Organisatie | Nieuwkoop |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Besluit voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Nieuwkoop 2013 |
Citeertitel | Besluit voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Nieuwkoop 2013 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp | Besluit voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Nieuwkoop 2013 |
Geen
Onbekend
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-07-2013 | Nieuw besluit | 18-06-2013 | Onbekend |
Verstrekking van een toegekende individuele voorziening in de vorm van een persoonsgebonden budget, waaronder de vergoeding voor een arbeidsverhouding als bedoeld in artikel 5, eerste lid, van de Wet op de loonbelasting vindt plaats op verzoek van de aanvrager, nadat deze uitdrukkelijk is geïnformeerd over de voor- en nadelen hiervan.
De omvang van het persoonsgebonden budget voor hulp bij het huishouden bedraagt:
Indien de kosten voor een woningaanpassing de € 8.157,86 te boven gaan, wordt het primaat verhuizen toegepast. Bij bijzondere omstandigheden kan hiervan worden afgeweken.
Het persoonsgebonden budget kan indien nodig worden aangevuld met een vergoeding voor instandhoudingkosten. Onder instandhoudingkosten worden verstaan: de kosten die noodzakelijk zijn om de verstrekte voorziening in stand te houden, in het bijzonder de kosten van onderhoud en reparatie en, voor zover noodzakelijk, de verzekeringskosten. Deze instandhoudingkosten worden jaarlijks vooraf betaald. De kosten bedragen 7% van het verstrekte persoonsgebonden budget met een maximum van € 250,- per jaar.
De financiële tegemoetkoming die maximaal verstrekt wordt voor de kosten van huurderving door het beschikbaar houden van een aangepaste woning door de eigenaar bedraagt € 321,62 per maand, maar niet meer dan de kale huur van de woonruimte. De financiële tegemoetkoming wordt alleen verstrekt als er sprake is van verlies van huurinkomsten. Deze financiële tegemoetkoming kan maximaal voor de duur van zes maanden worden toegekend, waarbij de eerste maand huurderving niet voor een financiële tegemoetkoming in aanmerking komt.
De financiële tegemoetkoming dan wel het persoonsgebonden budget wordt na verzending van de beschikking beschikbaar gesteld door storting op rekening van de aanvrager dan wel de eigenaar van de woonruimte. Uitzondering hierop vormt de financiële tegemoetkoming in de kosten van verhuizing en inrichting. Deze wordt op declaratiebasis uitbetaald.
Verantwoording van het persoonsgebonden budget dan wel de financiële tegemoetkoming door de budgethouder aan het college vindt plaats binnen drie maanden na dagtekening van het besluit. Uitzondering hierop vormt de financiële tegemoetkoming in de kosten van verhuizing en inrichting. Deze tegemoetkoming wordt op declaratiebasis verstrekt en heeft een geldigheidsduur van maximaal twee jaar.
De eigenaar-bewoner, die een financiële tegemoetkoming ontvangt in de kosten van het treffen van een woonvoorziening van bouwtechnische aard welke een waarde vermeerdering van de woning tot gevolg heeft, en die binnen een periode van zeven jaar na de datum van gereedmelding van de werkzaamheden de woning verkoopt, moet een deel van de meerwaarde van de woning terugbetalen:
Bij een verstrekking als persoonsgebonden budget wordt die rolstoel die de aanvrager zou hebben gekregen als voorziening in natura als uitgangspunt genomen. Zou de aanvrager een geschikte, gebruikte rolstoel ontvangen hebben, dan zal het te verstrekken bedrag gebaseerd zijn op deze rolstoel, qua prijs maar ook qua beperkte levensduur vanwege het al afschreven deel.
Indien vast staat dat de aanvrager de rolstoel niet meer gebruikt, is hij gehouden deze aan de gemeente in eigendom over te dragen dan wel de restwaarde ervan te vergoeden. Bij overlijden van de aanvrager binnen de gebruiksduur van de voorziening rust deze verplichting op de erfgenamen van de aanvrager.
De financiële tegemoetkoming dan wel het persoonsgebonden budget wordt na verzending van de beschikking beschikbaar gesteld door storting op rekening van de aanvrager.
Voor zover echtgenoten beiden in aanmerking komen voor een financiële tegemoetkoming in kosten van vervoer dan wel voor het CVV en tenminste één van hen kan geen gebruik maken van het CVV, wordt bij een gezamenlijke vervoersbehoefte aan elk van hen een percentage (25%, 50% dan wel 75%, afhankelijk van de gezamenlijke vervoersbehoefte) van het maximumbedrag voor vervoer per reguliere taxi toegekend. Bij een individuele vervoersbehoefte van een van de echtgenoten met het CVV, krijgt de betreffende echtgenoot een percentage (25%, 50% dan wel 75%, afhankelijk van de individuele vervoersbehoefte), van het reguliere aantal zones voor het CVV toegekend.
Indien belanghebbende gebruik kan maken van een andere, verstrekte, voorziening zoals een scootmobiel, dan wel een eigen verplaatsingsmiddel, kan het aantal kilometers met 25%, 50% dan wel 75% worden verlaagd, afhankelijk van de mate waarin het andere verplaatsingsmiddel in de vervoersbehoefte voorziet.
Het persoonsgebonden budget kan indien nodig worden aangevuld met een vergoeding voor instandhoudingkosten. Onder instandhoudingkosten worden verstaan: de kosten die noodzakelijk zijn om de verstrekte voorziening in stand te houden, in het bijzonder de kosten van onderhoud en reparatie en, voor zover noodzakelijk, de verzekeringskosten. Deze instandhoudingkosten worden jaarlijks vooraf betaald, voor het eerst in het jaar volgende op het jaar van aanschaf. De kosten bedragen 7% van het verstrekte persoonsgebonden budget met een maximum van € 250,- per jaar.
De jaarlijkse tegemoetkoming in de kosten van onderhoud, reparatie en verzekering van een scootmobiel bedraagt 7% van het verstrekte PGB en wordt voor de eerste keer verstrekt in het jaar volgend op het jaar van aanschaf. In het jaar van aanschaf worden de kosten van verzekering vergoedt op factuurbasis.
Indien vast staat dat de aanvrager de scootmobiel niet meer gebruikt, is hij gehouden deze aan de gemeente in eigendom over te dragen dan wel de restwaarde ervan te vergoeden. Bij overlijden van de aanvrager binnen de gebruiksduur van de scootmobiel rust deze verplichting op de erfgenamen van de aanvrager.
hebben van contacten en deelname recreatieve, maatschappelijke en religieuze activiteiten
De financiële tegemoetkoming wordt na verzending van de beschikking beschikbaar gesteld door storting op rekening van de aanvrager.
Als het gaat om bouwkundige woonvoorzieningen is de gemeente verplicht om een financiële tegemoetkoming uit te betalen aan de eigenaar van de woning. Een dergelijke financiële tegemoetkoming kan alleen al om die reden in sommige situaties geen persoonsgebonden budget zijn. Dat gaat immers rechtstreeks naar de aanvrager.