Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gouda

Verordening cliëntenparticipatie wet werk en bijstand Gouda 2004

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieGouda
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening cliëntenparticipatie wet werk en bijstand Gouda 2004
CiteertitelVerordening cliëntenparticipatie wet werk en bijstand Gouda 2004
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpmaatschappelijke zorg en welzijn
Eigen onderwerpMaatschappelijke zorg

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze verordening is vastgesteld door de gemeenteraad, het college van burgemeester en wethouders en de burgemeestervan de gemeente gouda, ieder voor zoveel het hun bevoegdheden betreft

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Wet werk en bijstand, art. 47

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-09-200423-03-2011Onbekend

28-06-2004

Goudse Post, 30-06-2004

11.1.9

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening cliëntenparticipatie wet werk en bijstand Gouda 2004

 

 

de raad, het college van burgemeester en wethouders en de burgemeester van de gemeente gouda

ieder voor zoveel het hun bevoegdheden betreft;

 

Gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders (het college) van 18 mei 2004, nr. 2004, 13167;

 

Overwegende dat de Gemeenteraad op grond van het bepaalde in artikel 47 van de Wet werk en bijstand verplicht is bij verordening regels te stellen over de wijze waarop de cliëntenparticipatie is geregeld;

besluiten:

vast te stellen de volgende Verordening cliëntenparticipatie Wet werk en bijstand Gouda 2004

artikel 1 definities

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    de gemeente: de gemeente Gouda;

  • b.

    de raad: de gemeenteraad van de gemeente Gouda;

  • c.

    college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Gouda;

  • d.

    de wethouder: de wethouder sociale zaken en werkgelegenheid;

  • e.

    de dienst: de dienst Arbeid en Inkomen;

  • f.

    het diensthoofd: het hoofd van de dienst;

  • g.

    de onafhankelijk voorzitter: de voorzitter van het structureel overleg;

  • h.

    het ambtelijk secretariaat: het door de gemeente beschikbaar gestelde secretariaat ter ondersteuning van de cliëntenadviesraad;

  • i.

    de cliënt: de persoon die een uitkering, voorziening of subsidie ontvangt op grond van een door de dienst van de gemeente uitgevoerde wettelijke of aanvullende regeling;

  • j.

    de belangenorganisatie: cliëntenorganisatie of vakorganisatie;

  • k.

    de cliëntenadviesraad: het uit cliënten en vertegenwoordigers van belangenorganisaties bestaand orgaan met taken en bevoegdheden zoals in deze verordening omschreven;

  • l.

    de agendacommissie: de commissie gevormd door de onafhankelijk voorzitter, diensthoofd en een vertegenwoordiger (secretaris) uit de cliëntenadviesraad;

  • m.

    de vergadering: het overleg tussen de leden van de cliëntenadviesraad;

  • n.

    het structureel overleg: officieel beraad tussen gemeente en cliëntenadviesraad.

artikel 2 reikwijdte van de verordening

Deze verordening is van toepassing op de organisatie van de door de gemeente ingestelde cliëntenadviesraad.

artikel 3 taak cliëntenadviesraad

De cliëntenadviesraad heeft tot taak de gemeente gevraagd en ongevraagd te informeren en te adviseren alsmede ontwikkelingen te signaleren over alle zaken die binnen de gemeentelijke beleidsvrijheid vallen en die van belang zijn voor mensen met een inkomen rond het minimum.

artikel 4 bevoegdheden
  • 1.

    initiatiefrecht

    • a.

      De cliëntenadviesraad heeft de bevoegdheid alle aangelegenheden die de uitvoering en (de kwaliteit van) de dienstverlening door de dienst raken in het structureel overleg met de gemeente aan de orde te stellen.

    • b.

      De cliëntenadviesraad heeft het recht advies uit te brengen over alle aangelegenheden die het beleid, de uitvoering en (de kwaliteit van) de dienstverlening door de dienst betreffen.

    • c.

      De cliëntenadviesraad stelt jaarlijks een activiteitenplan op, inclusief financiële onderbouwing, dat met het diensthoofd wordt besproken.

