Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Berg en Dal

Subsidieverordening natuur en landschap Groesbeek 2005

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieBerg en Dal
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingSubsidieverordening natuur en landschap Groesbeek 2005
CiteertitelSubsidieverordening natuur en landschap Groesbeek 2005
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerpsubsidie natuur en landschap

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Algemene wet bestuursrecht

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

14-09-200515-01-2015nieuwe regeling

25-08-2005

Groesbeeks Weekblad, 13-09-2005

RO/LB/RVS/20050006

Tekst van de regeling

Intitulé

Subsidieverordening natuur en landschap Groesbeek 2005

De raad der gemeente G r o e s b e e k;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Groesbeek van 19 juli 2005;

overwegende de subsidieverordening natuur- en landschap Groesbeek 2005 te hebben gelezen

b e s l u i t :

de subsidieverordening natuur- en landschap Groesbeek 2005 vast te stellen.

Paragraaf 1. Algemene bepalingen

Artikel 1: Begripsomschrijvingen

Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    de raad: de raad van de gemeente Groesbeek;

  • b.

    het college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Groesbeek;

  • c.

    achterstallig onderhoud: maatregelen aan bestaande elementen met een cyclisch beheer, waarvoor niet eerder subsidie is verkregen en waarvan dit gebruikelijke reguliere beheer meer dan 2 maal niet is uitgevoerd;

  • d.

    landschappelijke betekenis: van visuele, cultuurhistorische of ecologische waarde;

  • e.

    natuur- en landschapselementen: elementen in het landschap met natuurwetenschappelijke en/of landschappelijke betekenis. Ook kleine wateren als bijvoorbeeld poelen, beken, kleine waterlopen en kleine hoogstamboomgaarden worden hiertoe gerekend. De bebouwde kommen ingevolge de Wegenverkeerswet worden niet tot het landschap gerekend;

  • f.

    landschapsontwikkelingsplan: het door de raden van de gemeenten Millingen aan de Rijn, Ubbergen en Groesbeek vastgestelde plan, dat richtlijnen geeft voor het landschapsbeleid- en beheer binnen de gemeenten.

Artikel 2: Reikwijdte

1.Deze subsidieverordening is van toepassing op activiteiten die worden uitgevoerd in het kader van het natuur- en landschapbeheer en in overeenstemming zijn met het geformuleerde beleid in het landschapsontwikkelingsplan en de nadere uitwerkingen daarvan.

Paragraaf 2. Subsidie natuur- en landschapselementen.

Artikel 3: Bevoegdheid, vaststellen subsidieplafond

  • 1.

    Het college kan een subsidie verstrekken in de kosten van het uitvoeren van herstel, achterstallig onderhoud, aanleg en nazorg van natuur- en landschapselementen van particulieren of technische inrichtingsmaatregelen ten behoeve van bedreigde diersoorten.

  • 2.

    Binnen de autorisatie van de programmabegroting stelt het college jaarlijks door middel van de gemeentebegroting een subsidieplafond vast voor de activiteiten waarvoor op grond van het eerste lid subsidie kan worden verstrekt. Het college is bevoegd het subsidieplafond tussentijds te wijzigen, indien daarvoor gegronde redenen bestaan.

Artikel 4: Rechthebbende

Subsidie als bedoeld in artikel 3.1 kan alleen worden verleend aan de natuurlijke of rechtspersoon die krachtens enig zakelijk recht het genot heeft van het natuur- en landschapselement of technische inrichtingsmaatregel ten behoeve van bedreigde diersoorten.

Artikel 5: Verplichting tot onderhoud

Subsidie als bedoeld in artikel 3.1 kan alleen worden verleend als de zakelijk gerechtigde zich middels een overeenkomst verplicht het betreffende natuur- en landschapselement gedurende ten minste 10 jaar na de uitvoering van de gesubsidieerde activiteit naar behoren te onderhouden.

Artikel 6: Overige eisen

Subsidie als bedoeld in artikel 3.1 kan alleen worden verleend als:

  • a.

    de uit te voeren werkzaamheden passen binnen de doelstellingen van het landschapsontwikkelingsplan.

