Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier

Verordening op de heffing en de invordering van leges Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier 2010

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieHoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier
OrganisatietypeWaterschap
Officiële naam regelingVerordening op de heffing en de invordering van leges Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier 2010
CiteertitelLegesverordening Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier 2010
Vastgesteld dooralgemeen bestuur
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerpfinanciën – belastingen
Externe bijlageLegesverordening HHNK 2010

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Datum ondertekening inwerkingtredingsbesluit: 23-6-2010

Bron bekendmaking inwerkingtredingsbesluit: Holland Combinatie 28.06.2010

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Waterschapswet, art. 110, 113, 115

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

29-06-201001-01-2013nieuwe regeling

23-06-2010

Holland Combinatie 28.06.2010

10.14133

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening op de heffing en de invordering van leges Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier 2010

 

 

Legesverordening HHNK 2010

Artikel 1 - Begripsomschrijvingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    hoogheemraadschap: Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier;

  • b.

    dagelijks bestuur: college van dijkgraaf en hoogheemraden van het hoogheemraadschap;

  • c.

    heffingsambtenaar: de ambtenaar, bedoeld in artikel 123, derde lid, onderdeel b, van de Waterschapswet;

  • d.

    invorderingsmbtenaar: de ambtenaar, bedoeld in artikel 123, derde lid, onderdeel c, van de Waterschapswet.

Artikel 2 - Aard van de heffing en belastbaar feit

Onder de naam leges worden rechten geheven terzake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het door het hoogheemraadschap verlenen van diensten, genoemd in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

Artikel 3 - Belastingplicht

Belastingplichtig is de aanvrager van de dienst dan wel degene ten behoeve van wie de dienst is aangevraagd.

Artikel 4 - Heffingsmaatstaven en tarieven

  • 1.

    De leges worden geheven naar de maatstaven en tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2.

    Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van de in de tarieventabel genoemde eenheid als volle eenheid aangemerkt.

  • 3.

    De leges zijn verschuldigd onverminderd de andere rechten waaraan de stukken onderhevig zijn en onverminderd de bijkomende kosten welke aan derden verschuldigd zijn en door het hoogheemraadschap worden betaald, zoals portokosten, kadastrale rechten of externe advieskosten waarvan het verschuldigde bedrag, voorafgaand aan het in behandeling nemen van een aanvraag, aan de aanvrager worden meegedeeld.

Artikel 5 - Wijze van heffing

  • 1.

    De leges worden geheven bij wege van aanslag dan wel bij wege van een mondelinge of gedagtekende schriftelijke kennisgeving door of namens de heffingsambtenaar, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, nota of andere schriftuur.

  • 2.

    De leges kunnen worden geheven bij wege van voorlopige aanslag of vordering tot ten hoogste het bedrag waarop de aanslag of vordering vermoedelijk zal worden vastgesteld.

Artikel 6 - Minimum aanslag of te vorderen bedrag

Aanslagen of bedragen die een bedrag van € 5,00 niet te boven gaan, worden niet opgelegd of gevorderd.

Artikel 7 - Vrijstellingen

  • 1.

    De leges worden niet geheven voor het verstrekken van stukken:

    • a.

      die ingevolge enig wettelijk voorschrift kosteloos worden verstrekt;

    • b.

      ten behoeve van wetenschappelijke of onderwijsdoeleinden;

    • c.

      ten behoeve van voorlichtingsdoeleinden;

    • d.

      ten behoeve van overheidslichamen of de rechterlijke macht.

  • 2.

    De leges worden niet geheven voor het aanvragen van een vergunning, ontheffing of andere dienst, voor zover die aanvraag voortvloeit uit de uitvoering van werkzaamheden door of vanwege het hoogheemraadschap zelf dan wel van werkzaamheden die daarvan een direct gevolg zijn.

Artikel 8 - Betalingstermijnen

In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 worden de leges betaald:

  • a.

    indien de leges worden geheven bij mondelinge kennisgeving: op het moment waarop de kennisgeving wordt gedaan;

  • b.

    indien de leges worden geheven bij wege van aanslag of andere schriftelijke kennisgeving: binnen vier weken na de dagtekening.

Artikel 9 - Kwijtschelding

Bij de invordering van de leges wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 10 - Ontheffing, vermindering, teruggaaf

Ontheffing, vermindering of teruggaaf van leges kan worden verleend terzake van het in behandeling nemen van een in de tabel omschreven verzoek dat wordt ingetrokken alvorens daarop is beschikt of waarop afwijzend wordt beschikt, indien heffing van het volle bedrag, naar de omstandigheden beoordeeld, tot een onredelijke belastingheffing zou leiden.

Artikel 11 - Aanvraag

  • 1.

    Een aanvraag om vrijstelling, ontheffing, vermindering of teruggaaf als bedoeld in de artikelen 7 en 10 wordt schriftelijk ingediend bij de heffingsambtenaar binnen zes weken nadat de aanspraak op vrijstelling, ontheffing, vermindering of teruggaaf is ontstaan.

  • 2.

    Daarnaast kan een in het vorige lid bedoelde vrijstelling, ontheffing, vermindering of teruggaaf ambtshalve worden verleend.

Artikel 12 - Nadere regels

Het dagelijks bestuur kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de leges.

Artikel 13 - Intrekking, inwerkingtreding, ingangsdatum van de heffing en citeertitel

  • 1.

