Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Harderwijk

Sociaal Statuut

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieHarderwijk
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingSociaal Statuut
CiteertitelSociaal Statuut 2014
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Artikel 8:3 AVRH

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-201401-01-2020art. 2.3, 6.2, 6.3

01-01-2014

Onbekend

AVRH
04-06-201301-01-2014Onbekend

04-06-2013

Onbekend

AVRH

Tekst van de regeling

Intitulé

Sociaal Statuut

 

 

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Artikel 1:1 Definities

In de regeling wordt verstaan onder:

  • a

    ambtenaar: hij die door of vanwege de gemeente is aangesteld om in openbare dienst werkzaam te zijn alsmede hij met wie een arbeidsovereenkomst naar burgerlijk recht is aangegaan, zoals bedoeld in de CAR;

  • b

    werkgever: de gemeente Harderwijk;

  • c

    organisatiewijziging: een belangrijke inkrimping of wijziging van de werkzaamheden van de gemeente (of een onderdeel daarvan) of een belangrijke wijziging van de laatst vastgestelde organisatiestructuur van de gemeente (of een onderdeel daarvan), die niet van tijdelijke aard is en die personele gevolgen met zich meebrengt;

  • d

    privatisering:een organisatiewijziging die het gevolg is van de verzelfstandiging van een deel van de organisatie tot een nieuwe (privaatrechtelijke) rechtspersoon of de overdracht van een deel van de organisatie aan een derde (privaatrechtelijke) partij;

  • e

    publiekrechterlijke taakoverheveling: een organisatiewijziging die het gevolg is van de overheveling van een deel van de organisatie naar een ander publiekrechtelijk orgaan;

  • f

    personele gevolgen:gevolgen voor de functie of de rechtspositie van de betrokken ambtenaren;

  • g

    boventalligheid:de situatie dat een ambtenaar wegens reorganisatie niet kan terugkeren in de formatie na de reorganisatie.

  • h

    salaris: het voor de ambtenaar geldende bedrag van de aan de ambtenaar toegekende schaal als bedoeld in artikel 3:1 van de CAR;

  • i

    salarisperspectief: de opeenvolgende salarisperiodieken tot en met het hoogste bedrag van de functieschaal van de ambtenaar en, op voorwaarde van voldoende functioneren (in zijn nieuwe functie), tot en met het hoogste bedrag van de uitloopschaal van de ambtenaar, voor zover van toepassing, en eventueel schriftelijk vastgelegde extra individuele salarisafspraken; het salaris, vermeerderd met het bedrag van de aan de ambtenaar toegekende emolumenten en toelagen, niet zijnde onkostenvergoedingen;

  • j

    bezoldiging: het salaris, vermeerderd met het bedrag van de aan de ambtenaar toegekende emolumenten en toelagen, niet zijnde onkostenvergoedingen;

  • k

    toelage: de toelage waarmee het salaris wordt vermeerderd ingevolge de Bezoldigingsverordening van de gemeente Harderwijk;

  • l

    functie: het geheel van werkzaamheden dat de ambtenaar volgens zijn functiebeschrijving verricht;

  • m

    ongewijzigde functie: een functie die gelijk of nagenoeg gelijk is aan de functie die de ambtenaar voor de organisatiewijziging vervulde;

  • n

    passende functie: een functie die de ambtenaar redelijkerwijs kan worden opgedragen gelet op het werk- en denkniveau van die functie en gezien de persoonlijke en bijzondere omstandigheden van de ambtenaar. Onder persoonlijke en bijzondere omstandigheden kunnen in ieder geval worden verstaan: interesse, capaciteiten, ervaring, leeftijd, gezondheidstoestand, gezinsomstandigheden en scholing. Een passende functie is doorgaans van hetzelfde functieniveau als de functie die de ambtenaar voor de organisatiewijziging vervulde, maar kan ook van een hoger niveau of maximaal één niveau lager zijn;

  • o

    geschikte functie: een functie die niet valt onder het begrip passende functie, maar die de ambtenaar bereid is te vervullen;

  • p

    CAR: Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling voor de sector gemeenten;

  • q

    georganiseerd overleg: de commissie voor georganiseerd overleg zoals bedoeld in artikel 12:1 van de CAR;

  • r

    ondernemingsraad: de ondernemingsraad zoals bedoeld in artikel 2 van de Wet op de ondernemingsraden;

  • s

    sociaal plan:nadere afspraken, gebaseerd op en aanvullend op dit sociaal statuut, met betrekking tot de personele gevolgen van een organisatiewijziging.

