Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Terneuzen

Regeling ontheffingen voetgangerszone kernwinkelgebied Terneuzen

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieTerneuzen
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingRegeling ontheffingen voetgangerszone kernwinkelgebied Terneuzen
CiteertitelRegeling ontheffingen voetgangerszone kernwinkelgebied Terneuzen
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpruimtelijke ordening, verkeer en vervoer
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Wegenverkeerswet 1994, art. 150
  2. Regeling verkeersregels en verkeerstekens 1990, art. 87
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

10-11-2005Onbekend

26-10-2005

Zeeuws Vlaams Advertentieblad, 2 november 2005

Onbekend

Tekst van de regeling

Intitulé

Regeling ontheffingen voetgangerszone kernwinkelgebied Terneuzen

 

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Terneuzen;

Gelet op artikel 150 van de Wegenverkeerswet 1994 (WVW 1994)

En op het bepaalde in artikel 87 van de regeling verkeersregels en verkeerstekens 1990 (RVV 1990);

Overwegende dat:

  • -

    het verbeteren van het verblijfsklimaat in het kernwinkelgebied Terneuzen, met zich mee brengt dat het gehele gebied inclusief de Markt, aangewezen wordt als voetgangerszone;

  • -

    het wenselijk is om aan de eigenaren of houders van voertuigen in bepaalde gevallen ontheffing te kunnen verlenen van het verbod om de voetgangerszone binnen te rijden;

besluit:

vast te stellen de :

Regeling ontheffingen voetgangerszone kernwinkelgebied Terneuzen

Artikel 1 Begrijpsomschrijvingen

  • a.

    voetgangerszone: het door het college van burgemeester en wethouders bij besluit aangewezen gedeelte van de binnenstad, waarvan de toegang is aangeduid met de verkeersborden model E10(G7) en E10 (G8) van bijlage I van het RVV 1990 en dat in geel is aangegeven op de bij deze verordening behorende en als bijlage bijgevoegde kaart;

  • b.

    voertuig: auto c.q. vrachtauto met een maximale lengte van 8 meter en een maximaal gewicht van 8 ton inclusief belading;

  • c.

    ontheffing: een in de zin van artikel 87 RVV 1990 door het college van burgemeester en wethouders verleende ontheffing, krachtens welke het is toegestaan om met een voertuig de voetgangerszone of een gedeelte daarvan binnen te rijden;

  • d.

    ontheffinghouder: de natuurlijke of rechtspersoon aan wie de ontheffing is verleend;

  • e.

    ontheffingspas: het middel waarmee de ontheffinghouder zich bij de poller toegang tot de voetgangerszone kan verschaffen;

  • f.

    eigen parkeergelegenheid: een parkeerplaats op een terrein of in een garage in eigendom bij, uitgegeven in erfpacht of verhuurd aan de aanvrager van de ontheffing;

  • g.

    laden en lossen van goederen: het onmiddellijk, nadat het voertuig tot stilstand is gebracht, bij voortduring in – of uitladen van goederen van enige omvang of enig gewicht gedurende de tijd die daarvoor nodig is;

  • h.

    route: de route die de ontheffingshouder dient te volgen voor het bereiken van zijn bestemming in de voetgangerszone;

  • i.

    de periode: de periode, met een minimum van een dag en een maximum van twaalf maanden, gedurende welke de ontheffing van kracht is;

  • j.

    tijdvak: de uren van de dag gedurende welke ontheffinghouder daadwerkelijk van zijn ontheffing gebruik kan maken, dat wil zeggen zich bij de poller toegang tot de voetgangerszone kan verschaffen;

  • k.

    poller: beweegbare paal, geplaatst ter afsluiting van de voetgangerszone, waar de ontheffinghouder zichzelf met een ontheffingpas toegang tot de voetgangerszone kan verschaffen of waar hem door het parkeerbureau toegang tot de voetgangerszone kan worden verschaft.