    • d.

      De cliëntenadviesraad heeft de bevoegdheid om voor een goede invulling van zijn taakstelling in voorkomende gevallen, bij voorkeur in overleg met de dienst, gebruik te maken van in- en externe deskundigheid.

  • 2.

    informatierecht

    • a.

      De cliëntenadviesraad wordt geïnformeerd over de resultaten van klanttevredenheidsonderzoeken, enquêtes en klachtenrapportages.

    • b.

      De cliëntenadviesraad krijgt spontaan en op verzoek tijdig alle informatie die het voor de uitoefening van zijn taken zoals in deze verordening omschreven nodig heeft, tenzij enig wettelijk voorschrift de verstrekking daarvan in de weg staat.

  • 3.

    adviesrecht

    • a.

      De cliëntenadviesraad wordt tijdig betrokken bij de voorbereiding en de totstandkoming van zaken waarmee de cliënt in de uitvoering door de dienst rechtstreeks wordt geconfronteerd, zoals formulieren, brochures, klachtenrapportages, enquêtes en klanttevredenheidsonderzoeken.

    • b.

      De gemeente stelt de cliëntenadviesraad op een zodanig tijdstip in de gelegenheid advies uit te brengen over beleid en uitvoering dat er een daadwerkelijke invloed mogelijk is op de besluitvorming. Indien de gemeente om advies vraagt, wordt het advies binnen vier weken uitgebracht.

    • c.

      Alle adviezen, informatieverzoeken en verbetervoorstellen die door de cliëntenadviesraad schriftelijk zijn verstrekt, worden door de dienst beoordeeld. De dienst verzorgt binnen vier weken een schriftelijke met redenen omklede reactie.

    • d.

      Indien de cliëntenadviesraad zich niet kan verenigen met het standpunt van de dienst, zal de cliëntenadviesraad dit gemotiveerd en schriftelijk kenbaar maken aan de wethouder en (indien van toepassing ook) aan de gemeenteraad.

artikel 5 cliëntenadviesraad
  • A.

    De cliëntenadviesraad bestaat uit maximaal 15 leden, waarvan twee derde deel wordt voorgedragen doorbelangenorganisaties en één derde deel wordt bezet via verkiezingen onder cliënten.

  • B.

    De namen van de belangenorganisaties en de zetelverdeling zijn vastgelegd in de bijlage van deze verordening.

  • C.

    Als overlegpartner van de cliëntenadviesraad treedt op het diensthoofd.

  • D.

    Op verzoek van de cliëntenadviesraad kan worden overlegd met de wethouder.

  • E.

    De leden van de cliëntenadviesraad kiezen uit hun midden een dagelijks bestuur.

artikel 6 voordracht, benoemingen en zittingsduur

  • A.

    De onafhankelijk voorzitter, de gekozen cliënten en de door belangenorganisaties voorgedragen personen worden respectievelijk als voorzitter en leden door het college benoemd voor een periode van drie jaar. Benoemingen kunnen één keer met een zelfde periode worden verlengd.

  • B.

    De cliëntleden vormen zo veel mogelijk een juiste afspiegeling van het cliëntenbestand van de dienst.

  • C.

    Voor cliëntleden trekt het college de benoeming in, zes maanden na beëindiging van de uitkering, voorziening of subsidie waarvoor de dienst verantwoordelijk is.

  • D.

    De voordragende belangenorganisatie heeft het recht om het door hem voorgedragen en door het college benoemde lid tussentijds gemotiveerd te vervangen.

  • E.

    De leden zijn verplicht tot het bijwonen van de reguliere bijeenkomsten (vergaderingen en structureel overleg). Als een zittend lid op jaarbasis meer dan de helft van het aantal bijeenkomsten verzuimt, wordt door de belangenorganisatie een nieuw lid voorgedragen c.q. een nieuw cliëntlid gekozen. Wanneer een zittend lid om geldige redenen langdurig moet verzuimen kan de voordragende organisatie een plaatsvervangend lid voordragen.

  • F.

    Het college benoemt op voordracht van de cliëntenadviesraad en het diensthoofd een onafhankelijk voorzitter.

