naar burgers in de omgeving van het bedrijf blijkt uit een duidelijk klachtenpatroon.

Onder b, tweede onderdeel Gemeenten

Het gaat hier om hinder voor gemeenten vanwege het feit dat in planologisch opzicht een bedrijf op een niet of op een minder geschikte locatie is gevestigd op grond van de geldende of door de gemeente gewenste bestemming.

Tweede lid Beheersmodel

Onder c Bedrijventerrein niet ouder dan tien jaar

Voor het ontwikkelen van een beheersmodel is het een vereiste dat op het desbetreffende bedrijventerrein annex werklocatie de vestigingskwaliteit nog vorm kan worden gegeven. Daarom is als subsidievereiste opgenomen dat het te ontwikkelen beheersmodel op een relatief nieuw bedrijventerrein betrekking heeft.

Onder d Beheersorganisatie

Voor het borgen van de kwaliteit op een werklocatie is in ieder geval een vergaande samenwerking tussen alle betrokken partijen noodzakelijk in de vorm van een beheersorganisatie.

Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant,

de voorzitterde secretaris
prof. dr. W.B.H.J. van de Donkdrs. W.G.H.M. Rutten