Organisatie | Rotterdam |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening Van werk naar werk-aanpak en voorzieningen bij werkloosheid |
Citeertitel | Verordening Van werk naar werk-aanpak en voorzieningen bij werkloosheid |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp | Gemeenteblad 2013-46 |
Deze versie bevat ook de wijzigingen van Gemeenteblad 2018 nr. 84
Ambtenarenreglement
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2018 | art. 2 | 12-12-2017 | Gemeenteblad 2017, nummer 203 | ||
01-01-2018 | 01-01-2018 | art. 24 | 24-10-2017 | Gemeenteblad 2017, nummer 143 | |
01-01-2017 | 01-01-2018 | artt. 2, 26, 31 en 37 | 06-12-2016 | Gemeenteblad 2016, nummer 223 | |
01-06-2016 | 01-01-2016 | 01-01-2017 | Artt. 2, 26 en 31 | 24-05-2016 | Gemeenteblad 2016, nummer 84 |
01-05-2016 | 01-01-2016 | 01-06-2016 | Artikel 33 | 12-04-2016 | Gemeenteblad 2016, nummer 46 |
09-05-2013 | 01-05-2016 | Gecons. tekst bijgewerkt tot en met wijziging 1 | 07-05-2013 Gemeenteblad 2013-46 | gelezen het voorstel van de wethouder Financiën, Dienstverlening en Organisatie van 7 mei 2013, kenmerk: 1115073 | |
08-05-2013 | 01-04-2013 | 09-05-2013 | Gemeenteblad 2015-84 wijz. 2 | 07-05-2013 Gemeenteblad 2013-46 | gelezen het voorstel van de wethouder Financiën, Dienstverlening en Organisatie van 7 mei 2013, kenmerk: 1115073 |
Deze regeling is van toepassing op de ambtenaar die als gevolg van een
organisatieverandering boventallig is geworden of op grond van artikel 90bis of 91 van het Ambtenarenreglement ontslagen wordt en op de ambtenaar die op grond van artikel 89, 90bis of 91 van het Ambtenarenreglement ontslagen is.
Voor de toepassing van deze regeling wordt verstaan onder:
grondslag: het gemiddelde van het salaris en de toegekende salaristoelage(n) als bedoeld in artikel 1, eerste lid, van het Ambtenarenreglement, berekend over een periode van 12 maanden direct voorafgaand aan de datum van de re-integratiefase of de start van het Van werk naar werk-traject; dit salaris en de salaristoelagen worden geïndexeerd met de generieke salarisverhoging in de gemeentelijke sector;
WWW-uitkering: uitkering op grond van Werkloosheidswet.
Vóór 1 januari 2016 werd hier het voor de Verordening van werk naar werk-aanpak en voorzieningenbij werkloosheid afwijkende bezoldigingsbegrip gedefinieerd. Met de inwerkingtreding van de nieuwebeloningsregeling per 1 januari 2016 is dit gewijzigd in ‘grondslag’ en is daar voor de medewerkers dietoen in dienst waren de Toelage Overgangsrecht Salarisbesluit toegevoegd.
De Werkloosheidswet (WW) is per 1 januari 2016 versoberd. De versobering betreft een vertraagde WW-opbouw en een verkorting van de maximale duur van de WW-uitkering.
Binnen de sector gemeenten is besloten deze versobering te repareren. Dit gebeurt met een reparatie-uitkering die de duur van de WW-uitkering die op of na 1 januari 2016 is toegekend verlengt tot de duur van de WW-uitkering zoals deze geweest zou zijn op grond van de WW zoals deze op 31 december 2015 luidde.
Paragraaf 4 Procedure van re-integratie bij ontslag op grond van artikel 91 Ambtenarenreglement
Artikel 9 Verlenging re-integratiefase door middel van levensloop
Het college van burgemeester en wethouders en de ambtenaar maken nadere afspraken over de voorwaarden waaronder de inspanningen van het college van burgemeester en wethouders en de ambtenaar, zoals deze zijn neergelegd in het re-integratieplan, tijdens de verlenging van de re-integratiefase worden voortgezet.
