Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Noord-Holland

Uitvoeringsregeling subsidie snelladen Noord-Holland 2013

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieNoord-Holland
OrganisatietypeProvincie
Officiële naam regelingUitvoeringsregeling subsidie snelladen Noord-Holland 2013
CiteertitelUitvoeringsregeling subsidie snelladen Noord-Holland 2013
Vastgesteld doorgedeputeerde staten
Onderwerpruimtelijke ordening, verkeer en vervoer
Eigen onderwerpsnellader, elektrische auto's, oplaadpunt

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Het aanvraagformulier dat door gedeputeerde staten is vastgesteld, is niet toegevoegd.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Algemen subsidieverordening Noord-Holland 2011, artikel 2.

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

10-07-201331-12-2013artikel 7, lid 1, artikel 7, lid 2

02-07-2013

Provinciaal blad, 2013, 93

142233-207103
28-03-201310-07-2013nieuwe regelingOnbekend

12-03-2013

Provinciaal blad, 2013, 32

142233-142165

Tekst van de regeling

Intitulé

Uitvoeringsregeling subsidie snelladen Noord-Holland 2013

Gedeputeerde staten van Noord-Holland;

 

Besluiten vast te stellen:

 

Uitvoeringsregeling subsidie snelladen Noord-Holland 2013

Artikel 1

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a.

    laadpunt: de op de snellader aanwezige voorziening waarmee een elektrisch voertuig kan worden opgeladen;

  • b.

    snellader: een laadobject met een of meerdere laadpunten waarmee een elektrisch voertuig kan worden geladen met meer dan 20kW per laadpunt.

Artikel 2

Op deze uitvoeringsregeling is de De-minimisverordening, Verordening (EG) nr. 1998/2006 van de Commissie van 15 december 2006 betreffende de toepassing van de artikelen 87 en 88 van het Verdrag op de-minimissteun, Pb EU 28-12-2006, L 379/5, van toepassing.

Artikel 3
  • 1.

    Subsidie kan worden verstrekt voor de aanschaf en installatie van een snellader voor elektrische voertuigen.

  • 2.

    Subsidie wordt verstrekt indien de snellader:

    • a.

      24 uur per dag voor publiek toegankelijk is;

    • b.

      is gelegen in de provincie Noord-Holland en buiten de gemeente Amsterdam;

    • c.

      gebruik maakt van groene stroom met garantie van oorsprong, en

    • d.

      de mogelijkheid biedt om een voertuig met vermogen van meer dan 20 kW op te laden.

Artikel 4

Subsidie wordt niet verstrekt voor snelladers die uitsluitend via rijkswegen bereikbaar zijn.

Artikel 5

Bij subsidies van minder dan € 10.000,- gaat geen subsidieverlening aan de subsidievaststelling vooraf.

Artikel 6
  • 1.

    Een aanvraag om subsidie wordt niet behandeld indien de snellader in gebruik is genomen voordat de aanvraag is ontvangen.

  • 2.

    Gedeputeerde staten stellen voor de aanvraag om subsidie een formulier vast.

Artikel 7
  • 1.

    Voor gebied 1 en voor gebied 2 als aangegeven op de kaart behorende bij deze uitvoeringsregeling, bedraagt het subsidieplafond € 65.000,-.

  • 2.

    Voor gebied 2 als aangegeven op de kaart behorende bij deze uitvoeringsregeling bedraagt het subsidieplafond € 55.000,-

Artikel 8
  • 1.

    Een aanvraag om subsidie is tijdig ingediend indien de aanvraag voor 15 mei 2013 is ontvangen.

  • 2.

    Een aanvraag om subsidie die buiten de in het vorige lid genoemde periode wordt ontvangen, wordt niet in behandeling genomen.

  • 3.

    Gedeputeerde staten beslissen binnen 13 weken na 15 mei 2013.

Artikel 9

Subsidie wordt geweigerd indien:

  • a.

    de activiteit niet financieel haalbaar is;

  • b.

    de eigenaar van de grond niet heeft ingestemd met de installatie en exploitatie van de snellader;

  • c.

    de snellader naar het oordeel van gedeputeerde staten onveilig is.

Artikel 10

1.De subsidie bedraagt:

 

  • a.

    € 5.000,- voor een snellader met een oplaadcapaciteit voor wisselstroom van minimaal 20 Kw per laadpunt;

  • b.

