Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Waterschap Rivierenland

Algemene regels behorende bij Wegenverordening Waterschap Rivierenland 2011

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieWaterschap Rivierenland
OrganisatietypeWaterschap
Officiële naam regelingAlgemene regels behorende bij Wegenverordening Waterschap Rivierenland 2011
CiteertitelAlgemene regels behorende bij de Wegenverordening Waterschap Rivierenland 2011
Vastgesteld doordagelijks bestuur
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerpbestuur – waterschappen
Externe bijlagenexb-2016-4371 exb-2016-4372

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

1) Een kopie van het Waterschapsblad Waterschap Rivierenland, 06-07-2011 is als bijlage opgenomen bij deze regeling (zie onder "bijlagen") en is ook te vinden op http://www.waterschaprivierenland.nl/actueel/waterschapsblad.

2) Datum ondertekening inwerkingtredingsbesluit: 28-6-2011

3) Bron bekendmaking inwerkingtredingsbesluit: Waterschapsblad Waterschap Rivierenland, 06-07-2011 (week 27)

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Onbekend.

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

07-07-201101-01-2015nieuwe regeling

28-06-2011

Waterschapsblad Waterschap Rivierenland, 06-07-2011 (week 27)

201121739

Tekst van de regeling

Intitulé

Algemene regels behorende bij Wegenverordening Waterschap Rivierenland 2011

Toelichting op Algemene regels behorende bij de Wegenverordening Waterschap Rivierenland 2011

De weg is bedoeld voor verkeer. Een ander gebruik van de weg kan gevolgen hebben voor de veilig­heid, bereikbaarheid, doorstroming en leefbaarheid. In de Wegenverordening is het ver­boden om de weg voor iets anders te gebruiken dan voor de afwikkeling van het verkeer. Ook het veranderen van de weg is ver­boden. Soms is het mogelijk voor deze verboden vergunning te krijgen. Voor een vergunningaanvraag is een vaste procedure. Deze duurt in de meeste gevallen maximaal acht weken. Voor het behandelen van een vergunningaanvraag worden kosten in rekening gebracht. Deze kosten noemen wij leges.

In de praktijk blijkt dat bepaalde, regelmatig voorkomende activiteiten weinig invloed hebben op de staat van de weg en de volgens de Wegenverordening te beschermen belangen. Voor deze veelvoorkomende, weinig risicovolle activiteiten zijn algemene regels opgesteld.

Het voordeel hiervan is dat de betreffende activiteiten niet langer vergunningplichtig zijn. U moet ze wel melden. Voor het behandelen van een melding worden geen (leges)kosten gerekend . Als u niet kan vol­doen aan de algemene regels dan moet u alsnog een vergunning aanvragen.

De algemene regels die horen bij de Wegenverordening voor Waterschap Rivierenland hebben betrek­king op het gebruik van de weg en het veranderen van de weg. Een weg bestaat uit één of meer rijbanen waarop het verkeer wordt afgewikkeld. Een rijbaan bestaat op haar beurt weer uit een of meer rijstroken (soms ook een vlucht- of pechstrook en een fietsstrook), die met belijning van elkaar zijn gescheiden. Behalve de rijbanen bestaat de weg uit een berm, waarnaast voor de afwatering soms een bermsloot is aangebracht.

Als bijlage bij deze algemene regels is een zoneringstekening opgenomen. Hierin staat de inrich­ting van de weg en de minimale afstanden die u in acht moet nemen voor de verschillende activi­teiten.

Ten aanzien van de volgende verboden zijn algemene regels opgesteld:

  • 1) Het houden van evenementen.

  • 2) Het plaatsen van borden bij evenementen.

  • 3) Het plaatsen van toeristische en overige bewegwijzeringborden.

  • 4) Het plaatsen van mottoborden en projectborden.

  • 5) Het plaatsen van een verkeersspiegel.

  • 6) Het plaatsen van obstakels in de berm t.b.v. objectbescherming.

  • 7) Het plaatsen van een afrastering langs onbebouwde percelen.

  • 8) Het tijdelijk plaatsen van (bouw)materialen in de berm.

  • 9) Het planten van struiken of heggen.

  • 10) Het maken van een uitweg naar de openbare weg.

  • 11) Het leggen van kabels en leidingen.

Algemene regel 1. Het houden van evenementen

1. Kader

Op grond van artikel 2.2, onder a van de Wegenverordening voor Waterschap Rivierenland is het verboden om zonder vergunning van het bestuur de weg te gebruiken in strijd met het doel daarvan.

2. Toelichting van de algemene regel

In het gebied de Alblasserwaard en Vijfheerenlanden beheert het waterschap veel wegen buiten de bebouwde kom. Het waterschap is verantwoordelijk voor de veiligheid op de weg.

Er zijn evenementen die volledig of voor een deel op de weg plaatsvinden. Het gaat om bijvoor beeld wielerwedstrijden, hardloopwedstrijden, skeelertochten, braderieën en markten. Dit soort evenementen komt regelmatig voor. Daarom heeft het waterschap regels gemaakt waaraan moet worden voldaan. Als u één van de hiervoor genoemde evenementen wilt organiseren en u vol doet aan de voorwaarden die hieronder staan, hoeft u geen vergunning aan te vragen. Een melding is dan voldoende.

3. Criteria en voorwaarden

  • U wilt een evenement zoals wielerwedstrijd, hardloopwedstrijd, skeelertocht, braderie of markt houden op een weg of deel van een weg die in beheer is bij Waterschap Rivierenland. Als u de regels volgt die hier onder staan, is het voldoende dat u dit meldt.

  • 1.

    U hebt van de gemeente of provincie de (eventueel) benodigde vergunningen gekregen.

  • 2.

    Het evenement vindt plaats op een fiets- of voetpad of een weg waar een maximum snelheid geldt van 60 km/uur (erftoegangsweg).

  • 3.

    Op de weg (wegen) waar het evenement wordt gehouden vinden op de dag(en) van het evenement geen werkzaamheden of andere evenementen plaats.

  • 4.

    U brengt met uw evenement geen schade toe aan de weg.

  • 5.

    U verkent van tevoren zelf of de weg(en) geschikt is/zijn.

  • 6.

    U regelt en plaatst zelf de nodige borden.

  • Verder houdt u rekening met de volgende regels

  • 7.

    De verkeersmaatregelen worden genomen in overleg met de politie.

  • 8.

    U zorgt voor voldoende parkeerfaciliteiten om wildparkeren te voorkomen.

  • 9.

    U zet nabij de beoogde plaats van het evenement borden waarop de verkeers maatregelen aan gekondigd worden met de reden ervan.

  • 10.

    U maakt de te treffen verkeersmaatregelen minimaal één week voor aanvang van het evenement bekend in de plaatselijke krant.

  • 11.

    U informeert in ieder geval per brief omwonenden en andere belanghebbenden.

  • 12.

    U neemt vier werkdagen voor aanvang van het evenement telefonisch of per e-mail contact op met het Team Wegen (tel. 0344 - 64 90 90).

  • 13.

    U brengt direct na afloop van het evenement de weg weer terug in de oude toestand, zonodig herstelt u de berm in de oude toestand.

4. Meldingsplicht

  • 1.

    Minimaal acht weken voor aanvang van het evenement, meldt u dit via een meldings formulier. Dit formulier kunt u downloaden via de website (www.wsrl.nl) of aanvragen van de afdeling vergun nin gen (0344 - 64 94 94).

