Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Nieuwegein

VERORDENING OP DE BESTRIJDING VAN PLAAGDIEREN

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieNieuwegein
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVERORDENING OP DE BESTRIJDING VAN PLAAGDIEREN
CiteertitelVerordening bestrijding plaagdieren
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpmilieu
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze regeling vervangt de Verordening op de bestrijding van ratten en muizen in de gemeente Nieuwegein.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Gemeentewet, art. 149

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

14-06-1996nieuwe regeling

23-05-1996

De Molenkruier, 13-06-1996

1996-129

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening op de bestrijding van plaagdieren

Raadsbesluit

De raad van de gemeente Nieuwegein;

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 12 maart 1996;

gelet op het bepaalde in de Gemeentewet;

b e s l u i t :

vast te stellen de “VERORDENING OP DE BESTRIJDING VAN PLAAGDIEREN”, luidende als volgt:

Artikel 1
  • 1.

    De rechthebbende of gebruiker van een onroerende zaak is, ter voorkoming van hinder en van schade aan eigendommen of gezondheid door ratten, muizen, kakkerlakken of faraomieren (plaagdieren), verplicht om:

    • a.

      voorzieningen aan of met betrekking tot het goed aan te brengen, ten einde de aanwezigheid of het binnendringen van voornoemde plaagdieren tegen te gaan;

    • b.

      bij voortdurende aanwezigheid van ratten, muizen, kakkerlakken of faraomieren, dit te melden aan de gemeente bij de sectie Plaagdieren van de afdeling Afvalstoffen;

    • c.

      binnen de door de gemeente gestelde termijn een bestrijding uit te (laten) voeren ter vernietiging van voornoemde plaagdieren en indien noodzakelijk, dit te (laten) herhalen totdat de plaag geheel verdwenen is;

    • d.

      eetbaar afval buiten gebouwen niet anders aanwezig te hebben dan op een voor ratten en muizen ontoegankelijke wijze;

    • e.

      het eventueel voeren van (water)vogels te verrichten tot een zodanige hoeveelheid, dat geen voer resteert voor plaagdieren;

    • f.

      hygiënische maatregelen te treffen om overlast van kakkerlakken en faraomieren te voorkomen.

  • 2.

    Burgemeester en wethouders kunnen voorschriften vaststellen ten aanzien van c.q. verbinden aan de punten genoemd in het 1e lid.

  • 3.

    De rechthebbende of gebruiker van een onroerende zaak die door burgemeester en wethouders is aangeschreven om binnen een bepaalde termijn een of meer van de in het 1e lid genoemde maatregelen te treffen, is verplicht hieraan te voldoen conform de voorwaarden en binnen de termijn zoals aangegeven in de aanschrijving.

  • 4.

    Het in dit artikel bepaalde geldt tevens ten aanzien van de rechthebbende, gebruiker of gezagvoerder van een vaartuig voor zover daarin niet reeds bij of krachtens een hogere wet is voorzien.

Artikel 2
  • 1.

    De in artikel 1 genoemde personen zijn verplicht, voor zover het hun zaak of vaartuig betreft, die maatregelen te gedogen welke burgemeester en wethouders ter voorkoming van schade van de in artikel 1 genoemde plaagdieren aan eigendommen of gezondheid hebben voorgeschreven of getroffen.

  • 2.

    Het is de in het vorige lid bedoelde personen verboden enige handeling te verrichten of na te laten waardoor die maatregelen geheel of gedeeltelijk van hun werking (kunnen) worden beroofd.

Artikel 3

Het is verboden zonder daartoe bevoegd te zijn uitgelegde verdelgingsmiddelen of opgestelde vangmiddelen te verwijderen, te verplaatsen of voor hun doel ongeschikt te maken, of enige andere handelingen te verrichten of na te laten, waardoor maatregelen ter voorkoming van schade door eerder genoemde plaagdieren aan eigendommen of gezondheid ongedaan worden gemaakt of geheel of gedeeltelijk van hun werking (kunnen) worden beroofd.

Artikel 4
  • 1.

    Met het opsporen van overtredingen van deze verordening zijn, naast de in artikel 141 van het Wetboek van Strafvordering genoemde opsporingsambtenaren, belast de door burgemeester en wethouders aangewezen personen, die met de zorg voor de naleving van deze verordening zijn belast, ieder voor zover het de feiten betreft die in de aanwijzing zijn vermeld.

  • 2.

    Zij die zijn belast met de zorg voor de nakoming van de bij of krachtens deze verordening gegeven voorschriften, welke strekken tot voorkoming van schade aan gezondheid of een anders eigendom, zijn bevoegd tot het binnentreden in een woning, het betreden van andere gebouwen en van terreinen zonder toestemming van de bewoner danwel de rechthebbende.

Artikel 5

Overtreding van enig voorschrift gesteld bij of krachtens deze verordening wordt gestraft met een geldboete van de tweede categorie of met hechtenis van ten hoogste twee maanden.

Artikel 6
  • 1.

    Deze verordening kan worden aangehaald als "Verordening bestrijding plaagdieren".

  • 2.

    Zij treedt in werking op de dag na die waarop zij is bekendgemaakt.

  • 3.

    Op het tijdstip genoemd in het tweede lid vervalt de "Verordening op de bestrijding van ratten en muizen in de gemeente Nieuwegein" zoals door de raad is vastgesteld op 22 februari 1973.

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 23 mei 1996;

de secretaris

de voorzitter