Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Tubbergen

Reïntegratieverordening Wet Werk en Bijstand

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieTubbergen
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingReïntegratieverordening Wet Werk en Bijstand
CiteertitelReïntegratieverordening Wet Werk en Bijstand
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpmaatschappelijke zorg en welzijn
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Gemeentewet, art. 147
  2. Wet werk en bijstand, artt. 7, 8, 10, lid 2
  3. Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werknemers, artt. 34, 35, 36
  4. Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen werknemers, artt. 34, 35, 36
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

25-05-200401-05-200401-01-2011Nieuwe regeling

05-04-2004

Gemeenteblad 2004, 9

4/7100

Tekst van de regeling

Intitulé

Reïntegratieverordening Wet Werk en Bijstand

De raad van de gemeente Tubbergen,

gelet op het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 26 maart 2004, nr. 7100;

gelet op artikel 147, eerste lid van de Gemeentewet, de artikelen 7 en 8 en 10 tweede lid van de Wet werk en bijstand, de artikelen 34, 35 en 36 van de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werknemers en de artikelen 34, 35 en 36 van de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen werknemers,

besluit:

vast te stellen de:

Reïntegratieverordening Wet Werk en Bijstand

Paragraaf 1 Algemene bepalingen

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

a.

uitkeringsgerechtigden:

personen van 23 tot 65 jaar met een uitkering ingevolge de WWB, IOAW en IOAZ;

b.

Anw-ers:

personen van 23 tot 65 jaar met een uitkering volgens de Algemene nabestaandenwet die ingeschreven zijn bij de Centrale organisatie Werk en Inkomen (CWI);

c.

Nuggers:

personen van 23 tot 65 jaar die als werkzoekenden zijn geregistreerd bij de CWI en die geen uitkeringsgerechtigden zijn;

d.

jongeren:

uitkeringsgerechtigden, Anw-ers en Nuggers jonger dan 23 jaar;

e.

voorziening:

een voorziening bedoeld in artikel 7 eerste lid onder a van de wet, deze verordening en het beleidsplan als bedoeld in artikel 3 eerste lid;

f.

algemeen geaccepteerde arbeid:

werk dat algemeen maatschappelijk aanvaard is. Werkzaamheden die ingaan tegen de integriteit van de persoon worden niet als algemeen geaccepteerd aangemerkt.

g.

de wet:

de Wet werk en bijstand;

h.

IOAW:

Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers;

i.

IOAZ:

Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen;

j.

het college:

het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Tubbergen;

k.

de raad:

de gemeenteraad van de gemeente Tubbergen;

l.

Awb:

de Algemene wet bestuursrecht;

m.

Werknemers in gesubsidieerde arbeid:

werknemers als bedoeld in artikel 10, tweede lid van de wet.

Paragraaf 2 Beleid en financiën

Artikel 2 Opdracht college

  • 1.

    Het college biedt aan bijstandsgerechtigden, aan personen met een nabestaanden- of halfwezenuitkering, niet-uitkeringsgerechtigden alsmede personen als bedoeld in artikel 10, tweede lid van de wet, ondersteuning bij de arbeidsinschakeling aan en, voor zover het college dat noodzakelijk acht, een voorziening gericht op die arbeidsinschakeling.

  • 2.

    Bij de keuze van de mogelijkheden van ondersteuning en het aanbieden van voorzieningen wordt door het college een afweging gemaakt, waarbij gekeken wordt of de ondersteuning of de voorziening, gelet op de mogelijkheden en capaciteiten van een cliënt, het meest doelmatig is met het oog op de inschakeling op de arbeidsmarkt.

  • 3.

    Het college draagt zorg voor voldoende diversiteit in het aanbod aan ondersteuning en voorzieningen.

Artikel 3 Beleidsplan

  • 1.

    De gemeenteraad stelt ter nadere uitvoering van deze verordening jaarlijks een beleidsplan vast, waarin beleidsprioriteiten worden aangegeven, alsmede de hoogte en wijze van financiering.

  • 2.

    Dit plan omvat in elk geval een omschrijving van het beleid ten aanzien van de verschillende doelgroepen en de prioritering binnen en tussen die groepen, waarbij een evenwichtige aanpak als uitgangspunt wordt genomen.

  • 3.

    Het college zendt éénmaal per jaar aan de gemeenteraad een jaarverslag over de doeltreffendheid en de effecten van het beleid.

  • 4.

    Het beleidsplan als bedoeld in het eerste lid alsmede het verslag als bedoeld in het derde lid bevat het oordeel van het cliëntenplatform.

Artikel 4 Aanspraak op ondersteuning

  • 1.

