Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Waterschap De Dommel

Kostentoedelingsverordening

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieWaterschap De Dommel
Officiële naam regelingKostentoedelingsverordening
CiteertitelKostentoedelingsverordening 2005
Vastgesteld dooralgemeen bestuur
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerpfinanciën – belastingen

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Ook gepubliceerd in het Eindhovens dagblad op 26 november 2004

Datum ondertekening inwerkingtredingsbesluit: 24-11-2004

Bron bekendmaking inwerkingtredingsbesluit: Brabants Dagblad, 26 november 2004

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Waterschapswet,

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-200501-01-2009nieuwe regeling

24-11-2004

Brabants Dagblad, 26 november 2004

I-04-00965 & Waterschapsblad 04- 60

Tekst van de regeling

Op voorstel van het dagelijks bestuur (Waterschapsblad nummer 2004.60), gelet op de desbetreffende bepalingen in de Waterschapswet, de Inspraakverordening waterschap De Dommel, alsmede het Reglement voor het waterschap De Dommel heeft het Algemeen Bestuur van het waterschap De Dommel te Boxtel in zijn vergadering op 24 november 2004 het navolgende besloten:

Aanhef

Artikel I

De Kostentoedelingsverordening 2003-2007 wordt met ingang van 1 januari 2005 ingetrokken.

Artikel II

De volgende kostentoedelingsverordening wordt vastgesteld:

Begripsbepalingen

Artikel 1

In deze verordening wordt verstaan onder:

a. zakelijk gerechtigden ongebouwd: degenen die krachtens eigendom, bezit of beperkt recht het genot hebben van ongebouwde onroerende zaken;

b. zakelijk gerechtigden gebouwd: degenen die krachtens eigendom, bezit of beperkt recht het genot hebben van gebouwde onroerende zaken;

c. ingezetenen: degenen die hun werkelijke woonplaats hebben in het gebied van het waterschap.

Waterkwantiteitsbeheer

Artikel 2

  • 1. De kosten voor het waterkwantiteitsbeheer, behoudens de kosten, bedoeld in het tweede en derde lid worden als volgt toegedeeld:

  • 35 % aan de ingezetenen;

  • 49 ,6 % aan de zakelijk gerechtigden gebouwd;

  • 15 ,4 % aan de zakelijk gerechtigden ongebouwd.

  • 2. De jaarlijks af te schrijven kosten van de verkiezingen van de leden van het algemeen bestuur worden toegedeeld aan de onderscheidene categorieën belanghebbenden die zij vertegenwoordigen.

  • 3. De kosten van de heffing en invordering van de omslag gebouwd onderscheidenlijk de omslag ongebouwd en de ingezetenenomslag die in enig jaar in de begroting voor dat jaar worden vermeld worden in het desbetreffende belastingjaar toegedeeld aan de genothebbenden van gebouwde en ongebouwde onroerende zaken en de ingezetenen.

Inwerkingtreding

Artikel 3

Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 januari 2005.

Citeertitel

Artikel 4

Deze verordening wordt aangehaald als Kostentoedelingsverordening 2005.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 24 november 2004.

mr. drs. P.C.G. Glas                                                            drs. R.E. Viergever

(watergraaf)                                                                          (secretaris)

op 25 november 2004

in 2voud ter kennisgeving gezonden aan

Gedeputeerde Staten van de provincie Noord-Brabant

Toelichting kostentoedelingsverordening 2005

Het kostenaandeel ingezetenen bedraagt reeds vanaf 2003 35%. Hiertoe heeft het algemeen bestuur op basis van de inwonerdichtheid en de algemene taakuitoefening in 2002 besloten. De resterende 65% wordt vanaf 2005 over de categorieën gebouwd en ongebouwd verdeeld met behulp van de methode Delfland.

Nadat het kostenaandeel voor de ingezetenen is bepaald, is deze methode een manier om de kosten van het kwantiteitsbeheer op basis van de totale economische waarde te verdelen over de categorieën gebouwd en ongebouwd. Voor de categorie gebouwd wordt gebruik gemaakt van de WOZ-waarden die door gemeenten worden vastgesteld. Voor cultuurgrond en bos- en natuurterreinen wordt eveneens de waarde in het economische verkeer – objectief - vastgesteld. De verhouding tussen de totale WOZwaarde van alle gebouwde onroerende zaken en de totale door het waterschap zelf – objectief - vastgestelde waarde in het economische verkeer van alle ongebouwde onroerende zaken bepaalt het aandeel in de totale kosten dat beide belastingcategorieën moeten opbrengen. Binnen de methode Delfland wordt voor het aanbrengen van onderscheid binnen de ongebouwde onroerende zaken verschil gemaakt in het soort grondgebruik. Dit komt ook in de gemiddelde waarde van het ongebouwd per soort grondgebruik tot uitdrukking. Bij het ongebouwd wordt hiermee recht gedaan aan het feit dat de vele hectares ongebouwd verschillend worden gebruikt. Het gaat bij het ongebouwd globaal om de volgende soorten grondgebruik: - agrarisch gebruik, - bos, duinen, natuur, recreatie, - openbare wegen, -bouwpercelen, - water, - overig los land. Het aantal hectare per soort grondgebruik maal de gemiddelde door het waterschap objectief vastgestelde waarde geeft de totale waarde per soort grondgebruik. De waarde van alle soorten grondgebruik tezamen geeft de totale waarde voor de categorie ongebouwd.

Voor de bepaling van de percentages heeft Tauw BV. het rapport “Kostentoedeling waterkwantiteitsbeheer Waterschap De Dommel” opgesteld. De categorie gebouwd komt op 49,6% uit en de categorie ongebouwd op 15,4%.

De kosten voor verkiezingen en de perceptiekosten worden rechtstreeks aan de categorieën toebedeeld, omdat deze kosten per categorie aanzienlijk kunnen verschillen.

Binnen de categorie gebouwd is de WOZ-waarde bepalend voor de individuele aanslag.

Binnen de categorie ongebouwd is dat de oppervlakte van het ongebouwde object.