    De Legesverordening hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier 2003, vastgesteld bij besluit van 8 januari 2003, nr. 03.318, wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2.

    Deze verordening met bijbehorende tarieventabel treedt in werking met ingang van de eerstvolgende dag na die van de bekendmaking.

  • 3.

    De datum van ingang van de heffing is 1 juli 2010.

  • 4.

    Deze verordening wordt aangehaald als Legesverordening Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier 2010 of Legesverordening HHNK 2010.

  • Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van het college van hoofdingelanden van 23 juni 2010

Tarieventabel

Hoofdstuk 1 - Documenten

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

Tarief

1.1

afschriften van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen: 

 

 

 

- tot 10 exemplaren:

 

gratis 

 

- 10 of meer exemplaren, per stuk:

0,50 

1.2

kaarten en tekeningen, per stuk: 

 

 

 

- A4 formaat, zwart-wit:

1,00

 

- A4-formaatkleur:

2,00 

 

- A3 formaat, zwart-wit:

3,00

 

- A3 formaat, kleur:

6,00

 

- A-2-formaat, zwart-wit:

4,00

 

- A-2-formaat, kleur:

8,00

 

- A-0-formaat, zwart-wit:

5,00

 

- A-0-formaat, kleur:

10,00

1.3

digitale inforrnatiedragers, per stuk:

6,00

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het voldoen aan een verzoek:

Tarief

1.4

als bedoeld in de Wet openbaarheid van bestuur: de bedragen zoals genoemd in het Besluit tarieven openbaarheid van bestuur. 

1.5

als bedoeld in de artikelen 35 en 40 van de Wet bescherming persoonsgegevens: de bedragen zoals genoemd in het Besluit kostenvergoeding rechten betrokkene Wbp. 

Hoofdstuk 2 - Bestuursstukken

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een papieren exemplaar van:

Tarief

2.1

de beleidsbegroting, inclusief meerjarenraming:

40,00 

2.2

de jaarrekening: 

40,00 

2.3

de keur:

15,00

2.4

een verordening, reglement of soortgelijk stuk: 

10,00

2.5

het waterbeheerplan, verkeersveiligheidsplan, calamiteitenplan of soortgelijk stuk:

15,00

2.6

een peilbesluit:

15,00

2.7

een uittreksel uit het kiesregister:

6,00

2.8

openbare vergaderstukken, per set: 

€ 

30,00

 

openbare vergaderstukken, per jaar (abonnement) 

75,00

Hoofdstuk 3 - Archief

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor:

Tarief

3.1

het doen van nasporingen in het archief, per kwartier:

15,00

 

(tot 15 min. gratis) 

 

 

 

Voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag wordt aan de aanvrager mededeling gedaan van een schatting van de hoeveelheid tijd die met de nasporing gemoeid zal zijn. 

 

 

3.2

het verstrekken van reproducties van archiefstukken, zoals kaarten, tekeningen, foto's en van afschriften of uittreksels uit een in het archief berustend stuk of gedeelte daarvan:

 

werkelijke kosten

 

Voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag wordt aan de aanvrager mededeling gedaan van een schatting van de werkelijke kosten. 

 

 

Hoofdstuk 4 - Vergunningen en ontheffingen

I. Watersysteem

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om vergunning of ontheffing op grond van de Waterwet, de keur van het hoogheemraadschap of andere wet- of regelgeving voor:

Tarief

4.1

het brengen van stoffen in een oppervlaktewaterlichaam of het met behulp van een werk, niet zijnde een openbaar vuilwaterriool, brengen van water of stoffen op een zuiveringstechnisch werk van het hoogheemraadschap: 

 

 

 

- ten behoeve van minder complexe activiteiten:

600,00

 

- ten behoeve van complexe activiteiten:

€ 

1.500,00

 

- ten behoeve van zeer complexe activiteiten:

4.800,00

Hierbij geldt de volgende categorie-indeling:

categorie-indeling

minder complexe activiteiten

complexe activiteiten

zeer complexe activiteiten

Vatenwasserij/tankcleaning

Afval opslaan, be- en verwerken/stortplaatsen 

(Petro)chemische industrie 

Baggerdepots

Houtimpregneringsbedrijven

Ertsverwerkende industrie 

Betonmortelcentrales

Textielveredelingsbedrijven

Gpbv-bedrijven industrie* 

Jachthavens/scheepswerven

Ziekenhuizen

 

Baggerwerkzaamheden

Houtreinigingsbedrijven 

 

Bollenteelt

Viskwekerijen 

 

Boomkwekerijen 

Aansluit-/overstortvergunningen 

 

Champignonteelt 

Rioolwateroverstorten 

 

Witloftrekkerijen 

Overige 

 

Landbouwloonbedrijven 

 

 

Spoelbedrijven

 

 

Gpbv-bedrijven agrarisch* 

 

 

Gemeentewerven 

 

 

* Bedrijven die zijn voorzien van een gpbv-installatie als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, van de Wet milieubeheer

Tarief

4.2

het onttrekken van grondwater:

2.500,00 

 

Indien onttrokken grondwater wordt geloosd op een oppervlaktewaterlichaam zijn voor de lozing geen leges ingevolge rubriek 4.1 verschuldigd. 