  • 2.

    Het waterschap toetst de melding aan de algemene regel en reageert binnen twee weken met een bevestigingsbrief wanneer de melding akkoord is.

  • 3.

    U mag niet met het evenement beginnen voordat u de bevestigingsbrief hebt ontvangen.

  • 4.

    Bij het meldingsformulier levert u minimaal de volgende gegevens aan:

    • Beschrijving van het soort en karakter van het evenement.

    • Datum en tijden.

    • Naam van de wegen die gebruikt worden + kaart.

    • Naam en telefoonnummer van de contactpersoon.

    • Bij volledige afsluiting van een weg een omleidingsroute.

5. Met welke regels van het waterschap hebt u nog meer te maken?

U wilt een evenement houden op een weg maar kunt niet voldoen aan één of meer van de voor waarden uit de algemene regel? Dan toetsen wij uw aanvraag aan de overige regels van de Wegen verordening. Misschien kunt u dan toch een vergunning krijgen.

Wilt u meer informatie? Belt u dan met (0344) 64 94 94.

U wilt voor uw evenement verwijsborden plaatsen? Ook hiervoor hebt u vergunning van het water schap nodig. Maar als u zich houdt aan algemene regel 2, is ook hiervoor een melding voldoende.

Algemene regel 2. Het plaatsen van borden bij evenementen

1. Kader

Op grond van artikel 2.2, onder c van de Wegenverordening Waterschap Rivierenland 2010 is het verboden om zonder vergunning van het bestuur op de weg enig werk aan te brengen, te houden, te veranderen of te verwijderen boven, op, in, of onder de weg. Dit betekent dat voor het plaatsen van tijdelijke borden bij evenementen op de weg een vergunning van het waterschap nodig is.

2. Toelichting van de algemene regel

In het gebied de Alblasserwaard en Vijfheerenlanden beheert het waterschap veel wegen buiten de bebouwde kom. Het waterschap is verantwoordelijk voor de veiligheid op de weg.

Evenementen die worden gehouden worden vaak aangekondigd met tijdelijke verwijsborden. De borden worden geplaatst vanuit verkeersveiligheids- en doorstromingsmotieven. Dit komt regelmatig voor. Daar om heeft het waterschap regels gemaakt waaraan het plaatsen van tijdelijke verwijsborden moet vol doen.

Als u voldoet aan de voorwaarden die hieronder staan, hoeft u geen vergunning aan te vragen. Een melding is dan voldoende.

3. Criteria en voorwaarden

  • U wilt tijdelijk verwijsborden plaatsen naast de rijbaan van een weg die in beheer is bij Waterschap Rivierenland. Als u de borden plaatst volgens de regels die hieronder staan, is het voldoende dat u dit meldt.

  • 1.

    U plaatst de borden zo dat deze geen gevaar en hinder voor de overige weggebruikers veroor zaken.

  • 2.

    U plaatst het bord zo dat de zijkant buiten zone B valt van de zoneringstekening (bijlage 1).

  • 3.

    De borden zijn niet groter dan 1.00 m bij 1.00 m.

  • 4.

    Bij het plaatsen van de borden houdt u rekening met de eventuele ligging van kabels en leidingen. Voor nadere informatie verwijzen wij u naar de website van het kadaster (http://www.kadaster.nl/klic/).

  • 5.

    U verwijdert de borden direct na het evenement en herstelt de berm in oude toestand.

4. meldingsplicht

  • 1.

    Minimaal vier weken voordat u de borden plaatst, meldt u dit via een meldingsformulier. Dit formulier kunt u downloaden via de website (www.wsrl.nl) of aanvragen bij de afdeling vergun ningen (0344   64 94 94).

  • 2.

    Het waterschap toetst de melding aan de algemene regel en reageert binnen twee weken met een bevestigingsbrief wanneer de melding akkoord is.

  • 3.

    U mag de borden niet plaatsen voordat u de bevestigingsbrief hebt ontvangen.

  • 4.

    Bij het meldingsformulier voegt u een situatietekening toe, waarop de volgende zaken duidelijk zijn aangegeven:

    • kaart met locatie van de te plaatsen borden.

5. Met welke regels van het waterschap hebt u nog meer te maken?

U wilt verwijsborden plaatsen voor een evenement maar kunt niet voldoen aan één of meer van de voorwaarden uit de algemene regel? Dan toetsen wij uw aanvraag aan de overige regels van de Wegen verordening. Misschien kunt u dan toch een vergunning krijgen. Wilt u meer informatie? Belt u dan met (0344) 64 94 94.

U houdt het evenement op een weg die in beheer is bij het waterschap? Ook hiervoor hebt u ver gun ning van het waterschap nodig. Maar als u zich houdt aan algemene regel 1, is ook hiervoor een mel ding voldoende.

Wilt u de borden plaatsen op een waterkering of vlak langs een watergang? Dan hebt u ook te maken met de regels uit de Keur van het waterschap. Belt u voor meer informatie (0344) 64 94 94.

Algemene regel 3. Het plaatsen van toeristische en overige bewegwijzeringsborden

1. Kader

Op grond van artikel 2.2, onder c van de Wegenverordening Waterschap Rivierenland 2010 is het verboden om zonder vergunning van het bestuur op de weg enig werk aan te brengen, te houden, te veranderen of te verwijderen boven, op, in, of onder de weg. Dit betekent dat voor het plaatsen van toeristische bewegwijzeringsborden en overige bewegwijzeringsborden een vergunning van het Waterschap nodig is.

2. Toelichting van de algemene regel

In het gebied de Alblasserwaard en Vijfheerenlanden beheert het waterschap veel wegen buiten de bebouwde kom. Het waterschap is verantwoordelijk voor de veiligheid op de weg.

Om een route voor de weggebruiker duidelijk te maken, worden verschillende bewegwijzerings borden gebruikt. Voorbeeld hiervan zijn toeristische borden (fietsknooppunten, lange afstands routes) of borden die verwijzen naar horeca, dagrecreatie, ziekenhuizen of begraafplaats.

Het plaatsen van dit soort borden komt regelmatig voor. Daarom heeft het waterschap regels gemaakt waaraan het plaatsen van dit soort borden moet voldoen. Als u voldoet aan de voorwaarden die hier onder staan, hoeft u geen vergunning aan te vragen. Een melding is dan voldoende.

3. Criteria en voorwaarden

  • U wilt een toeristische of een overige bewegwijzeringsbord plaatsen naast de rijbaan van een weg die in beheer is van Waterschap Rivierenland. Als u de toeristische of overige bewegwijzeringsborden plaatst volgens de regels die hieronder staan, is het voldoende dat u dit meldt.

  • 1.

    U plaatst de toeristische of overige bewegwijzeringsborden volgens de Richtlijn bewegwijzering, publicatie 222 van het CROW, vastgesteld in juli 2005. Dit geldt voor de locatie, vormgeving, maat voering en kleurstellingen.

  • 2.

    Bij het plaatsen van de borden houdt u rekening met de eventuele ligging van kabels en leidingen. Voor nadere informatie verwijzen wij u naar de website van het kadaster (http://www.kadaster.nl/klic/).

  • 3.

    U zorgt er voor dat de borden in een goede staat van onderhoud blijven.

4. Meldingsplicht

  • 1.

    Minimaal vier weken voordat u wilt beginnen met het plaatsen van toeristische of overige beweg wijzeringsborden, meldt u dit via een meldingsformulier. Dit formulier kunt u downloaden via de website (www.wsrl.nl) of aanvragen bij de afdeling vergunningen (0344 - 64 94 94).

