Organisatie | Nieuwegein |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening raadscommissies gemeente Nieuwegein |
Citeertitel | Verordening raadscommissies gemeente Nieuwegein |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen.
Gemeentewet, art. 82
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
16-07-2009 | 01-07-2012 | nieuwe regeling | 08-07-2009 De Molenkruier 15-07-2009 | 2009-319 |
Hoofdstuk 2 Instelling, taken, samenstelling, benoeming en gecombineerde vergaderingen
Artikel 2 Instelling raadscommissies en gecombineerde commissievergaderingen
De raadscommissie Algemeen bestuurlijke zaken adviseert en overlegt over de volgende onderwerpen: bestuurlijke vernieuwing, mondiaal beleid, financiën, grondbedrijf, personeel en organisatie, openbare orde en veiligheid, handhaving, regiozaken, informatie- en communicatietechnologie (ict), onderzoek en monitoring en communicatie en inspraak, stadswinkel/dienstverlening, wijkgericht werken.
De raadscommissie Sociale omgeving en cultuur adviseert en overlegt over de volgende onderwerpen: welzijn, sociaal cultureel werk, kinderopvang, cultuur, musea, volksgezondheid, onderwijs, sociale zaken en arbeid, doelgroepenbeleid en sport en recreatie, wet maatschappelijke ondersteuning en economische zaken.
Artikel 4 Samenstelling en benoeming
In iedere commissie draagt iedere raadsfractie tenminste één raadslid voor benoeming en kan maximaal één commissielid, niet raadslid, voordragen voor benoeming door de raad, tenzij het raadslid tevens voorzitter is van die commissie. In dat geval mag de fractie die de voorzitter levert een extra commissielid, niet raadslid voordragen.
Paragraaf 1 Tijdstip van vergaderen en voorbereiding
Een verzoek om een onderwerp aan de agenda toe te voegen kan worden ingediend, onder voorwaarde dat voorstellen hieromtrent, schriftelijk en gemotiveerd aan het presidium ter kennis zijn gebracht, uiterlijk voordat het presidium de voorlopige agenda vaststelt. Indien het presidium de voorlopige agenda reeds heeft vastgesteld, kan een verzoek om een onderwerp aan de agenda toe te voegen dan wel af te voeren alleen in spoedeisende gevallen worden ingediend bij de commissievoorzitter. In dat geval en ook indien de agenda en stukken reeds zijn verzonden, beslist de commissievoorzitter over een dergelijk verzoek.
Aan het eind van de vergadering is er voor de leden van de commissie gelegenheid tot het stellen van vragen ten aanzien van artikel 2, tweede, derde, vierde, en vijfde lid genoemde onderwerpen aan het college over het door hem gevoerde bestuur, voor zover dat niet bij de geagendeerde onderwerpen aan de orde komt. Indien er geen vragen zijn ingediend wordt deze mogelijkheid tot het stellen van vragen niet gehouden.
Artikel 13 Ter inzage leggen van stukken
Stukken, die ter toelichting van de onderwerpen of voorstellen op de agenda dienen, worden met
het verzenden van de schriftelijke oproep voor een ieder op het gemeentehuis ter inzage gelegd. Indien na het verzenden van de schriftelijke oproep stukken ter inzage worden gelegd, wordt hiervan mededeling gedaan aan de leden en zo mogelijk in een openbare kennisgeving.
Paragraaf 2 Orde der vergadering
Bij binnenkomst in de vergaderzaal tekent ieder lid onmiddellijk de presentielijst. Aan het einde van elke vergadering wordt die lijst door de voorzitter en de commissiegriffier door ondertekening vastgesteld.
Artikel 16 Opening vergadering en quorum
Wanneer een kwartier na het vastgestelde tijdstip niet het vereiste aantal leden aanwezig is, bepaalt de voorzitter onder verwijzing naar dit artikel, na voorlezing van de namen der afwezige leden, dag en uur van de volgende vergadering, op een tijdstip dat ten minste vierentwintig uur na het bezorgen van de schriftelijke oproep is gelegen.
Elke spreker of spreker namens een groep van sprekers krijgt in de eerste termijn maximaal vijf minuten het woord met dien verstande dat de totale spreektijd per onderwerp maximaal vijftien minuten bedraagt. De voorzitter verdeelt de spreektijd evenredig over de sprekers als er meer dan drie sprekers zijn. De voorzitter kan hiervan afwijken, indien dit in het belang is van de orde van de vergadering.