    Uitkeringsgerechtigden, ANW-ers, Nuggers alsmede personen als bedoeld in artikel 10, tweede lid van de wet, hebben aanspraak op ondersteuning bij arbeidsinschakeling en op de naar het oordeel van het college noodzakelijk geachte voorziening gericht op arbeidsinschakeling.

  • 2.

    Het college doet een aanbod dat past binnen de criteria die gesteld zijn in deze verordening en in het beleidsplan als bedoeld in artikel 3.

Artikel 5 Onderzoek

Het college kan, voordat besloten wordt tot een traject en/of de inzet van voorzieningen, een onderzoek (laten) doen naar de mogelijkheden van belanghebbende en naar de geschiktheid voor hem van de voorzieningen of andere vormen van begeleiding.

Artikel 6 Verplichtingen van de cliënt

  • 1.

    Een persoon ten behoeve van wie een onderzoek als bedoeld van artikel 5 is uitgevoerd dan wel de persoon die door het college een voorziening wordt aangeboden is verplicht hiervan gebruik te maken.

  • 2.

    De persoon die deelneemt aan een voorziening is gehouden aan de verplichtingen die voortvloeien uit de wet, de Wet Structuur Uitvoering Werk en Inkomen, deze verordening, alsmede aan de verplichtingen die het college aan de aangeboden voorziening heeft verbonden.

  • 3.

    Indien een uitkeringsgerechtigde die deelneemt aan een voorziening, niet voldoet aan het gestelde in het tweede lid, dan kan het college de uitkering verlagen conform hetgeen hierover is bepaald in de afstemmingsverordening.

  • 4.

    Indien de persoon, niet zijnde een uitkeringsgerechtigde, die gebruik maakt van een voorziening, niet voldoet aan het gestelde in het tweede lid, kan het college de kosten van de voorziening dan wel de subsidie geheel of gedeeltelijk terugvorderen.

Artikel 7 Beperking

Geen recht op ondersteuning bestaat indien sprake is van een voorliggende voorziening welke naar mening van het college in voldoende mate bijdraagt aan de reïntegratie van de belanghebbende.

Artikel 8 Sluitende aanpak

  • 1.

    Elke uitkeringsgerechtigde / jongere krijgt binnen 12 maanden na inschrijving bij het CWI een aanbod voor een voorziening gericht op inschakeling in algemeen geaccepteerde arbeid.

  • 2.

    Het eerste lid is niet van toepassing indien het college heeft bepaald dat voor deze persoon een volledige ontheffing van de arbeidsverplichting geldt.

  • 3.

    B en W kunnen in individuele gevallen afwijken van het gestelde in het eerste lid.

Artikel 9 Budget- en subsidieplafonds

  • 1.

    Het college kan bij uitvoeringsbesluit een of meer subsidie- of budgetplafonds vaststellen voor de verschillende voorzieningen. Een door het college ingesteld subsidie- of budgetplafond vormt een weigeringsgrond bij de aanspraak op een specifieke voorziening

  • 2.

    Het college kan een plafond instellen voor het aantal personen dat in aanmerking komt voor een specifieke voorziening.

Paragraaf 3 Voorzieningen

Artikel 10 Algemene bepalingen over voorzieningen

  • 1.

    In het beleidsplan als bedoeld in artikel 3 wordt vastgelegd welke voorzieningen het college in ieder geval kan aanbieden alsmede de voorwaarden die daarbij gelden voor zover daarover in deze verordening geen nadere bepalingen zijn opgenomen.

  • 2.

    Het college kan, in aanvulling op de verplichtingen die voortvloeien uit de wet en deze verordening, aan een voorziening nadere verplichtingen verbinden.

  • 3.

    Het college kan een voorziening beëindigen:

    • a.

      indien de persoon die aan de voorziening deelneemt zijn verplichting als bedoeld in de artikelen 9, 54 en 55 van de wet niet nakomt;

    • b.

      indien de persoon die deelneemt niet meer behoort tot de doelgroep van de wet;

    • c.

      indien de persoon algemeen geaccepteerde arbeid aanvaardt, waarbij geen gebruik wordt gemaakt van deze voorziening;

    • d.

      indien naar het oordeel van het college de voorziening onvoldoende bijdraagt aan een snelle arbeidsinschakeling.

Artikel 11 Werkstages

  • 1.

    Het college kan aan de personen, bedoeld in artikel 1, onderdeel a, een werkstage aanbieden, gericht op arbeidsinschakeling.

  • 2.

    Het doel van de werkstage is het opdoen van werkervaring dan wel het leren functioneren in een arbeidsrelatie.

  • 3.

    Voorzover het doel van de stage is het leren functioneren in een arbeidsrelatie, is de maximale duur van de werkstage 12 maanden.

  • 4.

