Kwijtscheldingsregeling Rijnland 2009

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
Organisatie	Hoogheemraadschap van Rijnland
Organisatietype	Waterschap
Officiële naam regeling	Kwijtscheldingsregeling Rijnland 2009
Citeertitel	Kwijtscheldingsregeling Rijnland 2009
Vastgesteld door	algemeen bestuur
Onderwerp	financiën en economie
Eigen onderwerp	financiën – belastingen

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze regeling bevat regels voor de kwijtschelding van waterschapsbelastingen (de verontreinigingsheffing als bedoeld in artikel 17 van de Wet verontreiniging oppervlaktewater en de omslagen als bedoeld in artikel 116 van de Waterschapswet)

Datum ondertekening inwerkingtredingsbesluit: 11-2-2009

Bron bekendmaking inwerkingtredingsbesluit: Witte Weekblad

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Waterschapswet, artikel 144

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen
Datum inwerkingtreding	Terugwerkende kracht tot en met	Datum uitwerkingtreding	Betreft	Datum ondertekening Bron bekendmaking	Kenmerk voorstel
26-02-2009	01-01-2009	31-12-2010	nieuwe regeling	11-02-2009 Witte Weekblad	09.02220

Tekst van de regeling

Intitulé

Kwijtscheldingsregeling Rijnland 2009

De Verenigde Vergadering van het hoogheemraadschap van Rijnland:

Gelet op:

•
artikel 144, eerste tot en met vijfde lid, van de Waterschapswet; en
•
de wenselijkheid om voor de kwijtschelding van de waterschapsbelastingen regels te stellen ter afwijking van de ministeriele regeling;

Besluit:

vast te stellen de volgende kwijtscheldingsregeling.

Kwijtscheldingsregeling Rijnland 2009

Artikel 1

a.
Kwijtschelding kan worden verleend voor waterschapsbelastingen.
b.
Onder waterschapsbelastingen worden verstaan de waterschapsbelastingen genoemd in hoofdstuk XVI en hoofdstuk XVII van de Waterschapswet, alsmede belastingen waarvan de heffing krachtens bijzondere wetten door het waterschap geschiedt.
c.
Onder ministeriële regeling wordt verstaan de door de staatssecretaris van Financiën ter uitvoering van de Invorderingswet 1990 vastgestelde “Uitvoeringsregeling Invorderingswet 1990”.

Artikel 2

1. Op de voet van afdeling 7 van Hoofdstuk II van de ministeriële regeling wordt kwijtschelding verleend voor de, volgende waterschapsbelastingen:

a.
de watersysteemheffing als bedoeld in artikel 117, aanhef en onder a, van de Waterschapswet;
b.
de watersysteemheffing als bedoeld in artikel 117, aanhef en onder d, van de Waterschapswet, voor zover de heffing wordt geheven van degene die krachtens eigendom, bezit of beperkt recht het genot heeft van een gebouwde onroerende zaak die geheel of gedeeltelijk bij hem in gebruik is als woonruimte;
c.
de zuiveringsheffing ter zake van het afvoeren van stoffen vanuit een woonruimte (ten behoeve van het zuiveren van afvalwater) als bedoeld in artikel 122d, eerste en tweede lid onder a, van de Waterschapswet;
d.
de verontreinigingsheffing als bedoeld in artikel 18, eerste lid, van de Wet verontreiniging oppervlaktewateren, voor zover deze wordt geheven ter zake van het lozen vanuit een woonruimte;
e.
indien het ontwerp van de Wet regels met betrekking tot het beheer en gebruik van watersystemen (Waterwet) tot wet verheven wordt, de heffing ter zake van lozen als bedoeld in artikel 7.2 van het ontwerp van deze wet, voor zover deze wordt geheven ter zake van het lozen vanuit een woonruimte.

2. Voor de in lid 1 genoemde waterschapsbelastingen wordt, in afwijking van artikel 16 van de ministeriële regeling, met betrekking tot de kosten van bestaan, het forfaitaire percentage van 100 gehanteerd;

Artikel 3

a.
Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van bekendmaking en werkt terug tot en met 1 januari 2009.
b.
De Kwijtscheldingsregeling Hoogheemraadschap van Rijnland 2005 blijft van kracht voor de aanslagen die betrekking hebben op de voorgaande jaren, uiterlijk tot het jaar 2009.
c.
Dit besluit kan worden aangehaald als: “Kwijtscheldingsregeling Rijnland 2009”.

Leiden, 11 februari 2009

De Verenigde vergadering voornoemd,

G.J. Doornbos

dijkgraaf

ir. A. Haitjema

secretaris