Organisatie | 's-Gravenhage |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | VERORDENING nadere kwaliteitseisen peuterspeelzalen gemeente Den Haag 2013 |
Citeertitel | Verordening peuterspeelzalen 2013 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | onderwijs |
Eigen onderwerp | 2013/04 |
Geen
artikel 149 van de Gemeentewet, artikel 2.6 eerste lid van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen en artikel 18a van de Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen 2012
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2018 | 01-01-2018 | intrekking | 14-12-2017 | RIS298401, 2017 | |
23-12-2016 | 01-01-2018 | artikel 7 | 15-12-2016 | RIS295576, 2016 | |
23-09-2016 | 23-12-2016 | artikel 8a | 08-09-2016 Gemeenteblad 126817, 2016 | RIS294632, 2016 | |
01-07-2013 | 23-09-2016 | nieuwe regeling | 13-06-2013 Gemeenteblad 26, 2013 | rv 67 |
HOOFDSTUK 1 Algemene bepalingen
In deze verordening wordt verstaan onder:
Artikel 2 Overeenkomst tussen houder en ouder
Opvang in een peuterspeelzaal geschiedt op basis van een schriftelijke overeenkomst tussen de houder en de ouder.
Peuterspeelzaalwerk vindt plaats gedurende ten minste één dagdeel en maximaal vijf dagdelen per kind per week. Het is niet toegestaan een kind gedurende twee aansluitende dagdelen op te vangen.
HOOFDSTUK 3 Gemeentelijk toezicht
Een ieder is verplicht om de door de in artikel 8 bedoelde toezichthouder gegeven aanwijzingen na te leven.
Artikel 9 Onderzoek door de toezichthouder
De toezichthouder onderzoekt na een melding van een uitbreiding van het aantal kindplaatsen, een wijziging als bedoeld in artikel 2.4, eerste lid van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen, of de uitbreiding van een peuterspeelzaal redelijkerwijs zal plaatsvinden in overeenstemming met het bepaalde bij deze verordening.
Artikel 10 Vastleggen onderzoeksresultaten
De toezichthouder zendt het inspectierapport na het te hebben vastgesteld onverwijld aan de houder, die dit zo spoedig mogelijk na ontvangst op een website plaatst, zodanig dat het rapport voor ouders en personeel gemakkelijk vindbaar is, dan wel, indien de houder geen eigen website heeft, ter inzage legt op een voor ouders en personeel toegankelijke plaats.