In het re-integratieplan worden afspraken gemaakt over de kosten voor de verschillende activiteiten uit het re-integratieplan. De kosten voor de activiteiten uit het re-integratieplan komen, mits redelijk en billijk, volledig voor rekening van het college van burgemeester en wethouders, met een maximum van € 7.500,=.
Paragraaf 5 Van werk naar werk-begeleiding bij boventalligheid
Deze paragraaf is van toepassing op de ambtenaar die door het college van burgemeester en wethouders boventallig wordt verklaard, en die op de datum waarop deze boventalligheid ingaat, een dienstverband van tenminste twee jaar heeft bij de gemeente Rotterdam.
Artikel 12 Duur van een Van werk naar werk-traject
De boventallig verklaarde ambtenaar heeft recht op een Van werk naar werk-traject dat maximaal twee jaar duurt, tenzij het college van burgemeester en wethouders besluit tot verlenging op grond van artikel 20 en artikel 22.
Artikel 13 Inspanningsverplichting
In het Van werk naar werk-traject leveren zowel de boventallig verklaarde ambtenaar als het college van burgemeester en wethouders een actieve bijdrage aan de uitvoering van het Van werk naar werk-traject. De Van werk naar werk-inspanningen zijn gericht op plaatsing van de ambtenaar in een passende dan wel geschikte functie, of aanvaarding door de ambtenaar van een functie buiten de gemeente.
Artikel 14 Start Van werk naar werk-traject
Het Van werk naar werk-traject start op de dag waarop het besluit tot boventalligverklaring in werking is getreden.
Artikel 15 Van werk naar werk-onderzoek
Om richting te geven aan het Van werk naar werk-traject onderzoeken het college van burgemeester en wethouders en ambtenaar gezamenlijk de wensen en ontwikkelingsmogelijkheden van de ambtenaar, binnen en buiten de gemeente. Hierbij worden tevens de kansen van de ambtenaar op de regionale arbeidsmarkt onderzocht.
Artikel 17 Uitvoering van het Van werk naar werk-contract
Vanaf de start van de uitvoering van het Van werk naar werk-contract wordt de nakoming van de wederzijds gemaakte afspraken gevolgd. Iedere drie maanden wordt de voortgang in het traject geëvalueerd. Hiervan wordt een verslag opgemaakt.
Artikel 18 Einde Van werk naar werk-traject
Het Van werk naar werk-traject eindigt op het moment dat de ambtenaar - al dan niet in deeltijd - een andere functie binnen of buiten de gemeente aanvaardt, op grond van ontslag op eigen verzoek of ontslag om een andere reden.
Artikel 19 Tussentijdse beëindiging
Indien het Van werk naar werk-traject eerder eindigt om de in het eerste of tweede lid genoemde reden, wordt de ambtenaar ontslag verleend op grond van artikel 89a Ambtenarenreglement met ingang van de dag volgend op die waarop het Van werk naar werk-traject is beëindigd. In dit geval kan het college van burgemeester en wethouders aangeven dat sprake is van verwijtbare werkloosheid en vervallen de rechten op een aanvullende uitkering en een na-wettelijke uitkering.
Artikel 20 Advies loopbaanadviseur
Indien het Van werk naar werk-traject na verloop van 21 maanden sinds de start ervan niet met een positief resultaat is afgesloten of om een andere reden is beëindigd, brengt een gecertificeerd loopbaanadviseur binnen een maand een advies uit aan het college van burgemeester en wethouders over het vervolgtraject. Hierbij worden in ieder geval de evaluatieverslagen als bedoeld in artikel 17 in acht genomen. De ambtenaar ontvangt een afschrift van het advies.
