No.: 66
Onderwerp:
Algemene Subsidieverordening Gemeente Hattem 2014
--------------------------------------------------------------------------
De raad van de gemeente Hattem;
gelezen het voorstel van het College, no. 201405897, d.d. 15 juli 2014;
gelezen het amendement van het CDA, d.d. 6 oktober 2014;
gelet op het bepaalde in de Gemeentewet en de Algemene wet
bestuursrecht;
overwegende dat een aantal tekortkomingen in de huidige subsidieverordening
maakt dat een aanpassing van deze verordening gewenst is;
b e s l u i t :
vast te stellen de Algemene Subsidieverordening Gemeente Hattem
2014.
Artikel 1. Reikwijdte
- 1.
Deze verordening is van toepassing op de verstrekking van subsidies
door burgemeester en wethouders, met uitzondering van subsidies
waarvoor bij afzonderlijke verordening een uitputtende regeling is
getroffen en subsidies waarvoor geen wettelijke grondslag nodig is
(artikel 4:23, derde lid, van de Algemene wet bestuursrecht).
- 2.
Ten aanzien van subsidies waarvoor geen wettelijke grondslag nodig
is kunnen burgemeester en wethouders bepalen dat deze verordening
geheel of gedeeltelijk van toepassing is.
Artikel 2. Subsidieregeling
Burgemeester en wethouders stellen bij nadere regeling (hierna te noemen:
subsidieregeling) vast welke activiteiten in aanmerking kunnen komen voor
subsidie. Voor zover van toepassing, wordt hierin ook bepaald welke
doelgroepen voor subsidie in aanmerking komen, hoe de subsidie wordt
berekend en hoe de subsidiebedragen worden uitbetaald.
Artikel 3. Europees steunkader
- 1.
Voor zover dat ten behoeve van het voldoen aan een Europees
steunkader noodzakelijk is, kunnen burgemeester en wethouders bij
subsidieregeling afwijken van deze verordening en deze
aanvullen.
- 2.
Bij subsidieregelingen waarbij is bepaald dat toepassing kan worden
gegeven aan een Europees steunkader, verwijst de subsidieregeling
naar het toepasselijke steunkader.
- 3.
Bij subsidies waar een Europees steunkader op van toepassing is,
verwijst de verleningsbeschikking naar de toepasselijke bepalingen
van het steunkader.
- 4.
Bij subsidies waarop een Europees steunkader van toepassing is,
komen alleen de activiteiten, doelstellingen, resultaten en kosten
in aanmerking die voldoen aan de eisen van het toepasselijke
steunkader.
- 5.
Bij subsidies waarop de de-minimisverordening van toepassing is,
komen ondernemingen alleen in aanmerking voor subsidies die voldoen
aan de voorwaarden van de de-minimisverordening.
Artikel 4. Subsidieplafond en begrotingsvoorbehoud
- 1.
Burgemeester en wethouders kunnen subsidieplafonds vaststellen. In
dat geval bepalen zij bij subsidieregeling de wijze van verdeling
van de betrokken subsidie.
- 2.
Burgemeester en wethouders kunnen een subsidieplafond verlagen:
- a.
als het subsidieplafond wordt vastgesteld voordat de
begroting voor het betrokken jaar is vastgesteld of
goedgekeurd; of
- b.
als de subsidieaanvragen waarop het subsidieplafond
betrekking heeft, moeten worden ingediend voordat de
begroting voor het betrokken jaar is vastgesteld of
goedgekeurd.
- 3.
Bij de bekendmaking van een subsidieplafond dat kan worden verlaagd
overeenkomstig het vorige lid, wordt gewezen op de mogelijkheid van
verlaging.
- 4.
Een subsidie ten laste van een begroting die nog niet is vastgesteld
of goedgekeurd, wordt verleend onder de voorwaarde dat voldoende
middelen op de begroting beschikbaar zullen worden gesteld. Bij een
verleningsbeschikking wordt daarop gewezen.
Artikel 5. Aanvraag
- 1.
Een aanvraag om subsidie wordt schriftelijk ingediend bij
burgemeester en wethouders met gebruikmaking van een
aanvraagformulier.
- 2.
Een rechtspersoon die voor de eerste maal subsidie aanvraagt, voegt
een exemplaar van de oprichtingsakte, de statuten, het jaarverslag,
de jaarrekening en de balans van het voorgaande jaar toe aan de
aanvraag.