Artikel 1:2 Werkingssfeer

Dit sociaal statuut is van toepassing op alle organisatiewijzigingen in de gemeentelijke organisatie, niet zijnde een organisatiewijziging als gevolg van een gemeentelijke herindeling.

Artikel 1:3 Bevoegdheid tot het nemen van het besluit tot organisatiewijziging

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd tot het nemen van besluiten over de wijziging van de ambtelijke organisatie.

Artikel 1:4 Bevoegdheid tot het nemen van besluiten betreffende individuele ambtenaren

Het college van burgemeester en wethouders is bevoegd tot het nemen van besluiten over wijziging van de aanstelling, overplaatsing en ontslag van ambtenaren, tenzij bij of krachtens wet anders is bepaald.

Hoofdstuk 2 Procedurele bepalingen

Artikel 2:1 Overleg over de personele gevolgen en maatregelen

Lid 1

Als het georganiseerd overleg van mening is dat de bepalingen uit hoofdstuk 10d van de CAR/UWO onvoldoende zijn, worden er of individueel aanvullende afspraken (maatwerk) gemaakt met een medewerker of collectief een sociaal plan opgesteld. Voor wat betreft de termijnen voor re-ïntegratie, trajecten Van Werk Naar Werk (VWNW), scholing, outplacement etc. wordt aangesloten bij de bepalingen en termijnen zoals genoemd in hoofdstuk 10d van de CAR.

Lid 2

Over een sociaal plan moet in het georganiseerd overleg overeenstemming worden bereikt.

Lid 3

De leden van het georganiseerd overleg kunnen tussentijds bijeen worden geroepen dan wel schriftelijk worden geraadpleegd, wanneer de omstandigheden een versnelde procedure vereisen.

Artikel 2:2 Taakverdeling tussen ondernemingsraad en georganiseerd overleg

Ten aanzien van de medezeggenschap van ambtenaren en vakcentrales geldt het algemene uitgangspunt dat onderwerpen die gedurende het proces van organisatiewijziging aan bod komen, door één orgaan worden behandeld.

Artikel 2:3 Aanvullende afspraken

Na de zomer 2017 wordt in het GO een nieuw voorstel voor een Sociaal Statuut vanaf 1-1-2018 besproken.

Hoofdstuk 3 Passende of geschikte functie

Artikel 3:1 Geen passende of geschikte functie

Indien binnen de organisatie voor de ambtenaar met een dienstverband van meer dan twee jaar bij de gemeente Harderwijk zijn eigen, ongewijzigde functie of een passende of geschikte functie niet meer voorhanden is, volgt zo spoedig mogelijk een Van Werk Naar Werk-onderzoek zoals bedoeld in artikel 10d:5 CAR. Daarop aansluitend volgt het college de bepalingen van paragraaf 5 van hoofdstuk 10d van de CAR.

Artikel 3:2 Verplichting ambtenaar

De ambtenaar is verplicht, onverminderd het recht op bezwaar en beroep, een passende functie die hem met inachtneming van de herplaatsingsprocedure is toegewezen, te aanvaarden.

Artikel 3:3 Salarisgarantie

De ambtenaar die wordt overgeplaatst naar passende of geschikte functie binnen de gemeentelijke organisatie, behoudt recht op het salaris en het salarisperspectief, zoals die voor hem golden in de oude functie.

Artikel 3:4 Functiegebonden toelagen

Lid 1

Voor de ambtenaar die wordt overgeplaatst naar een passende of geschikte functie binnen de gemeentelijke organisatie vervallen de functiegebonden toelagen.

Lid 2

Aan de ambtenaar, wiens bezoldiging als gevolg van het vervallen van de functiegebonden toelagen een blijvende verlaging ondergaat, wordt een aflopende compensatie toegekend indien:

  • a

    de blijvende verlaging ten minste 3% bedraagt van de bezoldiging;

  • b

    de ambtenaar deze toelagen gedurende ten minste een jaar zonder wezenlijke onderbreking heeft genoten.

