Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Terneuzen

Nadere regels ontheffingen voetgangerszone kernwinkelgebied Terneuzen

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieTerneuzen
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingNadere regels ontheffingen voetgangerszone kernwinkelgebied Terneuzen
CiteertitelNadere regels ontheffingen voetgangerszone kernwinkelgebied Terneuzen
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpruimtelijke ordening, verkeer en vervoer
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Regeling ontheffingen voetgangerszone kernwinkelgebied Terneuzen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

10-11-2005Onbekend

26-10-2005

Zeeuws Vlaams Advertentieblad, 2 november 2005

Onbekend

Tekst van de regeling

Intitulé

Nadere regels ontheffingen voetgangerszone kernwinkelgebied Terneuzen

 

Burgemeester en wethouders van Terneuzen;

Overwegende dat de gemeente een “Regeling ontheffingen voetgangerszone kernwinkelgebied Terneuzen” heeft vastgesteld;

Dat artikel 5 van deze Regeling ons de bevoegdheid geeft nadere regels te stellen met betrekking tot het aanvragen, het verlenen en het gebruik van een ontheffing.

Besluiten:

Vast te stellen de

Nadere regels ontheffingen voetgangerszone kernwinkelgebied Terneuzen

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

  • a.

    Regeling: “Regeling ontheffingen voetgangerszone kernwinkelgebied Terneuzen”;

  • b.

    Voetgangerszone: het in artikel 1, sub c van de Regeling omschreven gebied;

  • c.

    Ontheffing aan de poller: een door een medewerker van het parkeerbureau aan een poller verleende, mondelinge ontheffing voor het binnenrijden van (een gedeelte van) het autovrije gebied;

  • d.

    Ontheffingspas: het middel waarmee de ontheffinghouder zich bij een poller toegang tot de voetgangerszone kan verschaffen;

  • e.

    Bestemmingsadres: het woon- of vestigingsadres van de ontheffinghouder of het adres dat c.q de locatie die de ontheffinghouder met gebruikmaking van zijn ontheffing kan bezoeken.

Artikel 2 Algemene bepalingen

  • 1.

    Als venstertijden, gedurende welke het binnenrijden van de voetgangerszone met voertuig is toegestaan, worden aangewezen: maandag, diensdag, woensdag en donderdag 7.30 – 11.30 en 18.00 –22.00 uur; vrijdag 7.30 – 11.30 uur en 21.00 – 22.00 uur en zaterdag 18.00 – 20.00 uur.

  • 2.

    Indien de aanvraag voor een ontheffing is toegekend, ontvangt de ontheffinghouder een ontheffingspas waarmee hij zich bij een poller toegang tot de voetgangerszone kan verschaffen.

  • 3.

    Voor iedere eigenaar of houder van een voertuig is, tenzij anders bepaald in deze regels, het schriftelijk aanvragen van een ontheffing het uitgangspunt. Indien deze regels het aanvragen van een ontheffing aan het parkeerbureau mogelijk maken, geldt dat de eigenaar of houder van het voertuig een schriftelijke aanvraag voor een ontheffing moet indienen, indien hij meer dan drie keer in twaalf maanden de voetgangerszone moet binnenrijden.

Artikel 3 Bewoners

  • 1.

    a. Onder een bewoner wordt in deze regels verstaan een natuurlijke persoon die in de

    Gemeentelijke Basis Administratie is ingeschreven op een adres dat gelegen is in de voetgangerszone. Met een in het bevolkingsregister ingeschreven natuurlijke persoon wordt gelijkgesteld een natuurlijke persoon die, onder overlegging van het eigendomsbewijs of van het schriftelijke huurcontract, als eigenaar of huurder van een woning minimaal drie aaneengesloten maanden op een adres in de

    voetgangerszone verblijft.

    • b.

      Aan een bewoner kan een ontheffing worden verleend in de zin van artikel 2, eerste lid sub a, b of c van de regeling.

  • 2.

    a. Een bewoner dient bij de aanvraag voor een ontheffing een kopie te overleggen van het kentekenbewijs deel II of IB van zijn voertuig. Indien hij een ontheffing aanvraagt ten behoeve van het bereiken van eigen parkeergelegenheid, dient hij evens een bewijsstuk te overleggen van beschikking over deze parkeergelegenheid.

    • b.

      Per woning wordt maximaal één ontheffing verleend.

  • 3.