- 3.
In een subsidieregeling kunnen aanvullende regels worden
gesteld.
Artikel 6. Aanvraagtermijn
- 1.
Een aanvraag om een subsidie die per kalenderjaar wordt verstrekt,
wordt ingediend tussen 1 april en 1 juni voorafgaand aan het jaar of
de jaren waarop de aanvraag betrekking heeft.
- 2.
Andere aanvragen om subsidie worden ingediend uiterlijk 12 weken
voordat de aanvrager van plan is te beginnen met de activiteiten
waarvoor de subsidie wordt aangevraagd.
- 3.
In een subsidieregeling kunnen aanvullende regels worden
gesteld.
Artikel 7. Beslistermijn
- 1.
Burgemeester en wethouders beslissen op een aanvraag om een subsidie
als bedoeld in artikel 6, eerste lid, uiterlijk op 31 december van
het jaar waarin de aanvraag is ingediend.
- 2.
Burgemeester en wethouders beslissen op een aanvraag om een subsidie
als bedoeld in artikel 6, tweede lid, binnen 12 weken nadat de
volledige aanvraag is ingediend.
- 3.
Bij subsidieregeling kunnen andere termijnen worden gesteld.
- 4.
Bij aanvragen om een subsidie die overeenkomstig artikel 108, derde
lid, van het Verdrag worden aangemeld bij de Europese Commissie
wordt de termijn verdaagd totdat de Europese Commissie een
eindbeslissing heeft genomen.
Artikel 8. Weigerings- en intrekkingsgronden
- 1.
Onverminderd de artikelen 4:25, tweede lid, en 4:35 van de Algemene
wet bestuursrecht weigeren burgemeester en wethouders de subsidie in
ieder geval:
- a.
als de Europese Commissie overeenkomstig artikel 108, derde
lid, van het Verdrag heeft vastgesteld dat de subsidie
onverenigbaar is met de interne markt.
- b.
als het gaat om een aanvrager tegen wie een bevel tot
terugvordering uitstaat als gevolg van een eerdere
beschikking van de Europese Commissie waarin de steun
onrechtmatig en onverenigbaar met de gemeenschappelijke
markt is verklaard.
- 2.
Onverminderd het vorige lid kunnen burgemeester en wethouders de
subsidie verder in ieder geval weigeren:
- a.
als de te subsidiëren activiteiten niet of niet voldoende
gericht zijn op de gemeente of haar burgers of als ze
onvoldoende ten goede komen aan de gemeente of haar
burgers;
- b.
als niet is aangetoond dat de subsidie noodzakelijk is voor
het verrichten van de activiteiten waarvoor deze wordt
gevraagd;
- c.
de activiteiten van de aanvrager niet zijn opgenomen in of
niet voldoen aan de subsidieregeling;
- d.
in het geval en onder de voorwaarden, bedoeld in artikel 3
van de Wet bevordering integriteitsbeoordelingen door het
openbaar bestuur;
- e.
als de aanvraag niet voldoet aan regels die zijn gesteld om
voor subsidie in aanmerking te komen;
- f.
als de subsidieverstrekking in strijd zou zijn met een
wettelijk voorschrift;
- g.
als de subsidieverstrekking niet is toegestaan totdat de
Europese Commissie met toepassing van artikel 108, derde
lid, van het Verdrag heeft vastgesteld dat de subsidie
verenigbaar is met de interne markt;
- h.
in de bij de betrokken subsidieregeling bepaalde
gevallen.
- 3.
Burgemeester en wethouders kunnen een subsidie in ieder geval
intrekken in het geval en onder de voorwaarden, bedoeld in artikel 3
van de Wet bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar
bestuur.
- 4.
Burgemeester en wethouders vorderen een subsidie met rente terug als
dit nodig is voor de uitvoering van een terugvorderingsbesluit van
de Europese Commissie of een onherroepelijke rechterlijke
uitspraak.
Artikel 9. Verantwoording
Voor zover dit niet is bepaald bij subsidieregeling, wordt bij de
verleningsbeschikking vermeld op welke wijze de subsidieontvanger de
besteding van de subsidie moet verantwoorden.
Artikel 10. Algemene verplichtingen van subsidieontvanger
- 1.