Lid 3

Deze compensatie kent het volgende verloop:

  • 1

    het eerste en tweede jaar na de overplaatsing ontvangt de ambtenaar 100% van de daling van de bezoldiging, die het gevolg is van het vervallen van de functiegebonden toelagen;

  • 2

    het derde en vierde jaar na de overplaatsing ontvangt de ambtenaar 50% van de daling van de bezoldiging, die het gevolg is van het vervallen van de functiegebonden toelagen;

Lid 4

Indien de ambtenaar in zijn nieuwe functie geen aanspraak meer kan maken op bepaalde vaste (onkosten)-vergoedingen wordt hem een aflopende vergoeding toegekend, die in de eerste drie maanden na aanvang van de nieuwe werkzaamheden 100% bedraagt van de laatstelijk verleende vaste vergoedingen) en vervolgens 75, 50 en 25% gedurende de daaropvolgende perioden van telkens drie maanden. Nadien vervalt de aflopende vergoeding.

Artikel 3:5 Persoonsgebonden toelagen

De ambtenaar die wordt overgeplaatst naar een passende of geschikte functie binnen de gemeentelijke organisatie, behoudt recht op zijn persoonsgebonden toelagen.

Artikel 3:6 Studiefaciliteiten

Lid 1

De ambtenaar die wordt overgeplaatst naar een passende of geschikte functie binnen de gemeentelijke organisatie, behoudt de rechten die hem op grond van de studiefaciliteitenregeling zijn toegekend, indien hij de studie voortzet.

Lid 2

De ambtenaar die wordt overgeplaatst naar een andere functie binnen de gemeentelijke organisatie en die in overleg met zijn nieuwe leidinggevende besluit te stoppen met zijn studie, wordt ontheven van terugbetalingsverplichtingen die voortvloeien uit de studiefaciliteitenregeling.

Artikel 3:7 Aanvullende scholing

De werkgever onderzoekt of het nodig is de ambtenaar, die is overgeplaatst naar een passende of geschikte functie binnen de gemeentelijke organisatie, bij of om te scholen voor het vervullen van zijn nieuwe functie. De ambtenaar kan daartoe worden verplicht. De kosten van de scholing zijn voor rekening van de gemeente.

Artikel 3:8 Functie buiten de gemeentelijke organisatie

Lid 1

Indien de ambtenaar, waarvoor in de herplaatsingsprocedure geen passende of geschikte functie is gevonden, een functie accepteert buiten de gemeentelijke organisatie, wordt hem eervol ontslag verleend.

Lid 2

De ambtenaar die overeenkomstig het eerste lid ontslag wordt verleend, wordt ontheven van eventuele terugbetalingsverplichtingen die voortvloeien uit de studiefaciliteitenregeling, de verhuiskostenregeling en de regeling betaald ouderschapsverlof of andere regelingen.

Lid 3

Indien de ambtenaar als bedoeld in het eerste lid een functie van ten minste een gelijke betrekkingsomvang accepteert buiten de gemeentelijke organisatie, vult de werkgever het brutosalaris gedurende twee jaar aan tot aan het niveau van het brutosalaris dat de ambtenaar genoot direct voorafgaand aan het ontslag.De ambtenaar die een functie accepteert met een kleinere betrekkingsomvang ontvangt gedurende twee jaar een aanvulling van zijn brutosalaris naar rato.

Hoofdstuk 4 Herplaatsingsprocedure

Artikel 4:1 Herplaatsingsprocedure

Lid 1

Het college van burgemeester en wethouders stelt een herplaatsingscommissie in, die als taak heeft om de benodigde gegevens te verzamelen en om het college van burgemeesters en wethouders te adviseren over de te nemen herplaatsingsbesluiten.

Lid 2

De herplaatsingcommissie is als volgt samengesteld:

  • -

    één door de in het georganiseerd overleg vertegenwoordigde vakorganisatie aan te wijzen lid;

  • -

    één door het college aan te wijzen lid;een gezamenlijk, door de onder a genoemde vakorganisatie en het college aan te wijzen lid, tevens voorzitter.

  • -

    de P & O adviseur neemt als adviseur/informant deel aan de besprekingen. De adviseur draagt tevens zorg voor de administratieve afhandeling van de besluitvorming in de herplaatsingcommissie

Artikel 4:2 Advies over herplaatsing

Lid 1

De herplaatsingscommissie verzamelt alle volgens haar benodigde gegevens en adviseert op basis van deze gegevens het college van burgemeester en wethouders over de herplaatsing van de betrokken ambtenaren.

