Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Terneuzen

Verordening op de Rekenkamercommissie Terneuzen 2012

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieTerneuzen
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening op de Rekenkamercommissie Terneuzen 2012
CiteertitelVerordening op de Rekenkamercommissie Terneuzen 2012
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze verordening treedt met terugwerkende kracht in werking met ingang van 1 december 2012.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Gemeentewet, art. 81oa

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

20-12-201201-12-201201-01-2014nieuwe regeling

13-12-2012

Zeeuwsch Vlaams Advertentieblad, 19 december 2012

26984

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening op de Rekenkamercommissie Terneuzen 2012

De raad van de gemeente Terneuzen;

 

gelezen het voorstel van het Presidium;

 

gelet op artikel 81oa van de Gemeentewet;

 

besluit:

 

vast te stellen de volgende verordening:

 

Verordening op de Rekenkamercommissie Terneuzen 2012

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    college: college van burgemeester en wethouders;

  • b.

    commissie: rekenkamercommissie van de gemeente Terneuzen;

  • c.

    gemeentebestuur: ieder bevoegd orgaan van de gemeente;

  • d.

    raad: de gemeenteraad;

  • e.

    secretaris: de ambtelijk secretaris van de rekenkamercommissie;

  • f.

    voorzitter: voorzitter van de rekenkamercommissie.

Artikel 2 Rekenkamercommissie

  • 1.

    Er is een commissie die door de raad wordt ingesteld en wordt aangeduid als rekenkamercommissie.

  • 2.

    De commissie onderzoekt de doelmatigheid, de doeltreffendheid en de rechtmatigheid van het door het gemeentebestuur gevoerde beleid en beheer.

  • 3.

    Het werkterrein van de commissie strekt zich uit over alle gemeentelijke instellingen en organisatieonderdelen.

Artikel 3 Samenstelling, benoeming en zittingsduur

  • 1.

    De commissie bestaat uit vijf leden, waaronder een voorzitter.

  • 2.

    De raad benoemt de leden van de commissie op voorstel van het Presidium.

  • 3.

    Twee leden worden door de raad uit zijn midden benoemd, waarvan een raadslid uit de coalitie en een raadslid uit de oppositie. De raadsleden worden benoemd voor een periode die gelijk is aan de zittingsduur van de raad.

  • 4.

    Drie leden worden door de raad van buiten de kring van zijn leden benoemd voor een periode van drie jaar. Deze leden kunnen door de raad op voordracht van het Presidium één keer worden herbenoemd voor een aansluitende periode van drie jaar.

  • 5.

    Voorafgaand aan de (her-)benoeming van de leden van de commissie pleegt de raad overleg met de commissie.

  • 6.

    De externe leden mogen geen betrekkingen uitoefenen als bedoeld in artikel 81f van de Gemeentewet.

  • 7.

    De commissie benoemt de voorzitter en diens plaatsvervanger vanuit de externe leden van de commissie. De voorzitter draagt zorg voor:

    • a.

      het tijdig en periodiek bijeenroepen van de commissie;

    • b.

      het leiden van de vergaderingen;

    • c.

      het bewaken van de uitgangspunten en werkwijze en

    • d.

      het bevorderen van een zorgvuldige besluitvorming.

      De voorzitter voert hiertoe regelmatig overleg met de onderzoekers en met het secretariaat.

Artikel 4 Eed en belofte

Ten aanzien van de externe leden is artikel 81g van de Gemeentewet van toepassing.

Artikel 5 Ontslag en non-activiteit

  • 1.

    De raad ontslaat de leden of stelt hen op non-activiteit

  • 2.

    Het lidmaatschap van een raadslid eindigt:

    • a.

      op eigen verzoek;

    • b.

      indien het lid aftreedt als lid van de raad;

    • c.

      indien de raad van oordeel is dat het lid niet langer geschikt is de functie van lid van de commissie te vervullen.

  • 3.

    Het lidmaatschap van een extern lid eindigt:

    • a.

      op eigen verzoek;

    • b.

      bij de aanvaarding van een functie die onverenigbaar is met het lidmaatschap de commissie;

    • c.

      wanneer het lid bij onherroepelijk geworden rechterlijke uitspraak wegens misdrijf is veroordeeld, dan wel hem bij zulk een uitspraak een maatregel is opgelegd die vrijheidsbeneming tot gevolg heeft;

    • d.

      indien het lid bij onherroepelijk geworden rechterlijke uitspraak onder curatele is gesteld, in staat van faillissement is verklaard, surseance van betaling heeft verkregen of wegens schulden is gegijzeld;

    • e.

      indien het lid naar het oordeel van de raad ernstig nadeel toebrengt aan het in hem gestelde vertrouwen.

  • 4.

    Een extern lid van de commissie kan door de raad worden ontslagen:

    • a.

      wanneer hij door ziekte of gebreken blijvend ongeschikt is zijn functie te vervullen;

    • b.

      indien hij handelt in strijd met artikel 81h van de Gemeentewet.

Artikel 6 Vergoeding voor de werkzaamheden van de externe leden van de commissie

  • 1.

    De externe leden ontvangen een vergoeding voor het bijwonen van de vergaderingen van de commissie.

  • 2.

    Ten aanzien van de vergoedingen alsmede de onkostenvergoedingen van de leden is de verordening ex artikel 96 van de Gemeentewet van overeenkomstige toepassing.

  • 3.

    De vergoeding genoemd in het eerste lid komt ten laste van het budget van de commissie.

Artikel 7 Ambtelijk secretaris

  • 1.