 

 

4.3

een gedoogbeschikking voor een activiteit als bedoeld onder 4.1 of 4.2: 

 

 

 

25% van het bedrag voor het in behandeling nemen van een aanvraag om vergunning, met een minimum van:

500,00

 

Indien de gedoogbeschikking wordt gevraagd vooruitlopend op of in samenhang met een aanvraag om vergunning, wordt het legesbedrag in mindering gebracht op de leges voor het in behandeling nemen van de aanvraag om vergunning. 

 

 

4.4 

het versneld tot afvoer laten komen van neerslag, in de gevallen bedoeld in artikel 4.2 van de keur:

1.500,00

4.5

het verrichten van afgravingen of seismische onderzoeken, het plaatsen of hebben van werken met een overdruk van 10 bar of meer of het hebben van explosiegevaarlijk materiaal of explosiegevaarlijke inrichtingen in een beschermingszone van een waterstaatswerk:

€ 

300,00 

4.6 

het instellen van een peilwijziging en het maken van de daarvoor noodzakelijke werken:

€ 

150,00 

4.7

het lozen op of onttrekken van water aan een oppervlaktewaterlichaam en het maken van de daarvoor noodzakelijke werken:

€ 

150,00 

4.8

het oprichten, wijzigen of verwijderen van een bouwwerk op, in, onder of boven een waterstaatswerk: 

 

 

 

- met palenfundering:

120,00

 

- anders:

90,00

4.9

het leggen, wijzigen of verwijderen van een kabel of leiding: 

 

 

 

- kruisende een waterstaatswerk:

90,00

 

- in de lengterichting van een waterstaatswerk, per 100 meter of gedeelte daarvan:

120,00

 

Ingeval van samenloop met rubriek 4.17 is éénmaal het tarief verschuldigd. 

 

 

4.10

het geheel of gedeeltelijk dempen van een oppervlaktewaterlichaam, per 100 meter of gedeelte daarvan:

€ 

90,00 

4.11

het aanleggen of wijzigen van een oppervlaktewaterlichaam:

90,00

 

Voor het aanleggen of wijzigen van een oppervlaktewaterlichaam ter compensatie van een demping zijn geen leges verschuldigd. 

 

 

4.12

het aanbrengen, wijzigen of verwijderen van een damwand of beschoeiing, per 100 meter of gedeelte daarvan:

90,00

4.13

het aanbrengen, wijzigen of verwijderen van beplanting, een dam, duiker, brug, stuw, natuurvriendelijke oever, lozingspunt, steiger, vlonder of ander werk:

90,00

II. Vaarwegen

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om vergunning of ontheffing op grond van de Scheepvaartverkeerswet, het Besluit administratieve bepalingen scheepvaartverkeer, het Binnenvaartpolitiereglement, de Scheepvaartwegenverordening Noord-Holland, de Waterverordening Noord-Holland of andere wet- of regelgeving voor:

Tarief

4.14

het hebben, maken, wijzigen of verwijderen van een werk of het verrichten van werkzaamheden:

90,00

4.15

het gebruikmaken van een vaarweg in afwijking van een verkeersbesluit:

 

 

 

- eenmalig:

15,00

 

- anders:

60,00

III. Wegen

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om vergunning of ontheffing op grond van de Wegenverordening Noord-Holland, de keur van het hoogheemraadschap, het Reglement verkeersregels en verkeerstekens of andere wet- of regelgeving voor:

Tarief

4.16

het maken, wijzigen of verwijderen van een werk of het verrichten van werkzaamheden:

90,00 

4.17

het leggen, wijzigen of verwijderen van een kabel of leiding:

 

 

 

- kruisende een weg: 

90,00

 

- in de lengterichting van een weg, per 100 meter of gedeelte daarvan:

120,00

 

Ingeval van samenloop met rubriek 4.9 is éénmaal het tarief verschuldigd. 

 

 

4.18

het gebruikmaken van een weg in afwijking van een verkeersbesluit: 

 

 

 

- eenmalig:

€ 

15,00

 

- anders:

60,00

4.19

het afsluiten van een weg ten behoeve van het houden van een evenement, het uitvoeren van werkzaamheden of voor andere activiteiten:

60,00

IV. Overig

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om:

Tarief

4.20

vergunning, ontheffing, vrijstelling of toestemming voor andere werken of activiteiten dan genoemd onder 4.1 tot en met 4.19: 

90,00

4.21

wijziging van een vergunning of ontheffing:

60,00

4.22

verlenging van een tijdelijke vergunning of ontheffing:

60,00

Indien een aanvraag om vergunning of ontheffing als genoemd in deze tabel betreft:

Tabel

4.23

meer dan één werk van dezelfde soort, dan bedraagt het tarief voor elk extra werk 50% van het in de tabel voor dat werk opgenomen tarief. 

4.24

een werk of activiteit waarvoor een extern deskundigenadvies moet worden ingewonnen, dan wordt het legestarief verhoogd met de werkelijke kosten van het advies. 

 

Voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag wordt aan de aanvrager mededeling gedaan van een schatting van de werkelijke kosten. 

