Organisatie | Tubbergen |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Regeling flexibilisering van werktijden gemeente Tubbergen 2006 |
Citeertitel | Regeling flexibilisering van werktijden gemeente Tubbergen 2006 |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp | Car/Uwo |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
02-08-2006 | 01-01-2006 | 01-01-2014 | Nieuwe regeling | 06-06-2006 Gemeenteblad 2006, 18 | Geen |
Het college van burgemeester en wethouders van Tubbergen;
Gelezen de notitie Flexibilisering van werktijden d.d. 15 augustus 2003;
Gelet op de overeenstemming in het Georganiseerd Overleg en de opdracht om de notitie uit te werken in een regeling flexibilisering van werktijden en deze ter instemming voor te leggen aan de Ondernemingsraad;
Gelet op de instemming van de Ondernemingsraad;
Gelet op de bepalingen binnen de Arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Tubbergen;
Regeling flexibilisering van werktijden gemeente Tubbergen 2006
Artikel 5. Arbeidsduur en werkweek.
De arbeidsduur voor een volledige betrekking bedraagt 36 uren per week. Een standaard werkweek bestaat uit acht uren per dag op maandag tot en met donderdag en vier uren op vrijdagmorgen.
Artikel 6. Bezetting en bereikbaarheid.
Elke afdeling is bezet en bereikbaar tussen 08.30 uur en 12.30 uur en tussen 13.30 uur en 17.00 uur met uitzondering van de vrijdagmiddag.
Artikel 10. Beëindiging dienstverband.
Bij beëindiging van het dienstverband wordt een negatief registratiesaldo verrekend met het saldo van de uren op de verlofkaart of met de bezoldiging.
Als een medewerker zich niet houdt aan deze regeling of de daarmee verband houdende afspraken, of door handelingen of het nalaten daarvan zichzelf in uren bevoordeelt, kan het Directieteam beslissen dat die medewerker gedurende een nader te bepalen periode wordt uitgesloten van de mogelijkheid tot flexibiliseren van zijn werktijden. Bij herhaling kan een disciplinaire straf worden opgelegd conform de Arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Tubbergen.
Tubbergen, 6 juni 2006
BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN TUBBERGEN
de secretaris, de burgemeester,
drs.ing. G.B.J. Mensink, mr. M.K.M. Stegers
Toelichting op de Regeling flexibilisering van werktijden gemeente Tubbergen 2006
Het huidige systeem van variabel werken wordt vervangen door de systematiek van flexibel werken. Deze regeling maakt het mogelijk om individueel en op afdelingsniveau afspraken te maken over individuele werktijden en bezetting en bereikbaarheid van de afdeling. De invoering van de individuele werktijd, het loslaten van de bloktijden en begin- en eindtijden stelt medewerkers in staat om 36 werkuren per week te verantwoorden.
Daarmee werkt deze regeling aanvullend op de Wet Arbeid en Zorg en geeft medewerkers de mogelijkheid om arbeid en zorg te kunnen combineren. Door af te stappen van de vastgestelde verplichte aanwezigheidstijdstippen (bloktijden) kan een medewerker ook persoonlijke zaken en zorg buiten de werktijd regelen. In de breedste zin valt hier ook onder het bezoek aan huisarts, specialist, fysiotherapeut en andere (para)medische disciplines. Hiervoor wordt dan ook geen bijzonder verlof meer verleend.
Voor chronisch zieken en bij veelvuldige specialistische consulten kunnen afspraken worden gemaakt met het afdelingshoofd/direct leidinggevende en kan een koppeling plaatsvinden met andere soorten verlof. In geval van verzorging kan een beroep worden gedaan op (kort- of langdurig) zorgverlof.
Door het vervallen van aanwezigheidstijden vervalt ook het tropenrooster. Als op termijn gebruikt wordt gemaakt van een elektronisch toegangssysteem tot het gemeentehuis behoort een verdere flexibilisering met betrekking tot de aanvangs- en eindtijd tot de mogelijkheden.
Lid vijf sub b geeft een variant aan waarbij er wisselend op vier of vijf dagen per week (voltijd medewerkers) of gedurende bepaalde periodes van het jaar kan worden gewerkt.
In deze variant is er dus sprake van een spaarmogelijkheid en roostervrije tijd. In geval van ziekte tijdens deze periodes wordt gehandeld naar artikel 4:3:1 van de Arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Tubbergen:
Ziekte gedurende de spaarperiode schort de opbouw van spaaruren op vanaf het moment dat de ziekte een aaneengesloten periode van twaalf weken heeft geduurd tot het moment van volledig herstel. Dit alles conform het bepaalde hierover in artikel 4:3 van de arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Tubbergen. Ziekte op het moment dat de roostervrije periode zou ingaan, schort deze periode op tot het moment van volledig herstel. Ziekte gedurende de roostervrije periode schort deze periode op vanaf het moment dat de ziekte aaneengesloten 6 weken heeft geduurd, tot het moment van volledig herstel.
Dit artikel regelt op wie de regeling van toepassing is.
Voor medewerkers waarvoor vaste werktijden of roosterdiensten zijn vastgesteld (buitendienst WVV, sporthal, bodedienst en enkele aangewezen functies binnen het gemeentelijk apparaat) geldt de afgesproken aanvangs- en eindtijd. Deze medewerkers registreren de gewerkte tijd zoals beschreven in artikel 7 of zoals afgesproken met het afdelingshoofd.