Lid 2

Het college van burgemeester en wethouders informeert de ambtenaar schriftelijk over het advies van de herplaatsingscommissie over zijn herplaatsing, respectievelijk over het advies van de commissie om hem vooralsnog geen passende of geschikte functie aan te bieden.

Lid 3

De ambtenaar dient op zijn verzoek te worden gehoord door de herplaatsingscommissie.

Artikel 4:3 Bedenkingen tegen voorstel

Lid 1

Indien de ambtenaar bedenkingen heeft tegen het advies van de commissie over zijn herplaatsing, respectievelijk tegen het advies van de commissie om hem vooralsnog geen passende of geschikte functie aan te bieden, kan hij deze binnen vier weken schriftelijk indienen bij het college van burgemeester en wethouders.

Lid 2

De ambtenaar kan verzoeken om mondeling te worden gehoord door (een vertegenwoordiging van) of namens het college van burgemeester en wethouders. De ambtenaar die hiertoe een verzoek indient, zal binnen vier weken worden gehoord. Van de hoorzitting wordt schriftelijk verslag opgemaakt.

Lid 3

De ambtenaar kan zich laten bijstaan door een raadsman.

Artikel 4:4 Herplaatsingsbesluiten

Lid 1

Het college van burgemeester en wethouders neemt het besluit tot herplaatsing van de betrokken ambtenaar. De ambtenaar wordt zo spoedig mogelijk schriftelijk op de hoogte gesteld van dit besluit. In de motivering van het besluit wordt ingegaan op eventuele bedenkingen die door de ambtenaar zijn ingediend.

Lid 2

De ambtenaar voor wie in de herplaatsingsprocedure geen passende of geschikte functie is gevonden, wordt zo spoedig mogelijk schriftelijk van dit besluit in kennis gesteld. In de motivering van het besluit wordt ingegaan op eventuele bedenkingen die door de ambtenaar zijn ingediend.

Hoofdstuk 5 Privatisering en taakoverheveling

Artikel 5:1 Werkingssfeer hoofdstuk

Dit hoofdstuk is uitsluitend van toepassing op privatiseringen en publiekrechtelijke taakoverhevelingen.

Artikel 5:2 Werkgelegenheid

Lid 1

De werkgever zal zich tot het uiterste inspannen om ervoor te zorgen dat de werkgelegenheid van de bij de privatisering of overheveling van taken betrokken ambtenaren behouden blijft.

Lid 2

De werkgever treedt met de betrokken privaatrechtelijke of publiekrechtelijke instantie in overleg over de overname van de ambtenaren van het desbetreffende organisatieonderdeel. Gemaakte afspraken worden schriftelijk vastgelegd.

Lid 3

Voordat de werkgever een besluit neemt over de overgang van een ambtenaar naar de betrokken privaatrechtelijke of publiekrechtelijke instantie, biedt hij de betrokkene de gelegenheid om zijn belangstelling kenbaar te maken voor passende functies die op dat moment vacant zijn of op korte termijn vacant worden in de gemeentelijke organisatie. De ambtenaar zal als interne kandidaat in de selectieprocedure worden betrokken.

Artikel 5:3 Geen passende of geschikte functie

Lid 1

Indien de werkgever er niet in slaagt om de ambtenaar onder te brengen bij de nieuwe werkgever dan wel direct een passende of geschikte functie aan te bieden binnen de gemeentelijke organisatie, zal zo spoedig mogelijk een Van Werk Naar Werk-onderzoek worden gestart zoals bedoeld in artikel 10d:5 CAR.

Lid 2

Daarop aansluitend volgt het college de bepalingen van paragraaf 5 van hoofdstuk 10d van de CAR.

Artikel 5:4 Sociaal plan

Lid 1

Als het georganiseerd overleg van mening is dat de privatisering of taakoverheveling zodanig ingrijpende personele gevolgen met zich meebrengt dat hierover aanvullende afspraken moeten worden gemaakt, wordt door de werkgever een sociaal plan opgesteld. Dit plan regelt de overplaatsingsprocedure (inclusief de ontslag- en aanstellingsprocedure van het over te plaatsen personeel) en bevat rechtspositionele bepalingen. Over dit sociaal plan moet in het georganiseerd overleg overeenstemming worden bereikt.