  • 2.

    Het waterschap toetst de melding aan de algemene regel en reageert binnen twee weken met een bevestigingsbrief wanneer de melding akkoord is.

  • 3.

    U mag met het plaatsen van de borden niet beginnen voordat u de bevestigingsbrief hebt ont vangen.

  • 4.

    Bij het meldingsformulier voegt u een situatietekening toe, waarop de volgende zaken duidelijk zijn aangegeven:

    • kaart met locatie van de te plaatsen borden;

    • foto(s) van de te plaatsen borden.

5. Met welke regels van het waterschap hebt u nog meer te maken?

U wilt toeristische of overige bewegwijzeringsborden plaatsen maar kunt niet voldoen aan één of meer van de voorwaarden uit de algemene regel? Dan toetsen wij uw aanvraag aan de overige regels van de Wegenverordening. Misschien kunt u dan toch een vergunning krijgen. Wilt u meer informatie? Belt u dan met (0344) 64 94 94.

Wilt u de borden plaatsen op een waterkering of vlak langs een watergang? Dan hebt u ook te maken met de regels uit de Keur van het waterschap. Belt u voor meer informatie (0344) 64 94 94.

Algemene regel 4. Het plaatsen van mottoborden

1. Kader

Op grond van artikel 2.2, onder c van de Wegenverordening Waterschap Rivierenland 2010 is het verboden om zonder vergunning van het bestuur op de weg enig werk aan te brengen, te houden, te veranderen of te verwijderen boven, op, in, of onder de weg. Dit betekent dat voor het plaatsen van mottoborden op de weg een vergunning van het Waterschap nodig is.

2. Toelichting van de algemene regel

In het gebied de Alblasserwaard en Vijfheerenlanden beheert het Waterschap veel wegen buiten de bebouwde kom. Het Waterschap is verantwoordelijk voor de veiligheid op de weg.

Mottoborden zijn borden bedoeld om de weggebruiker verkeersrelevante informatie te verschaf fen als mede, om aandacht te schenken aan veilig verkeersgedrag. Een voorbeeld hiervan is 'Bob jij of Bob ik?'.

Dit komt regelmatig voor. Daarom heeft het waterschap regels gemaakt waaraan het plaatsen van deze borden moet voldoen.

Als u voldoet aan de voorwaarden die hieronder staan, hoeft u geen vergunning aan te vragen. Een melding is dan voldoende.

3. Criteria en voorwaarden

  • U wilt een mottobord plaatsen naast de rijbaan van een weg die in beheer is bij Waterschap Rivierenland. Als u dat plaatst volgens de regels die hieronder staan, is het voldoende dat u dit meldt.

  • 1.

    U plaatst het bord zo dat het geen gevaar en hinder voor de overige weggebruikers veroorzaakt en houdt daarbij rekening met uw eigen veiligheid.

  • 2.

    U plaatst het bord zo dat de zijkant buiten zone B valt van de zoneringstekening (bijlage 1).

  • 3.

    U mag het bord niet plaatsen aan wegmeubilair.

  • 4.

    Bij het plaatsen van het bord houdt u rekening met de eventuele ligging van kabels en leidingen. Voor nadere informatie verwijzen wij u naar de website van het kadaster (http://www.kadaster.nl/klic/).

  • 5.

    U verwijdert het bord direct na afloop van de campagne, tenzij gebruik gemaakt wordt van zogenoemde posterframes (vaste wissellijst) en herstelt de berm in oude toestand.

4. Meldingsplicht

  • 1.

    Minimaal vier weken voordat u de borden plaatst, meldt u dit via een meldingsformulier. Dit formu lier kunt u downloaden via de website (www.wsrl.nl) of aanvragen bij de afdeling ver gun ningen (0344 - 64 94 94).

  • 2.

    Het waterschap toetst de melding aan de algemene regel en reageert binnen twee weken met een bevestigingsbrief wanneer de melding akkoord is.

  • 3.

    U mag de borden niet plaatsen voordat u de bevestigingsbrief hebt ontvangen.

  • 4.

    Bij het meldingsformulier voegt u een situatietekening toe, waarop de volgende zaken duidelijk zijn aangegeven:

    • kaart met locatie van de te plaatsen borden;

    • de afmetingen van het mottobord;

    • de tekst en afbeeldingen zoals die op het mottobord worden geplaatst.

5. Met welke regels van het waterschap hebt u nog meer te maken?

U wilt tijdelijk mottoborden plaatsen maar kunt niet voldoen aan één of meer van de voor waarden uit de algemene regel? Dan toetsen wij uw aanvraag aan de overige regels van de Wegenverordening. Mis schien kunt u dan toch een vergunning krijgen. Wilt u meer informa tie? Belt u dan met (0344) 64 94 94.

Wilt u de borden plaatsen op een waterkering of vlak langs een watergang? Dan hebt u ook te maken met de regels uit de Keur van het waterschap. Belt u voor meer informatie (0344) 64 94 94.

Algemene regel 5. Het plaatsen van een verkeersspiegel

1. Kader

Op grond van artikel 2.2, onder c van de Wegenverordening Waterschap Rivierenland 2010 is het verboden om zonder vergunning van het bestuur op de weg enig werk aan te brengen, te houden, te veranderen of te verwijderen boven, op, in, of onder de weg. Dit betekent dat voor het plaatsen van een verkeersspiegel een vergunning van het waterschap nodig is.

2. Toelichting van de algemene regel

In het gebied de Alblasserwaard en Vijfheerenlanden beheert het waterschap veel wegen buiten de bebouwde kom. Het waterschap is verantwoordelijk voor de veiligheid op de weg.

Het uitzicht vanaf een uitrit wordt soms belemmerd door bebouwing, beplanting of door het bochtig verloop van de weg. Een verkeersspiegel kan in die situaties nuttig zijn. Het plaatsen van een verkeers spiegel komt regelmatig voor. Daarom heeft het waterschap regels gemaakt waaraan het plaatsen van een verkeersspiegel moet voldoen.

Als u voldoet aan de voorwaarden die hieronder staan, hoeft u geen vergunning aan te vragen. Een melding is dan voldoende.

3. Criteria en voorwaarden

  • U wilt een verkeersspiegel plaatsen naast de rijbaan van een weg die in beheer is bij Waterschap Rivierenland. Als u de verkeersspiegel plaatst volgens de regels die hieronder staan, is het voldoende dat u dit meldt.

  • 1.

    U plaatst de verkeersspiegel zodanig dat er geen gevaar en hinder voor de overige weggebrui kers ontstaat en houdt daarbij rekening met uw eigen veiligheid.

  • 2.

    U plaatst het bord zo dat de zijkant buiten zone B valt van de zoneringstekening (bijlage 1).

  • 3.

    Bij het plaatsen van de verkeersspiegel houdt u rekening met de eventuele ligging van kabels en leidingen. Voor nadere informatie verwijzen wij u naar de website van het kadaster (http://www.kadaster.nl/klic/).

  • 4.

    U onderhoudt na plaatsing een strook van 1 meter rondom de verkeersspiegel (maaien berm).

  • 5.

    Schade die eventueel aan de verkeersspiegel ontstaat kunt u niet verhalen op het waterschap.

  • 6.

    U onderhoudt de verkeersspiegel en zorgt ervoor dat de verkeersspiegel in goede staat blijft.

