Organisatie | De Ronde Venen |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op de rekenkamercommissie voor de gemeente De Ronde Venen 2013 |
Citeertitel | Verordening rekenkamercommissie gemeente De Ronde Venen 2013 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen
Gemeentewet, artikel 81o
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
06-05-2016 | 01-07-2015 | 02-06-2016 | artikel 3, 5 en 10 | 11-06-2015 Gemeenteblad, 29 april 2016, nr. 54310 | 033A/15 |
26-04-2013 | 01-04-2013 | 01-07-2015 | nieuwe regeling | 28-03-2013 Witte Weekblad, 18-04-2013 | 00016/13 |
Artikel 3 Samenstelling en benoeming leden
De raad benoemt drie externe leden van de rekenkamercommissie. Deze leden mogen geen lid van de raad zijn en niet actief zijn binnen fracties of politieke partijen. Deze externe leden worden voor een periode van vier jaar aangewezen, met een optionele, éénmalige verlenging van wederom vier jaar. De externe leden worden benoemd door de raad op voordracht van de rekenkamercommissie. De voordracht gaat gepaard met de mededeling dat de kandidaat een benoeming als lid zal aanvaarden en een overzicht van de openbare betrekkingen die de kandidaat bekleedt.
De voorzitter draagt zorg voor het tijdig en periodiek bijeenroepen van de commissie, het leiden van de vergaderingen, het bewaken van de uitgangspunten en werkwijze en het bevorderen van een zorgvuldige besluitvorming. De voorzitter voert hiertoe regelmatig overleg met de onderzoekers en met het secretariaat. Bij ontstentenis van de voorzitter treedt de plaatsvervangend voorzitter op als voorzitter.
De commissie stelt een reglement van orde voor haar vergaderingen en andere werkzaamheden vast. Zij zendt het reglement na vaststelling onverwijld ter kennisneming naar de raad.
De commissie is bevoegd bij alle leden van het gemeentebestuur en bij alle ambtenaren de mondelinge en schriftelijke inlichtingen in te winnen die zij nodig acht voor de uitvoering van de onderzoeken. De leden van het gemeentebestuur en de ambtenaren van de gemeente zijn verplicht de gevraagde inlichtingen binnen de door de commissie gestelde termijn te verstrekken.
De commissie stelt de betrokkenen in de gelegenheid om binnen een door haar te stellen termijn, die tenminste twee weken bedraagt, hun zienswijze op het conceptonderzoeksrapport aan de commissie kenbaar te maken. Betrokkenen zijn degenen wier taakuitvoering (mede) voorwerp van onderzoek is of is geweest. De commissie bepaalt verder wie verder als betrokkenen worden aangemerkt.
Na publicatie van een onderzoeksrapport wordt het rapport aangeboden en informatief behandeld in een van de raadscommissies, afhankelijk van het onderwerp van het rapport. De rekenkamercommissie kan tijdens deze vergadering een toelichting geven op het rapport. De periode tussen de publicatie van een onderzoeksrapport en de agendering in een raadscommissie mag maximaal 8 weken bedragen. Aansluitend aan de behandeling wordt door de commissie geadviseerd of de rapportage, ter bekrachtiging van de daarin opgenomen aanbevelingen, wordt geplaatst op de raadsagenda.
Ten laste van het in het voorgaande lid bedoelde budget worden de kosten gebracht van:
a. de vergoedingen aan de externe leden:
c. interne onderzoeksmedewerkers;
d. externe deskundigen die eventueel door de rekenkamercommissie zijn ingeschakeld:
e. eventuele overige uitgaven die de commissie nodig acht voor de uitoefening van haar taak;
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente De Ronde Venen van 28 maart 2013,
De raad voornoemd,
de griffier de voorzitter
Verordening rekenkamercommissie De Ronde Venen 2013
Toelichting Artikel 1 Begripsbepalingen
Dit artikel bevat enkele definities om te voorkomen dat bepaalde begrippen telkens in hun geheel moeten worden uitgeschreven. In deze verordening is gekozen om de begrippen doelmatigheid, doeltreffendheid en rechtmatigheid aan te laten sluiten bij de definities die zijn opgenomen in de verordening artikel 212.
Toelichting Artikel 2 Rekenkamercommissie
Wanneer gemeenten geen rekenkamer instellen, stellen zij op grond van artikel 81o van de wet regels vast voor de uitoefening van de rekenkamerfunctie. De wet spreekt van een rekenkamerfunctie. In deze verordening is gekozen voor een rekenkamercommissie met raadsleden en externen. De voorzitter wordt uit de externe leden gekozen. De raad bepaalt zelf hoeveel leden de rekenkamer zal hebben.
