Organisatie | Vlaardingen |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Regeling openbaarmaking nevenfuncties van directie, afdelingshoofden en gebiedsmanagers van de gemeente Vlaardingen |
Citeertitel | Regeling openbaarmaking nevenfuncties van directie, afdelingshoofden en gebiedsmanagers van de gemeente Vlaardingen |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp | Personeel en organisatie |
Deze regeling treedt met terugwerkende kracht inwerking tot 1 mei 2013.
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
16-05-2013 | 01-05-2013 | nieuwe regeling | 07-05-2013 Gemeenteblad 2013, 43, 15-05-2013 | 632012 |
Het college van de gemeente Vlaardingen Besluit gelet op artikel 125 Ambtenarenwet; gelet op artikel 15:1e van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling voor de sector gemeenten (CAR) en de Uitwerkingsovereenkomst (UWO); gelet op artikel 160 van de Gemeentewet; na verkregen instemming van de Ondernemingsraad; tot vaststelling van de navolgende regeling en deze op te nemen in de arbeidsvoorwaardenregeling van de gemeente Vlaardingen:
Regeling openbaarmaking nevenfuncties van directie, afdelingshoofden en gebiedsmanagers van de gemeente Vlaardingen
Voor de toepassing van deze regeling wordt verstaan onder: 1. Medewerker
De ambtenaar in de zin van artikel 1:1, eerste lid, onder a van de CAR.
Alle betaalde en onbetaalde werkzaamheden die ambtenaren buiten hun functie voor zichzelf of voor derden verrichten.
De registratie van nevenwerkzaamheden zoals bedoeld in artikel 15:1e lid 2 CAR.
Artikel 2 Openbaar maken nevenfuncties
1. De nevenfuncties worden openbaar gemaakt van medewerkers die werkzaam zijn in de functies van; gemeentesecretaris, directeur, afdelingshoofd, gebiedsmanager en controller.
2. De volgende gegevens worden openbaar gemaakt:
• De hoofdfunctie van de medewerker.
• De datum van ingang van de nevenfunctie;
• De organisatie waar de nevenfunctie vervuld wordt.
• De eventuele beperkingen die het college heeft opgelegd bij het uitoefenen van de nevenfunctie.
3. De melding wordt gedaan via het ‘opgaveformulier melding nevenactiviteiten’.
4. De beëindiging van de nevenfunctie(s) van betreffende medewerker dient schriftelijk gemeld te worden aan het college.
Artikel 3 Registratie en openbaarmaking
1. De registratie van de nevenfunctie(s) gebeurt door het opnemen van de gegevens die de medewerker (door middel van het ‘opgaveformulier melding nevenactiviteiten’) meldt in het personeelsdossier van de betreffende medewerker.
2. Eventuele nevenfuncties die voor de datum van inwerkingtreding van deze regeling zijn aangevangen en die nog niet zijn gemeld, dienen binnen twee maanden na inwerkingtreding van deze regeling alsnog door de medewerker te worden aangemeld.
3. Een door het college hiervoor aangewezen persoon is belast met de registratie en openbaarmaking van de nevenfuncties.
4. De nevenfuncties van medewerkers in artikel 2 genoemde functies, worden openbaar gemaakt door publicatie op www.vlaardingen.nl .