In de tweede termijn krijgt elke spreker of spreker namens een groep van sprekers, maximaal drie minuten het woord met dien verstande dat de totale spreektijd per onderwerp maximaal negen minuten bedraagt. Indien er meer dan drie sprekers zijn in de tweede termijn, dan verdeelt de voorzitter de spreektijd evenredig. De voorzitter kan hiervan afwijken, indien dit in het belang is van de orde van de vergadering.
Artikel 22 Handhaving orde; schorsing
Indien een spreker zich beledigende of onbetamelijke uitdrukkingen veroorlooft, afwijkt van het in behandeling zijnde onderwerp, een andere spreker herhaaldelijk interrumpeert, dan wel anderszins de orde verstoort, wordt hij door de voorzitter tot de orde geroepen. Indien de spreker hieraan geen gevolg geeft, kan de voorzitter hem gedurende de vergadering, waarin zulks plaats heeft, over het aanhangige onderwerp het woord ontzeggen. Van een dergelijk voorval wordt in de besluitenlijst melding gemaakt.
Over het voorstel wordt niet beraadslaagd. Na aanneming daarvan verlaat het lid de vergadering onmiddellijk. Zo nodig doet de voorzitter hem verwijderen. Bij herhaling van zijn gedrag kan het lid bovendien voor ten hoogste drie maanden de toegang tot de vergadering worden ontzegd door de voorzitter.
De raadscommissie kan op voorstel van de voorzitter of een lid beslissen over één of meer onderdelen van een onderwerp of voorstel afzonderlijk te beraadslagen.
Artikel 24 Behandeling ter inzage stukken
Een korte discussie omtrent de ter inzage gelegde stukken is mogelijk. Indien uitgebreidere discussie, nadere (ambtelijke) advisering of bestuurlijke standpuntbepaling gewenst blijkt, dan overlegt de voorzitter met de commissie en daarna met het presidium om dit ingekomen stuk als apart agendapunt te agenderen voor een volgende vergadering.
Artikel 25 Uitnodigen ambtelijke organisatie voor het verstrekken van informatie
Indien de commissie daarom verzoekt overlegt de voorzitter met het college om een lid van de ambtelijke organisatie uit te nodigen in de vergadering, ten einde voor- of toelichting te verstrekken.
Artikel 26 Uitnodigen door raad benoemde vertegenwoordigers voor het verstrekken van informatie met betrekking tot gemeenschappelijke regelingen aan de commissie
De door de raad benoemde afgevaardigde in een bestuur of commissie verstrekt regelmatig informatie over de voortgang van zaken met betrekking tot de gemeenschappelijke regeling, het bestuur c.q. het orgaan, waarin hij of zij zitting heeft.
Hoofdstuk 5 Besloten vergadering en geheimhouding opleggen en opheffen
Op een besloten vergadering zijn de bepalingen van deze verordening van overeenkomstige toepassing voorzover deze bepalingen niet strijdig zijn met het besloten karakter van de vergadering.
Artikel 30 Besloten vergadering
De deuren van de vergadering worden gesloten wanneer ten minste één vijfde van het aantal aanwezige leden daarom verzoekt of de voorzitter het nodig oordeelt. De commissie beslist vervolgens of met gesloten deuren zal worden vergaderd.
Voor de afloop van de besloten vergadering beslist de raadscommissie overeenkomstig artikel 86, eerste lid, van de Gemeentewet of omtrent de inhoud van de stukken en het verhandelde geheimhouding zal gelden. De raadscommissie kan besluiten de geheimhouding op te heffen ten aanzien van zaken waarvan de commissie zichzelf geheimhouding heeft opgelegd.
Artikel 33 Opheffing geheimhouding
Indien de raad op grond van artikel 25, derde en vierde lid, van de Gemeentewet voornemens is de geheimhouding op te heffen wordt daarover, indien de raadscommissie die geheimhouding heeft opgelegd daarom verzoekt, in een besloten vergadering met de raadscommissie overleg gevoerd.
Hoofdstuk 6 Toehoorders en pers
Artikel 35 Geluid- en beeldregistraties
Degenen die in de vergaderzaal tijdens de vergadering geluid- dan wel beeldregistraties willen maken doen hiervan mededeling vooraf aan de voorzitter en gedragen zich naar zijn aanwijzingen. Deze aanwijzingen kunnen niet zover gaan dat zij de vrijheid van pers aantasten.
Artikel 36 Verbod gebruik mobiele telefoons
In de vergaderzaal, met inbegrip van de publieke tribune, is tijdens de vergadering het gebruik, alsmede het stand-by houden van mobiele telefoons of andere communicatiemiddelen, die inbreuk kunnen maken op de orde van de vergadering zonder toestemming van de voorzitter niet toegestaan.