Algemene toelichting

Op grond van de Waterschapswet is het hoogheemraadschap bevoegd rechten te heffen ter zake van onder meer het genot van door of vanwege het bestuur van het hoogheemraadschap verleende diensten en het behandelen van verzoeken tot het verlenen van vergunningen of ontheffingen (art. 113 en 115, eerste lid, onderdeel b en c, Waterschapswet). De hier bedoelde rechten worden algemeen aangeduid als leges. Voor de heffing en invordering worden deze leges aangemerkt als een waterschapsbelasting (art. 115, tweede lid, Waterschapswet). De heffing geschiedt op basis van een belastingverordening (art. 111 Waterschapswet). Deze Legesverordening is derhalve aan te merken als een belastingverordening.

Op grond van deze Legesverordening worden leges geheven voor een drietal categorieën diensten, te weten:

  • het verstrekken van documenten;

  • het doen van nasporingen in het archief;

  • het behandelen van verzoeken om vergunningen en ontheffingen.

De Legesverordening HHNK 2010 vervangt de Legesverordening HHNK 2003. Aanpassing van met name de tarieventabel is noodzakelijk in verband met de inwerkingtreding van de Waterwet (Stb. 2009, 107). Met de invoering van deze wet is het hoogheemraadschap belast met de verlening van vergunningen voor bepaalde categorieën grondwateronttrekkingen. Daarnaast maakt de Waterwet het mogelijk leges te heffen voor het behandelen van aanvragen om vergunning voor lozingen op oppervlaktewaterlichamen. Onder de voormalige Wet verontreiniging oppervlaktewateren bestond die mogelijkheid niet. Thans zijn hiervoor tarieven in de tabel opgenomen. De verordening zelf is in essentie niet gewijzigd.

Artikelsgewijze toelichting

Artikel 1 - Begripsomschrijvingen

Dit artikel bevat enkele begripsomschrijvingen. De heffings- en de invorderingsambtenaar zijn de functionarissen die op grond van de Waterschapswet door het dagelijks bestuur als respectievelijk ambtenaar belast met de heffing van waterschapsbelastingen en ambtenaar belast met de invordering van waterschapsbelastingen zijn aangewezen.

Artikel 2 - Aard van de heffing en belastbaar feit

Dit artikel bevat de aanduiding van de heffing en van het belastbare feit, nl. het verlenen van diensten. De concretisering vindt plaats in de bij de verordening behorende tabel.

Met betrekking tot verzoeken om vergunningen/ontheffingen is ervoor gekozen het in behandeling nemen van de aanvraag aan te merken als belastbaar feit, en niet de toekenning of verlening van de vergunning/ontheffing. Dit houdt in dat ook leges verschuldigd zijn ingeval de gevraagde vergunning/ontheffing wordt geweigerd of de aanvraag wordt ingetrokken voordat daarop is beschikt. Reden daarvoor is dat ook in die gevallen aanmerkelijke kosten voor de behandeling van de aanvraag gemaakt kunnen zijn. Dit is in overeenstemming met artikel 115 Waterschapswet, waarin het behandelen van verzoeken als belastbare dienst wordt aangemerkt. Ook volgens vaste rechtspraak is legesheffing in dergelijke gevallen gesanctioneerd. Voorwaarde is wel dat er werkzaamheden zijn verricht om de aanvraag te behandelen. Ook een globale beoordeling van een vergunningaanvraag, bijvoorbeeld om te bezien of alle noodzakelijke stukken voor een inhoudelijke behandeling aanwezig zijn, is voldoende om van een belastbare dienstverlening te spreken (HR 21 december 2007, Belastingblad 2008/764). Daarentegen kan het alleen inboeken en registreren van een vergunningaanvraag en het verzenden van een ontvangstbevestiging niet worden beschouwd als in behandeling nemen (Hof Arnhem 12 november 2008 (LJN: BG4936)).

Opgemerkt wordt nog dat in artikel 10 een mogelijkheid is opgenomen tot vrijstelling, vermindering of teruggaaf van verschuldigde leges voor het in behandeling nemen van een verzoek dat wordt ingetrokken alvorens daarop is beschikt of waarop afwijzend wordt beschikt, indien heffing van het volle bedrag in de gegeven omstandigheden tot een onredelijke belastingheffing zou leiden.

De heffing van leges is beperkt tot aangevraagde vergunningen, ontheffingen en daarmee vergelijkbare vrijstellingen en toestemmingen. Voor ambtshalve verleende vergunningen is geen legesheffing mogelijk. In dat geval is er geen aanvraag tot het verlenen van diensten, maar wordt verlening van een vergunning door het bestuursorgaan om andere redenen noodzakelijk of gewenst geacht. Hetzelfde geldt voor ambtshalve wijziging van vergunningen. Ook voor meldingen en soortgelijke kennisgevingen is legesheffing niet mogelijk. Het in behandeling nemen van meldingen strekt namelijk niet tot het al dan niet verstrekken van een door de indiener van de kennisgeving benodigde vergunning. Een melding of kennisgeving heeft ten doel het bestuursorgaan in staat te stellen te beoordelen of nadere eisen moeten worden gesteld en/of om de controle door het bestuursorgaan te vergemakkelijken. Hierdoor overheerst het publieke karakter en kan niet worden gesproken van een door de overheid verleende dienst. Voor gedoogbeschikkingen is legesheffing in de rechtspraak vooralsnog geaccepteerd (Handreiking kostentoerekening leges en tarieven, Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, januari 2010, blz. 50 e.v.).

Artikel 3 - Belastingplicht

Deze bepaling bevat de aanwijzing van de belastingplichtige. De aanvrager van de dienst en degene ten behoeve van wie de dienst wordt aangevraagd zijn beiden hoofdelijk aansprakelijk voor de betaling van de verschuldigde leges.