Artikel 22 Verlenging Van werk naar werk-traject
Indien er zekerheid is, in de vorm van een schriftelijke toezegging van een werkgever, dat binnen een half jaar een functie voor de ambtenaar kan worden gevonden, of indien voortzetting van het Van werk naar werk-traject de kans op het vinden van een passende of geschikte functie aantoonbaar vergroot, kan het college van burgemeester en wethouders besluiten het Van werk naar werk-traject te verlengen. Deze verlenging beslaat een redelijke en nader gespecificeerde periode en kan niet meer dan één keer worden verleend.
Artikel 23 Niet-nakoming van afspraken uit Van werk naar werk-contract
Deze partij maakt dit schriftelijk aan de andere partij kenbaar.
Ingeval de ambtenaar van het in het tweede lid bedoelde recht gebruik maakt, kan hij eisen dat het Van werk naar werk-traject wordt verlengd. Deze verlenging bedraagt een redelijke termijn, waarbij de periode die door de niet-nakoming verloren is gegaan als richtlijn kan dienen. Gedurende de periode van verlenging herstelt het college van burgemeester en wethouders zoveel als mogelijk de gebreken die bij de uitvoering van het Van werk naar werk-contract zijn ontstaan.
Paritaire commissie voor toezicht op Van werk naar werk-trajecten
De paritaire commissie brengt een zwaarwegend advies uit. Het college van burgemeester en wethouders is op grond van de Algemene wet bestuursrecht niet gebonden door dit advies, maar kan er slechts van afwijken als het op onzorgvuldige wijze tot stand is gekomen en/of het advies zodanig ernstig in gebreke is dat van het college in redelijkheid niet gevergd kan worden overeenkomstig het advies te besluiten.
Na inwerkingtreding van de Wet normalisering rechtspositie ambtenaren is het advies weer bindend van aard vanwege de toepasselijkheid van het Burgerlijk Wetboek.
Paragraaf 6 Aanvullende uitkering
Artikel 25 Aanvullende uitkering
Recht op een aanvullende uitkering heeft de ambtenaar die:
op grond van artikel 91 van het Ambtenarenreglement is ontslagen en de re-integratiefase heeft doorlopen, waarbij de situatie zoals beschreven in artikel 7, tweede en derde lid niet aan de orde is;
In artikel 2 is de grondslag voor de aanvullende uitkering gedefinieerd.
De hoogte van de uitkering is gedurende de twee fases verschillend. De genoemde bedragen zijn feitelijke beloningsbedragen. Hiermee wordt dus niet de grondslag op basis van een volledig dienstverband bedoeld, die omgerekend moet worden naar de deeltijdfactor van de medewerker. Dus ook een medewerker die met een functie voor 30 uur per week aan salaris, salaristoelagen en Toelage Overgangsrecht Salarisbesluit een bedrag van € 5.500,= ontvangt, krijgt gedurende de eerste fase een aanvullende uitkering van 30% van deze grondslag en gedurende de tweede fase een aanvullende uitkering van 20% van deze grondslag.
De zinsnede ‘naar rato van het aantal uren dat de ambtenaar werkloos is’ houdt in dat indien iemand een arbeidsduur had van 36 uur, waaruit hij voor 18 uur is ontslagen hij een aanvullende uitkering ontvangt van 10%, respectievelijk 20% of 30% maal 18/36. Als deze persoon vervolgens een baan aanvaardt van 10 uur per week, ontvangt hij een aanvullende uitkering van 10% (respectievelijk 20% of 30%) maal 8/36 van de grondslag.
Paragraaf 7 Na-wettelijke uitkering
In lid 2 is opgenomen dat als iemand voor minder dan 36 uur werkloos is, zijn na-wettelijke uitkering naar evenredigheid wordt bepaald. De na-wettelijke uitkering wordt namelijk gebaseerd op de mate van werkloosheid.