Toelichting Artikel 3 Samenstelling en benoeming leden
Anders dan bij de rekenkamer kunnen naast externen ook raadsleden en leden van andere commissies deel uitmaken van de rekenkamercommissie. Indien de rekenkamercommissie uit twee of meer leden bestaat, benoemt de rekenkamercommissie uit de externe leden de voorzitter van de rekenkamer. Uit oogpunt van onafhankelijkheid kan er voor gekozen worden dat niet-raadsleden deelnemen in de rekenkamercommissie. In het derde lid is een termijn van zes jaar genoemd om de continuïteit bij raadswisseling / vacatures te waarborgen.
De verplichting deze eed of verklaring en belofte af te leggen vloeit voor de rekenkamer rechtstreeks voort uit artikel 81g van de Gemeentewet. Deze bepaling wordt van overeenkomstige toepassing verklaard op de externe leden van de rekenkamercommissie.
Toelichting Artikel 5 Ontslag en non-activiteit
Dit artikel handelt over het ontslag van de leden en over de mogelijkheid (of soms verplichting) hen op non-activiteit te stellen in bepaalde situaties.
Toelichting Artikel 6 Vergoeding voor werkzaamheden van de externe leden
In dit artikel is de vergoeding die externe leden voor hun werkzaamheden ontvangen, vastgelegd. Daarnaast is ter voorkoming van onduidelijkheid over het begrip vergadering exact aangegeven wat in het kader van de rekenkamercommissie onder dit begrip wordt verstaan.
Toelichting Artikel 7 Ambtelijk secretaris
De rekenkamercommissie wordt bijgestaan door een secretaris. De rekenkamercommissie dient zelfstandig te functioneren en in het derde lid is voorzien in een rechtstreekse verantwoordingsrelatie van de secretaris ten opzichte van de rekenkamercommissie.
Toelichting Artikel 8 Reglement van orde
Artikel 81i van de Gemeentewet wordt van overeenkomstige toepassing verklaard op de rekenkamercommissie. In het reglement van orde moeten/kunnen zaken als de vergoeding, volgorde van aftreden bij een meerhoofdige rekenkamercommissie, verhouding secretaris-voorzitter, de procedure die wordt gevolgd bij onderzoeken, hoe wordt omgegaan met verzoeken van derden om onderzoek te verrichten enzovoorts geregeld.
Toelichting Artikel 9 Onderwerpselectie en opdrachtverlening
De rekenkamercommissie dient onafhankelijk te zijn en om deze onafhankelijkheid te bevorderen is het van belang dat zij zelfstandig de onderzoeksonderwerpen kan kiezen. De rekenkamercommissie kan op verzoek van de raad een onderzoek instellen maar is niet verplicht het verzoek van de raad in te willigen. Dit verzoek van de raad wordt in artikel 182, tweede lid van de wet expliciet genoemd. Doordat deze mogelijkheid van uitdrukkelijk in de wet is genoemd, wordt er een bepaald gewicht toegekend aan het verzoek van de raad. Indien de rekenkamercommissie niet voldoet aan een goed gemotiveerd verzoek van de raad zal zij daarvoor goede gronden aanvoeren.
Toelichting Artikel 10 Werkwijze
Om te waarborgen dat de rekenkamercommissie bij de uitvoering van haar onderzoek over voldoende en relevante gegevens kan beschikken is voorzien in de bevoegdheid om inlichtingen in te winnen van alle leden van het gemeentebestuur en van alle ambtenaren. De rapporten van de rekenkamercommissie zijn in beginsel openbaar maar op grond van de belangen genoemd in artikel 10 van de Wob kunnen rapporten of gedeelten daarvan als geheim worden aangemerkt.
Uit oogpunt van zorgvuldigheid is het van groot belang dat de onderzochte partij de kans krijgt om te reageren op het (nog niet gepubliceerde) ontwerp-onderzoeksrapport. Er vindt dan wederhoor plaats waarbij de feitelijke bevindingen die uit het onderzoek voortvloeien aan de betreffende ambtenaren worden voorgelegd met de vraag eventuele onjuistheden uit te halen en te corrigeren.
Indien van toepassing wordt de verantwoordelijke wethouder of het college de gelegenheid geboden om te reageren op de conceptaanbevelingen die de rekenkamer verbindt aan de (gecorrigeerde) bevindingen. Tot slot brengt de rekenkamer een definitief rapport naar buiten met bevindingen, conclusies en eventueel aanbevelingen.
Eventueel zouden zaken die in dit artikel zijn opgenomen ook in een reglement van orde kunnen worden geregeld.
De rekenkamercommissie is zelfstandig verantwoordelijk voor de besteding van het budget dat noodzakelijk is voor de uitvoering van haar taak. Ten laste van het budget worden de in het tweede lid genoemde kosten gebracht.