Organisatie | Leusden |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Mandaatbesluit Leusden 2013 |
Citeertitel | Mandaatbesluit Leusden 2013 |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Tweede wijziging Mandaatbesluit Leusden 2013.
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
10-10-2013 | 01-01-2014 | Tweede wijziging | 17-09-2013 Leusder Krant, 09-10-2013 | 212567 | |
27-06-2013 | 10-10-2013 | Mandatenlijst II | 25-06-2013 Leusder Krant, 26-6-2013 | 207266 | |
01-01-2013 | 27-06-2013 | nieuwe regeling | 18-12-2012 Leusder Krant, 20-03-2013 | 197263 |
Het college en de burgemeester van de gemeente Leusden, ieder voor zover het zijn bevoegdheden betreft;
Gelezen het advies van de afdeling Algemene en Juridische Zaken nummer 197263;
Gelet op de bepalingen van de Gemeentewet en Hoofdstuk 10 van de Algemene wet bestuursrecht;
Met inachtneming van de besluiten van het college ten aanzien van de organisatieverandering per 1 januari 2013;
onder gelijktijdige intrekking van het Mandaatbesluit Leusden 2011, vast te stellen: het Mandaatbesluit Leusden 2013, waarbij ten aanzien van de uitoefening van de bevoegdheden in het bij dit besluit behorende mandatenlijst de volgende voorschriften gelden:
Mandaat: de bevoegdheid om in naam van een bestuursorgaan (de mandaatgever) een besluit te nemen in de zin van artikel 1:3 Algemene wet bestuursrecht.
Volmacht: de bevoegdheid om in naam van de gemeente (de volmachtgever) privaatrechtelijke rechtshandelingen te verrichten. Machtiging: de bevoegdheid om in naam van een bestuursorgaan (de machtigingverlener) feitelijke handelingen te verrichten.
Uitoefening van de bevoegdheden, genoemd in de bij dit besluit behorende mandatenlijst met inbegrip van ondertekening van daaruit voortvloeiende stukken, wordt opgedragen aan de in de mandatenlijst genoemde functionarissen, hierna te noemen gemachtigden.
De medewerkers zijn steeds gemachtigd tot het verrichten van feitelijke handelingen ter uitvoering van de taken neergelegd in de eigen taakomschrijving binnen de kaders die daarvoor door de leidinggevenden zijn gegeven.
Het is de gemachtigden toegestaan de aan hen gemandateerde bevoegdheden, genoemd in de mandatenlijst, schriftelijk onder te mandateren aan een medewerker met instemming van de gemeentesecretaris, indien dit noodzakelijk is voor een goede en doelmatige bedrijfsvoering. De voorschriften genoemd onder artikel 6 zijn onverminderd van toepassing.
Dit besluit is niet van toepassing indien het aanvragen, dan wel ambtshalve te nemen besluiten betreft ten aanzien van personen die, ofwel ambtelijk ofwel bestuurlijk, werkzaam zijn voor de gemeente Leusden, met uitzondering van de bevoegdheden genoemd in lijst C. (Financiën Planning & Control) en bijlage 2: Overzicht mandaten heffingen, invordering en WOZ.
Bij de uitoefening van de in artikelen 2 en 3 bedoelde bevoegdheden zijn de volgende voorschriften van toepassing:
Indien met betrekking tot de uitoefening van een bevoegdheid geen concreet beleid vastgelegd of van toepassing is, wordt de bevoegdheid overeenkomstig hetgeen ter zake gebruikelijk is binnen de gemeente Leusden uitgeoefend en voor zover dit past binnen het kader van verantwoordelijkheid van de betrokken afdelingsmanager.
Een bevoegdheid, als bedoeld onder II van de mandatenlijst, wordt niet uitgeoefend wanneer:
de uitoefening van de bevoegdheden als bedoeld in artikel 160, eerste lid onder e van de Gemeentewet (besluiten tot privaatrechtelijke rechtshandelingen), onder f (voeren van rechtsgedingen en het maken van bezwaar), onder g (voorbereiding civiele verdediging), onder h (vaststellen, wijzigingen, instellen van jaarmarkten en marktdagen) ingrijpende gevolgen voor de gemeente kan hebben, of indien de raad vooraf om inlichtingen verzoekt;
Het college draagt de onder I. van de mandatenlijst genoemde bevoegdheden op aan een van de leden van het college. De bevoegdheid dient op naam en onder verantwoordelijkheid van het college te worden uitgeoefend. Indien de regeling of wet zich daartegen verzet kan van het mandaat geen gebruik worden gemaakt. In geval van uitoefening van bevoegdheid, als bedoeld onder I. no. 1. van de mandatenlijst, namens het college van burgemeester en wethouders door de portefeuillehouders, worden uitgaande bescheiden als volgt ondertekend:
Aldus besloten door het college en de burgemeester te Leusden, d.d. 18 december 2012.