Algemeen geldt dat de dienst moet zijn aangevraagd. Dit houdt in dat bij ongevraagde diensten, zoals het ambtshalve verlenen van vergunningen, legesheffing niet mogelijk is (zie ook de toelichting bij artikel 2).

Het verschuldigde legesbedrag hoeft niet vooraf aan de aanvrager te worden meegedeeld (Hof ''s-Gravenhage 15 april 1998, Belastingblad 1998/851). Uitzondering hierop vormen de kosten van extern advies. Deze dienen vooraf te zijn begroot en door de aanvrager geaccordeerd.

Artikel 4 - Maatstaf en tarief

De bij de verordening behorende tabel geeft aan naar welke maatstaf de leges geheven worden en volgens welk tarief.

Met betrekking tot de tarieven bepaalt de Waterschapswet alleen dat deze zodanig worden vastgesteld dat de geraamde baten niet uitgaan boven de geraamde lasten terzake. Verder geldt voor de hoogte van de tarieven geen formele beperking. Volgens constante rechtspraak staan de legestarieven uitsluitend ter beoordeling van het orgaan dat bevoegd is deze vast te stellen, tenzij ze boven de wettelijke limiet uitgaan of leiden tot een onredelijke en willekeurige belastingheffing. Daarbij geldt dat bij de toetsing aan de wettelijke opbrengstlimiet niet gaat om het kostendekkingspercentage per dienst of groep van diensten, maar om de kostendekking van alle in de legesverordening opgenomen diensten. Verder geldt dat, gegeven de vrijheid die de wetgever heeft willen toekennen bij het kiezen van de heffingsmaatstaven en het bepalen van de daaraan gekoppelde tarieven, een beperkte winst op een bepaalde categorie diensten op zichzelf geoorloofd is. Dit brengt met zich mee dat onderlinge verschillen in - op zichzelf geoorloofde - kostendekkingspercentages tussen groepen van diensten (zg. kruissubsidiëring) niet in strijd zijn met de wet of met enig algemeen rechtsbeginsel. Een motivering van die verschillen is niet vereist. Verder geldt dat tussen de hoogte van de geheven leges enerzijds en de omvang van de ter zake verstrekte diensten of de gemaakte kosten anderzijds geen rechtstreeks verband vereist is (recent HR 14 augustus 2009, Belastingblad 2009/1214 (LJN: BI1943)).

De tariefstructuur in de tarieventabel is zodanig dat er steeds een duidelijke samenhang is tussen de hoogte van de leges en de gemiddelde omvang van de dienstverlening. Hiertoe is onder meer de cumulatieve werking van maatstaf en tarief bij meer gelijksoortige werkzaamheden beperkt.

Artikel 5 - Wijze van heffing

Leges kunnen worden geheven bij wege van aanslag of op andere wijze (art. 125 Waterschapswet). Om de heffing en inning van leges zo praktisch mogelijk te laten verlopen is bepaald dat de vordering behalve schriftelijk ook mondeling kan plaatsvinden. De dagtekening van de kennisgeving is van belang voor de termijn van zes weken waarbinnen bezwaar kan worden gemaakt tegen een aanslag.

Bij gebreke van een schriftelijke kennisgeving geldt als dagtekening de datum waarop het gevorderde bedrag ter kennis van de belastingplichtige is gebracht (art. 125, tweede lid, Waterschapswet). Er wordt van uitgegaan dat ook bij mondelinge kennisgeving en contante betaling altijd een gedagtekend betalingsbewijs wordt vertrekt, zodat de belanstingplichtige naderhand alsnog bezwaar kan maken. In dat geval geldt de datering van het betalingsbewijs als dagtekening van de kennisgeving en datum van aanvang van de bezwaartermijn.

Het tweede lid van artikel 5 maakt het opleggen van voorlopige aanslagen mogelijk.

Artikel 6 - Minimum aanslag of te vorderen bedrag

Ter beperking van administratieve kosten die samenhangen met legesheffing en -invordering is in dit artikel een minimumaanslag- of -vorderingsbedrag opgenomen. Wanneer het verschuldigde bedrag het minimumbedrag niet overschrijdt, wordt de aanslag niet opgelegd.

Voor de toepassing van deze bepaling worden meerdere aanslagen of vorderingen die op één aanslagbiljet of in één vordering verenigd zijn, aangemerkt als één aanslag of vordering. Dit is bepaald in artikel 115a Waterschapswet. Ingevolge artikel 125a, tweede lid, Waterschapswet geldt dit op overeenkomstige wijze voor vorderingen die op andere wijze worden gedaan.

Artikel 7 - Vrijstellingen

In een aantal gevallen is de heffing van leges voor verstrekking van documenten op grond van wettelijke voorschriften niet toegestaan of gelden er wettelijke (maximum)tarieven. Ook zijn er gevallen waarin legesheffing voor het verstrekken van documenten ongewenst is. Dat laatste is het geval bij het verstrekken van stukken voor wetenschappelijke of onderwijsdoeleinden en voor voorlichtingsdoeleinden. In dat geval geschiedt de verstrekking van documenten alleen of mede ter bevordering van kennis en informatie over het hoogheemraadschap en ligt heffing van leges niet in de rede. Ook voor het verstrekken van stukken aan overheidslichamen of aan de rechterlijke macht is een vrijstelling opgenomen. Hierbij gaat het om stukken die in het kader van de taakuitoefening, het toezicht of een juridische procedure worden overgelegd. Ook daarvoor ligt legesheffing - zo al mogelijk - niet in de rede.

