Organisatie | Leiderdorp |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op de heffing en invordering van toeristenbelasting 2005 |
Citeertitel | Verordening op de heffing en invordering van toeristenbelasting 2005 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Geen
Gemeentewet, art. 220 t/m 220h
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2005 | 01-01-2006 | Onbekend | 20-12-2004 Onbekend | Onbekend |
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:
niet - beroepsmatig verhuurde ruimten: woningen en andere verblijven, of gedeelten daarvan, niet zijnde mobiele kampeeronderkomens of stacaravans, welke niet in hoofdzaak bestemd zijn dan verblijf voor vakantie en andere recreatieve doeleinden, doch wel in bepaalde perioden van het jaar voor die doeleinden worden verhuurd dan wel te huur worden aangeboden;
Ter zake van het houden van verblijf met overnachten binnen de gemeente in hotels, pensions, vakantieonderkomens, mobiele onderkomens, niet-beroepsmatig verhuurde ruimten en op vaste standplaatsen tegen vergoeding in welke vorm dan ook door personen die niet als in-gezetene in de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens van de gemeente zijn opgenomen, wordt onder de naam “toeristenbelasting” een directe belasting geheven.
De belasting wordt niet geheven ter zake van het verblijf:
van een vreemdeling als bedoeld in artikel 29, eerste lid, van de Vreemdelingenwet 2000, die rechtmatig in Nederland verblijft in de zin van artikel 8, letters c,d,f,g,h, van voor-noemde wet, en voor zover deze persoon verblijf houdt in een gelegenheid als bedoeld in artikel 2 van de verordening, onder verantwoordelijkheid van het Centraal Orgaan Opvang Asielzoekers.
Artikel 5 Maatstaf van heffing
De belasting wordt geheven naar het aantal overnachtingen.
De belastingplichtige genoemd in artikel 3 lid 1 en 3 is verplicht om jaarlijks het toegezonden aangifteformulier in te vullen op basis van het aantal overnachtingen die gebaseerd zijn op het bijgehouden nachtregister.
Artikel 10 Termijnen van betaling
In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de aanslagen worden betaald in drie gelijke termijnen waarvan de eerste vervalt op de laatste dag van de maand volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en elk van de volgende termijnen telkens een maand later.
Artikel 11 Machtiging tot overdracht van bevoegdheden
Het college van burgemeester en wethouders kan bepalen dat voor de toezendingen of uitreiking van de aanslagbiljetten, ingevolge artikel 8, eerste lid van de Invorderingswet 1990 voor de met de invordering van gemeentelijke belastingen belaste gemeente-ambtenaar een andere gemeenteambtenaar in de plaats treedt.
Artikel 12 Nakoming van verplichtingen
De verplichtingen bedoeld in de artikelen 47, 49 en 50 van de Algemene wet inzake rijks-belastingen (Stbl. 1959, 301) en in de artikelen 58 en 60 van de Invorderingswet 1990, dan wel bedoeld of van toepassing verklaard in de algemene maatregel van bestuur krachtens artikel 246a van de Gemeentewet, gelden mede jegens de door het college van burgemeester en wethouders aangewezen ambtenaren belast met de heffing of de invordering van gemeen-telijke belastingen.