  • G.

    Alle benoemde personen ontvangen een schriftelijke bevestiging van het college.

artikel 7 structureel overleg

  • A.

    Het structureel overleg wordt voorgezeten door een onafhankelijk voorzitter.

  • B.

    De agendacommissie stelt de agenda samen voor het structureel overleg. Ieder lid heeft het recht om via het ambtelijk secretariaat onderwerpen aan te reiken. De definitieve agenda wordt bij aanvang van de bijeenkomst vastgesteld.

  • C.

    De onafhankelijk voorzitter bepaalt in overleg met het diensthoofd tijd en plaats van het structureel overleg.

  • D.

    Op verzoek van tenminste twee leden van de cliëntenadviesraad of op verzoek van de dienst worden, naast de reguliere bijeenkomsten, extra zittingen belegd. Aan dit verzoek wordt binnen vier weken voldaan, nadat het verzoek daartoe door de onafhankelijk voorzitter is ontvangen.

  • E.

    Het ambtelijk secretariaat roept namens de onafhankelijk voorzitter het structureel overleg bijeen door middel van een schriftelijke kennisgeving. Deze kennisgeving wordt, vergezeld van de agenda en de vergaderstukken, tenminste veertien dagen van tevoren toegezonden.

  • F.

    Het ambtelijk secretariaat maakt van het structureel overleg een verslag dat binnen twee weken aan de leden wordt verzonden.

  • G.

    Bij afwezigheid van de onafhankelijk voorzitter, zit de voorzitter van het dagelijks bestuur van de cliëntenraad het structureel overleg voor.

  • H.

    De cliëntenadviesraad overlegt minimaal zes keer per jaar met de gemeente.

artikel 8 vergadering
  • A.

    De cliëntenadviesraad kan ter voorbereiding van het structureel overleg dan wel in verband met zijn adviserende taak vergaderen.

  • B.

    De gemeente draagt er zorg voor dat de vergadering in de vorm van een ambtelijk secretariaat wordt ondersteund. De faciliteiten zijn geregeld in de bijlage van deze verordening.

artikel 9 instellen commissie

  • A.

    De cliëntenadviesraad heeft de bevoegdheid om, bij voorkeur in overleg met de dienst, commissies in het leven te roepen die de cliëntenadviesraad adviseren. Deze commissies kunnen worden ingesteld op structurele of ad-hoc basis. In de commissies kunnen ook niet-leden en externe deskundigen zitting hebben.

  • B.

    De bepalingen in deze verordening met betrekking tot de facilitering en vergoedingen van de (leden van de) cliëntenadviesraad zijn eveneens van toepassing op de (leden van een) commissie.

artikel 10 facilitering
  • A.

    De gemeente draagt er zorg voor dat het structureel overleg in de vorm van een ambtelijk secretariaat adequaat wordt ondersteund.

  • B.

    Voor het, in de bijlage van deze verordening, vastgelegde aantal uren krijgt de cliëntenadviesraad de beschikking over ondersteuning uit het ambtelijk secretariaat. Deze ondersteuning wordt, in overleg met het diensthoofd, functioneel aangestuurd door de secretaris van de cliëntenadviesraad.

  • C.

    De gemeente zorgt voor vergaderaccommodatie en de daarbij behorende aanvullende voorzieningen.

  • D.

    Jaarlijks vóór april maakt de cliëntenadviesraad, in samenwerking met het ambtelijk secretariaat, een verslag van werkzaamheden over het afgelopen jaar.

  • E.

    De gemeente draagt zorg voor een budget o.a. ten behoeve van deskundigheidsbevordering, kosten die samenhangen met het maken van een jaarverslag, het activiteitenplan en extern secretariaat .De hoogte van het budget wordt jaarlijks vooraf vastgesteld.

artikel 11 vergoedingen

De leden van de cliëntenadviesraad hebben recht op een door de gemeente vast te stellen onkostenvergoeding en een vergoeding voor reis- en verblijfskosten. De regeling 'onkosten- en reiskostenvergoeding' is opgenomen in de bijlage bij deze verordening.

artikel 12 garantstelling
  • A.

