Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Noord-Holland

Regeling persoonlijk ontwikkelbudget Noord-Holland 2013 .

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieNoord-Holland
OrganisatietypeProvincie
Officiële naam regelingRegeling persoonlijk ontwikkelbudget Noord-Holland 2013 .
CiteertitelRegeling persoonlijk ontwikkelbudget Noord-Holland 2013
Vastgesteld doorgedeputeerde staten
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerpopleidingen, trainingen, studies, loopbaan

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

CAO

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

11-06-201301-01-2020nieuwe regeling

04-06-2013

Provinciaal blad, 2013, 76

196866-196871

Tekst van de regeling

Intitulé

Regeling persoonlijk ontwikkelbudget Noord-Holland 2013 .

Gedeputeerde Staten van Noord-Holland;

 

Besluiten vast te stellen:

 

Regeling persoonlijk ontwikkelbudget Noord-Holland 2013.

Artikel 1

Voor de toepassing van deze regeling wordt verstaan onder:

  • a.

    persoonlijk ontwikkelbudget: het totale budget dat een ambtenaar in de periode van 1 september 2010 tot en met 31 december 2013 kan inzetten voor de in artikel 3 genoemde activiteiten;

  • b.

    de POB catalogus: de catalogus met opleidingen, studies en trainingen die op de website ‘www.hetontwikkelplein.nl’ staat.

Artikel 2
  • 1.

    Een ambtenaar die voor onbepaalde tijd is aangesteld vóór 1 januari 2013 heeft tot en met 31 december 2013 aanspraak op een persoonlijk ontwikkelbudget van € 4500,00.

  • 2.

    Een ambtenaar die voor onbepaalde tijd is aangesteld op of ná 1 januari 2013 heeft tot en met 31 december 2013 aanspraak op een persoonlijk ontwikkelbudget van € 1500,00.

Artikel 3
  • 1.

    Opleidingen, trainingen en studies die zijn opgenomen in de POB catalogus komen in aanmerking voor vergoeding vanuit het persoonlijk ontwikkelbudget.

  • 2.

    Opleidingen en studies die niet zijn opgenomen in de POB catalogus komen slechts in aanmerking voor vergoeding vanuit het persoonlijk ontwikkelbudget als deze worden gevolgd in verband met:

    • a.

      verdere ontwikkeling van professionele vaardigheden ten behoeve van de huidige functie, of

    • b.

      het vervullen van een beroep in de toekomst.

  • 3.

    Trainingen die niet zijn opgenomen in de POB catalogus komen slechts in aanmerking voor vergoeding vanuit het persoonlijk ontwikkelbudget als deze worden gevolgd in verband met verdere ontwikkeling van professionele vaardigheden ten behoeve van de huidige functie.

  • 4.

    Aan de voorwaarde bedoeld in het tweede lid, aanhef en onderdeel b, wordt voldaan als het aannemelijk is dat de ambtenaar binnen afzienbare termijn daadwerkelijk in het desbetreffende vakgebied werkzaam zal zijn en inkomsten daaruit kan verwerven.

  • 5.

    Opleidingen, trainingen en studies die voortvloeien uit de in het werkplan opgenomen afspraken met betrekking tot opleiding en ontwikkeling komen alleen in aanmerking voor vergoeding vanuit het persoonlijk ontwikkelbudget als het reguliere opleidingsbudget niet toereikend is.

  • 6.

    Een bijdrage vanuit het reguliere opleidingsbudget is mogelijk als aan de criteria van de Uitvoeringsregeling Opleiding en Ontwikkeling 2010 wordt voldaan.

Artikel 4
  • 1.

    Om in aanmerking te komen voor een vergoeding vanuit het persoonlijk ontwikkelbudget dient de ambtenaar een aanvraag in via www.hetontwikkelplein.nl.

  • 2.

    Een aanvraag voor vergoeding vanuit het persoonlijk ontwikkelbudget voor opleidingen, trainingen en studies die niet zijn opgenomen in de POB catalogus, wordt voor advies voorgelegd aan de Toetsingscommissie POB.

  • 3.

    De Toetsingscommissie POB bestaat uit:

    • a.

      een sectormanager, niet zijnde de sectormanager van de sector Personele Dienstverlening;

    • b.

      een lid namens de vakorganisaties voor overheidspersoneel, vertegenwoordigd in het Georganiseerd Overleg;

    • c.

      een onafhankelijk voorzitter, aangewezen door de leden bedoeld in de onderdelen a en b.

  • 4.

    De Toetsingscommissie POB toetst of een aanvraag voldoet aan de criteria genoemd in artikel 3, tweede dan wel derde lid, en brengt binnen vier weken een gemotiveerd advies uit aan gedeputeerde staten, te rekenen vanaf het moment dat de aanvraag volledig is en van voldoende motivering is voorzien.

  • 5.

    De Toetsingscommissie POB kan alleen een negatief advies aan gedeputeerde staten geven als de ambtenaar in de gelegenheid is gesteld zijn aanvraag toe te lichten.

  • 6.