  • b.

    de beplanting die deel uit maakt van het natuur- en landschapselement inheems, streekeigen is (zie bijlage).

  • c.

    het natuur- en landschapselement kan worden aangemerkt als een drager van het landschap.

Artikel 7: De aanvraag en het besluit tot subsidieverlening

  • 1.

    De subsidieaanvraag als bedoeld in artikel 3.1 dient vóór 1 mei voorafgaand aan het winterseizoen waarin de te subsidiëren activiteiten zullen worden verricht, te worden ingediend.

  • 2.

    Het besluit tot subsidieverlening vindt plaats vóór 1 december van het betreffende winterseizoen.

  • 3.

    Het college kan van het in de leden 1 en 2 bepaalde afwijken, indien daarvoor gegronde redenen bestaan.

Artikel 8: Weigeringsgronden

De subsidie als bedoeld in artikel 3.1 kan worden geweigerd:

  • a.

    indien op basis van afweging van de voor het betreffende winterseizoen ingediende subsidieaanvragen en gelet op de doelstellingen van het landschapsontwikkelingsplan aan andere subsidieaanvragen meer prioriteit moet worden toegekend

  • b.

    indien de provincie Gelderland de gemeente geen of onvoldoende subsidie (cofinanciering) voor de betreffende activiteiten verleent.

  • c.

    indien het subsidieplafond is bereikt

Artikel 9: Verplichtingen subsidieontvanger

Het college kan met het oog op de voorwaarden die de provincie Gelderland in het kader van de subsidieverlening aan de gemeente (cofinanciering) stelt, nadere voorwaarden aan de subsidieverlening als bedoeld in artikel 3.1 stellen.

Artikel 10: Aanvraag tot vaststelling subsidie

  • 1.

    De aanvraag tot vaststelling van de subsidie dient te worden ingediend vóór 1 mei volgend op het winterseizoen waarvoor de subsidie als bedoeld in artikel 3.1 is verleend. Het college kan hiervan afwijken indien daarvoor gegronde redenen bestaan.

  • 2.

    De aanvraag bestaat uit een schriftelijke mededeling van de subsidieontvanger dat de werkzaamheden geheel zijn voltooid, voorzien van originele facturen en betaalbewijzen.

Paragraaf 3. Subsidie projecten landschapsontwikkelingsplan.

Artikel 11: Bevoegdheid

  • 1.

    Het college kan een subsidie verstrekken in de kosten van het uitvoeren van projecten die passen binnen de doelstellingen van het landschapsontwikkelingsplan en die niet vallen onder de in artikel 3.1 bedoelde werkzaamheden.

  • 2.

    Binnen de autorisatie van de programmabegroting stelt het college jaarlijks door middel van de gemeentebegroting een subsidieplafond vast voor de activiteiten waarvoor op grond van het eerste lid subsidie kan worden verstrekt. Het college is bevoegd het subsidieplafond tussentijds te wijzigen, indien daarvoor gegronde redenen bestaan.

Artikel 12: Aanvraag

De aanvrager dient het verzoek om subsidie als bedoeld in artikel 11.1 schriftelijk in. De aanvraag dient voorzien te zijn van een duidelijk beschreven projectplan.

Artikel 13: Weigeringsgronden

  • 1.

    Het college weigert de subsidieverlening als bedoeld in artikel 11.1 in ieder geval indien:

    • a.

      de noodzaak van het project naar zijn oordeel niet is aangetoond;

    • b.

      het project naar haar oordeel onvoldoende doelmatig is;

    • c.

      de kosten van de werkzaamheden naar haar oordeel niet in redelijke verhouding staan tot het te verkrijgen resultaat;

    • d.

      de aanvraag in strijd is met het bij of krachtens deze verordening gestelde;

    • e.

      indien het subsidieplafond is bereikt.

  • 2.