    De dienst draagt er zorg voor dat cliënten die lid zijn of waren van de cliëntenadviesraad uit hoofde van hun lidmaatschap op geen enkele wijze worden benadeeld ten aanzien van:

    • -

      uitkering, voorziening of subsidie die zij ontvangen van de dienst;

    • -

      bejegening door medewerkers van de gemeente.

  • B.

    De leden van de cliëntenadviesraad dragen zorg voor de bescherming van de privacy van cliënten die zich op enigerlei wijze tot de cliëntenadviesraad wenden.

  • C.

    Aan de leden van de cliëntenadviesraad wordt geen geheimhouding opgelegd ten aanzien van door de gemeente verstrekte informatie. Wel dienen de leden zich te houden aan een van tevoren afgesproken embargo periode.

  • D.

    De functionaris van het ambtelijk secretariaat betracht geheimhouding over hetgeen hem ter kennis komt bij de uitvoering van zijn taak voor de cliëntenadviesraad.

artikel 13 geschillen betreffende deze verordening

Over geschillen voortkomend uit de toepassing van deze verordening beslist het College.

artikel 14 slotbepalingen

1.communicatie

De gemeente maakt het bestaan van een structuur van cliëntenparticipatie bekend bij de cliënten van de dienst en de belangenorganisaties. Daarnaast zorgt de gemeente voor bekendmaking van de verordening.

2. evaluatie

  • a.

    De cliëntenadviesraad evalueert jaarlijks tezamen met de dienst het functioneren van het structureel overleg. Indien er op basis van deze evaluatieronde reden is de verordening aan te passen dan wordt hiertoe namens de dienst en de cliëntenadviesraad via het college een verzoek ingediend bij de gemeenteraad.

  • b.

    De cliëntenadviesraad kan naar aanleiding van een evaluatie het college gemotiveerd verzoeken de onafhankelijk voorzitter te vervangen, met dien verstande dat een besluit daartoe de instemming behoeft van twee derde deel van de leden van de cliëntenadviesraad.

3. huishoudelijkreglement

Ten dienste van zijn functioneren zal de cliëntenadviesraad een huishoudelijk reglement opstellen.

4.vervallen bestaande regelingen

Met de inwerkingtreding van deze verordening komen de intentieverklaring van 5 september 2000 en het besluit tot instellen van een tijdelijke commissie cliëntenadviesraad van 14 maart 2003 te vervallen.

5.nadere regels

In gevallen waarin deze verordening niet voorziet, beslist de gemeente in goed overleg met de cliëntenadviesraad en de dienst.

artikel 15 citeertitel

De verordening wordt aangehaald als: verordening cliëntenparticipatie Wet werk en bijstand Gouda 2004.

artikel 16 inwerkingtreding van de verordening

Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 september 2004.

 

Aldus vastgesteld door de raad van de gemeente Gouda in de openbare vergadering van 28 juni 2004.

 

De raad van de gemeente voornoemd,

 

, voorzitter

 

, griffier

 

Aldus vastgesteld door burgemeester en wethouders van de gemeente Gouda in de vergadering van 18 mei 2004.

 

Burgemeester en wethouders voornoemd,

 

W.M. Cornelis , burgemeester

 

drs A.W.M. de Bever , secretaris

 

Aldus vastgesteld door de burgemeester van de gemeente Gouda op 18 mei 2004.

 

De burgemeester voornoemd,

Bijlage verordening cliëntenparticipatie  

Cliëntenadviesraad

 

1.zetelverdelingsregeling

Afvaardigende belangenorganisaties kunnen wijzigingsvoorstellen ten aanzien van onderstaande zetelverdeling indienen. Deze wijzigingsvoorstellen moeten overigens passen binnen de representativiteit van de belangenorganisaties.