Als uit een arbeidsovereenkomst of aanstelling blijkt dat iemand een functie van 20 uur in de week heeft, ontvangt hij een na-wettelijke uitkering voor de resterende 16 uur. Als door een nieuwe baan een werkloosheid resteert van minder dan 5 uur, is de werkloosheid beëindigd en eindigt de na-wettelijke uitkering (zie definitie werkloosheid en artikel 33, tweede lid).
Gedeeltelijke werkhervatting, maar ook werkzaamheden als zelfstandige verminderen de werkloosheid.
Of iemand minder dan 36 uur werkloos is, is af te leiden uit de gegevens over werkzaamheden (bijvoorbeeld salarisstroken). In artikel 30, eerste lid, onderdeel b, is opgenomen dat de ambtenaar alle gegevens moet overleggen die van belang zijn voor het bepalen van het recht op na-wettelijke uitkering. Hiertoe behoren dus ook salarisstroken en arbeidsovereenkomsten.
Het is mogelijk dat iemand met het aantal uren werkhervatting meer verdient dan hij in de oude situatie deed. Daarom is in het derde lid een bepaling opgenomen, waaruit voortvloeit dat het nieuwe inkomen en de na-wettelijke uitkering nooit meer kan bedragen dan 90% van de grondslag voor de na-wettelijke uitkering.
Iemand werkte 36 uur en verdiende € 2000,–. De na-wettelijke uitkering bedraagt 70% hiervan; dit is € 1400,–. Hij krijgt tijdens de periode van de na-wettelijke uitkering een baan voor 18 uur. Hiermee resteert een werkloosheid voor 18 uur. Met zijn nieuwe baan gaat hij € 1500,– verdienen. Zijn uitkering zou, gebaseerd op 18 uur werkloosheid, € 700,– bedragen.
Samen met de inkomsten van € 1500,– komt zijn totaal inkomen uit op € 2200,–. Het totaalinkomen is gemaximeerd op 90% van € 2000,–; dit is € 1800,–. Zijn uitkering wordt dus gekort met € 300,–. Hij ontvangt nog een na-wettelijke uitkering van € 400,–.
Artikel 32 Duur na-wettelijke uitkering
De na-wettelijke uitkering is één maand per dienstjaar in de gemeentelijke sector maal een correctiefactor. De correctiefactor is:
Deze bepaling is van toepassing op (ex-) ambtenaren die op 15 juli 2014 in dienst waren van de gemeente Rotterdam, of op die datum in het genot waren van WW-uitkering of na-wettelijke uitkering op grond van de Verordening Van werk naar werk-aanpak en voorzieningen bij werkloosheid, dan wel de voorganger daarvan, de Verordening voorzieningen bij werkloosheid.
Artikel 34 Sancties na-wettelijke uitkering
Het college van burgemeester en wethouders kan een sanctiebeleid vaststellen, op grond waarvan sancties worden toegepast op de uitbetaling van de na-wettelijke uitkering. Onderdeel van het sanctiebeleid is de plicht die de ambtenaar heeft om het college van burgemeester en wethouders te informeren over alles wat van invloed kan zijn op de duur en hoogte van de na-wettelijke uitkering.
Paragraaf 8 Bijzondere uitkering bij ontslag ingeval van minder dan 35% arbeidsongeschiktheid
Artikel 36 Bijzondere uitkering bij ontslag of definitieve herplaatsing ingeval van minder dan 35% arbeidsongeschiktheid
De ambtenaar die voor minder dan 35% arbeidsongeschikt is en die gedurende het derde ziektejaar, bedoeld in artikel 57, derde lid, Ambtenarenreglement is ontslagen op grond van artikel 90bis dan wel
definitief is herplaatst op grond van artikel 57 Ambtenarenreglement, heeft recht op een bijzondere uitkering indien en voor zolang hij arbeid heeft voor ten minste de restverdiencapaciteit, zoals deze door UWV definitief is vastgesteld.