Ten slotte is een vrijstelling opgenomen voor de behandeling van aanvragen om vergunning of andere diensten, voor zover die aanvraag voortvloeit uit werkzaamheden door of in opdracht van het hoogheemraadschap zelf of van werkzaamheden die daarvan een direct gevolg zijn. Het gaat hierbij om vergunningplichtige werkzaamheden die derden moeten uitvoeren als direct gevolg van werkzaamheden van het hoogheemraadschap. Hiervan is bijvoorbeeld sprake bij de verlegging van leidingen door nutsbedrijven wegens aanleg of versterking van waterkeringen of wegens wegreconstructies die door of vanwege het hoogheemraadschap worden uitgevoerd.

In de tarieventabel zijn verder nog enkele vrijstellingen opgenomen met het karakter van een drempel. Pas wanneer de verleende dienst boven die drempel uitkomt - in aantallen of in tijd - zijn leges verschuldigd.

Artikel 8 - Betalingstermijnen

Artikel 9 van de Invorderingswet kent een regeling op het gebied van betaaltermijnen. Deze regeling is ook van toepassing op de invordering van waterschapsbelastingen (art. 138, eerste lid, Waterschapswet). In een belastingverordening kan een hiervan afwijkende regeling worden opgenomen (art. 139, eerste lid, Waterschapswet).

Uitgangspunt voor de betaling van leges is dat die worden betaald op het moment waarop de vordering wordt gedaan. Wanneer de leges worden geheven bij aanslag of andere schriftelijke kennisgeving geldt een betaaltermijn van vier weken na de dagtekening.

Artikel 9 - Kwijtschelding

Van leges wordt geen kwijtschelding verleend. Leges vormen een betaling voor geleverde diensten en zijn als zodanig een vermijdbare heffing. Kwijtschelding ligt daarom niet in de rede. Ook de Kwijtscheldingsregeling van het hoogheemraadschap voorziet niet in kwijtschelding van leges.

Artikel 10 - Ontheffing, vermindering, teruggaaf

Leges zijn verschuldigd nadat de aanvraag om een vergunning in behandeling is genomen. Zoals aangegeven in de toelichting bij artikel 2 geldt dit ook na een eerste globale beoordeling, bijvoorbeeld om te controleren of alle benodigde gegevens bij de aanvraag zijn gevoegd. Daardoor kan het voorkomen dat de leges verschuldigd zijn, terwijl nog niet of nauwelijks behandelingskosten zijn gemaakt. Te denken valt aan gevallen waarin bij een eerste globale beoordeling blijkt dat geen vergunning nodig is of geen vergunning kan worden verleend. Dit artikel bevat een hardheidsclausule op grond waarvan in die gevallen ontheffing van de betalingsverplichting, vermindering van de aanslag of teruggaaf van betaalde leges kan worden verleend. De onderhavige bepaling dient in de praktijk naar billijkheid te worden toegepast.

Artikel 11 - Aanvraag

Dit artikel verwijst naar de wettelijke voorschriften voor het aanvragen en verlenen van een in de verordening voorziene vrijstelling, ontheffing, vermindering of teruggaaf. Op grond van artikel 132, eerste lid, van de Waterschapswet dient een dergelijk verzoek te worden gedaan binnen zes weken na de dagtekening van het aanslagbiljet. Daarnaast kan een dergelijke vrijstelling, ontheffing, vermindering of teruggaaf door de heffingsambtenaar ambtshalve worden verleend (artikel 134 Waterschapswet).

Artikel 12 - Nadere regels

Deze bepaling is in de verordening opgenomen om kenbaar te maken dat er in de praktijk, naast de in de verordening geregelde onderwerpen, nog andere onderwerpen voor de heffing en invordering van belang kunnen zijn. Op grond van artikel 123, vierde lid, Waterschapswet kunnen deze onderwerpen geregeld worden bij besluit van het dagelijks bestuur.

Artikel 13 - Intrekking, inwerkingtreding, ingangsdatum van de heffing en citeertitel

Dit artikel bevat de gebruikelijke overgangs- en slotbepalingen. Deze behoeven geen verdere toelichting.

Toelichting bij de tarieventabel

Toepassing tabel

De tarieven zijn in de tabel per soort dienstverlening gerubriceerd. Dit betreft achtereenvolgens:

  • Hoofdstuk 1: Documenten

  • Hoofdstuk 2: Bestuursstukken

  • Hoofdstuk 3: Archief

  • Hoofdstuk 4: Vergunningen en ontheffingen.

Hoofdstuk 1 (Documenten)

De tarieven zijn afgestemd op de grootte en omvang van de verschillende in de rubrieken genoemde documenten. Voor eenvoudige documenten (rubriek 1.1) is een servicevrijstelling opgenomen tot 10 exemplaren.