    De ontheffing die aan een bewoner wordt verleend geldt voor maximaal twaalf maanden en is uitsluitend geschikt voor gebruik gedurende de venstertijden. In bijzondere gevallen kan een ontheffinghoudende bewoner een ontheffing bij het parkeerbureau aanvragen.

Artikel 4 Bedrijven

  • 1.

    a. Onder een bedrijf wordt in deze regels verstaan een onderneming, al dan niet in het bezit van rechtspersoonlijkheid, gevestigd op een adres dat gelegen is in de voetgangerszone. Bedrijven kunnen als één bedrijf worden aangemerkt, indien zij

    gevestigd zijn op één adres of naburige adressen, aldaar gelijksoortige bedrijfsactiviteiten, op het niveau van verantwoordelijke functies gemeenschappelijke functies hebben.

    • b.

      Aan een bedrijf kan een ontheffing worden verleend in de zin van artikel 2, eerste lid, sub a, b of c van de Regeling.

  • 2.

    a. Een bedrijf dient bij de aanvraag voor een ontheffing een kopie te overleggen van maximaal één maand oud uittreksel uit het Handelsregister van de Kamer van Koophandel of een andere recent bewijsstuk van vestiging evenals een kopie van het kentekenbewijs deel II of 1B van het voertuig waarvoor de ontheffing wordt

    aangevraagd. Indien een ontheffing wordt aangevraagd ten behoeve van het bereiken van eigen parkeergelegenheid, dient tevens een bewijsstuk te worden overgelegd van beschikking over deze parkeergelegenheid.

    • b.

      Per bedrijf worden maximaal twee ontheffingen verleend.

Artikel 5 Leveranciers en waardetransporteurs

  • 1.

    a. Onder een leveranciers wordt in deze regels verstaan een bedrijf dat goederen dient te laden of lossen bij een in de voetgangerszone woonachtig bewoner of een aldaar gevestigd bedrijf.

    • b.

      Aan een leverancier kan een ontheffing worden verleend in de zin van artikel 2, eerste lid sub c van de Regeling.

  • 2.

    a. Een leverancier dient bij de aanvraag voor een ontheffing een kopie te overleggen van een maximaal één maand oud uittreksel uit het Handelsregister van de Kamer van Koophandel of een ander recent bewijsstuk van vestiging evenals een kopie van het kentekenbewijs deel II of 1B van het voertuig waarvoor de ontheffing wordt aangevraagd en een bewijsstuk van zijn bestemmingsadres.

    • b.

      Indien het schriftelijk aanvragen van een ontheffing op aanmerkelijk bezwaren stuit, kan een leverancier een ontheffing bij het politiebureau aanvragen. Hij komt in aanmerking voor een ontheffing bij het parkeerbureau, indien hij eigenaar of houder is van een herkenbare bedrijfsvoertuig of aannemelijk maakt dat hij goederen dient te laden of lossen op een in de voetgangerszone gelegen adres.

  • 3.

    a. De ontheffing die aan een leverancier wordt verleend geldt voor de periode die nodig is voor het uitoefenen van de activiteit waarvoor de voetgangerszone moet worden binnengereden en is uitsluitend geschikt voor gebruik gedurende de venstertijden, tenzij wordt aangetoond dat gebruik buiten de venstertijden noodzakelijk is.

    • b.

      In afwijking van het bepaalde in lid a kan de ontheffing die wordt verleend aan een leverancier van versproducten geschikt gemaakt worden voor het gebruik op afwijkende tijden.

  • 4.

    a. Onder een waardetransporteur wordt in deze regels verstaan een bedrijf dat waardetransporten uitvoert voor een in de voetgangerszone gelegen bedrijf.

    • b.

      Aan een waardetransporteur kan een ontheffing worden verleend in de zin van artikel 2, eerste lid sub a of c van de Regeling.

  • 5.

    Een waardetransporteur dient bij de aanvraag om een ontheffing een kopie te overleggen van maximaal één maand oud uittreksel uit het Handelsregister van de Kamer van Koophandel of een andere recent bewijsstuk van vestiging evenals een kopie van het kentekenbewijs deel II of 1B van het voertuig waarvoor de ontheffing wordt aangevraagd en een bewijsstuk van zijn bestemmingsadres.

  • 6.

    De ontheffing die aan een waardetransporteur wordt verleend geldt voor maximaal twaalf maanden en is in verband met de veiligheid geschikt voor gebruik op afwijkende tijden.

Artikel 6 Hulpdiensten, gemeentelijke diensten, zorgdiensten en onderhoudsdiensten

  • 1.

    a. Onder hulpdiensten worden in deze regels verstaan politie, ambulance en brandweer.