 

De verdeling is als volgt:

A.belangenorganisatie aantal leden

Belangenorganisatie voor Allochtonen 1

Buro voor Rechtshulp 1

Christelijke Nationaal Vakverbond 1

Diaconie Protestantse Kerken in Nederland 1

Federatie Nederlandse Vakvereniging 1

Leger des Heils 1

Maatschappelijke dienstverlening Kwadraad 1

Regionaal Patiënten Consumenten Platform 1

Stichting de Bijstandswinkel 1

Stichting Overlegorgaan Samenwerkende Ouderenorganisaties 1

B. cliënten5

 

2. onkostenvergoedingsregeling

A. De gemeente werkt op dit moment aan een onkostenvergoedingsregeling / -systematiek voor leden en onafhankelijk voorzitters van de diverse gemeentelijke adviescommissies.

B. De cliëntenadviesraad behoudt in afwachting van deze regeling / dit besluit de huidige onkostenvergoedingsregeling.

C. Zodra deze nieuwe regeling van kracht wordt, wordt deze in de bijlage van de verordening opgenomen.

3. faciliteiten ambtelijk secretariaat

A. Het ambtelijk secretariaat voor de cliëntenadviesraad wordt gevoerd door de gemeente. De gemeente stelt hiervoor gemiddeld vier uur per week beschikbaar.

B. In overleg met de onafhankelijk voorzitter wordt bepaald in hoeverre het secretariaat de door de cliëntenadviesraad ingestelde commissies ondersteunt.

C. De door de gemeente beschikbaar gestelde tijd wordt jaarlijks op basis van evaluatie aangepast.

D. Het ambtelijk secretariaat is onder andere belast met:

 

D. Het ambtelijk secretariaat is onder andere belast met:

− het bijeenroepen van de cliëntenadviesraad;

− het opmaken van een agenda na afstemming met de secretaris;

− het in overleg met de secretaris vergaderklaar maken van de te bespreken onderwerpen;

− het verzenden van de agenda en de daarbij behorende stukken;

− het opstellen van verslagen / besluitenlijsten van vergaderingen;

− het voeren van de correspondentie in overleg met de secretaris;

− (redactionele) steunverlening bij het opstellen van adviezen;

− het beheren van de voor de cliëntenadviesraad bestemde, inkomende en uitgaande stukken;

− het binnen de gemeente vergaren van gevraagde informatie.

E. De secretaris van de cliëntenadviesraad treedt op als intermediair tussen de leden en het ambtelijk secretariaat. Verzoeken om informatie, signalen, antwoorden op vragen, voorstellen, adviezen en dergelijke worden slechts in behandeling genomen indien zij via de secretaris ingediend zijn. Het ambtelijk secretariaat behandelt en bewaakt de afhandeling daarvan.

 

huishoudelijk reglement

artikel 1cliëntenadviesraad algemeen

 

  • 1.

    De leden van de CliëntenAdviesRaad (CAR) kiezen uit hun midden een voorzitter, secretaris en (eventueel) een penningmeester als dagelijks bestuur (DB). Allen voor de duur van de zittingsperiode.

  • 2.

    De CAR heeft de mogelijkheid de onafhankelijk voorzitter te verzoeken zijn vergaderingen voor te zitten. Wordt hier geen gebruik van gemaakt dan zit de voorzitter de vergadering voor.

  • 3.

    Als de CAR gebruik maakt van de mogelijkheid als bedoeld in het tweede lid, dan treedt de onafhankelijk voorzitter op in de taak zoals omschreven bij artikel 2 van het huishoudelijk reglement, met uitzondering van punten g en h in dit artikel.

  • 4.

    Bij verhindering van de voorzitter voorziet de CAR aan het begin van de betreffende vergadering in het voorzitterschap door één van de overige leden daarmee te belasten voor de duur van die vergadering.

  • 5.

