Organisatie | Nieuwegein |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening kinderopvang Nieuwegein 1997 |
Citeertitel | Verordening kinderopvang Nieuwegein 1997 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp |
Deze regeling is vervangen door de Verordening ruimte- en inrichtingseisen peuterspeelzalen gemeente Nieuwegein 2012.
1. Tijdelijk besluit kwaliteitsregels kinderopvang; 2. Gemeentewet
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
16-02-2012 | 01-01-2012 | 05-04-2012 | art. 6 | 01-02-2012 Molenkruier 15-02-2012 | 2011-444 |
25-07-1997 | nieuwe regeling | 03-07-1997 De Molenkruier 24-07-1997 | 1997-229 |
De raad van de gemeente Nieuwegein;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 20 mei 1997;
gezien het Tijdelijk besluit kwaliteitsregels kinderopvang;
gelet op het bepaalde in de Gemeentewet;
vast te stellen de volgende verordening, luidende als volgt: "Verordening kinderopvang Nieuwegein 1997".
HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
In deze verordening wordt verstaan onder:
In afwijking van het bepaalde in artikel 6, nemen burgemeester en wethouders, voor zover de aanhouding bedoeld in het eerste lid langer duurt dan de in artikel 6 gestelde termijn, het besluit op een aanvraag om vergunning of vrijstelling zo spoedig mogelijk na afloop van de in artikel 6 bedoelde termijn.
Artikel 9 Duur van de vergunning en ontheffing
De vergunning of ontheffing wordt verleend voor maximaal vijf jaar.
Paragraaf 1 Regels voor alle vormen van kinderopvang
Artikel 14 Informatie aan ouders/verzorgers
De houder van een kindercentrum of een gastouderbureau informeert de ouders/verzorgers voorafgaand aan het aangaan van de overeenkomst schriftelijk over:
Paragraaf 2 Specifieke regels voor kindercentra
Artikel 18 Voorkoming verspreiding infectieziekten
Het is aan de houder, dan wel degene die met de dagelijkse leiding is belast, verboden:
enig persoon tot het kindercentrum of tot enige daarmee in verbinding staande lokaliteit, toe te laten of daarin zelf te vertoeven, wanneer, volgens of vanwege de directeur van de GGD, daarmee het gevaar van overbrenging van een infectieziekte, zoals genoemd in de Wet bestrijding infectieziekten en opsporing ziekte-oorzaken, aanwezig is;
HOOFDSTUK 3 STRAF-, OVERGANGS- EN SLOTBEPALINGEN
Overtreding van artikel 2 en 10 en van de kwaliteitsregels in hoofdstuk 2 wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste twee maanden of een geldboete van de tweede categorie en kan bovendien worden gestraft met openbaarmaking van de rechtelijke uitspraak.
Artikel 24 Toezicht en opsporing
De opsporing van de in artikel 22 strafbaar gestelde feiten is, naast de in artikel 141 van het Wetboek van Strafvordering genoemde opsporingsambtenaren, opgedragen aan hen die door burgemeester en wethouders met het toezicht op de naleving van deze verordening zijn belast, voor zover het de feiten betreft die in de aanwijzing zijn vermeld.
Burgemeester en wethouders controleren ten minste één maal per jaar de houders op naleving van de verordening.
Indien voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening een aanvraag om een vergunning of ontheffing op grond van de Verordening kinderopvang (1991-030) is ingediend en voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening niet op die aanvraag is beslist, wordt daarop deze verordening toegepast.
De Verordening kindercentra (1991-030), vastgesteld op 4 juli 1991 en in werking getreden op 17 april 1992 wordt ingetrokken op de in het eerste lid bedoelde datum, met dien verstande dat de verordening gedurende één jaar onverkort van kracht blijft ten aanzien van kindercentra en gastouderbureaus die een op deze verordening gebaseerde vergunning hebben.