In afwijking van artikel 32 is de duur van de na-wettelijke uitkering voor de ambtenaar die:
gelijk aan (0,25 + (0,195 + 0,015 * (X-21)) * (X - Y) - (X-18) / 12-2) jaar, met dien verstande dat de factor (X-18) gemaximeerd wordt op 38. Factor X staat hierbij voor de leeftijd in hele jaren op de dag van ontslag; factor Y voor de indiensttreedleeftijd in de gemeentelijke sector.
Deze verordening treedt in werking op de dag na publicatie van het gemeenteblad waarin dit besluit is geplaatst en werkt terug tot en met 1 april 2013.
Aldus vastgesteld in de vergadering van 7 mei 2013.
De secretaris, De burgemeester,
Ph. F. M. Raets A.C. van Huffelen, l.b.
Dit gemeenteblad is uitgegeven op 8 mei 2013 en ligt op werkdagen van 8.30 tot 16.00 uur ter inzage bij het Kenniscentrum Bestuursdienst Rotterdam (KBR), locatie Stadswinkel Centrum, Coolsingel 40 (zijde Doelwater, tegenover hoofdbureau politie)
In de CAO Gemeenten 2011-2012 zijn afspraken gemaakt over de versteviging van de Van werk naar werk-aanpak bij reorganisatie. Hiervoor is in 2008 al de basis gelegd in de Verordening voorzieningen bij werkloosheid.
Een succesvol VWNW-traject is de verantwoordelijkheid van werkgever én medewerker.
De afspraken die in het cao-akkoord 2011-2012 zijn gemaakt gelden alleen bij boventalligheid op grond van reorganisatie. De wijzigingen ten opzichte van de Verordening voorzieningen bij werkloosheid hebben dus alleen daar betrekking op, met uitzondering van artikel 3 en artikel 40. Alleen de wijzigingen en de tekst van artikel 39 worden hieronder toegelicht.
Artikel 3 Samenloop met lokale afspraken
In Rotterdam is het Sociaal Statuut Rotterdam 2013 vastgesteld. De in het Sociaal Statuut Rotterdam 2013 vastgelegde afspraken zijn aanvullend op de bepalingen in deze regeling.
Er is dus invulling gegeven aan de mogelijkheid een aanvullende regeling vast te stellen. Maar met deze bepaling is ook de basis gelegd voor eventuele andere aanvullende afspraken.
Paragraaf 5 Van werk naar werk-begeleiding bij boventalligheid
Het toepassingsbereik van paragraaf 5 strekt zich uit over ambtenaren die een dienstverband van 2 jaar of langer bij dezelfde gemeente hebben.
Artikel13 Inspanningsverplichting
Dit artikel drukt uit dat een goede uitvoering van het Van werk naar werk-traject de verantwoordelijkheid is van zowel werkgever als ambtenaar.
Zowel de ambtenaar als het college van burgemeester en wethouders dienen zich in te spannen bij het zoeken naar ander werk. Het gaat hierbij zowel om functies binnen de gemeentelijke organisatie als daarbuiten.
Artikel 14 Start Van werk naar werk-traject
Een goed te definiëren moment markeert de start van het hele traject. Voor beide partijen moet duidelijk zijn dat vanaf dit moment, dat boventalligheid intreedt, de periode van twee jaar begint te lopen.
De boventalligheid treedt in vanaf de datum die vermeld is in het besluit waarin is bepaald dat de ambtenaar boventallig wordt.
Artikel 15 Van werk naar werk-onderzoek
In dit artikel worden de inhoudelijke stappen van het Van werk naar werk-traject geregeld.
De start is het onderzoek naar wensen en mogelijkheden en arbeidsmarktpotentie, ook buiten de gemeente. Het onderzoek wordt afgerond binnen een maand na de startdatum van het Van werk naar werk-traject. De startdatum is de dag waarop het besluit tot boventalligverklaring in werking is getreden. Het onderzoek kan eerder opgestart worden, als al is voorzien dat boventalligheid aan de orde zal komen. Duidelijk is dat wanneer het onderzoek eerder aanvangt, sneller met de uitvoering ervan kan worden gestart, en de kans van slagen toeneemt.