    Het college kan de subsidieverlening als bedoeld in artikel 11.1 in ieder geval weigeren indien reeds een begin is gemaakt met de werkzaamheden zonder haar toestemming.

Artikel 14: De gereedmelding

  • 1.

    De subsidieontvanger meldt het project zo spoedig mogelijk na voltooiing van de werkzaamheden gereed doch uiterlijk voor 31 december van het jaar, volgend op het jaar, waarin de subsidie als bedoeld in artikel 11.1 verleend is.

  • 2.

    Het college kan op aanvraag van de in het eerste lid genoemde termijn afwijken.

  • 3.

    De gereedmelding als bedoeld in het eerste lid is tevens een aanvraag om vaststelling van de subsidie.

  • 4.

    De gereedmelding als bedoeld in het eerste lid gaat vergezeld van:

    • a.

      een verklaring van de subsidieontvanger dat bij het realiseren van het project is voldaan aan de opgelegde verplichtingen;

    • b.

      een gespecificeerde opgave van de kosten van het project met daarop betrekking hebbende rekeningen en betaalbewijzen.

Artikel 15: De vaststelling van de subsidie

  • 1.

    Het college kan de subsidie als bedoeld in artikel 11.1 lager vaststellen dan het bedrag uit de subsidieverlening indien de aanvrager het bij of krachtens deze verordening bepaalde niet heeft nageleefd.

  • 2.

    Subsidievaststelling vindt plaats op basis van de goedgekeurde werkelijke kosten met als maximum het bij subsidieverlening toegekende bedrag.

Artikel 16: Het geven van voorschotten

Aan de subsidieontvanger kan een voorschot verleend worden van ten hoogste 70 % van de subsidie zoals bedoeld in artikel 11.1. Om hiervoor in aanmerking te komen moet hij facturen voor uitgevoerde werkzaamheden kunnen overleggen.

Paragraaf 4: Slotbepalingen

Artikel 17: Beleidsregels en bijzondere gevallen

  • 1.

    Het college kan ter uitvoering van deze verordening nadere beleidsregels vaststellen.

  • 2.

    In gevallen waarin deze verordening niet voorziet, treft het college de nodige voorzieningen en/of neemt zij de nodige beslissingen, één en ander mede in overleg met de belanghebbende, en onder mededeling aan de raad.

Artikel 18: Citeertitel en inwerkingtreding

  • 1.

    Deze verordening kan worden aangehaald als "Subsidieverordening natuur en landschap Groesbeek 2005".

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking de dag na publicatie in het Groesbeeks Weekblad.

Aldus vastgesteld door de raad der gemeente Groesbeek in zijn openbare vergadering van 25 augustus 2005.

De raadsgriffier, De voorzitter

Nota-toelichting Subsidieverordening natuur- en landschapsbeheer  

Met de vaststelling van het landschapsbeleidsplan in 1998 is de gemeente begonnen met het subsidiëren van projecten ter uitvoering van het plan, waaronder het particuliere landschapsbeheer. Het aanleggen, herstel of achterstallig onderhoud van landschapselementen door particulieren werd door de gemeente gesubsidieerd, mits het in het landschapsbeleidsplan paste. De provincie droeg, bij achterstallig onderhoud, 75% van het subsidiebedrag.

Nu het landschapsbeleidsplan vervangen is door het landschapsontwikkelingsplan is het goed om stil te staan bij de toekomstige subsidiering van particulier landschapsbeheer, ook in relatie tot het op te richten landschapsfonds Via Natura. Tevens is het op grond van de Algemene wet bestuursrecht noodzakelijk een toegesneden subsidieverordening vast te stellen.

Voorgesteld wordt in de subsidieverordening onderscheid te maken tussen:

  • 1.

    incidentele subsidies natuur- en landschapsbeheer, en

  • 2.

    incidentele subsidies projecten volgens doelstelling landschapsontwikkelingsplan.