    Gedeputeerde staten nemen binnen twee weken na ontvangst van het advies van de Toetsingscommissie POB een beslissing op de aanvraag.

  • 7.

    Gedeputeerde staten stellen de Toetsingscommissie POB in kennis van de beslissingen op aanvragen waarover de Toetsingscommissie POB heeft geadviseerd.

Artikel 5

De toetsingscommissie POB rapporteert jaarlijks aan de algemeen directeur en aan het Georganiseerd Overleg over:

  • a.

    de hoeveelheid en de aard van de aanvragen voor opleidingen, trainingen en studies als bedoeld in artikel 3, tweede en derde lid;

  • b.

    de aard van de adviezen die zij heeft uitgebracht.

Artikel 6

Aanvragen voor opleidingen, trainingen of studies die zijn ingediend vóór de datum van inwerkingtreding van deze regeling worden behandeld overeenkomstig de Overeenkomst Persoonlijk Ontwikkelbudget 2008-2013.

Artikel 7
  • 1.

    Een opleiding, training of studie die vanuit het persoonlijk ontwikkelbudget wordt vergoed vindt plaats in eigen tijd van de ambtenaar.

  • 2.

    Reiskosten voor een opleiding, training of studie als bedoeld in artikel 3 komen niet voor vergoeding vanuit het persoonlijk ontwikkelbudget of voor vergoeding anderszins in aanmerking, tenzij het reizen op zichzelf integraal onderdeel uitmaakt van de opleiding, training of studie.

Artikel 8
  • 1.

    Een aanvraag voor een bijdrage vanuit het persoonlijk ontwikkelbudget kan tot en met 30 november 2013 worden ingediend.

  • 2.

    De aanspraak op het persoonlijk ontwikkelbudget vervalt op het moment dat het dienstverband van de ambtenaar bij de provincie eindigt.

Artikel 9

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na datum van uitgifte van het Provinciaal Blad waarin zij wordt geplaatst.

Artikel 10

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling persoonlijk ontwikkelbudget Noord-Holland 2013.

Haarlem, 4 juni 2013.

Gedeputeerde staten van Noord-Holland,

J.W. Remkes, voorzitter.

G.E.A. van Craaikamp, provinciesecretaris.

TOELICHTING

Algemeen

Tussen de vakbonden en de provincies is in 2008 een akkoord bereikt over de besteding van decentrale arbeidsvoorwaardengelden voor de periode van 1 januari 2008 tot en met 31 december 2012. Dit akkoord is in 2012 verlengd tot en met 31 december 2013. In de cao is afgesproken dat voor iedere provinciale ambtenaar die is aangesteld in vaste dienst een persoonlijk ontwikkelbudget beschikbaar is, dat aangewend kan worden voor loopbaanontwikkeling en verbreding van inzetbaarheid. Deze regeling strekt tot uitvoering van de cao afspraak. In de regeling is niets opgenomen over de geldigheidsduur. Het is niet uitgesloten dat de cao afspraken worden voortgezet.

De regeling geldt voor alle provincieambtenaren met een aanstelling voor onbepaalde tijd. De gedachte achter het persoonlijk ontwikkelbudget is dat de ambtenaar zelf verantwoordelijk is voor zijn loopbaan en voor verbreding van zijn inzetbaarheid. Het initiatief voor het inzetten van het persoonlijk ontwikkelbudget ligt dan ook bij de ambtenaar. Binnen de grenzen van de regeling kan hij op eigen initiatief een opleiding, training of studie uitkiezen en hiervoor een aanvraag indienen ten laste van het persoonlijk ontwikkelbudget. Daarbij is gekozen voor een fiscaal toetsingskader. Het persoonlijk ontwikkelbudget wordt onbelast verstrekt. Daar gelden bepaalde fiscale criteria voor die in artikel 3 van de regeling zijn opgenomen. Deze criteria zijn ontleend aan de Wet op de loonbelasting. Alleen als in het concrete geval voldaan wordt aan die criteria kan de opleiding, training of studie belastingvrij worden vergoed. Dit maakt maximale benutting van het budget voor de bovengenoemde doeleinden (loopbaanontwikkeling, verbreding inzetbaarheid) mogelijk. Daarnaast is er een catalogus met opleidingen, trainingen of studies die zonder meer vergoed worden vanuit het persoonlijk ontwikkelbudget.

Een onafhankelijke Toetsingscommissie POB moet toezien op een juiste toepassing van de regeling. De Toetsingscommissie adviseert aan gedeputeerde staten over aanvragen voor opleidingen, trainingen en studies die niet in de POB catalogus zijn opgenomen. De adviezen van de Toetsingscommissie POB wegen zwaar. Gedeputeerde staten zullen daar alleen in uitzonderlijke gevallen gemotiveerd van afwijken. Tegen een beslissing van gedeputeerde staten kan een bezwaarschrift worden ingediend.

Artikelsgewijze toelichting

Artikel 2

In het jaar waarin de ambtenaar in vaste dienst wordt aangesteld ontstaat de aanspraak op een bedrag dat is vastgesteld aan de hand van een vast percentage van de totale loonsom van de provincie.

