Organisatie | Nederweert |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op de heffing en invordering van hondenbelasting 2013 |
Citeertitel | Verordening hondenbelasting 2013 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp | Verordening hondenbelasting |
Deze regeling is vervangen door de Verordening hondenbelasting 2014.
Deze regeling vervangt de Verordening hondenbelasting 2012.
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
05-01-2013 | 01-01-2014 | nieuwe regeling | 18-12-2012 | 2012-82 |
Onder de naam ‘hondenbelasting’ wordt een directe belasting geheven ter zake van het houden van een hond binnen de gemeente.
Artikel 4 Maatstaf van heffing
De belasting wordt geheven naar het aantal honden dat wordt gehouden:
a. De belasting wordt geheven naar het aantal honden dat wordt gehoudendie uitsluitend dienen om blinde personen te leiden;
b. die door 'Stichting Hulphond Nederland' als gehandicaptenhond aan een gehandicapte ter beschikking zijn gesteld;
c. die verblijven in een hondenasiel, als bedoeld in artikel 1, onder c, van het Honden- en kattenbesluit 1999, welk besluit is opgenomen in het centraal register bedoeld in artikel 5, tweede lid, van genoemd besluit.;
d. die jonger zijn dan drie maanden, voor zover zij te zamen met de moederhond worden gehouden.
Artikel 8 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang
Indien de belastingplicht in de loop van het jaar aanvangt, dan wel het aantal honden in de loop van het belastingjaar toeneemt, is de belasting, respectievelijk de hogere belasting ter zake van het toegenomen aantal honden, verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na de aanvang van de belastingplicht, respectievelijk de toename van het aantal honden, nog volle kalendermaanden overblijven.
Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar eindigt, dan wel het aantal honden in de loop van het belastingjaar vermindert, bestaat aanspraak op ontheffing voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na het einde van de belastingplicht respectievelijk de vermindering van het aantal honden, nog volle kalendermaanden overblijven.
Artikel 9 Termijnen van betaling
In afwijking van artikel 9, eerste lid van de Invorderingswet 1990 moet de aanslag worden betaald:
a. Bij niet-automatische incasso in drie gelijke termijnen waarvan de eerste termijn vervalt op de laatste dag van de tweede
b. Bij automatische incasso in zoveel gelijke termijnen als er na de maand van dagtekening van het aanslagbiljet nog niet
Artikel 10 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en invordering van de hondenbelasting.
De ‘Verordening hondenbelasting 2012’ van 20 september 2011, wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 12, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.