    • b.

      Aan een hulpdienst wordt ontheffing verleend in e zin van artikel 2, tweede lid sub a van de regeling.

c.Een hulpdienst dient bij de aanvraag voor een ontheffing een bewijsstuk van beroepsuitoefening te overleggen en, voor zover dit niet op aanmerkelijke bezwaren stuit, een kopie van het kentekenbewijs deel II of 1B van het voertuig waarvoor de ontheffing wordt aangevraagd.

  • 2.

    a. Onder gemeentelijke diensten worden in deze regels mede verstaan de aan de gemeente verbonden ambtenaren die een publiekrechtelijke taak uitoefenen en de in de gemeente actieve reinigings- en afvalinzamelingsbedrijven.

    • b.

      Aan een gemeentelijke dienst kan een ontheffing worden verleend in de zin van artikel 2, eerste lid sub a van de Regeling.

c.Een gemeentelijke dienst dient bij de aanvraag voor een ontheffing een bewijsstuk van taakuitoefening te overleggen en, voor zover dit niet op aanmerkelijke bezwaren stuit, een kopie van kentekenbewijs deel II en 1B van het voertuig waarvoor de ontheffing wordt gevraagd.

  • 3.

    a. Onder zorgdienstverleners worden in de regels verstaan huisartsen, erpleegkundigen, verloskundigen, thuiszorgmedewerkers en overige zorgverlenende beroepen.

    • b.

      aan een zorgdienstverlener kan een ontheffing worden verleend in de zin van artikel 2, eerste lid sub a van de Regeling.

    • c.

      Een zorgdienstverlener dient bij de aanvraag voor een ontheffing een bewijsstuk van zijn beroepsuitoefening en van zijn bestemmingsadres te overleggen evenals een kopie van het kentekenbewijs deel II of 1B van het voertuig waarvoor de ontheffing wordt aangevraagd.

    • d.

      Indien het schriftelijk aanvragen van een ontheffing op aanmerkelijke bezwaren stuit, kan een zorgdienstverlener een ontheffing bij het parkeerbureau aanvragen. Hij komt in aanmerking voor een ontheffing bij het parkeerbureau, indien hij eigenaar of houder is van een voertuig en aannemelijk maakt dat hij verzorging dient aan te bieden op een in de voetgangerszone gelegen adres of locatie.

  • 4.

    a. Onder onderhoudsdiensten worden in deze regels verstaan de bedrijven die herstel-, onderhouds- of daarmee gelijk te stellen werkzaamheden uitvoeren.

    • b.

      Aan een onderhoudsdienst kan een ontheffing worden verleend in de zin van artikel 2, eerste lid sub a van de Regeling.

      • c.

        Een onderhoudsdienst dient bij de aanvraag voor een ontheffing een bewijsstuk van beroepsuitoefening en van het bestemmingsadres te overleggen evenals een kopie van het kentekenbewijs deel II of 1B van het voertuig waarvoor de ontheffing wordt aangevraagd.

      • d.

        Indien het schriftelijk aanvragen van een ontheffing op aanmerkelijke bezwaren stuit, kan een onderhoudsdienst een ontheffing bij het parkeerbureau aanvragen. Zij komt in aanmerking voor een ontheffing bij het parkeerbureau, indien zij eigenaar of houder is van een herkenbaar bedrijfsvoertuig of aannemelijk maakt dat zij herstel- of onderhoudswerkzaamheden dient uit te voeren op een in de voetgangerszone gelegen adres of locatie.

  • 5.

    De ontheffing die verleend wordt aan de hulpdiensten, gemeentelijke diensten en zorgdiensten geldt voor maximaal twaalf maanden en is geschikt voor gebruik gedurende 24 uur per dag. De ontheffing die verleend wordt aan de onderhoudsdiensten geldt voor de periode die nodig is voor het uitoefenen van de activiteit waarvoor de voetgangerszone moet worden binnengereden en is uitsluitend geschikt voor gebruik gedurende de venstertijden, tenzij wordt aangetoond dat gebruik buiten de venstertijden noodzakelijk is.

Artikel 7 Slotbepalingen

  • 1.

    Deze regels treden in werking binnen acht dagen na bekendmaking ervan.

  • 2.

    Deze regels kunnen worden aangehaald als “Nadere regels ontheffingen voetgangerszone kernwinkelgebied Terneuzen’.

 

Aldus vastgesteld in de vergadering van het college van burgemeester en wethouders van Terneuzen van 26 oktober 2005.