Organisatie | Hoogheemraadschap van Rijnland |
---|---|
Organisatietype | Waterschap |
Officiële naam regeling | Beleidsregel 8 Minimaal oppervlak open water |
Citeertitel | Beleidsregel 8 Minimaal oppervlak open water |
Vastgesteld door | dagelijks bestuur |
Onderwerp | ruimtelijke ordening, verkeer en vervoer |
Eigen onderwerp | ruimtelijke ordening - waterkeringen en waterbeheer |
Rijnland stelt eisen aan activiteiten die het watersysteem in dit beheergebied kunnen beïnvloeden. De basis hiervoor is de zogenoemde Keur: een set van gebods- en verbodsbepalingen. Deze bepalingen zijn nader uitgewerkt in beleidsregels en algemene regels. Deze notitie betreft de beleidsregel voor het minimale oppervlak aan open water dat in het watersysteem aanwezig moet zijn. Ontheffingen worden verleend op basis van de criteria in de beleidsregels.
Datum ondertekening inwerkingtredingsbesluit: 1-12-2009
Bron bekendmaking inwerkingtredingsbesluit: witte weekblad
Onbekend.
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
16-12-2009 | 10-05-2011 | nieuwe regeling | 01-12-2009 Witte weekblad | 09.00650 | |
25-02-2009 | 20-02-2009 | nieuwe regeling | 17-02-2009 Witte weekblad, 25-02-09 | 09.00650 |
Beleidsregel 8 Minimaal oppervlak open water
Rijnland is verantwoordelijk voor het waterbeheer in het gebied tussen Wassenaar, Gouda, Amsterdam en IJmuiden. Via vergunningverlening en handhaving stelt Rijnland eisen aan activiteiten die het watersysteem in dit beheergebied kunnen beïnvloeden. De basis hiervoor is de zogenoemde Keur: een set van gebods- en verbodsbepalingen. Deze bepalingen zijn nader uitgewerkt in beleidsregels en algemene regels.
Deze notitie betreft de beleidsregel voor het minimale oppervlak aan open water dat in het watersysteem aanwezig moet zijn. Na een inhoudelijke toelichting (paragrafen 2 en 3), volgt een overzicht van de formele artikelen uit de beleidsregel in kwestie (paragraaf 4). Deze artikelen worden in paragraaf 5 stuk voor stuk kort toegelicht.
Het kan behulpzaam zijn om, naast deze notitie, ook de algemene toelichting op de beleidsregels en algemene regels te raadplegen. Verder is er een begrippenlijst, die uitleg geeft aan de vaktermen. Alle documentatie is te vinden op www.rijnland.net.
Op grond van de Keur (artikel 3.1.4, lid 2) is het zonder vergunning van het bestuur van Rijnland verboden in het beheersgebied van Rijnland gebouwen, bouwwerken e.d. te plaatsen, onbebouwde/onverharde grond te verharden en werkzaamheden te verrichte als gevolg waarvan neerslag versneld tot afvoer komt.
3 Toelichting van de activiteit
Het doel van deze beleidsregel is te garanderen dat er in watersystemen voldoende open water aanwezig is en blijft om het ‘goed functioneren’ van het watersysteem te kunnen waarborgen. Het ‘goed functioneren’ heeft in deze beleidsregel de betekenis dat er, bij een bepaalde neerslaggebeurtenis, geen hogere peilstijgingen mogen optreden dan maximaal toelaatbaar zijn (overstromingskansen). Daarnaast heeft open water niet alleen een taak voor de (tijdelijke) waterberging maar ook om de wateraanvoer en waterafvoer te garanderen en zorg te dragen voor een minimale (ecologische) waterkwaliteit en de grondwaterbeheersing.
Het minimaal noodzakelijk percentage open water is in de praktijk grotendeels afhankelijk van de grondsoort. De noodzakelijk oppervlakten aan open water zijn met behulp van het Rijnlandse neerslagafvoermodel berekend en weergegeven in artikel 2. Onderscheid wordt gemaakt naar het percentage open water dat in principe minimaal aanwezig moet zijn om een minimaal functioneren van het watersysteem te kunnen garanderen. Daarnaast worden voor de (her)inrichting van (nieuwe)gebieden aparte percentages open water voorgeschreven.
4 Voorwaarden minimaal oppervlak open water
Op grond van de Keur (artikel artikel 3.1.4, 2e lid) heeft het bestuur van Rijnland de volgende voorwaarden opgesteld voor het minimaal benodigd oppervlak aan open water in watersystemen.
Artikel 1: begripsomschrijving
In deze voorwaarden wordt verstaan onder:
Wateropgave: de ruimtelijke en technische maatregelen die nodig zijn om de watersystemen op orde te brengen of te houden (te voldoen aan de in het kader van het Nationaal bestuursakkoord Water (NBW) afgesproken normen voor wateroverlast welke nader zijn uitgewerkt in de provinciale Waterverordening).
De onderstaande tabel geeft voor verschillende situaties de percentages open water weer, ten opzichte van het winterpeil.
Artikel 3: Realisatie minimaal percentages open water
Het daadwerkelijke percentage open water dat in een peilvak aanwezig moet zijn wordt in de watergebiedsplannen bepaald. Er kunnen zich drie situaties voordoen:
Het peilvak heeft een wateropgave en het aanwezige percentage open water is inclusief de wateropgave groter dan het in tabel 2 vermelde minimale percentage open water: Het minimale percentage open water dient aanwezig te zijn of te worden gerealiseerd. Het verschil tussen ‘wateropgave’ en ‘minimaal’ kan mogelijk (indien het kosteneffectief is, zie Masterplan StudieWaterbezwaar) als alternatieve berging worden gerealiseerd.
Toelichting artikel 1: begripsomschrijving
Zie de uitgebreide Rijnlandse begrippenlijst (bijlage 1) waarin tekeningen en bronverwijzingen zijn opgenomen.
Het minimale percentage open water slaat op de ondergrens waarboven eventuele kosten effectieve maatregelen voor de oplossing van de wateropgave kunnen worden overwogen. Als er geen sprake is van een wateropgave is er, ook in een watersysteem dat niet aan het minimale percentage voldoet, geen aanleiding om extra water aan te leggen.