Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Waterschap Zuiderzeeland

Besluit mandaat, volmacht en machtiging Waterschap Zuiderzeeland 2016

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieWaterschap Zuiderzeeland
OrganisatietypeWaterschap
Officiële naam regelingBesluit mandaat, volmacht en machtiging Waterschap Zuiderzeeland 2016
CiteertitelBesluit mandaat, volmacht en machtiging Waterschap Zuiderzeeland 2016
Vastgesteld doordagelijks bestuur
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Afdeling 10.1.1 Algemene wet bestuursrecht
  2. Boek 3, titel 3 Burgerlijk Wetboek
  3. Waterschapswet, artikel 95

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

28-10-2016 artikel 1.4.en 1.5, artikel 2.l t/m 2.v.

27-10-2016

via CVDR

484225
05-12-201428-10-2016 artikel 2.4.s toegevoegd en artikel 8.3 aangepast.

11-12-2014

via CVDR

368798
04-07-2013Onbekend

06-06-2013

Flevopost

162683

Tekst van de regeling

Intitulé

Besluit mandaat, volmacht en machtiging Waterschap Zuiderzeeland 2016

Het college van Dijkgraaf en Heemraden van Waterschap Zuiderzeeland en de dijkgraaf van Waterschap Zuiderzeeland;

gelezen het bestuursvoorstel met nummer 484225 d.d. 28 september 2016, behorend bij zaaknummer 483760;

gelet op het bepaalde in afdeling 10.1.1 Algemene wet bestuursrecht, Boek 3, titel 3 Burgerlijk Wetboek en artikel 95 Waterschapswet;

Besluit vast te stellen het navolgende:

Besluit mandaat, volmacht en machtiging Waterschap Zuiderzeeland 2016

Artikel 1

In dit besluit en de daarbij behorende bijlagen wordt verstaan onder:

  • 1.

    Besluit: Een besluit als bedoeld in artikel 1:3, eerste lid, Algemene wet bestuursrecht.

  • 2.

    Mandaat: De bevoegdheid om in naam van het dagelijks bestuur besluiten als bedoeld in artikel 1:3 Algemene wet bestuursrecht te nemen.

  • 3.

    Volmacht: De bevoegdheid om in naam van het dagelijks bestuur of de dijkgraaf privaatrechtelijke rechtshandelingen te verrichten.

  • 4.

    Machtiging: De bevoegdheid om in naam van het dagelijks bestuur of de dijkgraaf andere handelingen dan besluiten of privaatrechtelijke rechtshandelingen te verrichten, hieronder mede verstaand de vertegenwoordiging van het dagelijks bestuur of de dijk­graaf in bestuursrechtelijke procedures en civielrechtelijke rechtsgedingen.

  • 5.

    Ondermandaat: De door de mandaatgever verleende bevoegdheid het gegeven mandaat door te mandateren aan een ondergeschikte.

  • 6.

    Secretaris-directeur: De functionaris die secretaris is van het dagelijks bestuur en het algemeen bestuur en tevens eindverantwoordelijk is voor de ambtelijke organisatie, de inhoudelijke werkprocessen, de bedrijfsvoering en de organisatieontwikkeling van het waterschap.

Artikel 2
  • 1.

    Het dagelijks bestuur en de voorzitter verlenen aan de secretaris-directeur algemeen mandaat, volmacht en machtiging voor uitoefening van de aan het dagelijks bestuur en voorzitter toekomende wettelijke bevoegdheden

  • 2.

    Het dagelijks bestuur en de voorzitter verlenen toestemming aan de secretaris-directeur tot het verlenen van ondermandaten en ondervolmachten binnen wettelijke dan wel binnen door het dagelijks bestuur en voorzitter bepaalde kaders.

  • 3.

    De (onder)gemandateerde, gemachtigde of (onder)gevolmachtigde maakt van de aan hem op grond van dit besluit verleende bevoegdheden uitsluitend gebruik voor zover het aangelegenheden betreft, die behoren tot zijn werkterrein en taak zoals weergegeven in zijn functiebeschrijving en met inachtneming van het ter zake geldende recht en de voor het waterschap geldende beleids- en uitvoeringsregels.

  • 4.

