Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Mill en Sint Hubert

Bomenverordening 2010

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieMill en Sint Hubert
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingBomenverordening 2010
CiteertitelBomenverordening 2010
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpmilieu
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Onbekend

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

29-12-201001-12-2015Onbekend

16-12-2010

Koerier

Onbekend

Tekst van de regeling

Intitulé

Bomenverordening 2010

 

 

Artikel 1: Begripsomschrijvingen

In deze afdeling wordt verstaan onder:

  • a.

    boom: een houtige opgaande plant met één of meerdere stammen

  • b.

    beschermde boom/bomen: een boom die is vermeld op de kaart “beschermd groen” en

    opgenomen op de lijst/register van beschermde bomen

  • c.

    monumentale boom: beschermde boom met een leeftijd van minimaal 60 jaar.

  • d.

    potentieel monumentale boom: beschermde boom met een leeftijd tot 60 jaar

  • e.

    boomgroep: minimaal 3 beschermde bomen op geringe afstand van elkaar

  • f.

    structuurbomen: een verzameling beschermde bomen die samen een, al dan niet

    onderbroken, lijn of andere verbindingsstructuur vormen door het

    gebied.

  • g.

    boomzone: een begrensd gebied van beschermde bomen met een specifieke

waarde of kwaliteit dat een samenhangend geheel vormt.

  • h.

    kaart “beschermd groen” topografische kaart met daarop aangegeven boomzones,

    structuurbomen, boomgroepen of (potentieel) monumentale bomen,

    met bijbehorende lijst/register. Indien er een verschil is tussen de

    kaart en de lijst/het register dan is de kaart doorslaggevend.

  • i.

    vellen: rooien; kappen; verplanten; het snoeien van meer dan 20 procent

van de kroon of het wortelgestel, met inbegrip van kandelaberen;

het verrichten van handelingen, zowel boven- als ondergronds, die

de dood of ernstige beschadiging of ontsiering van de beschermde

boom ten gevolge kunnen hebben.

j.dunnen: een velling die uitsluitend als een verzorgingsmaatregel ter

bevordering van de groei van de overblijvende bomen beschouwd

moet worden

  • k.

    boomwaarde: de monetaire waarde van een beschermde boom zoals getaxeerd

    volgens de meest recente richtlijnen van Nederlandse Vereniging

    van Taxateurs van Bomen.

  • l.

    bomen effect analyse: een standaard beoordeling van de gevolgen van voorgenomen

    activiteiten rond een beschermde boom, op basis van landelijke

richtlijnen van de Bomenstichting.

m.bevoegd gezag: bestuursorgaan als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, van de Wet

algemene bepalingen omgevingsrecht.

n.vergunning: vergunning als bedoeld in hoofdstuk 2 van de Wet algemene

bepalingen omgevingsrecht.

Artikel 2: Kaart “beschermd groen”

  • 1.

    Het bevoegd gezag stelt een kaart “beschermd groen” en register met daarop beschermde bomen vast. De kaart met bijbehorende lijst/ register wordt elke vijf jaar herzien. De kaart en het bijbehorende lijst/register bevat een samenhangend geheel van:

    • ·

      boomzones

    • ·

      structuurbomen;

    • ·

      boomgroep of (potentieel) monumentale boom

  • 2.

    De kaart bevat de volgende gegevens:

    • ·

      eenduidige inmeting van de beschermde boom/bomen

    • ·

      indeling naar categorieën beschermde boom/bomen (boomzone (vlak), structuurboom (lijn), boomgroep/ (potentieel) monumentale boom (punt));

    • ·

      legenda met toelichting

  • 3.

    Het bijbehorend register van beschermde boom/bomen bevat minimaal de volgende gegevens:

    • ·

      redengevende beschrijving;

    • ·

      soort boom of bomen;

    • ·

      standplaats;

    • ·

      kadastrale gegevens;

    • ·

      eigendomsgegevens;

    • ·

      foto’s

  • 4.

    Het bevoegd gezag stelt een bijdrageregeling vast voor een tegemoetkoming in de kosten die noodzakelijk zijn voor het duurzaam in stand houden van een beschermde boom.

Artikel 3: Kapverbod

  • 1.

