Organisatie | Leiderdorp |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op de heffing en invordering van toeristenbelasting 2010 |
Citeertitel | Verordening toeristenbelasting 2010 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Geen
Gemeentewet, art. 224
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2010 | 01-01-2011 | Onbekend | 13-07-2009 Onbekend | Onbekend | |
21-01-2011 | ingetrokken | Leiderdorps Nieuwsblad |
De raad der gemeente Leiderdorp;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders, nr.2009i00433 26 mei 2009;
gezien het advies van commissie Bestuur en maatschappij van 9 juni 2009;
gelet op het bepaalde in de artikel 224 van de Gemeentewet;
Vast te stellen de Verordening op de heffing en invordering van toeristenbelasting 2010
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:
woningen en andere verblijven, niet-zijnde mobiele kampeeronderkomens of stacaravans, in hoofdzaak bestemd voor en gebezigd als verblijf voor vakantie- en andere recreatieve doeleinden;
tenten, vouwwagens, kampeerauto’s toercaravans en soortgelijke onderkomens dan wel soortgelijke voertuigen welke bestemd zijn dan we gebezigd worden als verblijf voor vakantie en andere recreatieve doeleinden;
c. niet-beroepsmatigverhuurderuimten:
woningen en andere verblijven, of gedeelten daarvan, niet zijnde mobiele kampeeronderkomens of stacaravans, welke niet in hoofdzaak bestemd zijn dan verblijf
voor vakantie en andere recreatieve doeleinden, doch wel in bepaalde perioden van het jaar voor die doeleinden worden verhuurd dan wel te huur worden aangeboden;
een terrein of terreingedeelte dat bestemd is voor het gedurende
een seizoen of een jaar plaatsen van hetzelfde mobiel kampeeronderkomen of stacaravan.
Ter zake van het houden van verblijf met overnachten binnen de gemeente in hotels, pensions, vakantieonderkomens, mobiele onderkomens, niet-beroepsmatig verhuurde ruimten en op vaste standplaatsen tegen vergoeding in welke vorm dan ook door personen die niet als ingezetene in de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens van de gemeente zijn opgenomen, wordt onder de naam “toeristenbelasting” een directe belasting geheven.
De belasting wordt niet geheven ter zake van het verblijf:
van een vreemdeling als bedoeld in artikel 29, eerste lid, van de Vreemdelingenwet2000, die rechtmatig in Nederland verblijft in de zin van artikel 8, letters c, d, f, g, h, van voornoemde wet, en voor zover deze persoon verblijf houdt in een gelegenheid als bedoeld in artikel 2 van de verordening, onder verantwoordelijkheid van het Centraal Orgaan Opvang Asielzoekers.
Artikel 5 Maatstaf van heffing
De belasting wordt geheven naar het aantal overnachtingen. De belastingplichtige genoemd in artikel 3 lid 1 en 3 is verplicht om jaarlijks het toegezonden aangifteformulier in te vullen op basis van het aantal overnachtingen die gebaseerd zijn op het bijgehouden nachtregister.
Artikel 12 Machtiging tot overdracht van bevoegdheden
Het college van burgemeester en wethouders kan bepalen dat voor de toezendingen of uitreiking van de aanslagbiljetten, ingevolge artikel 8, eerste lid van de Invorderingswet
1990 voor de met de invordering van gemeentelijke belastingen belaste gemeenteambtenaar een andere gemeenteambtenaar in de plaats treedt.
De belastingplichtige bedoeld in artikel 3, eerste lid is gehouden, voordat hij voor de eerste maal na het in werking treden van deze verordening gelegenheid tot overnachten verschaft, zulks schriftelijk te melden aan de door het college van burgemeester en wethouders aangewezen gemeenteambtenaren, bedoeld in artikel 231, tweede lid, onderdelen b en d, van de Gemeentewet.
Artikel 14 Nakoming van verplichtingen
De verplichtingen bedoeld in de artikelen 47, 49 en 50 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen (Stbl. 1959, 301) en in de artikelen 58 en 60 van de Invorderingswet 1990, dan wel bedoeld of van toepassing verklaard in de algemene maatregel van bestuur krachtens artikel 246a van de Gemeentewet, gelden mede jegens de door het college van burgemeester en wethouders aangewezen ambtenaren belast met de heffing of de invordering van gemeentelijke belastingen.
Het college kan in bijzondere gevallen ten gunste van de belanghebbende afwijken van de bepalingen in de verordening, indien strikte toepassing ervan tot onbillijkheden van zwaarwegende aard zou leiden.
Artikel 17 Inwerkingtreding en citeertitel
De “verordening op de heffing en invordering van toeristenbelasting 2009 van 15 december 2008 wordt ingetrokken met ingang van de in het vierde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
In afwijking in zoverre van het in het voorgaande leden bepaalde, blijft, indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in het vierde lid genoemde datum van ingang van de heffing, de ingetrokken verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover ter zake daarvan de heffing van de toeristenbelasting in die periode plaatsvindt.