Voor documenten die worden verstrekt in het kader van een verzoek als bedoeld in de Wet openbaarheid van bestuur (rubriek 1.4) gelden de bedragen die zijn opgenomen in het Besluit tarieven openbaarheid van bestuur (Stb. 1993, 112). Dit besluit geldt voor bestuursorganen die behoren tot de centrale overheid. Besturen van decentrale bestuursorganen kunnen zelf regels vaststellen ter uitvoering van de wet (art. 14, onderdeel b, Wet openbaarheid van bestuur). Om praktische redenen is ervoor gekozen aan te sluiten bij de rijksregeling door de tarieven in genoemd besluit van toepassing te verklaren. Voordeel daarvan is dat geen discussie ontstaat over de tariefstelling. Bovendien worden de tarieven in het besluit periodiek aangepast.

Voor het voldoen aan een verzoek als bedoeld in de artikelen 39 of 40 van de Wet bescherming persoonsgegevens (Wbp) kunnen kosten in rekening worden gebracht overeenkomstig het Besluit kostenvergoeding rechten betrokkene Wbp (Stb. 2001, 305). Dit besluit geldt ook voor decentrale overheden.

Hoofdstuk 2 (Bestuursstukken)

De tarieven voor bestuursstukken zijn afgestemd op de gemiddelde grootte en omvang van de verschillende in de rubrieken genoemde documenten. De tarieven gelden ook voor niet met name genoemde, maar in uitvoering ongeveer overeenkomende documenten.

Opgemerkt wordt nog dat de in dit hoofdstuk genoemde bestuursstukken in het algemeen ook op de internetsite van het hoogheemraadschap worden gepubliceerd en kosteloos kunnen worden gedownload.

Hoofdstuk 3 (Archief)

Het hiervoor opgenomen tarief geldt als vergoeding voor het doen van nasporingen in het archief door een daartoe gekwalificeerde ambtenaar. Het tarief geldt per kwartier, waarbij een servicevrijstelling geldt voor het eerste kwartier. Op grond daarvan kunnen eenvoudige verzoeken zonder legesheffing worden afgedaan.

Hoofdstuk 4 (Vergunningen en ontheffingen)

algemeen

Dit hoofdstuk heeft betrekking op vergunningen en ontheffingen. Met deze begrippen worden alle beschikkingen aangeduid waarbij een bij wettelijk voorschrift vereiste vergunning of toestemming wordt verleend of waarbij ontheffing of vrijstelling van een wettelijk voorschrift wordt verleend. Het gaat hierbij om beschikkingen krachtens publiekrechtelijke regelingen. Voor privaatrechtelijke toestemmingen kunnen geen leges worden geheven.

De rubrieken in hoofdstuk 4 zijn ingedeeld naar beheertaken of onderdelen daarvan, te weten watersysteem, vaarwegen en wegen.

tarieven

De tarieven zijn globaal afgestemd op het gemiddelde aantal uren dat met de behandeling van een aanvraag is gemoeid. Die tijdsbesteding is weer afhankelijk van de complexiteit van de activiteit of het werk waarop de aanvraag betrekking heeft, het belang van het beheerobject en de mate van aantasting daarvan.

De tarieven zijn ten opzichte van de tarieven uit 2003 aanmerkelijk verhoogd. Reden daarvoor is enerzijds dat de tarieven sinds 2003 niet zijn aangepast. Anderzijds heeft dit ten doel de kostendekkendheid van de legestarieven enigermate te verbeteren. In 2009 is onderzoek uitgevoerd naar de kostendekkendheid van de legestarieven. Daaruit bleek dat de kostendekkendheid van de tarieven voor een eenvoudige keurontheffing op ca. 22% ligt, voor een complexe keurontheffing op ca. 14% (zie tabel 1).

Tabel 1 Kostendekking keurontheffingen op basis van legestarieven 2003 (situatie per 1-1-2010)

Tabel

Eenvoudig

4,45

60

267

60

22,4 

Complexiteit 

Gem. behandeltijd in uren 

Loonkosten per uur 

Kosten

Legestarief 2003 

Kostendekking in % 

Complex

17,7

60

1062

150

14,1 

Op basis van de legestarieven 2003 ligt de kostendekkendheid dus rond de 20%. Wordt dezelfde berekening gemaakt op basis van de legestarieven 2010, dan komt de kostendekkendheid uit op ca. 30% (zie tabel 2).

Tabel 2 Kostendekking keurontheffingen op basis van legestarieven 2010 (situatie per 1-1-2010)

Tabel

Complexiteit

Gem. behandeltijd in uren

Loonkosten per uur 

Kosten

Legestarief 2010 

Kostendekking in %

Eenvoudig

4,45

60

267

90

33,7 

Complex

17,7

60

1062

300

28,2 

lozingsvergunningen

In de tarieventabel zijn ook tarieven opgenomen voor het in behandeling nemen van aanvragen om vergunning voor het brengen van stoffen in oppervlaktewaterlichamen (art. 6.2, eerste lid, Waterwet). Als gevolg van de invoering van de Waterwet kunnen voor dergelijke vergunningen ook leges worden geheven. De tarieven die hiervoor in de tabel zijn opgenomen zijn eveneens afgestemd op de gemiddelde behandelingsduur van een aanvraag. Daarbij wordt onderscheid gemaakt in vergunningen voor minder complexe, complexe en zeer complexe bedrijfsactiviteiten. De berekening van de tarieven is aangegeven in tabel 3.