    De voorzitter of bij zijn afwezigheid de secretaris treedt op als woordvoerder van de CAR.

artikel 2 voorzitter

 

Tot de taak van de voorzitter behoort onder andere het:

  • a.

    bepalen van de dag en het uur van de vergadering;

  • b.

    leiden van de vergadering volgens de ter vergadering vastgestelde agenda;

  • c.

    handhaven van de vergaderorde;

  • d.

    schorsen van de vergadering;

  • e.

    toezien op een goede vergaderdiscipline;

  • f.

    peilen van meningen en het mededelen van uitslagen en stemmingen;

  • g.

    vertegenwoordigen van de CAR naar andere personen, organisaties en media;

  • h.

    nader toelichten van ons standpunt met betrekking tot het uitgebrachte advies aan het gemeentebestuur

artikel 3 secretaris

 

Tot de taak van de secretaris behoort onder andere het:

  • a.

    mede opstellen van de agenda voor het structureel overleg in de agenda commissie;

  • b.

    opstellen van de agenda voor de vergadering;

  • c.

    voeren van een (deel)secretariaat;

  • d.

    geven van een beknopte weergave van de ingekomen en uitgaande post;

  • e.

    maken van een besluitenlijst, als er geen notulist(e) is;

  • f.

    toezien op de verzending van alle vergaderstukken;

  • g.

    voeren van correspondentie en tekenen van alle uitgaande stukken;

  • h.

    bewaken van de voortgang en afhandeling van de uitgebrachte adviezen;

  • i.

    uitnodigen van deskundige voor de vergadering;

  • j.

    mede zorgdragen voor het archief;

  • k.

    in zijn algemeenheid zorgdragen voor een goede ondersteuning van de CAR zodat deze zijn taak op een goede wijze kan uitvoeren.

artikel 4 penningmeester

 

Tot de taak van de penningmeester behoort onder andere het:

  • a.

    opstellen van de jaarlijkse begroting;

  • b.

    beheer van het op basis van het door de CAR vastgestelde activiteitenplan toegekende budget;

  • c.

    bewaken van het beschikbaar gestelde budget;

  • d.

    toezien op het verzuim van de leden.

artikel 5 leden

  • 1.

    Van de leden mag een actieve vergaderhouding worden verwacht. Dit betekent actief deelnemen aan vergaderingen en het structureel overleg, regelmatig communiceren met de eigen achterban en inbreng van onderwerpen die het terrein van de CAR bestrijken. Maar ook goed naar elkaar luisteren, elkaar uit laten praten, elkaar respecteren en de afgesproken vergaderstructuur naleven.

  • 2.

    Tot de taak van de leden behoort onder andere het:

    • a.

      zich inhoudelijk en kritisch voorbereiden op de agendapunten;

    • b.

      verplicht deelnemen aan vergaderingen;

    • c.

      kiezen van een dagelijks bestuur;

    • d.

      aanwijzen van sprekers voor het structureel overleg, ten behoeve van de te behandelen onderwerpen;

    • e.

      besluiten tot instellen van commissies ter voorbereiding van belangrijke onderwerpen;

    • f.

      opstellen van een activiteitenplan.

  • 3.

    Tot de taak van de leden behoort niet het behandelen van individuele zaken of gevallen.

artikel 6 vergaderingen

 

  • 1.

    Ter voorbereiding van het structureel overleg vergadert de CAR uiterlijk in de week voorafgaande aan dit overleg.

  • 2.

    Van de vergadering wordt tenminste een besluitenlijst gemaakt.

  • 3.

    Op verzoek van tenminste twee leden van de CAR of op verzoek van de dienst, in te dienen bij de secretaris, worden naast de reguliere vergaderingen extra vergaderingen belegd. Deze vergaderingen worden gehouden binnen vier weken nadat het verzoek daartoe is ontvangen.

  • 4.

    De voorzitter bepaalt in overleg met de secretaris de tijd en plaats van de vergaderingen. De agendacommissie stelt in overleg de agenda samen. leder lid van CAR heeft het recht om via de secretaris een onderwerp op de agenda te plaatsen. De definitieve agenda wordt bij aanvang van de vergadering vastgesteld.

  • 5.

    Het secretariaat roept de vergadering bijeen door middel van een schriftelijke kennisgeving aan de deelnemers van de CAR. De schriftelijke kennisgeving wordt, vergezeld van de agenda en de vergaderstukken, tenminste veertien dagen van tevoren toegezonden.

  • 6.