    € 25.000,- voor een snellader met een oplaadcapaciteit voor gelijkstroom van meer dan 40 kW per laadpunt;

  • c.

    € 30.000,- voor een snellader met een oplaadcapaciteit van meer dan 40kW gelijkstroom per laadpunt en meer dan 40 kW wisselstroom per laadpunt.

 

Artikel 11
  • 1.

    Indien het subsidieplafond wordt bereikt worden aanvragen die voor subsidie in aanmerking komen gerangschikt op een prioriteitenlijst.

  • 2.

    De rangschikking wordt bepaald door het totaal aantal punten dat wordt gehaald op basis van de volgende criteria:

     

    • a.

      Het verwachte aantal laadbeurten per week;

       

    • b.

      de termijn waarbinnen de snellader gerealiseerd kan worden;

       

    • c.

      de sociale veiligheid van de fysieke omgeving van de snellader;

       

    • d.

      de mate waarin de snellader is aan te passen op toekomstige standaarden in onder meer techniek, interoperabiliteit, toegankelijkheid en veiligheid;

       

    • e.

      het aantal geaccepteerde betaalmethoden;

 

  • 3.

    Voor de criteria genoemd in het tweede lid, onderdelen a tot en met d kan nul tot en met vijf punten worden behaald. Voor het criterium genoemd in het tweede lid onderdeel e kan nul tot en met drie punten worden behaald.

  • 4.

    De aanvragen worden gehonoreerd naar de volgorde op de prioriteitenlijst.

  • 5.

    Indien meerdere aanvragen op dezelfde plaats op de prioriteitenlijst worden gerangschikt en door honorering van deze aanvragen het subsidieplafond wordt overschreden, wordt de aanvraag met de laagste projectkosten als eerste gehonoreerd.

Artikel 12

De subsidieontvanger is verplicht om:

  • a.

    minimaal 3 jaar een marktconforme prijs voor een laadbeurt te hanteren;

  • b.

    de snellader binnen een jaar na ontvangst van de beschikking tot subsidieverstrekking operationeel te hebben.

  • c.

    de snellader minimaal 3 jaar in stand te houden en te exploiteren;

  • d.

    gedurende drie jaar per kwartaal te rapporteren over de laadfrequentie, laadtijd en laadduur.

Artikel 13
  • 1.

    Een aanvraag tot vaststelling wordt ingediend binnen 13 weken na voltooiing van de activiteit.

  • 2.

    Gedeputeerde staten beslissen binnen 13 weken na ontvangst van de aanvraag tot vaststelling van de subsidie.

Artikel 14
  • 1.

    Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het provinciaal blad waarin zij is geplaatst.

  • 2.

    Deze regeling vervalt op 31 december 2013.

  • 3.

    Deze regeling wordt aangehaald als Uitvoeringsregeling subsidie snelladen Noord-Holland 2013.

Haarlem, 12 maart 2013

Gedeputeerde staten van Noord-Holland,

J.W. Remkes, voorzitter.

G.E.A. van Craaikamp, provinciesecretaris.

Toelichting

Artikel 2

Op basis van de de-minimis verordening mag één onderneming over een periode van drie belastingjaren tot € 200.000,- subsidie ontvangen.

Mogelijk heeft een onderneming voor dezelfde kosten die in aanmerking komen voor de-minimissteun al eens staatssteun ontvangen. Deze steun viel bijvoorbeeld onder een andere vrijstelling of staatssteunkader (milieu, werkgelegenheid, innovatie, etc.) Het totaalbedrag van de de-minimissteun en eerder ontvangen steun mag niet de steunmaxima overschrijden.

Om uit te rekenen of de-minimissteun mag worden verleend voor dezelfde kosten, moet alle overheidssteun worden opgeteld, zelfs als dit geheel of gedeeltelijk uit Europese middelen is gefinancierd. Steun die totaal het de-minimisplafond overschrijdt, mag niet worden opgesplitst om deze afzonderlijk onder de toepassing van de vrijstelling te brengen.

Om overschrijding van het de-minimisplafond te voorkomen wordt om een verklaring gevraagd. Hierin moet de onderneming alle steun en de-minimis opgeven die over de twee voorgaande belastingjaren en in het lopende belastingjaar is verleend. De berekening moet bij het moment van toekenning worden gemaakt.