Bij het onderzoek kan een gecertificeerde loopbaanadviseur worden ingeschakeld. Dit kan ook een functionaris zijn die bij de gemeente zelf in dienst is, mits deze aantoonbaar is gekwalificeerd als loopbaanbegeleider.
Wat betreft de loopbaanadviseur is van belang dat deze voldoet aan de professionele kwaliteitseisen van de beroepsgroep van loopbaanbegeleiders ofwel aantoonbaar daartoe gevolgde opleidingen en/of relevante ervaring heeft.
Artikel 16 Van werk naar werk-contract
Na het onderzoek genoemd in artikel 13 wordt een contract opgesteld. Dat is uiterlijk gereed drie maanden na afronding van het onderzoek. Het contract bevat de afspraken tussen werkgever en ambtenaar gericht op het vinden van nieuw werk. Het contract is maatwerk en zal per individu verschillen. Het is van belang concreet alle van belang zijnde afspraken op te nemen. In het artikel is een niet-limitatieve opsomming hiervan opgenomen. Gedurende de looptijd van het contract is de ambtenaar boventallig; ten aanzien van de werkzaamheden die hij gedurende de Van werk naar werk-termijn voor de werkgever verricht dienen daarom ook afspraken te worden gemaakt.
Artikel 17 Uitvoering van het Van werk naar werk-contract
De monitoring en de verslaglegging van de voortgang en evaluatiegesprekken wordt neergelegd bij een nader aan te wijzen persoon of organisatie. Van belang is dat goed wordt toegezien op de uitvoering, voor beide partijen. Het verloop van het Van werk naar werktraject kan immers aanleiding geven tot een verschil in opvatting dat aan een commissie ter toetsing wordt voorgelegd (zie artikel 24). De dossiervorming moet dan op orde zijn.
Artikel 18 Einde Van werk naar werk-traject
Een Van werk naar werk-traject duurt twee jaar. Maar deze termijn kan korter zijn als eerder passend of geschikt werk is gevonden. Passend of geschikt werk kan ook werk in deeltijd zijn en/of werk buiten de eigen organisatie of gemeente.
Artikel 19 Tussentijdse beëindiging
Als de boventallige ambtenaar een aanbod voor passend of geschikt werk binnen of buiten de gemeentelijke organisatie weigert, volgt beëindiging van het Van werk naar werk-contract en vervolgens ontslag (ontslag op grond van 89a Ambtenarenreglement). Partijen leggen in het Van
werk naar werk-contract vast welke functies passend dan wel geschikt zijn. Als de ambtenaar een dergelijke functie weigert, eindigt het Van werk naar werk-contract. Afhankelijk van de duur van het Van werk naar werk-traject mag een bredere oriëntatie op arbeid verwacht worden. Op grond van jurisprudentie kan dat, afhankelijk van de omstandigheden van het geval, betekenen dat de ambtenaar na verloop van tijd een functie moet aanvaarden, waaraan een salaris is verbonden van maximaal 2 schalen lager of een vergelijkbaar verschil als het een functie buiten de gemeente betreft.
Hiermee wordt gevolg gegeven aan de essentie van deze afspraken, namelijk dat het voor de ambtenaren van belang is dat zij aan het werk blijven.
Dat wordt ook uitgedrukt door lid 2: als de ambtenaar zich niet houdt aan de afspraken uit het contract, dan wordt het traject eveneens gestopt en tot ontslag overgegaan.
In beide gevallen verliest de ambtenaar ook het recht op aanvulling op de
werkloosheidsuitkering en de na-wettelijke uitkering.
