Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Rozendaal

Verordening verrekening bestuurlijke bioete bij recidive

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieRozendaal
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening verrekening bestuurlijke bioete bij recidive
CiteertitelVerordening verrekening bestuurlijke boete bij residive
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpmaatschappelijke zorg en welzijn
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. WWB, art 8 lid 1b en h, art 9a, lid 12 en art 18, lid 1, 2 en 3
  2. IOAW, art 20 en 35
  3. IOAZ, art 20 en 35
  4. Wet Suwi, art 30
  5. Algemene wet bestuursrecht
  6. Gemeentewet
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

26-06-201301-01-201301-01-2015nieuwe regeling

24-06-2013

Gemeentelijk informatieblad "In de Roos" d.d. 25-6-2013

Onbekend

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening verrekening bestuurlijke bioete bij recidive

 

 

 

VERORDENING VERREKENING BESTUURLIJKE BOETE BIJ RECIDIVE

Artikel 1 Begripsbepalingen

1 Begrippen die in deze verordening worden gebruikt en die niet nader worden omschreven, hebben dezelfde betekenis als in de Wet werk en bijstand (WWB).

2 In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a

    de wet : Wet werk en bijstand;

  • b

    college : het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Rozendaal;

  • c

    bijstandsnorm : de toepasselijke bijstandsnorm, als bedoeld in artikel 5, onderdeel c, van de wet;

  • d

    beslagvrije voet : beslagvrije voet, als bedoeld in de artikelen 475c tot en met 475e van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering;

  • e

    recidiveboete : bestuurlijke boete, als bedoeld in artikel 18a, vijfde lid, van de wet;

  • f

    gelden : geldbedrag waarover belanghebbende beschikt of redelijkerwijs kan beschikken.

Artikel 2 Verrekenen bij voldoende gelden

  • 1.

    Indien belanghebbende redelijkerwijs over gelden kan beschikken ter hoogte van ten minste driemaal de toepasselijke bijstandsnorm, verrekent het college de recidiveboete gedurende drie maanden met de algemene bijstand zonder inachtneming van de beslagvrije voet.

  • 2.

    Indien belanghebbende redelijkerwijs niet kan beschikken over gelden ter hoogte van ten minste driemaal de toepasselijke bijstandsnorm, maar hij redelijkerwijs wel kan beschikken over gelden ter hoogte van tweemaal de toepasselijke bijstandsnorm, verrekent het college de recidiveboete gedurende twee maanden met de algemene bijstand zonder inachtneming van de beslagvrije voet. Het is aan belanghebbende om aan te tonen dat hij redelijkerwijs niet over voldoende gelden kan beschikken.

  • 3.

    Aansluitend op verrekening als bedoeld in het tweede lid, verrekent het college de recidiveboete in de daarop volgende maand op een dusdanige wijze dat belanghebbende blijft beschikken over een inkomen ter hoogte van 80% van de toepasselijke bijstandsnorm.

  • 4.

    Tot het inkomen, bedoeld in het derde lid, worden ook middelen gerekend als bedoeld in artikel 31, tweede lid, onderdelen n en r, van de wet.

  • 5.

    De verrekening, als bedoeld in het eerste en tweede lid, geschiedt vanaf het moment van de dagtekening waarop de recidiveboete is opgelegd.

Artikel 3 Verrekenen bij geen of onvoldoende gelden

  • 1.

    Indien belanghebbende redelijkerwijs niet kan beschikken over gelden ter hoogte van ten minste tweemaal de toepasselijke bijstandsnorm, verrekent het college de recidiveboete gedurende een maand met de algemene bijstand zonder inachtneming van de beslagvrije voet. Het is aan belanghebbende om aan te tonen dat hij redelijkerwijs niet over gelden ter hoogte van ten minste tweemaal de toepasselijke bijstandsnorm kan beschikken.

  • 2.

    Aansluitend op verrekening als bedoeld in het eerste lid, verrekent het college de recidiveboete in de daarop volgende twee maanden op een dusdanige wijze dat belanghebbende blijft beschikken over een inkomen ter hoogte van 80% van de toepasselijke bijstandsnorm.

  • 3.

    Tot het inkomen, bedoeld in het tweede lid, worden ook middelen gerekend als bedoeld in artikel 31, tweede lid, onderdelen n en r, van de wet.

  • 4.

    De verrekening, als bedoeld in het eerste lid, geschiedt vanaf het moment van de dagtekening waarop de recidiveboete is opgelegd.

Artikel 4 Verrekenen met inachtneming beslagvrije voet

In afwijking van de artikelen 2 en 3 kan het college de recidiveboete met inachtneming van de beslagvrije voet verrekenen indien sprake is van dringende redenen. Daarvan wordt de belanghebbende schriftelijk mededeling gedaan.

Artikel 5 Eerder opgelegde bestuurlijke boetes

De artikelen 2, 3 en 4 zijn van overeenkomstige toepassing op de verrekening van de bestuurlijke boete, als bedoeld in artikel 18a, eerste lid, van de wet, indien en voor zover deze boete nog niet is betaald op het moment van verrekening van de recidiveboete.

Artikel 6 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op 26 juli 2013 en werkt terug tot en met

1 januari 2013.

Artikel 7 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening verrekening bestuurlijke boete bij recidive.

 

Aldus besloten in de openbare vergadering van

de gemeenteraad van Rozendaal d.d. 25 juni 2013,

de griffier (wnd.),

J.van Rooij

de voorzitter

drs. J.H. Klein Molekamp