Organisatie | Heerlen |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Uitvoeringsregels Aansluitverordening riolering |
Citeertitel | Uitvoeringsregels Aansluitverordening riolering |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | milieu |
Eigen onderwerp | Vergunnen, aanleggen en beheren en onderhouden van rioolaansluitingen |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-03-2012 | 07-09-2019 | Nieuwe regeling (tevens intrekking van de Uitvoeringsregels aansluitverordening riolering | 29-11-2011 Weekblad Parkstad | 2013/7604 |
aansluiting aangegeven op een situatieschets 1:1000 of grotere
Indien de gegevens bedoeld in het eerste lid, reeds zijn vastgelegd in de voor het perceel afgegeven bouwvergunning of een vergunning op grond van de Wet milieubeheer, kan bij de aanvraag van een aansluitvergunning voor dit perceel worden volstaan met het overleggen van een kopie van de gegevens uit deze vergunning.
Voorwaarden van de aansluitvergunning
Aansluiting van het particulier riool op het openbaar riool of wijziging van die aansluiting is in ieder geval bezwaarlijk indien:
de diameter van het particulierriool groter is dan ø160 mm, tenzij de noodzaak van een grotere diameter is aangetoond door middel van een rioleringsberekening en het openbaar riool ter plaatse van de aansluitleiding over voldoende capaciteit beschikt om alsdan de hoeveelheid te lozen afvalwater te kunnen afvoeren;
Intrekken of wijzigen aansluitvergunning
De aansluitvergunning kan worden ingetrokken of gewijzigd indien:
a.ter verkrijging van de vergunning onjuiste dan wel onvolledige gegevens zijn
b.op grond van gewijzigde omstandigheden of gewijzigde inzichten, opgetreden na
het verlenen van de vergunning, moet worden aangenomen dat intrekken of
wijzigen van de vergunning wordt gevorderd door het algemeen belang ter
bescherming waarvan de vergunning is vereist
c . de bepalingen van de Aansluitverordening, de Uitvoeringsregels en/of de aan de
vergunning verbonden voorschriften, niet zijn of worden nagekomen.
d.het gebruik van de aansluiting waarvoor vergunning is verleend wordt
e.het gebruik van de aansluiting niet overeenkomstig de bij de aanvraag voor de
Het verzoek tot aanleg of wijziging perceelaansluitleiding
1.De rechthebbende aan wie een aansluitvergunning is verleend verzoekt de
gemeente de aansluiting of wijziging van de aansluiting waarop die vergunning
betrekking heeft uit te voeren.
De rechthebbende dient een daartoe schriftelijk verzoek in te dienen.
2.Bij het verzoek tot aansluiting dienen in ieder geval de volgende gegevens door
de rechthebbende te worden vermeld:
van een eerder door de rechthebbende met de gemeente gesloten
overeenkomst, dient de rechthebbende dit naast de in het tweede lid bedoelde
gegevens bij het verzoek tot aansluiting te vermelden.
4.Zo spoedig mogelijk doch uiterlijk binnen 4 weken na de ontvangst van het
verzoek geeft de gemeente de ligging van het aansluitpunt door aan de
5.Zo spoedig mogelijk doch uiterlijk binnen 4 weken na de ontvangst van het
verzoek stelt de gemeente zoveel mogelijk in overleg met rechthebbende een
termijn vast voor uitvoering van de aansluiting. Bij vaststelling van het tijdstip
van uitvoering wordt zoveel mogelijk rekening gehouden met het door de
rechthebbende gewenste tijdstip. De afspraak zal door de gemeente aan de
rechthebbende worden bevestigd.
6.Indien de rechthebbende binnen 1 jaar na verlening van de aansluitvergunning
geen verzoek tot aansluiting of wijziging van de aansluiting heeft gedaan vervalt
Uitvoering aanleg of wijziging van de perceelaansluitleiding
1.De uitvoering van de aanleg of wijziging van de perceelaansluitleiding, inclusief
de aansluiting van het particulier riool op de perceelaansluitleiding, vindt niet
plaats anders dan door of vanwege de gemeente.
2.In afwijking van lid 1, kan het college na overleg met de rechthebbende in de
aansluitvergunning vastleggen dat de rechthebbende zelf de aansluiting
uitvoert. De rechthebbende onttrekt het aansluitpunt na melding aan het college
dat de aansluiting is uitgevoerd, gedurende drie werkdagen niet aan het zicht.
3.In afwijking van lid 1, voor perceelaansluitingen niet zijnde een woning, kan
de uitvoering van de werkzaamheden in eigen beheer worden uitgevoerd.
De aanleg van een perceelaansluiting door een erkend aannemer in de grond-,
weg- en waterbouwsector is slechts dan toegestaan, nadat daartoe door of
vanwege het college toestemming is verkregen. De rechthebbende onttrekt het
aansluitpunt na melding aan het college dat de aansluiting is uitgevoerd,
gedurende drie werkdagen niet aan het zicht.