    De griffier stelt een ambtelijk secretaris ter beschikking van de commissie.

  • 2.

    De secretaris staat de commissie bij de uitvoering van haar taken terzijde.

  • 3.

    De secretaris legt rechtstreeks verantwoording af aan de commissie over de wijze waarop de ondersteunende taken worden verricht.

  • 4.

    De secretaris draagt zorg voor de agendaplanning, de verslaglegging en de vorming van dossiers.

Artikel 8 Reglement van orde

De commissie stelt een reglement van orde voor haar vergaderingen en andere werkzaamheden vast. Zij zendt het reglement na de vaststelling ter kennisneming naar de raad.

Artikel 9 Onderwerpselectie en opdrachtverlening

  • 1.

    De commissie bepaalt jaarlijks minimaal twee onderwerpen die zij zal onderzoeken.

  • 2.

    Per onderwerp formuleert de commissie de probleemstelling en stelt de commissie de onderzoeksopzet vast.

  • 3.

    De in het vorige lid bedoelde onderzoeksopzet wordt door de commissie ter kennisneming aan de raad verstuurd.

  • 4.

    De raad kan de commissie een gemotiveerd verzoek doen tot het instellen van een onderzoek. De commissie bericht de raad binnen vier weken op welke termijn en onder welke voorwaarden aan dat verzoek wordt voldaan. Indien de commissie niet aan het verzoek van de raad voldoet, zal zij de raad hiervan met vermelding van de gronden in kennis stellen.

  • 5.

    De commissie stelt jaarlijks vóór het einde van het kalenderjaar een jaarplan en begroting op voor het daaropvolgende jaar en legt dit ter kennisneming voor aan de raad.

Artikel 10 Werkwijze

  • 1.

    De commissie is belast met en verantwoordelijk voor de uitvoering, begeleiding en sturing van het onderzoek volgens de door haar vastgestelde onderzoeksopzet.

  • 2.

    De commissie beoordeelt of het wenselijk is de raad tussentijds te informeren.

  • 3.

    De commissie is bevoegd bij alle leden van het gemeentebestuur en bij alle ambtenaren de mondelinge en schriftelijke inlichtingen in te winnen die zij nodig acht voor de uitvoering van de onderzoeken. De leden van het gemeentebestuur en de ambtenaren van de gemeente zijn verplicht de gevraagde inlichtingen binnen de door de commissie gestelde redelijke termijn te verstrekken.

  • 4.

    De commissie vergadert zoveel als zij nodig acht, ter bespreking van procedurele en inhoudelijke aspecten van het onderzoek.

  • 5.

    De commissie vergadert in beslotenheid, haar rapporten zijn openbaar. Op grond van de belangen genoemd in artikel 10 van de Wet openbaarheid van Bestuur kan de commissie rapporten die aan de raad worden voorgelegd of gedeelten daarvan als geheim aanmerken.

  • 6.

    De commissie kan openbare informatieve vergaderingen beleggen.

  • 7.

    Voor de uitvoering van het onderzoek kan de commissie, met inachtneming van het beschikbare budget, externe personen of bureaus inschakelen.

  • 8.

    De commissie stelt betrokkenen in de gelegenheid om binnen een door haar te stellen termijn, die tenminste twee weken bedraagt, hun zienswijze op het conceptonderzoeksrapport aan de commissie kenbaar te maken. Betrokkenen zijn degenen wier taakuitvoering (mede) voorwerp van onderzoek is of is geweest. De commissie bepaalt wie verder als betrokkenen worden aangemerkt.

  • 9.

    Na vaststelling door de commissie worden het onderzoeksrapport en de nota met conclusies en aanbevelingen en de zienswijze van betrokkenen op het rapport zo spoedig mogelijk, onder toezending van een afschrift aan het college en betrokkenen, aan de raad aangeboden.

Artikel 11 Budget

  • 1.

    De commissie is bevoegd binnen een aan haar bij de begroting beschikbaar gesteld budget uitgaven te doen ten behoeve van de uitvoering van haar taken.

  • 2.

    Ten laste van het in het voorgaande lid bedoelde budget worden de kosten gebracht van:

    • a.

      de vergoedingen aan de externe leden;

    • b.

      externe deskundigen die eventueel door de commissie zijn ingeschakeld;

    • c.

      eventuele overige uitgaven die de commissie nodig acht voor de uitoefening van haar taak.

  • 3.

    De commissie is voor de besteding van het budget uitsluitend verantwoording verschuldigd aan de raad.

Artikel 12 Jaarverslag

De commissie brengt jaarlijks voor 1 april schriftelijk verslag uit van haar werkzaamheden over het voorgaande jaar, voorzien van een verantwoording van de besteding van het budget. De commissie legt dit verslag ter kennisneming voor aan de raad.

Artikel 13 Intrekken oude regeling

De Verordening op de Rekenkamercommissie Terneuzen 2005, vastgesteld op 13 oktober 2005, wordt ingetrokken met ingang van 1 december 2012.

Artikel 14 Inwerkingtreding en overgangsrecht

  • 1.

    Deze verordening treedt met terugwerkende kracht in werking met ingang van 1 december 2012.

  • 2.

    De zittende raadsleden in de commissie behouden hun functie voor de duur van de periode waarvoor zij benoemd zijn.

Artikel 15 Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als: Verordening op de Rekenkamercommissie Terneuzen 2012.

 

Besloten in de openbare vergadering van de raad van gemeente Terneuzen op13 december 2012.

 

griffier, drs. T.A.M. Leeraert

 

voorzitter, J.A.H. Lonink