Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Breda

Verordening verrekening bestuurlijke boete bij recidive Breda 2013

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieBreda
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening verrekening bestuurlijke boete bij recidive Breda 2013
CiteertitelVerordening verrekening bestuurlijke boete bij recidive Breda 2013
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpmaatschappelijke zorg en welzijn
Eigen onderwerpsociale zaken

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Wet werk en bijstand, art. 8, lid 1, onderdeel i

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

02-05-201301-01-2015Nieuwe regeling

25-04-2013

Bredase Bode, 01-05-2013

40605

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening verrekening bestuurlijke boete bij recidive Breda 2013

De raad van de gemeente Breda;

 

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 19 maart 2013 , nr 40573;

 

gelet op artikel 8, eerste lid, onderdeel i, van de Wet werk en bijstand;

besluit vast te stellen de Verordening verrekening bestuurlijke boete bij recidive Breda 2013;

 

overwegende dat het noodzakelijk is de uitoefening van de bevoegdheid tot verrekening als bedoeld in artikel 60b van de Wet werk en bijstand bij verordening te regelen;

 

besluit vast te stellen de volgende verordening

 

Verordening verrekening bestuurlijke boete bij recidive Breda 2013

Artikel 1. Definitiebepaling

  • 1.

    Alle begrippen die in deze verordening worden gebruikt en die niet nader worden omschreven hebben dezelfde betekenis als in de Wet werk en bijstand en de Algemene wet bestuursrecht.

  • 2.

    In deze verordening wordt verstaan onder:

    • a.

      WWB: Wet werk en bijstand

    • b.

      beslagvrije voet: beslagvrije voet als bedoeld in de artikelen 475c tot en met 475e van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering;

    • c.

      recidiveboete: bestuurlijke boete als bedoeld in artikel 18a, vijfde lid, van de Wet werk en bijstand;

    • d.

      bezit: waarde van de bezittingen waarover belanghebbende of diens gezin beschikt of redelijkerwijs kan beschikken, met uitzondering van het in de woning met bijbehorend erf gebonden vermogen, bedoeld in artikel 50, eerste lid, van de Wet werk en bijstand;

    • e.

      verrekenen: verrekening als bedoeld in artikel 60, vierde lid, van de Wet werk en bijstand.

Artikel 2 Verrekenen met beslagvrije voet bij voldoende bezit (robuuste incasso)

  • 1.

    Indien het bezit van een belanghebbende ten minste driemaal de toepasselijke bijstandsnorm bedraagt, verrekent het college de recidiveboete zonder inachtneming van de beslagvrije voet.

  • 2.

    De verrekening, bedoeld in het eerste lid, geschiedt gedurende een tijdvak van drie maanden vanaf het moment van de dagtekening waarop de bestuurlijke boete is opgelegd.

Artikel 3 Verrekenen bij geen of onvoldoende bezit (robuuste incasso)

  • 1.

    Indien het bezit van een belanghebbende niet ten minste driemaal de toepasselijke bijstandsnorm bedraagt, verrekent het college de recidiveboete gedurende één maand zonder inachtneming van de beslagvrije voet. De verrekening geschiedt vanaf het moment van de dagtekening waarop de bestuurlijke boete is opgelegd.

  • 2.

    Aansluitend op verrekening als bedoeld in het eerste lid, verrekent het college de recidiveboete in de daarop volgende twee maanden op een dusdanige wijze dat belanghebbende blijft beschikken over een inkomen ter hoogte van 80% van de toepasselijke bijstandsnorm.

  • 3.

    Tot het inkomen, bedoeld in het tweede lid, worden ook middelen gerekend als bedoeld in artikel 31, tweede lid, onderdelen n en r, van de WWB.

Artikel 4 Verzoek tot doorbetaling huur/hypotheekrente

  • 1.

    Belanghebbende kan verzoeken om, in afwijking van het bepaalde in artikel 2, de huur dan wel hypotheekrente na aftrek van huurtoeslag respectievelijk hypotheekrenteaftrek, gedurende de inartikel 2 genoemde periode direct vanuit de bijstand te voldoen. Indien dit verzoek wordt toegekend wordt de verrekening daarop aangepast.

  • 2.

    Een verzoek als bedoeld in het eerste lid wordt in ieder geval afgewezen indien belanghebbende(n) redelijkerwijs over voldoende gelden kan beschikken om de genoemde drie maanden in zijn levensonderhoud te voorzien dan wel redelijkerwijs deze gelden op korte termijn kan verwerven.

Artikel 5 Verrekenen met inachtneming van artikel 4:93, vierde lid van de Algemene wet bestuursrecht

  • 1.

    In afwijking van artikel 2 verrekent het college het openstaande boetebedrag met inachtneming van artikel 4:93, vierde lid, van de Algemene wet bestuursrecht voor zover:

    • b.

      toepassing van artikel 2 en 3 onaanvaardbare consequenties heeft voor de eventuele minderjarige belanghebbende(n)en diens gezin; dan wel

    • c.

      de gezondheidstoestand van (een van de) belanghebbende(n) naar het oordeel van het college ernstig wordt bedreigd doordat mogelijkheden ontbreken om de noodzakelijke medicatie of behandeling te financieren;

    • d.

      er sprake is van een samenstel van omstandigheden die elk op zich niet, maar in hun onderlinge samenhang beschouwd wel leiden tot het oordeel dat sprake is van onaanvaardbare consequenties van (een van de) belanghebbende(n).

    • e.

      aannemelijk is dat verrekening op de wijze, bedoeld in de artikelen 2 of 3, zou leiden tot huisuitzetting van belanghebbende en diens gezin; of

    • f.

      anderszins sprake is van dringende reden

  • 2.

    Het college kan voorwaarden verbinden de in artikel 2 genoemde gronden.

Artikel 6 Eerder opgelegde bestuurlijke boetes

De artikelen 2, 3 en 4 zijn van overeenkomstige toepassing op de verrekening van de bestuurlijke boete, bedoeld in artikel 18a, eerste lid, van de WWB, indien en voor zover deze boete nog niet is betaald op het moment van verrekening van de recidiveboete.

Artikel 7 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking de dag na publicatie

Artikel 8 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening verrekening bestuurlijke boete bij recidive Breda 2013.

Aldus besloten in de openbare raadsvergadering

Van 25 april 2013

De raad voornoemd.

De griffier, De voorzitter,