4. Meldingsplicht

  • 1.

    Minimaal vier weken voordat u wilt beginnen met het plaatsen van de verkeersspiegel, meldt u dit via een meldingsformulier. Dit formulier kunt u downloaden via de website (www.wsrl.nl) of aan vragen via de afdeling vergunningen (0344 - 64 94 94).

  • 2.

    Het waterschap toetst de melding aan de algemene regel en reageert binnen twee weken met een bevestigingsbrief wanneer de melding akkoord is.

  • 3.

    U mag niet met het plaatsen van de verkeersspiegel beginnen voordat u de bevestigingsbrief hebt ontvangen.

5. Met welke regels van het waterschap hebt u nog meer te maken?

U wilt een verkeersspiegel plaatsen maar kunt niet voldoen aan één of meer van de voorwaarden uit de algemene regel? Dan toetsen wij uw aanvraag aan de overige regels van de Wegenverordening. Mis schien kunt u dan toch een vergunning krijgen. Wilt u meer informatie? Belt u dan met (0344) 64 94 94.

Wilt u de verkeersspiegel plaatsen op een waterkering of vlak langs een watergang? Dan hebt u ook te maken met de regels uit de Keur van het waterschap. Belt u voor meer informatie (0344) 64 94 94.

Algemene regel 6. Het plaatsen van obstakels in de berm t.b.v. objectbescherming

1. Kader

Op grond van artikel 2.2, onder c van de Wegenverordening Waterschap Rivierenland 2010 is het ver boden om zonder vergunning van het bestuur op de weg werken uit te voeren, op te richten, te hebben, in stand te houden, te wijzigen of te verwijderen. Dit betekent dat voor het plaatsen van obstakels in de berm een vergunning van het waterschap nodig is.

2. Toelichting van de algemene regel

In het gebied de Alblasserwaard en Vijfheerenlanden beheert het waterschap veel wegen buiten de bebouwde kom. Het waterschap is verantwoordelijk voor de veiligheid op de weg.

De grens van de weg wordt geacht te liggen op ten minste 1,50 meter uit de kant van de voor het ver keer bestemde banen. Deze strook van 1,50 meter moet in beginsel vrij gehouden worden. Er staat echter ook veel bebouwing op deze strook. Aanwonenden willen hun bezittingen die kort langs de weg liggen, zoals woningen, schuren, hagen en tuinen beschermen tegen het verkeer. Dat willen zij doen door het plaatsen van obstakels direct langs de weg. Het gaat om stenen, keien, bloembakken, beton blokken, palen etc.

Het plaatsen van dit soort objecten komt regelmatig voor. Daarom heeft het waterschap regels gemaakt waaraan het plaatsen van dit soort objecten moet voldoen.

Als u voldoet aan de voorwaarden die hieronder staan, hoeft u geen vergunning aan te vragen. Een melding is dan voldoende.

3. Criteria en voorwaarden

  • U wilt een obstakel in de berm plaatsen als objectbescherming op een weg die in beheer is van Waterschap Rivierenland. Als u de obstakels plaatst volgens de regels die hieronder staan, is het voldoende dat u dit meldt.

  • 1.

    Op het gedeelte weg waar uw woning/bezitting staat is de geldende maximum snelheid niet hoger dan 60 km/uur.

  • 2.

    Op het gedeelte weg waar uw woning/bezitting staat is sprake van lintbebouwing, dat wil zeggen een vrijwel aaneengesloten huizenrij langs de weg.

  • 3.

    De grond waar u het obstakel plaatst is uw eigendom.

  • 4.

    U plaatst de obstakels zover mogelijk van de voor het verkeer bestemde rijbaan en houdt daarbij ook rekening met uw eigen veiligheid.

  • 5.

    U plaatst het obstakel zo dat het buiten zone B valt van de zoneringstekening (bijlage 1).

  • 6.

    De obstakels hebben geen scherpe of uitstekende delen.

  • 7.

    U plaatst op deze obstakels reflectoren of u schildert de objecten wit en zorgt ervoor dat deze situatie zo blijft.

  • 8.

    Als aan de weg onderhoud uitgevoerd wordt, verwijdert u de aangebrachte obstakels.

  • 9.

    U plaatst de obstakels alleen terug als de obstakels buiten zone B van de zoneringstekening komen te staan.

  • 10.

    Schade die eventueel aan de obstakels ontstaat kunt u niet verhalen op het waterschap.

4. Meldingsplicht

  • 1.

    Minimaal vier weken voordat u wilt beginnen met het werk, meldt u dit via een meldingsformulier. Dit formulier kunt u downloaden via de website (www.wsrl.nl) of aanvragen via de afdeling vergun nin gen (0344 - 64 94 94).

  • 2.

    Het waterschap toetst de melding aan de algemene regel en reageert binnen twee weken met een toestemmingsbrief wanneer de melding akkoord is.

  • 3.

    U mag niet met het werk beginnen voordat u de toestemmingsbrief hebt ontvangen.

  • 4.

    U voegt bij het meldingsformulier een situatietekening toe. Hierop zijn de volgende zaken duide lijk aangegeven:

    • de plaats waar u de obstakels wilt plaatsen;

    • het materiaal en de afmetingen van de obstakels.

5. Met welke regels van het waterschap hebt u nog meer te maken?

U wilt een obstakel plaatsen maar kunt niet voldoen aan één of meer van de voorwaarden uit de alge mene regel? Dan toetsen wij uw aanvraag aan de overige regels van de Wegenverordening. Misschien kunt u dan toch een vergunning krijgen. Wilt u meer informatie? Belt u dan met (0344) 64 94 94.

Wilt u een obstakel plaatsen op een waterkering of vlak langs een watergang? Dan hebt u ook te maken met de regels uit de Keur van het waterschap. Belt u voor meer informatie (0344) 64 94 94.

Algemene regel 7. Het plaatsen van een afrastering langs onbebouwde percelen

1. Kader

Op grond van artikel 2.2 van de Wegenverordening Waterschap Rivierenland 2010 is het ver boden om zonder vergunning van het bestuur op de weg werken uit te voeren, op te richten, te hebben, in stand te houden, te wijzigen of te verwijderen. Dit betekent dat voor het plaatsen van een afrastering in de berm een vergunning van het waterschap nodig is.

2. Toelichting van de algemene regel

In het gebied de Alblasserwaard en Vijfheerenlanden beheert het waterschap veel wegen buiten de bebouwde kom. Het waterschap is verantwoordelijk voor de veiligheid op de weg.

De grens van de weg wordt geacht te liggen op ten minste 1,50 meter uit de kant van de voor het verkeer bestemde banen. Deze strook van 1,50 meter moet in beginsel vrij gehouden worden. Langs onbebouw de percelen staat meestal een afrastering. Op dijkpercelen staan de afrasteringen vaak dichter bij de weg dan 1.50 meter. Dit heeft te maken met de geringe breedte van de wegberm.

Het plaatsen van afrasteringen komt regelmatig voor. Daarom heeft het waterschap hiervoor regels. Als u voldoet aan de voorwaarden die hieronder staan, hoeft u geen vergunning aan te vragen. Een melding is dan voldoende.

3. Criteria en voorwaarden

  • U wilt een afrastering in de berm plaatsen langs een weg die in beheer is bij Waterschap Rivierenland. Als u de afrastering plaatst volgens de regels die hieronder staan, is het voldoende dat u dit meldt.