    Voorzover de stage bedoeld is als werkervaringsplaats voor een reguliere baan is de maximale duur van de werkstage 6 maanden.

  • 5.

    De termijn als bedoeld in lid 4 kan met 6 maanden worden verlengd indien de individuele omstandigheden van belanghebbende hiertoe aanleiding geven.

  • 6.

    Het college biedt alleen een werkstage aan indien door de plaatsing de concurrentieverhoudingen niet onverantwoord worden beïnvloed en er hierdoor geen verdringing van reguliere arbeidsplaatsen plaatsvindt.

  • 7.

    In een trajectplan wordt in ieder geval vastgelegd wat het doel van de werkstage is, alsmede de wijze waarop de begeleiding plaatsvindt.

Artikel 12 Sociale activering

  • 1.

    Het college kan aan uitkeringsgerechtigden activiteiten aanbieden in het kader van sociale activering.

  • 2.

    Onder sociale activering wordt verstaan het verrichten van maatschappelijk nuttige activiteiten ter voorbereiding op een traject gericht op arbeidsinschakeling of gericht op het voorkomen van sociaal isolement.

  • 3.

    De aan te bieden activiteiten worden alleen aangeboden indien de activiteiten de concurrentieverhoudingen niet onverantwoord beïnvloeden en er geen verdringing van reguliere arbeidsplaatsen plaatsvindt.

Artikel 13 Detacheringsbanen

  • 1.

    Het college kan aan een uitkeringsgerechtigde een dienstverband aanbieden, gericht op arbeidsinschakeling.

  • 2.

    De werknemer wordt voor het verrichten van arbeid gedetacheerd bij een onderneming. De detachering wordt vastgelegd in een schriftelijke overeenkomst tussen zowel werkgever en inlenende organisatie als tussen werknemer en inlenende organisatie.

  • 3.

    Een werknemer wordt alleen geplaatst indien door zijn plaatsing de concurrentieverhoudingen niet onverantwoord worden beïnvloed en indien door zijn plaatsing geen verdringing van reguliere arbeidsplaatsen plaatsvindt.

  • 4.

    Op het dienstverband als bedoeld in het eerste lid is de arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Tubbergen van toepassing.

Artikel 14 Loonkostensubsidies aan werkgevers

  • 1.

    Het college kan subsidie verstrekken aan werkgevers die met een persoon bedoeld in artikel 1 onder a en m een arbeidsovereenkomst sluiten gericht op arbeidsinschakeling;

  • 2.

    Bij uitvoeringsbesluit stelt het college regels ten aanzien van de duur van de subsidie, de hoogte, en de verplichtingen die aan de subsidie worden verbonden alsmede de categorie van personen voor wie een loonkostensubsidie kan worden verstrekt.

  • 3.

    De subsidie wordt alleen verstrekt indien hierdoor de concurrentieverhoudingen niet onverantwoord worden beïnvloed en er geen verdringing van reguliere arbeidsplaatsen plaatsvindt.

Artikel 15 Activeringspremie aan uitkeringsgerechtigden

  • 1.

    Het college kan aan uitkeringsgerechtigden een activeringspremie toekennen.

  • 2.

    Bij uitvoeringsbesluit stelt het college regels ten aanzien van de duur van de subsidie, de hoogte, en de verplichtingen die aan de subsidie worden verbonden alsmede de categorie van personen voor wie een activeringspremie kan worden verstrekt.

Artikel 16 Scholing

  • 1.

    Het college kan een vorm van scholing aanbieden gericht op arbeidsinschakeling.

  • 2.

    Het college kan bij uitvoeringsbesluit regels vaststellen ten aanzien van de noodzakelijkheid van de scholing, de duur en de maximale kosten.

Artikel 17 Overige vergoedingen

  • 1.

    Het college kan een vergoeding verstrekken voor kosten die gemaakt zijn in het kader van de arbeidsinschakeling.

  • 2.

    Het college kan bij uitvoeringsbesluit regels vaststellen ten aanzien van de aard en de hoogte van de kosten als bedoeld in lid 1.

Paragraaf 4 Slotbepalingen

Artikel 18 Hardheidsclausule

Het college kan in bijzondere gevallen ten gunste van de belanghebbende afwijken van de bepalingen in deze verordening, indien toepassing van de verordening tot onbillijkheden van overwegende aard leidt.

Artikel 19 Citeerartikel en inwerkingtreding

  • 1.

    Deze verordening kan worden aangehaald als "Reïntegratieverordening Wet Werk en Bijstand".

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking zes weken na haar bekendmaking en heeft terugwerkende kracht tot 1 mei 2004.

Aldus vastgesteld in de openbare

vergadering van 5 april 2004

de griffier, de voorzitter,

J.M.G. Waaijer mr. M.K.M. Stegers