Artikel 2 Verlenen ontheffing

  • 1.Het college van burgemeester en wethouders kan op een daartoe strekkende aanvraag een ontheffing verlenen aan de eigenaar of houder van een voertuig voor:

    • a.

      het binnenrijden van (een gedeelte van) de voetgangerszone ten behoeve van de uitvoering van werkzaamheden waarbij de aanwezigheid van het voertuig noodzakelijk is;

    • b.

      het binnenrijden van (een gedeelte van) de voetgangerszone ten behoeve van het bereiken van de eigen parkeergelegenheid;

    • c.

      het binnenrijden van (een gedeelte van) de voetgangerszone ten behoeve van het onmiddellijk laden of lossen van goederen.

      • 2.

        Het college van burgemeester en wethouders beslist binnen acht weken na ontvangst op de aanvraag voor een ontheffing.

      • 3.

        Voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor een ontheffing zijn leges verschuldigd conform de Legesverordening van de gemeente Terneuzen. Voor het verstrekken van een ontheffingspas wordt ter bescherming van het belang van een zorgvuldig gebruik van deze middelen een waarborgsom in rekening gebracht, die bij inlevering van de ontheffingpas wordt terugbetaald.

Artikel 3 Gegevens, voorschriften en beperkingen

  • 1.Een ontheffing bevat in ieder geval de volgende gegevens:

  • a.

    naam en adres van de ontheffinghouder;

  • b.

    het kenteken van het voortuig waarvoor de ontheffing is verleend;

  • c.

    de periode waarvoor de ontheffing geldt en het tijdvak gedurende welke de ontheffing gebruikt kan worden;

  • d.

    het gebied en de route waarvoor de ontheffing geldt;

  • e.

    een omschrijving van de verboden waarvan ontheffing is verleend.

    • 2.

      Het college van burgemeester en wethouders kan aan een ontheffing voorschriften verbinden die strekken tot bescherming van het belang van het verbeteren van de leefbaarheid en bereikbaarheid van de binnenstad, een goede handhaving van de wegenverkeerswetgeving en de daarop gebaseerde besluiten, het verzekeren van de veiligheid in de voetgangerszone.

    • 3.

      Het college van burgemeester en wethouders kan, indien bijzondere belangen dit noodzakelijk maken, aan een ontheffing beperkingen verbinden met betrekking tot de periode, het tijdvak, het gebied en de route waarvoor de ontheffing van kracht is.

Artikel 4 Intrekkings- en wijzigingsgronden

Het college van burgemeester en wethouders kan een ontheffing intrekken of wijzigen:

  • a.

    op verzoek van de ontheffinghouder;

  • b.

    wanneer de ontheffinghouder het gebied waarvoor de ontheffing is verleend metterwoon verlaat of het daar uitgeoefende beroep of bedrijf beëindigt;

  • c.

    wanneer zich een wijziging voordoet in een van de omstandigheden die relevant waren voor het verlenen van de ontheffing;

  • d.

    wanneer de ontheffinghouder handelt in strijd met de ontheffing of de daaraan verbonden voorschriften of beperkingen;

  • e.

    wanneer blijkt dat bij de aanvraag van de ontheffing onjuiste gegevens zijn verstrekt;

  • f.

    wanneer de ontheffinghouder de voor de voetgangerszone geldende verkeersregels en verkeerstekens meer dan eenmaal heeft overtreden;

  • g.

    om redenen van openbaar vervoer.

Artikel 5 Nadere regels

Het college van burgemeester en wethouders is bevoegd nadere regels te stellen met betrekking tot het aanvragen, het verlenen en het gebruik van een ontheffing.

Artikel 6 Hardheidsclausule

In bijzondere omstandigheden/noodsituaties waarin deze regeling niet voorziet niet voorziet kan het college van burgemeester en wethouders ontheffing verlenen.

Artikel 7 Slot- en overgangsbepalingen

  • 1.

    Deze regeling treedt in werking op de achtste dag nadat deze regeling bekend is gemaakt.

  • 2.

    De voor de inwerkingtreding van deze regeling verleende ontheffingen behouden gedurende zestien weken hun geldigheid. De betrokken ontheffinghouders krijgen gedurende deze periode bij het parkeerbureau toegang op vertoning van hun ontheffing.

  • 3.

    Deze regeling kan worden aangehaald als “Regeling ontheffingen voetgangerszone kernwinkelgebied kern Terneuzen”.

Aldus vastgesteld in de vergadering van het college van Burgemeester en wethouders d.d. 26 oktober 2005