Het college van Leusden,
E.D. Luchtenburg mw. drs. A. Vermeulen
directeur-secretaris burgemeester
De burgemeester van Leusden,
mevrouw drs. A. Vermeulen
MANDATENLIJST behorende bij het Mandaatbesluit 2013
I. Lijst van bevoegdheden die met machtiging kunnen worden uitgeoefend en ondertekend door een lid van het college
II. Lijst van bevoegdheden die met mandaat/volmacht/machtiging kunnen worden uitgeoefend en/of ondertekend door de in deze lijst genoemde functionarissen
Afdelingsmanager = de afdelingsmanager die gekoppeld is aan het taakveld / Teamleider = de teamleider die gekoppeld is aan het taakveld College van Amersfoort = College van Burgemeester en Wethouders van Amersfoort / Medewerkers die zijn aangewezen tot subbudgethouder = Medewerkers die zijn aangewezen tot subbudgethouder conform de budgethoudersregeling / Directeur Stadsring 51 = Directeur Stichting Stadsring 51 voor hulpverlening bij financiële en sociaal juridische problemen Directeur Stichting N.V.A. = Directeur Stichting N.V.A. Centrum voor duurzame inburgering / Mdw fo / mdw bo = medewerker frontoffice/medewerker backoffice publiekszaken Mdw app. beh. = medewerker applicatiebeheer / Mdw DIV = medewerker Documentaire Informatie Voorziening / Teamleider Bedr. Inf. & Int. Service = Teamleider Bedrijfsinformatie en Interne Service / Directeur GBLT = Directeur Gemeenschappelijk Belastingkantoor Lococensus Tricijn
College van Amersfoort is gemandateerd met bevoegdheid tot ondermandatering voor zover dit ziet op de uitvoering van de in E1 en E3 beschreven bevoegdheden.
B. ALGEMENE EN JURIDISCHE ZAKEN
C. FINANCIËN, PLANNING EN CONTROL
Directeur GBLT ^Directeur Gemeenschappelijk Belastingkantoor Lococensus Tricijn
College van Amersfoort: gemandateerd met bevoegdheid tot ondermandatering voor zover dit ziet op de uitvoering van de in E1 en E3 beschreven bevoegdheden.
D. INFORMATIE, AUTOMATISERING EN FACILITAIRE ZAKEN
College van Amersfoort: gemandateerd met bevoegdheid tot ondermandatering voor zover dit ziet op de uitvoering van de in E1 en E3 beschreven bevoegdheden.
E. MAATSCHAPPELIJKE ONTWIKKELING
DSG = directeur Servicebureau Gemeenten
NVA= Stichting N.V.A., Centrum voor Duurzame Inburgering
Directeur DSG = directeur Servicebureau Gemeenten
Dir. WSL = directeur Woningstichting Leusden
Schema behorend bij het Mandaatbesluit Servicebureau Gemeenten
In onderstaand schema zijn alle bevoegdheden opgenomen. Per onderwerp is aangegeven of sprake is van een afdoeningsmandaat en/of een ondertekeningsmandaat én of ondermandatering is toegestaan. Van de bevoegdheden onder 1 t/m 3 is het uitgangspunt een algehele bevoegdheid voor de genoemde wet- en regelgeving. Vervolgens is een aantal bevoegdheden specifiek benoemd. Van de bevoegdheden onder 4 t/m 5 zijn alleen deze genoemd die wel worden gemandateerd.
Bijlage 1. Toelichting Mandaatbesluit 2010
Beschrijving rechtsfiguren mandaat, volmacht en machtiging
De term machtiging wordt in de literatuur gebruikt als verzamelbegrip voor mandaat, volmacht en machtiging tezamen. Dit zijn vormen van vertegenwoordiging waarbij bevoegdheden van een bestuursorgaan worden opgedragen aan een ondergeschikte. Zij hebben gemeen dat er "in naam van" het bestuursorgaan wordt gehandeld. Wij onderscheiden:
Mandaat: de bevoegdheid om in naam van een bestuursorgaan -het college, de burgemeester of de heffingsambtenaar- een besluit te nemen in de zin van artikel 1:3 Algemene wet bestuursrecht, bijvoorbeeld het beslissen op vergunningaanvragen.
Volmacht: de bevoegdheid om namens de burgemeester de gemeente te vertegenwoordigen door middel van het verrichten van privaatrechtelijke rechtshandelingen. Bijvoorbeeld het sluiten van een overeenkomst.
Machtiging: de bevoegdheid om in naam van de machtigingverlener feitelijke handelingen (handelingen die noch een besluit, noch een privaatrechtelijke rechtshandeling zijn) te verrichten.
De hierboven genoemde mandaten, volmachten en machtigingen worden (meestal) schriftelijk verleend. In het Mandaatbesluit 2013 zijn alle bevoegdheden opgenomen die door het college of de burgemeester zijn opgedragen aan medewerkers.