    Het is verboden zonder vergunning van het bevoegd gezag een beschermde boom/bomen te vellen of te doen vellen.

  • 2.

    Het in eerste lid gestelde verbod geldt niet voor een beschermde boom die moet worden geveld krachtens de Plantenziektenwet of krachtens een aanschrijving van het bevoegd gezag.

  • 3.

    Het in het eerste lid gestelde verbod geldt niet indien er, ter behoud van de structuur, bomen behorende tot de structuurbomen gedund worden.

Artikel 4: Aanvraag vergunning

  • 1.

    De vergunning moet schriftelijk en gemotiveerd worden aangevraagd, door of namens degene, die krachtens zakelijk recht of door degene die krachtens publiekrechtelijke bevoegdheid gerechtigd is over de beschermde boom/bomen te beschikken.

  • 2.

    In geval waarbij vanwege zwaarwegend maatschappelijk belang vergunning aangevraagd wordt, maakt een bomeneffectanalyse (BEA) onderdeel uit van de aanvraag. Deze analyse is opgesteld door een onafhankelijke en gecertificeerde boomdeskundige.

Artikel 5: Criteria

  • 1.

    Het bevoegd gezag kan de vergunning weigeren of onder voorschriften verlenen.

  • 2.

    Een vergunning voor het vellen van een beschermde boom wordt verleend indien:

    • a.

      een maatschappelijk belang dat zwaar opweegt tegen duurzaam behoud van de beschermde boom en;

    • b.

      alternatieven uitputtend zijn onderzocht of

    • c.

      naar boomdeskundige maatstaven instandhouding niet langer verantwoord is ter voorkoming van letsel of schade;

    • d.

      het kwijnende bomen binnen de structuurbomen betreft.

  • 3.

    Het bevoegd gezag kan toestemming geven tot direct vellen indien sprak is van grote

gevaarzetting of vergelijkbaar spoedeisend belang.

Artikel 6: Beleidsregels

Burgemeester en wethouders kunnen ter uitvoering van deze regeling nadere beleidsregels vaststellen.

Artikel 7: Herplant-/instandhoudingplicht

  • 1.

    Indien een beschermde boom of deel daarvan waarop het verbod tot vellen van toepassing is, zonder vergunning van het bevoegd gezag is geveld, dan wel op andere wijze teniet is gegaan, zal het bevoegd gezag aan de zakelijk gerechtigde van de grond waarop zich de beschermde boom bevond dan wel aan degene die uit andere hoofde tot het treffen van voorzieningen bevoegd is, de verplichting opleggen te herplanten overeenkomstig de door hen te geven aanwijzing binnen een door hen te stellen termijn.

  • 2.

    Indien niet ter plaatse kan worden herplant wordt een financiële bijdrage gestort in het gemeentelijk herplantfonds.

  • 3.

    Wordt een verplichting als bedoeld in het eerste lid opgelegd, dan wordt telkens bepaald binnen welke termijn na de herplant en op welke wijze niet aangeslagen herplant moet worden vervangen.

  • 4.

    Indien een beschermde boom waarop het verbod tot vellen van toepassing is in het voortbestaan ernstig wordt bedreigd, kan het bevoegd gezag aan de zakelijk gerechtigde van de grond waarop zich de beschermde boom bevindt dan wel aan degene die uit andere hoofde tot het treffen van voorzieningen bevoegd is, de verplichting opleggen of vergunning verlenen om:

  • ·

    overeenkomstig de door hen te geven aanwijzingen binnen een door hen te stellen termijn voorzieningen te treffen, waardoor die bedreiging wordt weggenomen en

  • ·

    een bomeneffectanalyse (BEA) op te stellen en aan te bieden aan het bevoegd gezag

  • 5.

    Degene aan wie een voorschrift of een verplichting als bedoeld in dit artikel is opgelegd, alsmede diens rechtsopvolger, is verplicht daaraan te voldoen.

Artikel 8: Schadevergoeding

Het bevoegd gezag beslist op een verzoek om schadevergoeding bij weigering van een vergunning tot vellen op grond van artikel 17 van de Boswet.

Artikel 9: Afstand tot erfgrenslijn

De afstand als bedoeld in artikel 5:42 Burgerlijk wetboek wordt vastgesteld op nihil uitsluitend voor gemeentelijke bomen, heggen en heesters.

