Organisatie | Veldhoven |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Kwijtscheldingsregeling gemeentelijke belastingen 2010 |
Citeertitel | Kwijtscheldingsregeling gemeentelijke belastingen 2010 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Geen
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2010 | 18-07-2011 | Nieuwe regeling | 10-11-2009 | 09.160 |
Een verzoek op grond van de “Kwijtscheldingsregeling gemeentelijke belastingen” moet worden ingediend op het daarvoor bestemde formulier.
Voor degene die in het voorafgaande belastingjaar in aanmerking is gekomen voor gehele of gedeeltelijke kwijtschelding, wordt door middel van bestandvergelijking tussen de gemeente, het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen (UWV), de Belastingdienst en de Dienst Wegverkeer (RDW) nagegaan of betrokkene voor het lopende jaar wederom in aanmerking komt voor kwijtschelding. De bestandsvergelijking wordt uitgevoerd door de Stichting Inlichtingenbureau.
Indien een aanvraagformulier onvolledig wordt terugontvangen of de gevraagde bescheiden niet door de aanvrager zijn bijgevoegd, wordt de aanvrager eenmaal in de gelegenheid gesteld de stukken alsnog te completeren en wel binnen twee weken.
Wordt daaraan niet voldaan, dan wordt het verzoek zonder verdere beoordeling afgewezen.
Bij de vaststelling van de financiële middelen (vermogenstoets) wordt in afwijking van artikel 4, lid 1 bij de beoordeling van het verzoek om kwijtscheldinguitgegaan van tweemaal het voor verzoeker geldende normbedrag kwijtschelding. Het normbedrag kwijtschelding is gelijk aan het voor het desbetreffende huishoudtype geldende bijstandsnorm zoals bedoeld in de Wet werk en bijstand.
Op verzoeken om kwijtschelding wordt zoveel mogelijk binnen acht weken na ontvangst daarvan, bij beschikking beslist.
Geen kwijtschelding wordt verleend voor de navolgende belastingen en rechten geheven op grond van de voor het betreffende belastingjaar geldende verordeningen:
Een verzoek om kwijtschelding van al betaalde belastingaanslagen moet worden ingediend binnen drie maanden nadat de (laatste) betaling op de belastingaanslag heeft plaats gevonden en de belastingschuldige heeft betaald onder omstandigheden die aanleiding zouden hebben gegeven tot kwijtschelding indien hij daarom eerder had verzocht. Indien aan het verzoek wordt tegemoet gekomen, wordt aan de belastingschuldige een teruggaaf verleend tot het bedrag waarvoor kwijtschelding zou zijn verleend.