Artikel 3

Er is een POB catalogus met opleidingen, trainingen en studies vastgesteld die zonder meer voor vergoeding vanuit het persoonlijk ontwikkelbudget in aanmerking komen (mits dat persoonlijk ontwikkelbudget toereikend is). Deze POB-catalogus staat op www.hetontwikkelplein.nl. Voor opleidingen, trainingen en studies die niet in deze catalogus zijn opgenomen (de zogenaamde ‘vrije aanvragen’) geldt dat zij alleen voor vergoeding in aanmerking komen als voldaan wordt aan bepaalde criteria, die zijn ontleend aan de Wet op de loonbelasting. Deze fiscale criteria maken mogelijk dat het gehele budget benut kan worden omdat er geen loonheffingen over afgedragen hoeven te worden. De Toetsingscommissie POB toetst een aanvraag aan deze criteria. Daarbij zijn de concrete omstandigheden van de aanvrager relevant: de plannen om met de opleiding of studie een beroep te gaan vervullen moeten concreet en realistisch zijn. Eerdere pob-aanvragen kunnen daarbij worden betrokken. Als het gaat om professionele vaardigheden ten behoeve van de huidige functie zal meewegen of deze vaardigheden daadwerkelijk van belang zijn voor de huidige functie.

In uitzonderingsgevallen kunnen gedeputeerde staten besluiten een bijdrage vanuit het persoonlijk ontwikkelbudget bruto te verstrekken (onder inhouding van loonheffingen). Dat kan alleen in die gevallen waarin een aanvraag niet (geheel) voldoet aan de voorwaarden genoemd in artikel 3, tweede dan wel derde lid, terwijl gedeputeerde staten van mening zijn dat de desbetreffende opleiding, training of studie toch van belang is in verband met verdere verbreding of ontwikkeling van de desbetreffende ambtenaar.

Functiegerichte opleidingen dienen primair uit het reguliere opleidingsbudget te worden gefinancierd. Als afspraken gemaakt zijn in het werkplan over een bepaalde opleiding of vaardigheidstraining (met het oog op competentieontwikkeling) wordt die opleiding of vaardigheidstraining in beginsel niet vanuit het persoonlijk ontwikkelbudget vergoed. Daar is het reguliere opleidingsbudget dat de manager ter beschikking staat voor bedoeld. De manager heeft geen enkele zeggenschap over het persoonlijk ontwikkelbudget. Wel over randvoorwaarden als bijvoorbeeld reistijd, reiskosten, verlof (in uitzonderingsgevallen).

Artikel 4

De Toetsingscommissie POB brengt een gemotiveerd advies uit aan gedeputeerde staten over vrije aanvragen. Een negatief advies kan alleen nadat de aanvrager zijn aanvraag heeft toegelicht. Het advies van de Toetsingscommissie weegt zwaar, alleen in uitzonderlijke gevallen zullen gedeputeerde staten daarvan afwijken. Gedeputeerde staten zijn en blijven echter in alle gevallen verantwoordelijk voor de uiteindelijke beslissing en zullen een afwijking van het advies van de Toetsingscommissie dan ook zorgvuldig moeten motiveren.

Artikel 6

Voor de totstandkoming van deze regeling werden aanvragen afgehandeld volgens de Overeenkomst Persoonlijk Ontwikkelbudget 2008-2013; deze overeenkomst was niet op alle onderdelen even duidelijk. De criteria waaraan vrije aanvragen werden getoetst zijn in deze regeling niet aangescherpt, slechts verduidelijkt. Verder is de procedure zorgvuldiger ingericht.

Artikel 7

Opleidingen, trainingen en studies die vanuit het persoonlijk ontwikkelbudget worden vergoed vinden plaats in eigen tijd van de ambtenaar. Hij zal daarvoor derhalve verlof moeten opnemen in overleg met zijn manager. Reiskosten worden in beginsel niet vergoed. Een uitzondering geldt voor die gevallen waarin de reis zelf integraal onderdeel uitmaakt van de opleiding, training of studie. Dit zal niet snel het geval zijn. Te denken valt aan een studiereis waarbij bijvoorbeeld verschillende projecten, bedrijven, locaties worden bezocht.

Artikel 8

Verplichtingen ten laste van het persoonlijk ontwikkelbudget kunnen tot en met 31 december 2013 worden aangegaan. Dit betekent dat aanvragen op tijd ingediend moeten worden, rekening houdend met het feit dat de Toetsingscommissie POB soms enkele weken tijd nodig zal hebben en vervolgens ook gedeputeerde staten nog een beslissing zullen moeten nemen.

Er geldt geen terugbetalingsverplichting voor ambtenaren die ontslag nemen. Op het moment dat het dienstverband bij de provincie eindigt, vervalt de aanspraak op het budget. Dit betekent concreet dat de desbetreffende opleiding, training of studie op dat moment moet zijn afgerond. Als tijdens de opleiding, training of studie het dienstverband eindigt, zal met de desbetreffende ambtenaar een regeling worden getroffen.