Ad 1) Incidentele subsidies natuur- en landschapsbeheer

Deze subsidies worden gegeven aan particulieren die bepaalde (kleinschalige) activiteiten willen uitvoeren op eigen grond, zoals het planten van een haag of het aanleggen van een poel. Voorwaarde is uiteraard dat de activiteiten passen binnen de doelstellingen van het landschapsontwikkelingsplan. Soms zal het gaan om een activiteit die niet door het landschapsfonds Via Natura wordt vergoed, omdat het landschapselement (nog) geen deel uit maakt van de gewenste groenblauwe dooradering, dus te incidenteel is, of omdat het aspect toegankelijkheid voor derden niet meegenomen wordt. Deze activiteiten die qua type landschapselement passen in het gebied zijn belangrijk genoeg om te subsidiëren, zolang er in het betreffende jaar voldoende budget is. De subsidie wordt alleen versterkt voor de eenmalige kosten (van aanplant, herstel etc.).

Ad 2) Incidentele subsidies projecten volgens doelstelling landschapsontwikkelingsplan

Deze subsidies worden gegeven voor andere projecten, zoals bloemrijke akkerranden of solitaire bomenregeling, waarvoor de gemeente zelf geen opdrachtgever is. In principe komen ook alle projecten uit het landschapsontwikkelingsplan, geen groen blauwe dooradering, in aanmerking voor een bijdrage door de gemeente. Indien andere overheden het betreffende project subsidiëren is vaak lokale cofinanciering een vereiste.

Bijlage 1  

Bijlage 1

Lijst Landschappelijke beplantingen gemeente Groesbeek

Soort Nederlandse naam

Acer campestre Spaanse aak/eldesdoorn

Acer pseudoplatanus gewone esdoorn

Alnus glutinosa zwarte els

Berberis vulgaris zuurbes

Betula pendula ruwe berk

Betula pubescens zachte berk

Carpinus betulus haagbeuk

Castanea sativa tamme kastanje

Cornus mas gele kornoelje

Cornus sanguinea rode kornoelje

Corylus avellana hazelaar

Crataegus laevigata tweestijlige meidoorn

Crataegus monogyna eenstijlige meidoorn

Cytisus scoparius brem

Euonymus europaeus wilde kardinaalsmuts

Fagus sylvatica beuk

Fraxinus excelsior gewone es

Ilex aquifolia hulst

Juglans regia walnoot

Juglans nigra okkernoot

Ligustrum vulgare wilde liguster

Malus sylvestris appel

Mespilus germanica mispel

Morus alba witte moerbei

Morus nigra zwarte moerbei

Myrica gale gagel

Populus x canescens grauwe abeel (witte abeel x ratelpopulier)

Populus nigra zwarte populier

Populus tremula ratelpopulier

Populus canadensis Canadese populier

Prunus avium zoete kers

Prunus padus vogelkers

Prunus spinosa sleedoorn

Quercus petraea wintereik

Quercus robur zomereik

Rhamnus catharticus wegedoorn

Rhamnus frangula sporkehout of vuilboom

Ribes nigrum zwarte bes

Ribes rubrum aalbes

Ribes spicatum trosbes

Ribes uva-crispa kruisbes

Robinia pseudoaccacia schijnaccacia

Rosa canina hondsroos

Rosa rubiginosa egelantier

Rosa tomentosa viltroos

Salix alba schietwilg

Salix aurita geoorde wilg

Salix caprea boswilg

Salix cinerea grauwe wilg

Salix fragilis kraakwilg

Salix pentandra laurierwilg

Salix purpurea bittere wilg

Salix repens ssp argentea kruipwilg

Salix triandra amandelwilg

Salix viminalis katwilg

Sorbus aucuparia wilde lijsterbes

Taxus baccata taxus

Tilia cordata winterlinde

Tila platyphyllos zomerlinde

Ulmus glabra ruwe iep

Ulmus laevis fladderiep of steeliep

Ulmus minor gladde iep

Viburnum lantana wollige sneeuwbal

Viburnum opulus Gelderse roos

Diverse peren, appels, pruimen, mispels en kersen. Uitsluitend aanplanten als hoogstamboom, bij voorkeur oude rassen toepassen.