Als aannemelijk is dat een of meer van de activiteiten waarvoor de
subsidie is verleend niet of niet geheel zullen worden verricht of
dat niet of niet geheel aan de aan de subsidie verbonden
verplichtingen zal worden voldaan, meldt de subsidieontvanger dat
direct aan burgemeester en wethouders.
- 2.
Een subsidieontvanger informeert burgemeester en wethouders direct
schriftelijk over:
- a.
beslissingen of procedures die zijn gericht op de
beëindiging van de activiteiten waarvoor subsidie is
verleend, of tot ontbinding van de gesubsidieerde
rechtspersoon;
- b.
relevante wijzigingen in de financiële en organisatorische
verhouding met derden;
- c.
ontwikkelingen die ertoe kunnen leiden dat aan de aan de
subsidie verbonden verplichtingen niet of niet geheel zullen
kunnen worden nagekomen;
- d.
wijziging van de statuten voor zover het betreft de vorm van
de gesubsidieerde rechtspersoon, de persoon van de
bestuurder of bestuurders en het doel van de
rechtspersoon;
- e.
afwijkingen in de financiële situatie of begrote kosten die
van invloed kunnen zijn op de hoogte van de verleende
subsidie of kunnen leiden dat buiten de financiële kaders
van de subsidieverlening wordt getreden.
Artikel 11. Subsidie aan instellingen gevestigd buiten de gemeente
Subsidieverstrekkingen aan instellingen die niet gevestigd zijn in de
gemeente is mogelijk als:
- a.
Het activiteiten betreft waaraan inwoners van de gemeente deelnemen,
en
- b.
de activiteiten niet door een reeds gesubsidieerde instelling
(zouden kunnen) worden ondernomen, en
- c.
de activiteiten niet reeds (toereikend) worden gesubsidieerd door
een ander overheidsorgaan dan wel
- d.
de activiteiten zijn gericht op uitwerking van gemeentelijke
beleidsdoelstellingen die een regionaal draagvlak vereisen en niet
al door een in de gemeente gevestigde instelling (kunnen) worden
uitgevoerd.
Artikel 12. Aan een subsidie te verbinden bijzondere verplichtingen
- 1.
Aan een beschikking tot subsidieverlening kunnen verplichtingen
worden verbonden met betrekking tot het beheer en gebruik van
hetgeen met de subsidie tot stand is gebracht.
- 2.
Het college kan voorwaarden stellen aan de opbouw en hoogte van
reserveringen, voorzieningen en vermogen.
- 3.
Bij subsidies hoger dan € 50.000, verleend voor activiteiten die
meer dan een jaar in beslag nemen, kan de verplichting worden
opgelegd tot het tussentijds afleggen van rekening en verantwoording
over de tot dan verrichte activiteiten en de daaraan verbonden
uitgaven en inkomsten.
Artikel 13. Eindverantwoording subsidies tot € 25.000
- 1.
Subsidies tot € 25.000 worden door het college:
- a.
- b.
nadat een verantwoording zoals omschreven in het tweede lid is
ontvangen.
- 2.
Bij een vaststelling als bedoeld in het eerste lid, onderdeel b, kan
het college de aanvrager verplichten om op de door haar aangegeven
wijze aan te tonen dat de activiteiten zijn verricht en dat is
voldaan aan de verplichtingen. In dat geval moet de
subsidieontvanger een aanvraag tot vaststelling indienen bij het
college:
- a.
bij een eenmalige subsidie, uiterlijk 13 weken nadat de activiteiten
zijn verricht;
- b.
bij jaarlijkse subsidie, uiterlijk 1 juni van het jaar na afloop van
het kalenderjaar waarvoor de subsidie is verleend.
Artikel 14. Eindverantwoording subsidies van € 25.000 tot € 50.000
- 1.
Als de subsidieverlening € 25.000 of meer bedraagt, maar minder dan
€ 50.000, moet de subsidieontvanger een aanvraag tot vaststelling
indienen bij het college:
- a.
bij een eenmalige subsidie, uiterlijk 13 weken nadat de activiteiten
zijn verricht;
- b.
bij jaarlijkse subsidie, uiterlijk 1 juni van het jaar na afloop van
het kalenderjaar waarvoor de subsidie is verleend.
- 2
De aanvraag tot vaststelling bevat een inhoudelijk en financieel
verslag, waaruit blijkt dat de activiteiten zijn verricht.