Lid 2

Er worden geen definitieve besluiten genomen ten aanzien van ambtenaren voordat er overeenstemming is over het sociaal plan.

Artikel 5:5 Rechtspositievergelijking

Lid 1

Indien de betrokken ambtenaren overgaan naar een privaatrechtelijke of een andere publiekrechtelijke werkgever waarvoor een afwijkende rechtspositieregeling of CAO geldt, maakt de werkgever een vergelijking tussen de arbeidsvoorwaardenpakketten die van toepassing zijn op de gemeentelijke werkgever en de nieuwe werkgever.

Lid 2

Indien uit de vergelijking blijkt dat het totaalpakket van arbeidsvoorwaarden (bestaande uit in ieder geval salaris, uitkeringen en toelagen, (pre)pensioen, vakantie, ziektekostenregeling en werkloosheidsuitkering) bij de nieuwe werkgever minder is dan het totaalpakket bij de gemeentelijke werkgever, worden in het sociaal plan nadere afspraken gemaakt over afbouw, behoud of compensatie van aanspraken.

Hoofdstuk 6 Slotbepalingen

Artikel 6:1 Hardheidsclausule

Lid 1

In gevallen waarin toepassing van het sociaal statuut zou leiden tot een onbillijke situatie voor een ambtenaar, kan het college van burgemeester en wethouders van het statuut afwijken in een voor de ambtenaar gunstige zin.

Lid 2

In gevallen waarin het sociaal statuut niet voorziet, beslist het college van burgemeester en wethouders.

Artikel 6:2 Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Sociaal Statuut gemeente Harderwijk 2014 .

Artikel 6:3 Looptijd

De looptijd van dit Sociaal Statuut is voor de periode van 1 januari 2014 tot 1 januari 2018. Verlenging vindt plaats in en na overeenstemming met de commissie voor georganiseerd overleg. Blijft overeenstemming over de verlenging uit dan behoudt het oude Sociaal Statuut zijn geldigheid.

Sociaal Statuut

 

- Artikel 8:3 AVRH (ontslag wegens reorganisatie)

Inhoudsopgave

 

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

 

Artikel 1:1 Definities

 

Artikel 1:2 Werkingssfeer

 

Artikel 1:3 Bevoegdheid tot het nemen van het besluit tot organisatiewijziging

 

Artikel 1:4 Bevoegdheid tot het nemen van besluiten betreffende individuele ambtenaren

 

 

Hoofdstuk 2 Procedurele bepalingen

 

Artikel 2:1 Overleg over de personele gevolgen en maatregelen

 

Artikel 2:2 Taakverdeling tussen ondernemingsraad en georganiseerd overleg

 

Artikel 2:3 Aanvullende afspraken

 

 

Hoofdstuk 3 Passende of geschikte functie

 

Artikel 3:1 Geen passende of geschikte functie

 

Artikel 3:2 Verplichting ambtenaar

 

Artikel 3:3 Salarisgarantie

 

Artikel 3:4 Functiegebonden toelagen

 

Artikel 3:5 Persoonsgebonden toelagen

 

Artikel 3:6 Studiefaciliteiten

 

Artikel 3:7 Aanvullende scholing

 

Artikel 3:8 Functie buiten de gemeentelijke organisatie

 

 

Hoofdstuk 4 Herplaatsingsprocedure

 

Artikel 4:1 Herplaatsingsprocedure

 

Artikel 4:2 Advies over herplaatsing

 

Artikel 4:3 Bedenkingen tegen voorstel

 

Artikel 4:4 Herplaatsingsbesluiten

 

 

Hoofdstuk 5 Privatisering en taakoverheveling

 

Artikel 5:1 Werkingssfeer hoofdstuk

 

Artikel 5:2 Werkgelegenheid

 

Artikel 5:3 Geen passende of geschikte functie

 

Artikel 5:4 Sociaal plan

 

Artikel 5:5 Rechtspositievergelijking

 

 

Hoofdstuk 6 Slotbepalingen

 

Artikel 6:1 Hardheidsclausule

 

Artikel 6:2 Citeertitel

 

Artikel 6:3 Looptijd