Voor medewerkers met vaste werktijden en roosterdiensten, geldt ook dat bij bezoek aan tandarts, arts, specialist en andere (para)medische disciplines , dit in principe buiten werktijd plaatsvindt voorzover daartoe reële mogelijkheden bestaan. Dit geldt ook voor medewerkers met een parttime dienstverband. Als voornoemde bezoeken buiten de vastgestelde werktijden niet mogelijk zijn dan dient dit bezoek plaats te vinden zoveel mogelijk aansluitend aan de aanvangs- en eindtijd waarbij in het geval van tijdsregistratie de fictieve aanvangs- en eindtijd geldt (08.30, 12.30, 13.30 en 17.30 uur), waarbij het maximum van acht uren per dag niet wordt overschreden.
Waar mogelijk is de regeling van overeenkomstige toepassing op medewerkers met vaste werktijden of een roosterdienst .
Dit artikel verplicht afdelingshoofden/direct leidinggevenden tot het maken van afspraken over de invulling van de werktijden. Als er geen sprake is van flexibele werktijden dan worden er afspraken gemaakt over vaste werktijden.
Afspraken per individu kunnen verschillen. Wat voor de ene medewerker geldt kan niet altijd gelden voor een andere medewerker of een groep. Dit kan bijvoorbeeld te maken hebben met de bezetting en bereikbaarheid van een afdeling. Er moeten ook dagdelen/tijdstippen worden ingebouwd waarbinnen (afdelings)overleg kan worden gehouden en collegiale afstemming kan plaatsvinden. Het afdelingshoofd/direct leidinggevende moet te allen tijde oog hebben voor het organisatiebelang maar zal daarbij zoveel mogelijk het individuele belang hierbinnen integreren.
In dit artikel wordt de bedrijfstijd bepaald van maandag tot en met vrijdagmorgen. De vrijdagmiddag kan gebruikt worden als individuele werktijd. Enerzijds vanwege (tijdelijke) werkdruk en anderzijds om een ruimere invulling te kunnen geven om 36 uren te kunnen verantwoorden.
De publieksbalie is iedere morgen geopend van 08.30 tot 12.30 uur en op donderdag van 13.30 tot 19.30.
Op vrijdagmiddag worden er geen bezettings- en bereikbaarheidseisen gesteld en kan niet worden gerekend op ondersteunende diensten. Hier dient rekening mee te worden gehouden bij de werkplanning.
Als er geen afspraken zijn over het aanvangstijd dan is 09.00 uur het laatst mogelijke aanvangstijdstip. Dit tijdstip is gekozen om enigszins zicht te houden op begintijden en bezetting en om het effect van een duiventil te voorkomen waarbij een afdelingshoofd/leidinggevende niet weet wanneer een medewerker komt. Verzoeken om later te mogen beginnen worden door het afdelingshoofd /
leidinggevende gehonoreerd mits bezetting, bereikbaarheid en de voortgang van het werk zijn gewaarborgd.
De arbeidsduur bij een volledige aanstelling bedraagt 36 uren per week. Een standaard gemiddelde werkweek bestaat eveneens uit 36 uren per week waarbij er op maandag tot en met donderdag wordt gewerkt op acht uren per dag en op de vrijdagmorgen vier uren. De individuele werktijd bedraagt eveneens 36 uren per week.
Dit artikel regelt de bezetting en bereikbaarheid binnen de aangegeven werktijden. Het afdelingshoofd bepaalt welke bezetting noodzakelijk is. De bezetting en de bereikbaarheid zijn gekoppeld aan de bereikbaarheid van de organisatie. Binnen deze tijden moet een afdeling of kantoorruimte telefonisch bereikbaar zijn.
In dit artikel wordt beschreven hoe de tijdregistratie plaatsvindt bij normale werkweken, ziekte, studie, dienstreizen en recepties. Uitgangspunt hierbij is dat medewerkers die op een dag om welke reden dan ook hun werktijd niet kunnen registreren, niet onnodig een negatief of positief saldo opbouwen.
Een positief saldo kan aan het einde van het jaar met inachtneming van het gestelde maximum worden overgeschreven naar de verlofkaart en wordt het daaropvolgende jaar opgenomen.
Tot 1 januari 2009 kan een opgebouwd positief saldo (met inachtneming van de geldende maxima) worden betrokken als betalingsmogelijkheid in het keuzemodel arbeidsvoorwaarden.
Medewerkers met vaste werktijden die werken met tijdsregistratie kunnen door de registratie beperkt deelnemen aan deze regeling. Voor roosterdiensten geldt deze regeling niet.
Bij recepties of een afscheid gaat het uitsluitend om werkgerelateerde aangelegenheden.
Dit artikel regelt de pauzemomenten tijdens een werkdag. De rusttijden zijn bepaald in de Arbeidstijdenwet. Bij structurele afspraken over een negenurig werkdag bedraagt de pauzetijd 45 minuten waarvan een half uur aaneengesloten. Als incidenteel door gebruikmaking van flexibele werktijden de acht uur per dag wordt overschreden dan wordt de pauzetijd bepaald op tenminste een half uur.
Dit artikel regelt het afleggen van de verantwoordelijkheid over de gemaakte afspraken, werktijd in combinatie met de urenverantwoording en verlof van de medewerker naar het afdelingshoofd/direct leidinggevende.
Dit artikel regelt de verrekening van en negatief registratiesaldo bij de beëindiging van het dienstverband. Een positief registratiesaldo wordt als verlof opgenomen.
Dit artikel regelt de naleving van deze regeling en geeft mogelijkheden om misbruik te voorkomen en te sanctioneren door de koppeling naar het hoofdstuk “disciplinaire straffen” van de Arbeidsvoorwaardenregeling te leggen.