  • 1.

    De afrastering is niet voorzien van prikkeldraad of andere uitstekende delen.

  • 2.

    U plaatst de afrastering zover mogelijk af van de voor het verkeer bestemde rijbaan en houdt daarbij rekening met uw eigen veiligheid.

  • 3.

    U plaatst de afrastering buiten zone B van de zoneringstekening (bijlage 1).

  • 4.

    U maakt de afrastering niet hoger dan 1.00 meter.

  • 5.

    De grond waarop u de afrastering plaatst is uw eigendom.

  • 6.

    U onderhoudt de afrastering in goede staat.

  • 7.

    De afrastrering plaatst u langs een onbebouwd perceel.

4. Meldingsplicht

  • 1.

    Minimaal vier weken voordat u wilt beginnen met het werk, meldt u dit via een meldingsformulier. Dit formulier kunt u downloaden via de website (www.wsrl.nl) of aanvragen bij de afdeling vergunningen (0344 - 64 94 94).

  • 2.

    Het waterschap toetst de melding aan de algemene regel en reageert binnen twee weken met een toestemmingsbrief wanneer de melding akkoord is.

  • 3.

    U mag niet met het werk beginnen voordat u de toestemmingsbrief hebt ontvangen.

  • 4.

    U voegt bij het meldingsformulier een situatietekening toe. Hierop zijn de volgende zaken duidelijk aangegeven:

    • de plaats waar u de afrastering wilt plaatsen;

    • het materiaal en de afmetingen van de afrastering.

5. Met welke regels van het waterschap hebt u nog meer te maken?

U wilt een afrastering plaatsen maar kunt niet voldoen aan één of meer van de voorwaarden uit de algemene regel? Dan toetsen wij uw aanvraag aan de overige regels van de Wegenverordening. Mis schien kunt u dan toch een vergunning krijgen. Wilt u meer informatie? Belt u dan met (0344) 64 94 94.

Wilt u een afrastering plaatsen op een waterkering of vlak langs een watergang? Dan hebt u ook te maken met de regels uit de Keur van het waterschap. Belt u voor meer informatie (0344) 64 94 94.

Algemene regel 8. Het tijdelijk plaatsen van (bouw)materialen in de berm

 1. Kader

Op grond van artikel 2.2, onder c van de Wegenverordening Waterschap Rivierenland 2010 is het verboden om zonder vergunning van het bestuur op de weg enig werk aan te brengen, te houden, te veranderen of te verwijderen boven, op, in, of onder de weg. Dit betekent dat voor het tijdelijk plaatsen van bouwmaterialen in de berm een vergunning van het Waterschap nodig is.

2. Toelichting van de algemene regel

In het gebied de Alblasserwaard en Vijfheerenlanden beheert het Waterschap veel wegen buiten de bebouwde kom. Het Waterschap is verantwoordelijk voor de veiligheid op de weg.

Het is soms niet mogelijk om bouwmaterialen op eigen terrein op te slaan. Het tijdelijk plaatsen van (bouw)materialen in de berm komt regelmatig voor. Daarom heeft het Waterschap regels gemaakt waaraan het tijdelijk plaatsen van bouwmaterialen in de berm moet voldoen.

Als u voldoet aan de voorwaarden die hieronder staan, hoeft u geen vergunning aan te vragen. Een melding is dan voldoende.

3. Criteria en voorwaarden

  • U wilt tijdelijk bouwmaterialen plaatsen naast de rijbaan van een weg die in beheer is bij Waterschap Rivierenland. Als u de (bouw)materialen plaatst volgens de regels die hieronder staan, is het voldoende dat u dit meldt.

  • 1.

    Op het gedeelte weg waar u in de wegberm tijdelijk (bouw)materialen wilt plaatsen is de geldende maximum snelheid niet hoger dan 60 km/uur.

  • 2.

    Op uw eigen perceel hebt u geen ruimte om de (bouw)materialen op te slaan.

  • 3.

    U plaatst het (bouw)materiaal zichtbaar en herkenbaar in de berm en zodanig dat er geen gevaar of hinder voor de overige weggebruikers ontstaat.

  • 4.

    U plaatst het (bouw)materiaal buiten zone B van de zoneringstekening (bijlage 1).

  • 5.

    U plaatst aan beide kanten van het bouwmateriaal een zogenoemd geleidebaken (zie bij lage 2).

  • 6.

    Na het gereedkomen van de werkzaamheden herstelt u de wegberm weer in oude staat en zo nodig zaait u de berm in met een graszaadmengsel.

4. Meldingsplicht

  • 1.

    Minimaal vier weken voordat u wilt beginnen met het tijdelijk plaatsen van het bouwmateriaal, meldt u dit via een meldingsformulier. Dit formulier kunt u downloaden via de website (www.wsrl.nl) of aanvragen bij de afdeling vergunningen (0344 - 64 94 94).

  • 2.

    Het waterschap toetst de melding aan de algemene regel en reageert binnen twee weken met een toestemmingsbrief wanneer de melding akkoord is.

  • 3.

    U mag niet met het werk beginnen voordat u de toestemmingsbrief hebt ontvangen.

  • 4.

    U voegt bij het meldingsformulier een situatietekening toe. Hierop zijn de volgende zaken duide lijk aangegeven:

    • de plaats waar u het bouwmateriaal en de geleidebakens wilt plaatsen;

    • de aard en de afmetingen van het bouwmateriaal.

    Ook geeft u aan hoe lang u de (bouw)materialen in de berm plaatst.

5. Met welke regels van het waterschap hebt u nog meer te maken?

U wilt tijdelijk bouwmateriaal plaatsen maar kunt niet voldoen aan één of meer van de voorwaarden uit de algemene regel? Dan toetsen wij uw aanvraag aan de overige regels van de Wegen verorde ning. Mis schien kunt u dan toch een vergunning krijgen.

Wilt u meer informatie? Belt u dan met (0344) 64 94 94.

Wilt u het bouwmateriaal plaatsen op een waterkering of vlak langs een watergang? Dan hebt u ook te maken met de regels uit de Keur van het waterschap. Belt u voor meer informatie (0344) 64 94 94.

Algemene regel 9. Het planten van struiken of heggen

1. Kader

Op grond van artikel 2.2, onder c van de Wegenverordening Waterschap Rivierenland 2010 is het verboden om zonder vergunning van het bestuur op de weg enig werk aan te brengen, te houden, te veranderen of te verwijderen boven, op, in, of onder de weg. Dit betekent dat voor het planten van struiken of heggen een vergunning van het waterschap nodig is.

2. Toelichting van de algemene regel

In het gebied de Alblasserwaard en Vijfheerenlanden beheert het Waterschap veel wegen buiten de bebouwde kom. Het Waterschap is verantwoordelijk voor de veiligheid op de weg.

Het uitgangspunt is dat de wegbermen zo veel mogelijk vrij blijven van obstakels in verband met de veilig heid voor de wegggebruikers en meer algemeen de bruikbaarheid van de weg. Regelmatig krijgt het waterschap het verzoek om struiken of heggen in de wegberm te mogen aanbrengen. Hoe ver beplan ting uit de kant van de voor het verkeer bestemde banen moet staan hangt voornamelijk af van de functie van de weg.