    Naast de in hoofdstuk 10 van de Algemene wet bestuursrecht genoemde uitsluitingen geldt de mandaat- en volmachtverlening niet voor:

     

    • a.

      vaststellen van beleidsregels in de zin van 4:81 Awb;

    • b.

      het verlenen van strafontslag;

    • c.

      besluiten ten aanzien van de rechtspositie van de secretaris-directeur;

    • d.

      aanstellen, nemen van disciplinaire maatregelen en ontslaan van directieleden;

    • e.

      heroverwegen van bestreden besluiten van het waterschap waar -ontvankelijk- bezwaar tegen is gemaakt;

    • f.

      beslissen op watervergunningaanvragen, waarvoor een uniforme openbare voorbereidingprocedure is doorlopen en zienswijzen zijn ingediend;

    • g.

      besluiten tot het instellen van beroep, het maken van bezwaar, het indienen van een zienswijze of besluiten tot het instellen van rechtsgedingen, arbitrage, en mediation;

    • h.

      een besluit inzake (materiële of immateriële) schadevergoeding, nadeelscompensatie of schikking groter dan € 25.000;

    • i.

      opleggen van gedoogplichten op grond van artikel 5.23 en 5.24 Waterwet;

    • j.

      vaststellen van de beheerbegroting;

    • k.

      vaststellen van rapportages in het kader van verantwoording m.b.t. de uitvoering van de beheerbegroting;

    • l.

      nemen van besluiten inzake onderwerpen waarover overleg moet plaatsvinden in de commissie voor georganiseerd overleg op grond van de Sectorale arbeidsvoorwaardenregelingen van het waterschapspersoneel (SAW);

    • m.

      aangaan van langlopende geldleningen;

    • n.

      aangaan van borgstellingen;

    • o.

      het aangaan van een convenant, waterakkoord, samenwerkingsovereenkomst, bestuursovereenkomst;

    • p.

      vaststellen van de leggers;

    • q.

      het vaststellen van projectplannen op grond van de Waterwet;

    • r.

      het nemen van maatregelen in geval van dringend of dreigend gevaar, als bedoeld in artikel 96 van de Waterschapswet;

    • s.

      het nemen van besluiten ten aanzien van afwijkingen van inkoopprocedures in het geval dat Europese drempelbedragen overschreden worden;

    • t.

      het besluiten over adviezen van de klachtencommissie;

    • u.

      het verlenen van een vergunning aan Waterschap Zuiderzeeland;

    • v.

      het besluiten over aanvragen voor het Dijk & Waterfonds vanaf € 5.000 of aanvragen in strijd met een van de bestuurlijk vastgestelde criteria.

Artikel 3

Deze bepalingen zijn van overeenkomstige toepassing indien het dagelijks bestuur aan een ander, werkzaam onder zijn verantwoordelijkheid, volmacht verleent tot het verrichten van privaatrechtelijke rechtshandelingen, mandaat of machtiging verleent tot het verrichten van handelingen die noch een besluit noch een privaatrechtelijke rechtshandeling zijn.

 

Artikel 4

Een besluit tot het verlenen van een ondermandaat, machtiging of ondervolmacht wordt schriftelijk vastgelegd.

 

Artikel 5
  • 1.

    De secretaris-directeur legt verantwoording af aan degene van wie hij mandaat, machtiging of volmacht heeft gekregen, over de uitoefening van de toegekende bevoegdheden.

  • 2.

    Degene die mandaat, machtiging of volmacht heeft verleend kan de secretaris-directeur gevraagd en ongevraagd advies geven omtrent de voortgang en uitoefening.

  • 3.

    Bij afwezigheid van de secretaris-directeur worden de verleende bevoegdheden uitgeoefend door zijn plaatsvervanger.

 

Artikel 6

De gemandateerde verschaft de mandaatgever periodiek of op diens verzoek een rapportage op hoofdlijnen over de uitoefening van de bevoegdheid. Hierover wordt in de management- en bestuursrapportages, die het waterschap binnen het planning & controlsysteem kent, ruimte gereserveerd. Daarnaast informeert de gemandateerde de mandaatgever over zaken die direct de taakuitoefening van bestuurders raken.

 

Artikel 7

Onverminderd artikel 2, wordt aan de afzonderlijke heemraden volmacht en machtiging verleend voor aangelegenheden die naar aard en inhoud niet een zodanig gewicht hebben en het waterschap rechtens niet binden of verplichten.

 

Artikel 8
  • 1.

    Dit besluit kan worden aangehaald als “Besluit mandaat, volmacht en machtiging Waterschap Zuiderzeeland 2016”.

  • 2.

    De door het college van DenH verleende (onder)mandaten, machtigingen en (onder)volmachten in te trekken, zulks met ingang van de dag van inwerkingtreding van dit besluit.

  • 3.

    Dit besluit treedt in werking met ingang van de eerste dag na de vaststelling.

 

Aldus vastgesteld in de vergadering van DenH d.d. 27 oktober 2016.

Lelystad, 27 oktober 2016,

het college van Dijkgraaf en Heemraden,

de secretaris-directeur, ir. J.B. van der Veen.

de dijkgraaf, . ir. H.C. Klavers.