    De vergaderingen van de CAR zijn in beginsel besloten. Indien en voor zover de vergaderruimte zulks toelaat kan de CAR aan belangstellenden op hun gemotiveerd verzoek toestaan (een deel van) de vergadering bij te wonen, waarbij zij niet het recht hebben het woord te voeren.

artikel 7 besluitvorming

 

  • 1.

    De CAR kan ter vergadering alleen dan geldige besluiten nemen indien meer dan de helft van het aantal benoemde leden aanwezig of vertegenwoordigd is.

  • 2.

    Indien niet voldaan is aan het in het eerste lid gestelde, kan in de eerstvolgende vergaderingen ongeacht het aantal aanwezige of vertegenwoordigde leden een besluit worden genomen over die voorstellen waaromtrent in de vorige vergadering geen besluit kon worden genomen.

  • 3.

    Tenzij dit reglement anders bepaalt, beslist de CAR bij volstrekte meerderheid van de uitgebrachte stemmen. Voor de berekening van het aantal uitgebrachte stemmen tellen blanco en ongeldige stemmen niet mee.

  • 4.

    Indien bij een besluit met betrekking tot de benoeming van een persoon geen van de kandidaten bij de eerste stemming de volstrekte meerderheid haalt, vindt herstemming plaats tussen de kandidaten die bij de eerste stemming de meeste stemmen kregen. Indien bij deze herstemming de stemmen staken, beslist het lot.

  • 5.

    Indien bij een stemming over een voorstel met betrekking tot de vergaderorde (niet zijnde een verzoek tot schorsing) de stemmen staken wordt het voorstel geacht te zijn verworpen.

  • 6.

    Bij staken van de stemmen over een voorstel, dat geen betrekking heeft op het bepaalde in de leden 4 en 5, wordt dit voorstel op de eerstvolgende vergadering opnieuw aan de orde gesteld. Indien de stemmen wederom staken, wordt het voorstel geacht te zijn verworpen.

  • 7.

    Over personen en zaken wordt gestemd als tenminste de helft van de ter vergadering aanwezige leden de wens daartoe kenbaar maakt of wanneer de voorzitter dit wenselijk acht. Indien stemming noodzakelijk is, wordt over personen steeds schriftelijk gestemd.

  • 8.

    Over zaken wordt bij handopsteken gestemd, tenzij één lid een schriftelijke stemming wenst of wanneer de voorzitter dit wenselijk acht.

  • 9.

    Indien een lid verzoekt om in een advies een minderheidsstandpunt op te nemen, wordt daartoe slechts overgegaan als tenminste een derde van het aantal aanwezige leden dat verzoek ondersteunt.

artikel 8 commissies

 

  • 1.

    De CAR kan al dan niet in overleg met de dienst commissies in het leven roepen die de CAR adviseren. Deze commissies kunnen worden ingesteld op structurele of ad hoe basis. In deze commissies kunnen naast tenminste één lid van de CAR ook niet-leden zitting hebben. De CAR benoemt en ontslaat de leden van deze commissies.

  • 2.

    De samenstelling en de werkwijze van de in het eerste lid bedoelde commissies worden door de CAR vastgesteld en schriftelijk vastgelegd, waarbij ook de rapportage momenten worden benoemd. De CAR zal per commissie een lid van die commissie aanwijzen die belast is met de bewaking van het besluitvormingsproces binnen die commissie en die als contactpersoon zal fungeren richting CAR.

artikel 9 gebruik informatie

 

Aan de leden van de CAR kan geen geheimhouding worden opgelegd. Ten aanzien van door de gemeente verstrekte vertrouwelijke informatie houden de leden zich aan een van tevoren afgesproken embargo periode. Met andere woorden: een tijdelijke geheimhouding, die ook geldt voor concept stukken.

artikel 10 wijziging van het reglement

 

  • 1.

    Dit reglement kan worden gewijzigd of aangevuld bij besluit van de CAR, maar niet eerder dan dat de gemeente c.q. de dienst in de gelegenheid is gesteld haar standpunt inzake de wijziging aan de CAR kenbaar te maken.

  • 2.

    Een zodanig besluit behoeft de een meerderheid van tweederde van het aantal uitgebrachte stemmen bij aanwezigheid van tenminste drievierde van de leden.