Tabel 3 Berekening legestarieven lozingsvergunningen (art. 6.2 Waterwet)

Tabel 2 Kostendekking keurontheffingen op basis van legestarieven 2010 (situatie per 1-1-2010)

Tabel

Complexiteit

Behandeltijd in uren

Loonkosten per uur 

Legestarief 2010 

Minder complex  

10

60

600

Complex

25

60

1500

Zeer complex

80

60

4800

Dezelfde tarieven gelden voor het behandelen van vergunningaanvragen voor het met behulp van een werk, niet zijnde een openbaar vuilwaterriool, brengen van water of stoffen op een zuiveringstechnisch werk van het hoogheemraadschap (art. 6.2, tweede lid, Waterwet).

Welke bedrijfsactiviteiten als minder complex, complex en zeer complex worden aangemerkt is aangegeven in de tarieventabel onder rubriek 4.1.

grondwateronttrekkingen

Eveneens als gevolg van de Waterwet is het hoogheemraadschap belast met de vergunningverlening voor grondwateronttrekkingen, met uitzondering van enkele categorieën onttrekkingen waarvoor de provincie bevoegd gezag is gebleven (art. 6.4 Waterwet). Aangezien het hier gaat om een nieuwe taak valt nog niet te voorzien hoeveel tijd gemoeid zal zijn met de behandeling van een aanvraag. Er is daarom voor gekozen het tarief af te stemmen op het tarief dat het hoogheemraadschap Amstel, Gooi en Vecht hanteert voor grondwateronttrekkingen tot 100.000 m³ per jaar en dat weer is afgestemd op het tarief dat de provincie Utrecht hanteert. Afhankelijk van de ervaringen in de praktijk zal worden bezien of aanpassing van het tarief noodzakelijk is.

Voor infiltratie in de bodem is geen tarief opgenomen. Als zelfstandige handeling - dus zonder grondwateronttrekking - vindt dit vrijwel alleen plaats voor de drinkwatervoorziening. De vergunningverlening hiervoor is geen taak van het hoogheemraadschap.

Het beleid van het hoogheemraadschap is erop gericht kwalitatief goed grondwater zo veel mogelijk terug te brengen in de grond of te lozen op oppervlaktewater. Daarom is voor infiltratie van opgepompt grondwater geen afzonderlijk legestarief opgenomen. Voor lozing van opgepompt grondwater op oppervlaktewater geldt een vrijstelling van het legestarief voor lozingen als bedoeld in rubriek 4.1.

toepasselijk tarief en afronding

Uitgangspunt van de tabel is dat per vergunnings- of ontheffingsaanvraag één tarief van toepassing is. In een aantal gevallen is het tarief afgestemd op de omvang van het werk en geldt een tarief per eenheid of gedeelte daarvan (bijvoorbeeld per 100 meter). Dit houdt in dat altijd wordt afgerond op een veelvoud van het tarief.

cumulatie

In twee gevallen gelden tarieven cumulatief, namelijk:

  • wanneer bij een aanvraag meer ongelijksoortige beheersobjecten betrokken zijn (bijvoorbeeld een dam met uitweg);

  • wanneer een aanvraag meer vergunning- of ontheffingplichtige werken of werkzaamheden omvat (bijvoorbeeld plaatsen van beschoeiing met demping, peilwijziging met verlegging van een oppervlaktewaterlichaam, grondwateronttrekking met lozing op een oppervlaktewaterlichaam etc.). Reden voor de cumulatieve werking in deze gevallen is dat per afzonderlijk beheersobject of per afzonderlijk werk een technische beoordeling van de aanvraag dient plaats te vinden en eventueel uitvoeringsvoorschriften moeten worden vastgesteld.

Wanneer een aanvraag om vergunning meer dan één werk van dezelfde soort betreft, dan geldt voor elk extra werk de helft van het tarief. Het moet gaan om werken of activiteiten die hetzelfde zijn als het eerste werk en geen aparte beoordeling vragen (b.v. twee uitwegen, drie dammen e.d.).

wijziging, verlenging

Voor wijziging of verlenging van een vergunning geldt een afzonderlijk tarief. De kosten van een dergelijke beschikking zullen in de praktijk nogal uiteen kunnen lopen, maar wanneer dat het geval zal zijn is op voorhand moeilijk aan te geven. Om die reden is vooralsnog gekozen voor een uniform tarief.

publicatie

In de tarieventabel zijn geen afzonderlijke opslagtarieven meer opgenomen voor publicatie van vergunningaanvragen en verleende vergunningen of voor vergunningen die worden voorbereid met toepassing van de uniforme openbare voorbereidingsprocedure van afdeling 3:4 van de Algemene wet bestuursrecht. De kosten van publicaties zijn thans verdisconteerd in de legestarieven. Reden daarvoor is dat het hoogheemraadschap de onverplichte publicaties in het vervolg alleen nog op internet wil plaatsen. Voor de verplichte publicaties zal hiertoe worden overgegaan zodra de noodzakelijke elektronische infrastructuur hiervoor de mogelijkheid biedt en de nog bestaande juridische onduidelijkheden zijn weggenomen.

deskundigenadvies

In sommige gevallen kunnen vergunningplichtige werken of werkzaamheden zo ingrijpend zijn dat het gewenst is een extern deskundigenadvies te vragen. Volgens vaste rechtspraak kunnen de werkelijke kosten hiervan op de aanvrager worden verhaald, mits deze vooraf over de geraamde kosten geïnformeerd wordt en daarmee akkoord gaat.