Beplanting dicht bij de rijbaan geeft een visuele versmalling waardoor de snelheid van het verkeer af neemt. Dit geeft vaak een verbetering van de verkeersveiligheid. De beplanting mag echter geen bots onvriendelijk obstakel vormen. Als de diameter van takken en stammen kleiner is dan 8 cm mag de struik of heg geplant worden binnen de obstakelvrije zone. Voor de verschillende wegen is deze afstand aangegeven op de zoneringstekening bijlage1.

Een uitzondering vormt de erftoegangsweg met lintbebouwing. Hiervoor zijn aparte regels.

Deze algemene regel geldt niet voor bomen.

Deze algemene regel geldt niet als de weg op een waterkering ligt.

3. Criteria en voorwaarden

  • U wilt een heg of struiken planten in de berm van een weg die in beheer is van Waterschap Rivierenland. Als u voldoet aan de voorwaarden die hieronder staan, hoeft u geen vergunning aan te vragen. Een mel ding is dan voldoende.

  • 1.

    U plant de heg of struiken buiten zone C van de zoneringstekening (bijlage 1).

  • 2.

    De diameter van de takken en de stammen zijn blijvend kleiner dan 8 cm.

  • 3.

    De grond waar u de struik of heg plant is uw eigendom.

  • 4.

    Bij een erftoegangsweg met lintbebouwing mag u planten buiten afstand B van de zonerings tekening als:

    • a.

      de diameter van de takken en de stammen blijvend kleiner zijn dan 8 cm;

    • b.

      de grond waar u de struiken of heg plant uw eigendom is;

    • c.

      de overige hagen en struiken langs de weg ook buiten afstand B van de zoneringstekening staan;

    • d.

      de takken van de heg of struik niet op kortere afstand dan 0,50 m van kant asfalt komen.

4. Meldingsplicht

  • 1.

    Minimaal vier weken voordat u wilt beginnen met het planten van de heg of struik, meldt u dit via een meldingsformulier. Dit formulier kunt u downloaden via de website (www.wsrl.nl) of aan vragen bij de afdeling vergunningen (0344 - 64 94 94).

  • 2.

    Het waterschap toetst de melding aan de algemene regel en reageert binnen twee weken met een bevestigingsbrief wanneer de melding akkoord is.

  • 3.

    U mag niet met het planten beginnen voordat u de bevestigingsbrief hebt ontvangen.

5. Met welke regels van het waterschap hebt u nog meer te maken?

U wilt een heg of struik planten maar kunt niet voldoen aan één of meer van de voorwaarden uit de algemene regel? Dan toetsen wij uw aanvraag aan de overige regels van de Wegenverordening. Mis schien kunt u dan toch een vergunning krijgen. Wilt u meer informatie? Belt u dan met (0344) 64 94 94.

Wilt u een heg of struik planten op een waterkering of vlak langs een watergang? Dan hebt u ook te maken met de regels uit de Keur van het waterschap. Belt u voor meer informatie (0344) 64 94 94.

Algemene regel 10. Het maken van een uitweg naar de openbare weg

(In plaats van "uitweg" wordt ook wel de term "inrit of uitrit" gebruikt; het gaat feitelijk om dezelfde situatie)

1. Kader

Op grond van artikel 2.2, onder b van de Wegenverordening Waterschap Rivierenland 2010 is het ver boden om zonder vergunning van het bestuur veranderingen aan de weg aan te brengen. Dit betekent dat voor het maken van een uitweg naar de openbare weg een vergunning van het Waterschap nodig is.

2. Toelichting van de algemene regel

In het gebied de Alblasserwaard en Vijfheerenlanden beheert het Waterschap veel wegen buiten de bebouwde kom. Het Waterschap is verantwoordelijk voor de veiligheid op de weg.

Om een (huis)perceel te kunnen gebruiken, is het nodig dat er een uitweg naar de openbare weg is. Het maken van een uitweg komt veel voor. Daarom heeft het waterschap regels gemaakt waaraan een uit weg moet voldoen.

Als u een uitweg wilt maken en u voldoet aan de voorwaarden die hieronder staan, hoeft u geen ver gunning aan te vragen. Een melding is dan voldoende.

3. Criteria en voorwaarden

  • U wilt een uitweg maken naar een weg die in beheer is bij Waterschap Rivierenland. Als deze weg een erftoegangsweg is (snelheidsregime 60 km/uur of lager) en u de uitweg maakt volgens de regels die hieronder staan, is het voldoende dat u dit meldt.

  • 1.

    De weg waarop u uw uitweg wilt aansluiten is een erftoegangsweg.

  • 2.

    U maakt de uitweg niet over een A-watergang of op een waterkering.

  • 3.

    U hebt vanaf uw perceel nog geen uitweg naar de openbare weg;

  • 4.

    U maakt de uitweg zodanig dat het voor de overige weggebruikers duidelijk is dat het een uitweg is en geen zijweg en/of tak van een kruispunt.

  • 5.

    U realiseert dit door het toepassen van een andere verhardingssoort of kleur dan die van de weg waarop de uitweg aansluit en u maakt het verhardingsoppervlak van de uitweg niet breder dan 5 meter.

  • 6.

    Binnen een afstand van 1,50 meter - haaks gemeten vanuit de verharding van de betrokken weg - maakt u geen opstaande constructies (obstakels).

  • 7.

    U sluit de uitweg zo aan op de openbare weg, dat de afwatering vanaf de openbare weg altijd ongehinderd kan plaatsvinden.

  • 8.

    U legt de verharding van de uitweg onder een helling van 1:20 afwaterend van de weg;

  • 9.

    U sluit de uitweg zonder hoogteverschil aan op de bestaande wegverharding en u zorgt dat er ook in de toekomst geen hoogteverschil ontstaat.

  • 10.

    U houdt de aansluiting op de openbare weg schoon en in goede staat.

  • 11.

    Als er bomen in de wegberm staan, beschadigt u de boomwortels niet.

  • 12.

    Als een boom de aanleg van de uitweg belemmert, mag u de boom eventueel verplaatsen. U moet daarbij de aanwijzingen van het waterschap opvolgen.

  • 13.

    Indien u de boom niet kunt verplaatsen dan kunt u een boom herplanten. Ook hiervoor moet u de aanwijzingen van het waterschap opvolgen.

  • 14.

    Als herplant niet mogelijk is brengen wij u een financiële compensatie in rekening van € 150,00 per boom voor het in stand houden van ons bomenareaal.

  • 15.

    U zorgt er voor dat het verkeer zo min mogelijk hinder van de werkzaamheden heeft. Ook moet u ervoor zorgen dat de werkzaamheden duidelijk worden aangegeven, bijvoorbeeld door (waar schuwings)borden.

  • 16.

    Minimaal één week voordat u begint moet u over deze waarschuwingsborden overleg voeren met het Team Wegen, tel. (0344) 64 90 90.

  • 17.

    De te gebruiken wegafzetting moet voldoen aan de CROW-publicatie 96b.

  • 18.

    U werkt alleen tussen zonsopkomst en zonsondergang aan de aansluiting op de weg. Als u een gedeelte van de weg moet opbreken om de uitweg aan te sluiten, moet dat gedeelte in ieder geval tussen zonsondergang en zonsopkomst weer dicht en verhard zijn.

  • 19.

    Voordat u begint, gaat u na of er kabels, leidingen en/of kranen en dergelijke in de wegberm liggen;

  • 20.

    U bent verantwoordelijk voor alle verplichtingen die met deze melding te maken hebben. Hebt u met het maken van de uitweg schade veroorzaakt aan het wegdek, de berm, of de beplanting? Dan moet u dit direct op uw kosten herstellen.

