Organisatie | Nieuwegein |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Handhavingsverordening WWB en WIJ 2010 |
Citeertitel | Handhavingsverordening WWB en WIJ 2010 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp |
Deze regeling is vervangen door de Handhavingsverordening.
1. Wet werk en bijstand; 2. Wet investeren in jongeren; 3. Gemeentewet; 4. Algemene wet bestuursrecht
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-02-2010 | 01-02-2010 | 28-10-2010 | nieuwe regeling | 27-01-2010 Molenkruier 10-02-2010 | 2009-570 |
De raad van de gemeente Nieuwegein;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 15 december 2009;
gelet op de bepalingen van de Wet werk en bijstand en de Wet investeren in jongeren, de Gemeentewet en de Algemene wet bestuursrecht;
besluit vast te stellen de verordening “Handhavingsverordening WWB en WIJ 2010”
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
In deze verordening wordt verstaan onder:
belanghebbende: persoon die bijstand heeft aangevraagd dan wel ontvangt of heeft ontvangen dan wel de jongere die gebruik wil maken, maakt of gemaakt heeft van een werkleeraanbod en/of een inkomensvoorziening op grond van de WIJ; indien het een gehuwde betreft, wordt onder de belanghebbende elk van de echtgenoten verstaan.
Artikel 2 Voorlichting, communicatie en controle bij aanvraag
Het college stelt een beleidsplan van de gemeente vast, waarin onder meer aandacht wordt besteed aan fraudepreventie. Onderdeel daarvan is de wijze waarop het College belanghebbende informeert over de rechten en plichten die aan het ontvangen van bijstand zijn verbonden, en over de consequenties van misbruik en oneigenlijk gebruik. Daarnaast beschrijft het College in het beleidsplan tenminste de wijze van controle bij de aanvraag, de handelwijze bij onduidelijkheden in de aanvraag.
Artikel 4 Controle tijdens en na beëindiging van de bijstand
Het College voert onderzoeken uit om rechtmatigheid van de bijstand te controleren, alsmede onderzoeken naar de reden van beëindiging van de bijstand, binnen door het College nader te bepalen termijnen en neemt op basis daarvan besluiten met betrekking tot de rechtmatigheid van de bijstand en de wederzijds tussen College en de belanghebbende resterende verplichtingen en de afhandeling daarvan.
HOOFDSTUK IV GEVOLGEN BIJ FRAUDE
Artikel 6 Verlaging van de uitkering
Indien belanghebbende onjuiste, of in het geheel geen inlichtingen verstrekt die van belang zijn of kunnen zijn voor de hoogte, de duur of de voortzetting van de bijstand, verlaagt het College de bijstand, conform hetgeen hierover in de afstemmingsverordening WWB of de afstemmingsverordening WIJ, onverminderd de mogelijkheid tot terugvordering van de eventueel ten onrechte ontvangen bijstand.
Artikel 7 Aangifte bij het Openbaar Ministerie
Indien een gedraging van belanghebbende en zijn eventuele medepleger(s) en/of medeplichtige(n) leidt tot benadeling van de Gemeente, doet het College, onverminderd de mogelijkheid de bijstand te verlagen en de ten onrechte ontvangen bijstand terug te vorderen, aangifte bij het Openbaar Ministerie, in overeenstemming met de door het Openbaar Ministerie op dit punt gehanteerde uitgangspunten;
In artikel 8a in de Wet werk en bijstand en artikel 12 in de Wet investeren in jongeren staat dat de gemeenteraad regels dient te stellen voor de bestrijding van het ten onrechte ontvangen van bijstand of inkomensvoorziening, evenals van misbruik en oneigenlijk gebruik van de wet. Hiermee krijgt de gemeente de verplichting om eigen regels te bepalen over handhaving. De gemeenteraad stelt op hoofdlijnen de kaders rondom handhaving vast door middel van de Handhavingsverordening Wet werk en bijstand en Wet investeren in jongeren en geeft daarmee de gelegenheid om nadere invulling te geven aan de verordening in de vorm van beleidsregels.
In deze toelichting wordt per hoofdstuk nader ingegaan op de Handhavingsverordening Wet werk en bijstand en Wet investeren in jongeren.
Zoals al in het beleidsplan 2004 is aangegeven werkt de gemeente Nieuwegein met het concept Hoogwaardige Handhaving. De vier elementen krijgen in hun samenhang extra kracht. Door in de uitvoeringspraktijk preventieve en repressieve activiteiten evenwichtig te verbinden, wordt handhaving naar een hoger vlak getild. Preventieve elementen versterken het draagvlak bij de belanghebbenden. Dit maakt het mogelijk om repressieve elementen in te zetten: controle op maat en feitelijke sanctionering (hoofdstuk 4), ofwel: met preventieve maatregelen worden credits verdiend, die via repressieve activiteiten kunnen worden benut.
Dit hoofdstuk gaat over fraudepreventie. Het bestrijden van fraude verlegt zich meer en meer naar het moment waarop de potentiële klant een beroep doet op bijstand. Een goede controle op de aanvraag voorkomt dat klanten ten onrechte in de bijstand komen. De controle wordt voorafgegaan door voorlichting en heldere communicatie over het fraudebeleid van de dienst. Controle op de aanvraag wordt onder andere vorm gegeven door huisbezoeken en het gebruik van het Structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen (Suwi)net, waarin actuele gegevens staan van potentiële klanten met betrekking tot inkomen uit loon of uitkering.
Hoofdstuk 4 Gevolgen Bij Fraude
Dit hoofdstuk regelt de verlagingvan de uitkering conform de Afstemmingsverordening WWB en Afstemmingsverordening WIJ, als belanghebbende niet aan de verplichtingen voldoet of ten onrechte bijstand heeft ontvangen.
Daarnaast wordt aangifte van fraude gedaan bij het Openbaar Ministerie. De voorwaarden voor aangifte zullen jaarlijks worden afgestemd met het Openbaar Ministerie (Regionale Sociale Recherche) en worden vermeld in het beleidsplan van de afdeling sociale zaken. Voor 2009 ligt de aangiftegrens op € 10.000 bruto (Aanwijzing Sociale Zekerheidsfraude 23 december 2008, nr. 2373).