4.Voor de perceelaansluiting dient gebruik te worden gemaakt van de navolgende
Uitvoeringshandelingen door de vergunninghouder/rechthebbende
1.Indien de gemeente niet in staat wordt gesteld de aansluiting te controleren,
wordt de aanvrager geacht zonder vergunning te hebben gehandeld en
aansprakelijk gesteld voor de daaruit voortvloeiende schades.
2.Indien door of in opdracht van de gemeente op particulier terrein een
pompinstallatie, inspectieput of mini-zuivering (zogenaamde “IBA”) is geplaatst
ten behoeve van de afvoer van afval- of regenwater dient de perceelseigenaar of
gebruiker van het perceel deze installatie vrij toegankelijk te houden.
voorziening (greppel etc.) voor de afvoer/doorvoer en/of behandeling van
regenwater is aangebracht dient de perceelseigenaar of gebruiker van het
perceel deze voorziening intact te laten en vrij toegankelijk te houden.
4.Bij ophogingen van particulier terrein waarin zich inspectie- en/of pompputten
en/of een open voorziening voor de afvoer/doorvoer en/of behandeling
van regenwater bevinden dient de vergunninghouder of rechthebbende
dit minimaal 4 weken voor aanvang van de ophogingswerkzaamheden bij de
gemeente te melden. De gemeente verzorgt de aanpassingen aan de
inspectie- of pompputten en/of open voorziening.
Indien de ophogingen het openbaar riool constructief overbelasten
kan toestemming tot ophoging geweigerd worden.
De kostenverdeling voor deze aanpassingen zijn voor rekening van de
Hoofdstuk 4. Beheer en Onderhoud
Beheer, Onderhoud, Renovatie en Vervanging
1.Het beheer en onderhoud, de renovatie dan wel de vervanging van de
perceelaansluitleiding wordt uitgevoerd door of namens de gemeente en voor
rekening van de gemeente, tenzij de betreffende werkzaamheden dienen te
worden uitgevoerd ten gevolge van een onjuist gebruik van het particulier riool,
in welk geval de kosten voor rekening van de rechthebbende of
4.Onder renovatie wordt tevens begrepen het aanpassen van de
perceelaansluitleiding ten gevolge van een wijziging van het openbaar riool.
1.Bij een verstopping of een andere storing in het particulier riool onderzoekt
de rechthebbende of het een verstopping of een storing betreft in het particulier
riool of in de perceelaansluitlei-ding.
2.Indien na het in lid 1 bedoelde onderzoek blijkt dat er sprake is van een
verstopping of storing in het particulier riool dient de rechthebbende deze
verstopping of storing zelf te verhelpen.
Voor het verhelpen van de verstopping of een andere storing bestaat de
mogelijkheid dat de rechthebbende gebruik maakt van de bij de gemeente onder
contract staande rioleringsbe-heerbedrijf. Dit bedrijf is op de hoogte van de
handelswijze van de gemeente en informeert de rechthebbende over zijn rechten
3.Indien na het in lid 1 bedoelde onderzoek wordt vermoed dat sprake is van een
verstopping of storing in de perceelaansluitleiding, neemt de rechthebbende
contact op met de gemeente voor het verrichten van de noodzakelijke
4.Indien de rechthebbende, of in opdracht van de rechthebbende een
rioleringsbeheerbedrijf die niet onder contract staat bij de gemeente, zonder
toestemming van de gemeente de verstopping of een andere storing in de
perceelaansluitleiding heeft verholpen vindt zonder afdoende bewijs (foto’s en/of
inspectiegegevens) geen verrekening van de gemaakte kosten plaats.
5.Bij het door de gemeente verrichten van de in lid 3 bedoelde werkzaamheden
dient de rechthebbende of gebruiker, voordat met de werkzaamheden wordt
gestart, tevoren schriftelijk akkoord te gaan met de voorwaarde dat de kosten
van de werkzaamheden aan hem in rekening worden gebracht, indien blijkt dat
de verstopping en/of storing betrekking heeft op het particulier riool.
Hoofdstuk 5. Verwijdering aansluiting, sloop
1.Bij sloopwerkzaamheden of andere werkzaamheden op een op het openbaar
riool aangesloten perceel, moeten door de rechthebbende zodanige
voorzieningen aan het particulier riool worden getroffen dat (bijvoorbeeld)
verzanding van het openbare riool en de perceel-aansluitleiding wordt
2.Indien de rechthebbende bij sloopwerkzaamheden niet voldoet aan de in het
eerste lid omschreven zorgplicht, heeft de gemeente de bevoegdheid de
aansluiting op het openbaar riool af te sluiten en de hieraan verbonden kosten
en de andere bijkomende kosten verhalen op de rechthebbende.
3.Indien het gebruik van een aansluitleiding definitief wordt beëindigd is de
rechthebbende verplicht de gemeente hiervan in kennis te stellen.
4.Indien het gebruik van een aansluitleiding definitief wordt beëindigd, wordt de op
de aansluitleiding betrekking hebbende vergunning ingetrokken.
Deze beleidsregels kunnen worden aangehaald als “Uitvoeringsregels aansluitverordening riolering 2011”.
Aldus besloten tijdens de vergadering van het college van burgemeester en wethouders der gemeente Heerlen van 29 november 2011.