  • 21.

    Met uw werkzaamheden mag u geen schade of overlast voor anderen veroorzaken.

  • 22.

    Als het waterschap het nodig vindt om tijdelijk verkeerstekens/verkeersborden te plaatsen of weg te halen, moet u de daarvoor gemaakte kosten betalen.

  • 23.

    Binnen 24 maanden na de datum van onze toestemmingsbrief moet u begonnen zijn met het maken van de uitweg. Als u dan niet bent begonnen, en u wilt toch een uitweg maken, moet u opnieuw een melding bij het Waterschap indienen.

4. Meldingsplicht

  • 1.

    Minimaal vier weken voordat u wilt beginnen met het maken van de uitweg, meldt u dit via een meldingsformulier. Dit formulier kunt u downloaden via de website (www.wsrl.nl) of aanvragen bij de afdeling vergunningen (0344 - 64 94 94).

  • 2.

    Het waterschap toetst de melding aan de algemene regel en reageert binnen twee weken met een bevestigingsbrief wanneer de melding akkoord is.

  • 3.

    U mag niet met het werk beginnen voordat u de bevestigingsbrief hebt ontvangen.

  • 4.

    Bij het meldingsformulier voegt u een situatietekening toe, waarop de volgende zaken duidelijk zijn aangegeven:

    • de locatie van de uitweg;

    • de afmetingen van de uitweg.

5. Met welke regels van het waterschap hebt u nog meer te maken?

U wilt een uitweg maken naar de openbare weg maar kunt niet voldoen aan één of meer van de voor waarden uit de algemene regel? Dan toetsen wij uw aanvraag aan de overige regels van de Wegen verordening. Misschien kunt u dan toch een vergunning krijgen.

Wilt u meer informatie? Belt u dan met (0344) 64 94 94.

Komt de uitweg op een waterkering te liggen of over een watergang? Dan hebt u ook te maken met de regels uit de Keur van het waterschap. Belt u voor meer informatie (0344) 64 94 94.

Algemene regel 11. Het leggen van kabels en leidingen

1. Kader

Op grond van artikel 2.2, onder c van de Wegenverordening Waterschap Rivierenland 2010 is het ver boden om zonder vergunning van het bestuur enig werk aan te brengen, te houden, te veranderen of te verwijderen boven, op, in, of onder de weg. Dit betekent dat voor het het leggen van kabels en leidingen langs of onder de openbare weg een vergunning van het waterschap nodig is.

2. Toelichting van de algemene regel

In het gebied de Alblasserwaard en Vijfheerenlanden beheert het Waterschap veel wegen buiten de bebouwde kom. Het Waterschap is verantwoordelijk voor de veiligheid op de weg.

Het leggen van kabels en leidingen is een veel voorkomend werk langs of onder de weg. Het water schap heeft regels gemaakt voor eenvoudige werkzaamheden bij het leggen van kabels en leidingen.

Als u voldoet aan de regels die hieronder staan, hoeft u geen vergunning aan te vragen. Een melding is dan voldoende.

Bij deze werkzaamheden komt het vaak voor dat er materiaal wordt opgeslagen in de wegberm. Hiervoor is ook een algemene regel.

3. Criteria en voorwaarden

  • U wilt kabels en/of leidingen leggen naast of onder een weg die in beheer en eigendom is van Waterschap Rivierenland. De weg waar naast of onder u de kabels en leidingen wilt leggen is een erf toegangsweg. Er zijn verschillende situaties mogelijk:

  • u legt de kabels of leidingen langs de weg; Als u de kabels en/of leidingen legt volgens de regels 1 t/m 8 en 25 t/m 37 die hieronder staan, is het voldoende dat u dit meldt.

  • u legt de kabels of leidingen onder de weg door en de weg ligt niet op een waterkering; Als u de kabels en/of leidingen legt volgens de regels 10 t/m 12 en 25 t/m 37 die hieronder staan, is het vol doende dat u dit meldt.

  • u legt de kabels of leidingen onder de weg door en de weg ligt wel op een waterkering; Als u de kabels en/of leidingen legt volgens de regels 13 t/m 37 die hieronder staan, is het voldoende dat u dit meldt.

  • Ad a: u legt de kabels of leidingen langs de weg

  • 1.

    U graaft de sleuf op minimaal 30 cm uit de kant van de weg.

  • 2.

    U mag niet werken binnen het profiel dat ligt onder de lijn die een hoek van 45 graden maakt met de zijkant van de wegverharding.

  • 3.

    Bij de diepte ligging houdt u rekening met de in de bijgaande tabel genoemde minimale diepten in meters.

  • 4.

    De uit de sleuf afkomstige grond dient zodanig te worden ontgraven en opgeslagen, dat de boven laag met een dikte van 0,15 meter tot 0,20 meter cm niet vermengd wordt met de overige grond.

  • 5.

    Elk opgebroken gedeelte moet telkens voor zonsondergang zijn gedicht en verhard.

  • 6.

    U vult de sleuf als volgt aan:

    • met het uitgekomen materiaal (in omgekeerde volgorde) in laagjes van 0,20 meter;

    • iedere laag wordt apart aangestampt;

    • als bovenlaag gebruikt u de uitkomende grasmat, zoals genoemd onder 4, of u zaait de berm in met bermgraszaadmengsel.

  • 7.

    De afwatering van het weglichaam over de bermen en/of taluds mag niet worden belemmerd. U voert het materiaal wat uit de sleuf komt en wat teveel is, zelf af.

  • 8.

    Als de minimale afstand van 0,30 m uit de kant van de weg niet gehaald kan worden mag de sleuf direct naast de wegverharding gegraven worden. Bij het aanvullen moet de bovenste 0,40 m van de sleuf dan aangevuld worden met voor wegfunderingsmateriaal geschikt puingranulaat met een hydraulische werking. De bedoelde laag moet volledig worden verdicht.

  • Ad b: u legt de kabels of leidingen onder de weg door en de weg ligt niet op een waterkering

  • 9.

    U maakt de kruising met de weg met een gestuurde boring.

  • 10.

    De kabel moet minimaal 1 meter onder het wegdek worden aangebracht.

  • 11.

    De berm dient ter plaatse zoveel mogelijk dezelfde samenstelling, opbouw en draagkracht te ver krijgen als voor de kabellegging het geval was. Op de gedichte boorgat moet de oorspronke lijke afdekking - bezoding, taludverdediging, wegverharding en dergelijke - worden aangebracht.

  • Ad c: u legt de kabels of leidingen onder de weg door en de weg ligt wel op een waterkering

  • 12.

    De laatste wegreconstructie heeft meer dan vijf jaar geleden plaatsgevonden.

  • 13.

    U maakt de kruising met de weg met een open ontgraving.

  • 14.

    De kabel- of leidingsleuf in asfalt moeten te allen tijde op klinkermaat worden ingezaagd.

  • 15.

    Elk opgebroken gedeelte moet telkens voor zonsondergang zijn gedicht en verhard.

  • 16.

    De kabel moet minimaal 1 meter onder het wegdek worden aangebracht.

  • 17.

    De bij de ingravingen uitkomende materialen van de wegverharding moeten worden afgevoerd.

  • 18.