Artikel 20 Advies loopbaanadviseur
Het Van werk naar werk-traject duurt twee jaar. Als na verloop van 21 maanden geen ander werk is gevonden dient een loopbaanadviseur een advies uit te brengen over een eventueel vervolgtraject. Om een goed advies te kunnen uitbrengen, heeft de loopbaanadviseur in ieder geval inzage in de evaluatieverslagen, en zonodig in andere relevante correspondentie. De loopbaanadviseur moet overwegen of een vervolgtraject een zinvolle stap is, die de kans op ander werk evident doet toenemen. De verwachte ontwikkelingen binnen de organisatie en de arbeidsmarkt van dat moment zijn daarbij relevant.
De loopbaanadviseur adviseert het college van burgemeester en wethouders; het college hoeft dit advies niet te volgen.
Artikel 21 Reguliere beëindiging Van werk naar werk-traject
Als de termijn van twee jaar voorbij is wordt het Van werk naar werk-traject beëindigd. Er volgt dan, zonder verdere opzegtermijnen of wachttijd, een ontslagbesluit op grond van artikel 89 Ambtenarenreglement.
Dat is alleen anders als het college van burgemeester en wethouders het advies van de loopbaanadviseur tot verlenging volgt.
Artikel 22 Verlenging Van werk naar werk-traject
De mogelijkheid bestaat om het Van werk naar werk-contract te verlengen. Logischerwijs zou dit kunnen voortvloeien uit het advies van de loopbaanadviseur zoals bedoeld in artikel 20, maar ook een zeer reële kans op een andere functie – schriftelijk te bevestigen door de werkgever in kwestie - kan leiden tot verlenging. Een besluit hieromtrent is geheel aan de werkgever.
Er kan maar één keer worden verlengd. Het traject wordt definitief beëindigd op de datum waarop het verlengde contract afloopt. Na afloop daarvan volgt het ontslagbesluit op grond van artikel 89 Ambtenarenreglement.
Artikel 23 Niet-nakoming van afspraken uit Van werk naar werk-contract
In dit artikel is geregeld wat er gebeurt als een van beide partijen het Van werk naar werkcontract niet nakomt of als bij de uitvoering ervan geschillen optreden.
Als de ene partij van oordeel is dat de ander zich niet houdt aan de afspraken is de eerste stap dat in goed overleg naar een uitweg wordt gezocht.
Als een gesprek niet leidt tot een oplossing volgt een ingebrekestelling: de partij die vindt dat de ander niet doet wat is afgesproken in het contract stelt de ander hiervan schriftelijk in kennis.
Voor de gemeente kan dit leiden tot beëindiging van het contract en een ontslag. Dat is beschreven in artikel 19 bij tussentijdse beëindiging.
Voor de ambtenaar betekent dit dat hij kan eisen dat het Van werk naar werk-contract wordt verlengd met de periode waarin het gebrek is opgetreden. Men kan hierbij bijvoorbeeld denken aan de situatie dat een loopbaancoach afwezig is waardoor afgesproken gesprekken niet hebben plaatsgevonden. Deze worden dan als het ware ingehaald.
Uitgangspunt is dat ook in deze fase werkgever en ambtenaar er samen uitkomen. Maar als dat niet lukt, kan de paritaire toetsingscommissie om advies worden gevraagd.
De vermelde formulering is nogal bewerkelijk. Op www.car-uwo.nl staat een rekenmodule, waarin gemeenten alleen de factoren X en Y hoeven in te vullen. De duur van de overgangsuitkering verschijnt dan op het scherm.
De Verordening voorzieningen bij werkloosheid is ingetrokken. Er zijn echter nog lopende gevallen die onder de werkingssfeer van de Verordening voorzieningen bij werkloosheid vallen. Om een formele basis voor de op de datum van inwerkingtreding van de Verordening Van werk naar werk-aanpak en voorzieningen bij werkloosheid lopende activiteiten in het kader van re-integratie en voor de lopende bovenwettelijke voorzieningen bij werkloosheid te blijven bieden, is bepaald dat de Verordening Van werk naar werk-aanpak en voorzieningen bij werkloosheid ook geldt voor degenen die onder de Verordening voorzieningen bij werkloosheid ontslagen zijn, dan wel ontslagen zouden worden.