- 3
Het college kan bepalen dat ook andere, of minder dan, de in dit
artikel bedoelde gegevens en bescheiden worden overgelegd.
Artikel 15. Eindverantwoording subsidies van € 50.000 of meer
- 1.
Als de subsidieverlening € 50.000 of meer bedraagt, moet de
subsidieontvanger een aanvraag tot vaststelling bij het college
indienen:
- a.
bij een eenmalige subsidie, uiterlijk 13 weken nadat de activiteiten
zijn verricht;
- b.
bij jaarlijkse subsidie, uiterlijk 1 juni van het jaar na afloop van
het kalenderjaar waarvoor de subsidie is verleend.
- 2
De aanvraag tot vaststelling bevat:
- a.
een inhoudelijk verslag, waaruit blijkt dat de activiteiten zijn
verricht;
- b.
een overzicht van de verrichtte activiteiten en de inkomsten en
uitgaven (financieel verslag of jaarrekening);
- c.
een balans van het afgelopen subsidietijdvak met toelichting;
- d.
een accountantsverklaring.
- 3
Het college kan bepalen dat ook andere, of minder dan, de in dit
artikel bedoelde gegevens en bescheiden, worden overlegd.
Artikel 16. Subsidievaststelling
- 1.
Burgemeester en wethouders stellen de subsidie vast binnen 13 weken
na de ontvangst van een aanvraag tot subsidievaststelling, tenzij
bij subsidieregeling anders is bepaald.
- 2.
Deze termijn kan eenmaal voor ten hoogste 4 weken worden
verdaagd.
- 3.
Bij subsidieregeling kunnen categorieën subsidieontvangers worden
aangewezen waarvoor de subsidie direct wordt vastgesteld zonder dat
een aanvraag tot subsidievaststelling hoeft te worden
ingediend.
- 4.
Als een aanvraag tot subsidievaststelling niet voor het tijdstip,
bedoeld in de artikelen 14, eerste lid en 15, eerste lid, aanhef en
onder a, b of c, is ingediend, kunnen burgemeester en wethouders de
subsidieontvanger schriftelijk een nieuwe termijn stellen. Wordt de
aanvraag niet binnen deze termijn ingediend dan kunnen zij overgaan
tot ambtshalve vaststelling.
Artikel 17. Berekening van uurtarieven, uniforme kostenbegrippen
- 1.
Als bij de bepaling van de subsidiabele kosten gebruik wordt gemaakt
van uurtarieven, worden deze door de subsidieaanvrager berekend met
gebruikmaking van een bij de subsidieregeling of bij de
subsidieverlening voorgeschreven berekeningswijze.
- 2.
Bij het hanteren van kostenbegrippen bij de berekening van
uurtarieven wordt uitgegaan van bij de subsidieregeling of bij de
subsidieverlening voorgeschreven definities.
- 3.
Bij subsidie waarop een Europees steunkader van toepassing is, komen
alleen die tarieven en kostenbegrippen in aanmerking die voldoen aan
de eisen van het toepasselijke steunkader.
Artikel 18. Hardheidsclausule
- 1.
Burgemeester en wethouders kunnen deze verordening, met uitzondering
van de artikelen 1, 2, en 3, in individuele gevallen buiten
toepassing laten of daarvan afwijken voor zover de toepassing van
die bepalingen voor de subsidieaanvrager of -ontvanger gevolgen zou
hebben die onevenredig zijn in verhouding tot de met de betrokken
bepalingen te dienen doelen.
- 2.
Toepassing van het vorige lid wordt gemotiveerd in het besluit.
Artikel 19. Slotbepalingen
- 1.
De Algemene subsidieverordening Gemeente Hattem 2011 wordt
ingetrokken.
- 2.
Deze verordening treedt in werking met ingang van de dag volgend op
haar bekendmaking.
- 3.
Op aanvragen om subsidie die zijn ingediend voor deze datum zijn de
bepalingen van de Algemene subsidieverordening uit 2011 van
toepassing.
- 4.
Deze verordening wordt aangehaald als: ‘Algemene Subsidieverordening
Gemeente Hattem 2014’.
Aldus besloten in de openbare vergadering van de raad van de
gemeente Hattem, gehouden op 6 oktober 2014.
De raad van de gemeente Hattem,
de griffier, de voorzitter,