    De sleuf moet na het leggen van de kabel/leiding, van onder naar boven, in de volgende samen stelling worden aangevuld:

    • zand tot 0,40 m beneden het wegdek;

    • voor wegfunderingsmateriaal geschikt puingranulaat ter dikte van 0,35 m;

    • bestrating als tijdelijk wegdek;

    • Alle aanvullingen moeten laagsgewijze geschieden, terwijl deze lagen voldoende moeten worden verdicht, om nazakking zoveel mogelijk te voorkomen.

  • 19.

    De kabel- of leidingsleuf in asfalt maakt u na afloop van de werkzaamheden dicht met klinkers. Dit doet u op dezelfde dag of de dag hierop volgend. U houdt hierbij rekening met punt 18.

  • 20.

    De sleuf in het wegdek moet 12 maanden na afronding van de werkzaamheden van een nieuwe asfaltlaag worden voorzien. De kosten voor deze werkzaamheden zijn voor uw rekening. De toe zicht houder van het team Wegen van Waterschap Rivierenland zal aangeven over welke lengte het asfalt moet worden aangebracht. De aan te brengen asfaltlaag moet vloeiend in het bestaan de wegdek verlopen en de waterafvoer mag door het nieuwe asfalt niet worden belemmerd.

  • 21.

    De berm moet ter plaatse zoveel mogelijk dezelfde samenstelling, opbouw en draagkracht krij gen als voor de kabellegging het geval was. Op de gedichte sleuf brengt u de oorspronkelijke afdek king - bezoding, taludverdediging, wegverharding en dergelijke - weer aan.

  • Verder houdt u in alle gevallen rekening met de volgende regels

  • 22.

    Vijf dagen voordat u begint meldt u de aanvang van de werkzaamheden door middel van het kaartje 'start werkzaamheden'.

  • 23.

    Als er bomen in de wegberm staan, beschadigt u de boomwortels niet. Komt u met de werk zaam heden dicht bij een boom? Dan moet u de boom passeren met behulp van een boom boring.

  • 24.

    U geeft een afsluiter, pomp- of inspectieput en dergelijke in de berm duidelijk aan met een tegel verharding rondom de ondergrondse constructie en onderhoudt de juiste hoogteligging ten opzichte van het maaiveld om maaischade te voorkomen.

  • 25.

    Voordat u met de werkzaamheden begint, hebt u toestemming van de eigenaar van de grond.

  • 26.

    U zorgt ervoor dat het verkeer zo min mogelijk hinder van de werkzaamheden heeft. Ook moet u ervoor zorgen dat de werkzaamheden duidelijk worden aangegeven, bijvoorbeeld door (waar schuwings)borden.

  • 27.

    De te gebruiken wegafzettingen moet voldoen aan de CROW-publicatie 96b (zie onder andere bij lage 3). Bij de melding overlegt u een plan waaruit blijkt hoe u hieraan invulling geeft.

  • 28.

    Als een weg volledig afgesloten wordt maakt u een omleidingsroute. Deze route moet door ons goedgekeurd worden. Als op de weg ook openbaar vervoer zit (lijndienst of schoolvervoer) geeft u aan welke afspraken u met de vervoerders hebt gemaakt.

  • 29.

    Voordat u begint, gaat u na of er kabels, leidingen en/of kranen e.d in de wegberm liggen;

  • 30.

    U bent verantwoordelijk voor alle verplichtingen die met deze melding te maken hebben.

  • 31.

    Hebt u bij het leggen van kabels en leidingen langs of onder de openbare weg schade veroor zaakt aan het wegdek, de berm, of de beplanting? Dan moet u deze direct op uw kosten her stellen. Dit geldt ook voor zettingen in wegbermen die binnen één jaar na uitvoering van uw werkzaamheden ontstaan.

  • 32.

    Met uw werkzaamheden mag u geen schade of overlast voor anderen veroorzaken.

  • 33.

    Als het waterschap het nodig vindt om verkeerstekens/verkeersborden te plaatsen of weg te halen, moet u de daarvoor gemaakte kosten betalen;

  • 34.

    U zorgt gedurende 12 maanden na het gereedkomen van het werk dat de aangevulde sleuf, de opengebroken verharding en de geroerde berm van de weg, door u worden onderhouden;

  • 35.

    Binnen 24 maanden na de datum van onze toestemmingsbrief moet het leggen van de kabels en/of leidingen gerealiseerd zijn. Als u dan niet bent begonnen of nog niet klaar, en u wilt de kabels en/of leidingen later toch leggen, moet u opnieuw een melding bij het Waterschap indienen.

4. Meldingsplicht

  • 1.

    Minimaal vier weken voordat u wilt beginnen met het leggen van de kabels en/of leidingen, meldt u dit via een meldingsformulier. Dit formulier kunt u downloaden via de website (www.wsrl.nl) of aan vragen bij de afdeling vergunningen (0344 - 64 94 94).

  • 2.

    Het waterschap toetst de melding aan de algemene regel en reageert binnen twee weken met een toestemmingsbrief wanneer de melding akkoord is.

  • 3.

    U mag niet met het werk beginnen voordat u de toestemmingsbrief hebt ontvangen.

  • 4.

    U voegt bij het meldingsformulier een situatietekening toe. Hierop zijn de volgende zaken duidelijk aangegeven:

    • de plaats waar u de kabels en/of leidingen wilt leggen (van waar naar waar. Als het mogelijk is straatnamen aangeven en/of huisnummers);

    • soort kabel of leiding;

    •  de diepte en de plek in de berm.

5. Met welke regels van het waterschap hebt u nog meer te maken?

U wilt kabels en/of leidingen leggen maar kunt niet voldoen aan één of meer van de voorwaarden uit de algemene regel? Dan toetsen wij uw aanvraag aan de overige regels van de Wegenverordening. Mis schien kunt u dan toch een vergunning krijgen. Wilt u meer informatie? Belt u dan met (0344) 64 94 94.

Wilt u de kabels en/of leidingen leggen op of naast een waterkering of vlak langs een watergang? Dan hebt u ook te maken met de regels uit de Keur van het waterschap. Belt u voor meer informatie (0344) 64 94 94.

Slaat u materaal op in de wegberm? Ook hiervoor hebt u vergunning van het waterschap nodig. Maar als u zich houdt aan algemene regel 8, is ook hiervoor een melding voldoende.

Tabel bij algemene regel 11. Minimale diepte kabels en leidingen parallel aan wegen

Kabels en leidingen parallel aan wegen, minimale diepten in meters (verticaal)

Soort kabel

Minimale diepte

Gasleiding (standaard):

0,80 - 1,00

- hogedrukleiding (P > 1 bar)

0,80 - 1,00

- hogedrukleiding (P > 40 bar)

1,00

Waterleiding (standaard):

1,00

- Transportleiding

1,00

- Distributie

1,00

Elektriciteitskabel:

0,60 - 0,70

- Hoogspanningskabel (10kV tot en met 25kV)

0,70 - 1,00

- Hoogspanningskabel (> 25kV)

1,20

Telecommunicatiekabel

0,60

Riolering (standaard):

0,80

- Stamriool

1,00

- Rioolpersleiding

0,80

Voor deze tabel geldt dat de diepteligging afhankelijk is van de wanddikte en de ligging van de betref­fende kabels en leidingen. Bij het kruisen van sloten/open watergangen geldt in ieder geval dat een minimale gronddekking van 1,00 meter ten opzichte van de ontwerpdiepte van de bodem van de water­gang moet worden aangehouden.

Minimale waarborgen:

Van de genoemde minimale standaarddiepten voor kabels en leidingen wijkt het waterschap niet af.