Artikel 10: Bestrijding van boomziekten

  • 1.Indien zich op een terrein één of meer bomen bevinden die naar het oordeel van het bevoegd gezag gevaar opleveren van verspreiding van een boomziekte of voor vermeerdering van de ziekteverspreiders zoals insecten, is de rechthebbende, indien hij daartoe door het bevoegd gezag is aangeschreven, verplicht binnen de bij aanschrijving vast te stellen termijn:

  • a.

    de boom te vellen.

  • b.

    conform richtlijnen van de gemeente de gevelde boom direct zodanig de behandelen dat verspreiding van de boomziekte wordt voorkomen.

    • 2.

      Het is verboden gevelde bomen of delen daarvan voorhanden of in voorraad te hebben of te vervoeren, indien het een boomsoort betreft die de desbetreffende boomziekte kan verspreiden.

    • 3.

      Het bevoegd gezag kan vergunning verlenen van het onder het tweede lid van dit artikel gestelde verbod.

    • 4.

      Het niet voldoen aan de in het eerste lid bedoelde aanschrijving biedt een basis voor de toepassing van bestuursdwang, waarbij de noodzakelijke werkzaamheden, voor risico en voor rekening van aangeschrevene, door of namens de gemeente kunnen worden verricht.

Artikel 11: Bescherming publieke bomen

  • 1.

    Het is verboden om bomen die publiek eigendom zijn:

    • ·

      te beschadigen, te bekladden of te beplakken;

    • ·

      te snoeien, behoudens door het bevoegde gezag opgedragen boomverzorgende taken.

  • 2.

    Het is verboden om een of meer voorwerpen in of aan een openbare houtopstand aan te

    brengen of anderszins te bevestigen, behoudens vergunning van het bevoegd gezag.

Artikel 12: Strafbepaling

  • 1.

    Degene aan wie een voorschrift als bedoeld in artikel 7, artikel 9, artikel 12 is opgelegd, alsmede diens rechtsopvolger, is gehouden dienovereenkomstig te handelen.

  • 2.

    Hij die handelt in strijd met artikel 3, eerste lid, dan wel een voorschrift onderscheidenlijk een verplichting als bedoeld in het vorige lid niet na komt, wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste twee maanden of een geldboete van de tweede categorie. Tevens kan een rechterlijke veroordeling op grond van dit artikel openbaar gemaakt worden. Bij de strafmaatbepaling kan rekening worden gehouden met de boomwaarde.

  • 3.

    Degene, die handelt in strijd met het voorschrift als bedoeld in artikel 11 of in artikel 12 wordt bestraft met een hechtenis van ten hoogste twee maanden of een boete van de tweede categorie.

Artikel 13: Slotbepaling

  • 1.

    Deze verordening kan worden aangehaald als: Bomenverordening 2010.

  • 2.

    Zij treedt in werking met ingang van de dag na de dag van bekendmaking. Op datzelfde tijdstip vervalt de voorgaande, in december 2009 vastgestelde, Bomenverordening 2010.

  • 3.

    De vergunningsaanvragen die zijn ingediend voor de in artikel lid 2 van dit artikel genoemde datum van inwerkingtreding, vallen onder de vergunning die van kracht was voorafgaand aan deze verordening.

  • 4.

    In gevallen waarin deze regeling niet voorziet, treft het bevoegd gezag de nodige voorzieningen en/of neemt zij de nodige beslissingen, één en ander mede in overleg met de belanghebbende.

Artikel 17 Boswet

Indien de gebruiker of eigenaar van een houtopstand tengevolge van een krachtens provinciale

of gemeentelijke verordening genomen besluit, houdende een verbod tot vellen

van een houtopstand of een weigering tot ontheffing van een verbod tot vellen van een

houtopstand, schade lijdt, welke redelijkerwijs niet of niet geheel voor zijn rekening behoort

te blijven, kennen de in de provinciale, onderscheidenlijk de gemeentelijke verordening

aangewezen organen hem op zijn verzoek een naar billijkheid te bepalen schadevergoeding

uit de provinciale, onderscheidenlijk de gemeentekas toe.