Als mandaat, volmacht of machtiging wordt verleend zijn bovendien de regels van mandaat uit de Algemene wet bestuursrecht (afdeling 10.1.1.) van overeenkomstige toepassing (art. 10:12 Awb).
In het krachtens mandaat, volmacht of machtiging genomen besluit moet worden vermeld namens welk bestuursorgaan het besluit is genomen (zie artikel 6 sub IX., X, XI. van het Mandaatbesluit 2013)
In onze organisatie worden de bevoegdheden in principe opgedragen aan de afdelingsmanagers of directeur (zie de Mandatenlijsten). Ondermandaat is het geven van mandaat (of volmacht of machtiging) door de gemandateerde aan een derde. De bevoegdheid wordt als het ware "doorgegeven". In onze organisatie wordt ondermandaat door de afdelingsmanagers/directeur verleend aan medewerkers, mits dit in het belang is van een goede en doelmatige bedrijfsvoering (artikel 4).
Ook bij ondermandaat wordt een besluit namens het bestuursorgaan genomen: dus niet namens de eerst gemandateerde. Dat komt ook tot uitdrukking in de ondertekening.
het mandaterende bestuursorgaan kan zowel algemene als bijzondere instructies geven aan de gemandateerde over de wijze waarop de bevoegdheid wordt uitgeoefend (zie voor de algemene instructies de voorschriften in artikel 6). Bijzondere instructies betekenen in dit kader dat de mandaatgever aanwijzingen kan geven in een concreet geval.
Een in mandaat genomen besluit kan door de mandaatgever alleen worden aangetast door het besluit in te trekken. Buiten de grenzen van hetgeen is gemandateerd bestaat geen bevoegdheid. Wordt een besluit genomen over een onderwerp dat buiten de bevoegdheid ligt, dan is er sprake van een onbevoegd genomen besluit.
Mandaatverlening is in ieder geval uitgesloten als het een bevoegdheid betreft:
Het beslissen op een bezwaarschrift is in onze organisatie niet gemandateerd. Ingevolge artikel 10:3 Awb is het mandateren van de bevoegdheid tot het beslissen op bezwaar aan degene die het oorspronkelijke besluit in mandaat heeft genomen, niet toegestaan. Ook het mandateren van de beslissing op bezwaarschriften tegen besluiten van anderen is niet wenselijk. Een belangrijk kenmerk van de bezwaarschriftprocedure is de heroverweging. Bij de vaststelling van de in de artikelen 7:1 en verder van de Awb neergelegde bezwaarschriftprocedure heeft de wetgever beoogd een open, volledige heroverweging van het primaire besluit te waarborgen. De vraag is of een open, volledige heroverweging gewaarborgd is, wanneer zowel het primaire besluit, als de beslissing op het bezwaarschrift tegen dat primaire besluit, gemandateerd zijn. Dat besluit blijft dus voorbehouden aan het college, die daarvoor geadviseerd wordt door een onafhankelijk adviescommissie.
Ook de handhaving van besluiten die in mandaat zijn genomen valt niet onder de gemandateerde bevoegdheid. Handhavingbesluiten dienen dus genomen te worden op basis van een apart mandaat daartoe.
Het mandaat is niet gekoppeld aan een persoon, maar aan een functieomschrijving, bijvoorbeeld de afdelingsmanager. Bij afwezigheid van de afdelingsmanager, gaat de bevoegdheid over naar diens plaatsvervanger conform het vervangingsschema leidinggevenden. Wanneer nieuwe medewerkers worden benoemd, verkrijgen zij automatisch mandaat wanneer zij benoemd worden in een functie die genoemd is in het mandaatbesluit.
In de Algemene wet bestuursrecht is een plicht tot informatieverschaffing opgenomen (artikel 10.6 lid 2 Awb). De gemandateerde verschaft de mandaatgever op diens verzoek inlichtingen over de uitoefening van de bevoegdheid.
De overdracht van bevoegdheden genoemd in de A-lijst betreft de algemene mandaten die gelden voor alle genoemde gemandateerden/ge(vol)machtigden binnen en buiten de organisatie. Daarna is er per onderwerp/taakgebied-een lijst opgenomen met specifieke bevoegdheden. In de lijsten wordt een opsomming gegeven van de bevoegdheden, het bestuursorgaan dat primair bevoegd is, aan welke functionaris de bevoegdheid wordt opgedragen en eventueel welke functionaris een ondermandaat krijgt.
Worden bevoegdheden niet genoemd of vermeld, dan betekent dit dat er geen mandaat voor die bevoegdheid is afgegeven en dat het college of de burgemeester zelf bevoegd blijven om te besluiten. Er is dan geen sprake van mandaat, volmacht of machtiging.
Bijlage 2. Overzicht mandaten heffingen, invordering en WOZ
Verwijzing naar vervangingsschema leidinggevenden
Het vervangingsschema leidinggevenden is door het college bij afzonderlijk besluit vastgesteld.